Samenvatting Samenvattende Schema's Goederen- en bijzondere overeenkomstenrecht

Parmentier Innes
Art. 3.50 BW
- Rechtstreeks gebruiks- en
genotsrecht
- Residuaire bevoegdheid
Art. 544 oud BW - Rechten van derden kunnen
- Volstrekte wijze eigenaar het eigendomsrecht beperken
Volmaakt, exclusief,
- Absolutie bevoegdheid
eeuwigdurend recht
- Wetten en verordeningen
enige beperking op
eigendomsrecht




1ste Protocol bij EVRM:
Zowel formele onteigening als
De facto onteigening Socialisering: Meer en meer
aandacht voor rechten van
Eigendom derden die het eigendomsrecht
kunnen inperken bv
burenhinder, rechtsmisbruik


Beperking op
beschikkingsrecht kunnen
soms gerechtvaardigd zijn
indien beperkt in tijd.
Bv bij schenking of als soort
hypotheek

Instrumentalisering: Eigendom
steeds vaker als middel om
verder gelegen doel te
Dematerialisering: Eigendom
Onverjaarbaarheid van het bereiken bv kwaliteitsrekening
steeds vaker op onlichamelijke
eigendomsrecht: Eigendom kan tot beheer,
goederen, bv aandelen,
nooit uitdoven door eigendomsvoorbehoud tot
intellectuele rechten
bevrijdende verjaring
Uitzondering: Opstalrecht

, Parmentier Innes
In principe 2 verschillende eigenaars
Art. 3.114 BW en Art. 637 oud
BW
uitzondering
Einde Erfdienstbaarheid - Last op lijdend erf ten voordele van
- Zakelijk gebruiksrecht op het ene
- Bevrijdende verjaring het heersend erf
erf
(onderscheid tussen onmogelijkheid - Objectief karakter + objectief nut
en verjaring in Art. 704 oud BW) - Geen exclusief gebruiksrecht
- Vereniging in 1 hand uitzondering: Erfdienstbaarheden bij
appartementsmede-eigendom
- Verlies ieder nut ook Toekomstig - Geen maximumduur
( Art. 710 bis oud BW: Ook verlies - Verminderings- en
potentieel nut noodzakelijk)
Uitzondering Recht van uitweg kan
eindigen bij verlies noodzakelijkheid Wettelijke Erfdienstbaarheden:
- Ingeslotenheid Art. 3.135
Art. 682 oud BW
! Rechterlijke machtiging
! kan eindigen bij verlies
noodzakelijkheid
- Afstanden Art. 3.132 BW
Art. 35 Veldwetboek
Art. 675 oud BW
Erfdienstbaarheid
Verkoop Onroerend goed:
Doet geen afbreuk aan
erfdienstbaarheid
- Actief zijde: als Accessoria bij
hoofdzaak
- Passiefzijde: Volgrecht

Zichtbare Erfdienstbaarheden
- Verkrijgende Verjaring Art. 3.118
BW
Art. 690 oud BW: Verjaring enkel na
30jaar nu ook na 10 jaar mogelijk bij
Juridisch criterium goeder trouw
bijkomend criterium naast Niet zichtbare Erf.
- Door rechtshandeling Art. 3.117 - Bestemming door eigenaar Art.
zichtbaarheid in oud BW, Art. 688 3.119 BW
oud BW BW
- verplicht overschrijven Art. 692 – 694 oud BW: Heropleving
- = Door menselijk handelen na vereniging in 1 hand mogelijk
- Niet langer vereist

, Parmentier Innes
Bezit= Feitelijke uitoefening
Bezitsvordering Roerende G Art. 3.18 BW en Art. 2228 oud BW
Art. 3.28 BW, Art. 2279 oud BW - Corporeel en subjectief element
- Hypothese 1: Vrijwillig bezitsverlies  ( geen subjectief element dan louter
geen bezitsvordering, enkel detentie)
contractuele aansprakelijkheid detentor
indien ovk onder bezwarende titel
(zoals Pauliaanse vordering)
- Hypothese 2: onvrijwillig bezitsverlies
 3j bezitsvordering
Art. 2280 oud BW niet meer van
Goeder en kwader trouw
- GT wordt vermoed Art. 3.22 BW, Art.
2268 oud BW
- speelt geen rol om beroep te kunnen
doen op verkrijgende verjaring, wel rol
bij termijn
Bezit en verjaring - Art. 3.27 BW:
Onroerende goederen: 10 of 30j
Roerende goederen: O of 3j




Bezitsvordering Onroerende G
Art. 3.25 BW, Art. 1370 Ger W
- ongestoord en openbaar
- 1 jaar al in bezit geweest
- verjaring 1 jaar
- Art. 2265 oud BW hield rekening met
woonplaats eigenaar voor
Deugdelijkheid
bezitsvordering, niet langer een
- Enkel deugdelijk bezit leidt tot
vereiste
verjaring
- Art. 3.21 BW, Art. 2229 oud BW
Bezitsvordering - Voorwaarden
- oud recht: enkel indien deugdelijk 1 Voortdurend
bezit anders slechts reïntegranda 2 Ongestoord
- Nieuw recht: bezit moet ongestoord 3 Openbaar
en openbaar zijn voor bezitsvordering 4 Onddubbelzinnig