WPO klinische neuropsychologie
1. CASUS RIK ................................................................................................................... 2
2. CASUS CARMEN ........................................................................................................ 13
3. CASUS ANNA ............................................................................................................. 22
4. CASUS ANNICK .......................................................................................................... 34
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 1
, 1. Casus Rik
Algemene gegevens:
- Naam: Rik
- Lee4ijd: 32 jaar
- Gezinssitua=e: gehuwd met 1 zoon van 6 jaar
- Studie: universitair onderwijs (master in de rechten) + erkend advocaat
- Beroep: advocaat in een advocatenkantoor (ongeveer 4 jaar)
- Vrije =jd: lezen van misdaadromans, koken, fietsen en tennissen
- Handvoorkeur: rechtshandig
Neurologische aandoening:
- Erns=g trauma=sch hersenletsel (contusio cerebri) als gevolg van een verkeersongeval
- 4 dagen coma
- PosQrauma=sche amnesie (PTA) van ongeveer 2 weken
- Opname in het CEPOS voor het opstarten van mul=disciplinaire revalida=e
o De revalida=e starQe vanaf de 2de week
- Een reeks baseline onderzoeken: EEG, SPECT-scan, NPO, NMO, ...
o Gebeurde in de 1ste week van opname
- Ongeveer 2 maanden post onset
Voorgeschiedenis:
- Geen psychiatrische aandoening
- Geen andere neurologische aandoening
- Geen middelen- en/of alcohola[ankelijkheid
Grafiek:
- Tijds=p 0: injury
- Daarna komt de coma (bewustzijnsverlies)
- PTA = post-trauma=c amnesia: dit start als de coma opklaart
o Verward, gedesoriënteerd
o Forse amnesie (geheugenstoornis)
o Weinig aandacht
o Beginnen in een andere taal te spreken
o Moeilijkheden om familieleden te herkennen
- Recovery of func=on: dit start als de PTA opklaart
o Cogni=ef neuraal herstel
o Belangrijk om hier zo snel mogelijk te starten met revalida=e
3 types trauma=sch hersenletsel:
- Licht
o Hersenschudding
o Lengte van de coma: minder dan 30 min
o Lengte van de PTA: minder dan 1u
o Komt voor bij 80-85%
- Ma=g
o Lengte van de coma: 30 min tot 24u
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 2
, o Lengte van de PTA: 1u tot 24u
o Komt voor bij 10%
- Erns=g
o Lengte van de coma: meer dan 24u
o Lengte van de PTA: meer dan 24u
o Komt voor bij 5-10%
MRI: structurele beeldvorming
- Contusiehaarden in de frontale en temporale cor=ces van de linker- en
rechterhemisfeer
- Subduraal hematoom in de linker frontale hersenregio
o Subduraal hematoom = bloeding onder de dura mater
o Ma=g tot erns=g hersenletsel: kan sprake zijn van posQrauma=sche
bloedingen
- Diffuse axonal injury (= DAI)
o Rota=ekrachten op de hersenen veroorzaken het uitrekken en knappen van
axonen
- Opgelet: op MRI-scans wordt links rechts en rechts links
EEG:
- Hypofunc=onaliteit thv de beide frontale hersengebieden
- Geen epilep=sche ontladingen
o Geen kenmerken van epilepsie
SPECT-scan: func=onele beeldvorming
- Duidelijke hypoperfusie (= verminderde doorbloeding) thv het mediale en anterieure
deel van de linker en rechter temporale hersenkwab
- Alsook thv het inferieure en laterale deel van de linker en rechter frontale
hersenkwab
Kneuzingen: (hemorragische) contusiehaarden of grijzestofletsels
- Ma=g tot erns=g hersenletsel
- Vooral in frontale en temporale hersengebieden
- Bloederige hersenen omdat bloedvaten beschadigd zijn
Slaap-waak onderzoek en epilepsie-monitoring:
- Normale slaap
- Geen aanwijzingen voor epilepsie
Neuromotorisch onderzoek
- Condi=e en algemene kracht zijn ma=g zwak
- Geen uitval op het vlak van evenwicht en coördina=e
O4almologisch onderzoek
- Normale visuele percep=e bilateraal
- Normale gezichtsvelden
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 3
, NPO (= neuropsychologisch onderzoek): anamnese
- Op cogni=ef vlak: geen klachten
- Op emo=oneel/gedragsma=g vlak: geen klachten
- Op lichamelijk vlak:
o Verhoogde vermoeibaarheid
§ Gaat vroeger slapen, slaapt langer, hee4 meer behoe4e aan het
inlassen van rustmomenten
o Verminderde condi=e
§ Bij het fietsen en tennissen
- Hypothese: gestoord ziekte-inzicht (anosognosie)
o Dit is vaak te zien bij mensen met een letsel in de prefrontale hersenkwabben
NPO: heteroanamnese van echtgenote en ouders
- Cogni=ef vlak
o Concentra=eproblemen:
§ Hee4 moeilijkheden om verschillende dingen tegelijker=jd te doen of
om een gesprek met meerdere personen tegelijker=jd te volgen
§ Kan zich maximaal een half uur concentreren bij het lezen van een
boek, het kijken naar een film of het volgen van een gesprek
§ Is snel afgeleid door geluiden op de achtergrond wanneer hij een boek
leest
o Geheugenproblemen:
§ Hee4 moeilijkheden om nieuwe namen van personen, afspraken, een
dagelijkse planning, het =jds=p van de medica=e-inname, de inhoud
van een boek, ... te onthouden
• Wijst op anterograde amnesie
§ Hee4 moeilijkheden om zich te kunnen herinneren wat er is gebeurd
in de uren vlak voor het ongeval
• Wijst op retrograde amnesie
o Taalproblemen:
§ Hee4 problemen met de woordvinding
§ Hij kon dit wel goed omzeilen door een synoniem of omschrijving te
geven van de te zoeken woorden
o Execu=eve func=es:
§ Hee4 problemen om logisch na te denken bij het oplossen van
dagelijkse problemen
§ Hee4 problemen met het uitvoeren van huishoudelijke en
administra=eve taken
• Gaat vaak chao=sch en ongestructureerd te werk, is minder
ordelijk, ruimt minder op, hee4 minder overzicht, ...
• Plannings- en organisa=estoornis
- Emo=oneel/Gedragsma=g vlak
o Vertoont verbaal ontremd gedrag
§ Verbale uitweidingen, praat veel meer en luider dan vroeger
o Is euforischer, asser=ever, socialer, ... geworden
o Hee4 veel behoe4e aan structuur, rou=ne en regelmaat in zijn dagelijks leven
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 4
1. CASUS RIK ................................................................................................................... 2
2. CASUS CARMEN ........................................................................................................ 13
3. CASUS ANNA ............................................................................................................. 22
4. CASUS ANNICK .......................................................................................................... 34
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 1
, 1. Casus Rik
Algemene gegevens:
- Naam: Rik
- Lee4ijd: 32 jaar
- Gezinssitua=e: gehuwd met 1 zoon van 6 jaar
- Studie: universitair onderwijs (master in de rechten) + erkend advocaat
- Beroep: advocaat in een advocatenkantoor (ongeveer 4 jaar)
- Vrije =jd: lezen van misdaadromans, koken, fietsen en tennissen
- Handvoorkeur: rechtshandig
Neurologische aandoening:
- Erns=g trauma=sch hersenletsel (contusio cerebri) als gevolg van een verkeersongeval
- 4 dagen coma
- PosQrauma=sche amnesie (PTA) van ongeveer 2 weken
- Opname in het CEPOS voor het opstarten van mul=disciplinaire revalida=e
o De revalida=e starQe vanaf de 2de week
- Een reeks baseline onderzoeken: EEG, SPECT-scan, NPO, NMO, ...
o Gebeurde in de 1ste week van opname
- Ongeveer 2 maanden post onset
Voorgeschiedenis:
- Geen psychiatrische aandoening
- Geen andere neurologische aandoening
- Geen middelen- en/of alcohola[ankelijkheid
Grafiek:
- Tijds=p 0: injury
- Daarna komt de coma (bewustzijnsverlies)
- PTA = post-trauma=c amnesia: dit start als de coma opklaart
o Verward, gedesoriënteerd
o Forse amnesie (geheugenstoornis)
o Weinig aandacht
o Beginnen in een andere taal te spreken
o Moeilijkheden om familieleden te herkennen
- Recovery of func=on: dit start als de PTA opklaart
o Cogni=ef neuraal herstel
o Belangrijk om hier zo snel mogelijk te starten met revalida=e
3 types trauma=sch hersenletsel:
- Licht
o Hersenschudding
o Lengte van de coma: minder dan 30 min
o Lengte van de PTA: minder dan 1u
o Komt voor bij 80-85%
- Ma=g
o Lengte van de coma: 30 min tot 24u
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 2
, o Lengte van de PTA: 1u tot 24u
o Komt voor bij 10%
- Erns=g
o Lengte van de coma: meer dan 24u
o Lengte van de PTA: meer dan 24u
o Komt voor bij 5-10%
MRI: structurele beeldvorming
- Contusiehaarden in de frontale en temporale cor=ces van de linker- en
rechterhemisfeer
- Subduraal hematoom in de linker frontale hersenregio
o Subduraal hematoom = bloeding onder de dura mater
o Ma=g tot erns=g hersenletsel: kan sprake zijn van posQrauma=sche
bloedingen
- Diffuse axonal injury (= DAI)
o Rota=ekrachten op de hersenen veroorzaken het uitrekken en knappen van
axonen
- Opgelet: op MRI-scans wordt links rechts en rechts links
EEG:
- Hypofunc=onaliteit thv de beide frontale hersengebieden
- Geen epilep=sche ontladingen
o Geen kenmerken van epilepsie
SPECT-scan: func=onele beeldvorming
- Duidelijke hypoperfusie (= verminderde doorbloeding) thv het mediale en anterieure
deel van de linker en rechter temporale hersenkwab
- Alsook thv het inferieure en laterale deel van de linker en rechter frontale
hersenkwab
Kneuzingen: (hemorragische) contusiehaarden of grijzestofletsels
- Ma=g tot erns=g hersenletsel
- Vooral in frontale en temporale hersengebieden
- Bloederige hersenen omdat bloedvaten beschadigd zijn
Slaap-waak onderzoek en epilepsie-monitoring:
- Normale slaap
- Geen aanwijzingen voor epilepsie
Neuromotorisch onderzoek
- Condi=e en algemene kracht zijn ma=g zwak
- Geen uitval op het vlak van evenwicht en coördina=e
O4almologisch onderzoek
- Normale visuele percep=e bilateraal
- Normale gezichtsvelden
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 3
, NPO (= neuropsychologisch onderzoek): anamnese
- Op cogni=ef vlak: geen klachten
- Op emo=oneel/gedragsma=g vlak: geen klachten
- Op lichamelijk vlak:
o Verhoogde vermoeibaarheid
§ Gaat vroeger slapen, slaapt langer, hee4 meer behoe4e aan het
inlassen van rustmomenten
o Verminderde condi=e
§ Bij het fietsen en tennissen
- Hypothese: gestoord ziekte-inzicht (anosognosie)
o Dit is vaak te zien bij mensen met een letsel in de prefrontale hersenkwabben
NPO: heteroanamnese van echtgenote en ouders
- Cogni=ef vlak
o Concentra=eproblemen:
§ Hee4 moeilijkheden om verschillende dingen tegelijker=jd te doen of
om een gesprek met meerdere personen tegelijker=jd te volgen
§ Kan zich maximaal een half uur concentreren bij het lezen van een
boek, het kijken naar een film of het volgen van een gesprek
§ Is snel afgeleid door geluiden op de achtergrond wanneer hij een boek
leest
o Geheugenproblemen:
§ Hee4 moeilijkheden om nieuwe namen van personen, afspraken, een
dagelijkse planning, het =jds=p van de medica=e-inname, de inhoud
van een boek, ... te onthouden
• Wijst op anterograde amnesie
§ Hee4 moeilijkheden om zich te kunnen herinneren wat er is gebeurd
in de uren vlak voor het ongeval
• Wijst op retrograde amnesie
o Taalproblemen:
§ Hee4 problemen met de woordvinding
§ Hij kon dit wel goed omzeilen door een synoniem of omschrijving te
geven van de te zoeken woorden
o Execu=eve func=es:
§ Hee4 problemen om logisch na te denken bij het oplossen van
dagelijkse problemen
§ Hee4 problemen met het uitvoeren van huishoudelijke en
administra=eve taken
• Gaat vaak chao=sch en ongestructureerd te werk, is minder
ordelijk, ruimt minder op, hee4 minder overzicht, ...
• Plannings- en organisa=estoornis
- Emo=oneel/Gedragsma=g vlak
o Vertoont verbaal ontremd gedrag
§ Verbale uitweidingen, praat veel meer en luider dan vroeger
o Is euforischer, asser=ever, socialer, ... geworden
o Hee4 veel behoe4e aan structuur, rou=ne en regelmaat in zijn dagelijks leven
Bron: lessen en powerpoints gegeven door prof. Kurt Beeckmans 4