Algemene chemie samenvatting examen paasvakantie
I . KINETIEK
A . botsingstheorie
Voorwaarde 1: het moet een efficiënte botsing zijn.
Wat zijn efficiënte botsingen:
- De moleculen moeten elkaar volgens een vast patroon naderen
Voorbeeld:
- HI-moleculen mogen elkaar niet gekruist naderen opdat ze zouden kunnen ontbinden tot H 2
en I2
Twee waterstofjodide botsen. Er zijn
twee mogelijke gevolgen. Bij 1
gebeurt er niets dat is geen
efficiënte botsing. Bij de tweede
botsing wordt er waterstof en jood
gevormd dit is dus wel efficiënt.
Voorwaarde 2: de botsing moet voldoende kinetische energie hebben.
- Tijdens de botsing moeten de moleculen een minimale bewegingsenergie of kinetische
energie hebben (E=1/2mv2)
- Er moet voldoende energie zijn om de bestaande binding te verbreken en om een nieuwe te
kunnen vormen.
- De minimale kinetische energie is de drempelenergie E d.
- Op de y-as is aantal molecule en op de x-as is kinetische energie.
- De grafiek zou gauscurve moeten zijn. Alleen het gauscurve stuk heeft genoeg energie om de
binding te breken.
1
, Bij een hogere temperatuur is de top van de curve lager:
Figuur 1: Invloed van de
temperatuur op de kinetische
energie van de moleculen.
Een bij vraag voor het examen: duid de molecule aan die aanleiding kunnen geven voor het breken
van de molecule.
Het antwoord: alles wat gearceerd is achter de drempel energie.
B . activerings- en transitie- energie
Figuur 2: activeringsenergie van een
reactie
- De hoeveelheid energie die toegevoegd wordt noemt men de activeringsenergie
- De moleculen in de geactiveerde toestand bezitten op dat moment een hogere energie-
inhoud namelijk de transitie-inhoud
- deze activeringsenergie kan op verschillende manieren toegevoegd worden
o thermische energie
o elektrische energie
o fotochemische energie
2
I . KINETIEK
A . botsingstheorie
Voorwaarde 1: het moet een efficiënte botsing zijn.
Wat zijn efficiënte botsingen:
- De moleculen moeten elkaar volgens een vast patroon naderen
Voorbeeld:
- HI-moleculen mogen elkaar niet gekruist naderen opdat ze zouden kunnen ontbinden tot H 2
en I2
Twee waterstofjodide botsen. Er zijn
twee mogelijke gevolgen. Bij 1
gebeurt er niets dat is geen
efficiënte botsing. Bij de tweede
botsing wordt er waterstof en jood
gevormd dit is dus wel efficiënt.
Voorwaarde 2: de botsing moet voldoende kinetische energie hebben.
- Tijdens de botsing moeten de moleculen een minimale bewegingsenergie of kinetische
energie hebben (E=1/2mv2)
- Er moet voldoende energie zijn om de bestaande binding te verbreken en om een nieuwe te
kunnen vormen.
- De minimale kinetische energie is de drempelenergie E d.
- Op de y-as is aantal molecule en op de x-as is kinetische energie.
- De grafiek zou gauscurve moeten zijn. Alleen het gauscurve stuk heeft genoeg energie om de
binding te breken.
1
, Bij een hogere temperatuur is de top van de curve lager:
Figuur 1: Invloed van de
temperatuur op de kinetische
energie van de moleculen.
Een bij vraag voor het examen: duid de molecule aan die aanleiding kunnen geven voor het breken
van de molecule.
Het antwoord: alles wat gearceerd is achter de drempel energie.
B . activerings- en transitie- energie
Figuur 2: activeringsenergie van een
reactie
- De hoeveelheid energie die toegevoegd wordt noemt men de activeringsenergie
- De moleculen in de geactiveerde toestand bezitten op dat moment een hogere energie-
inhoud namelijk de transitie-inhoud
- deze activeringsenergie kan op verschillende manieren toegevoegd worden
o thermische energie
o elektrische energie
o fotochemische energie
2