Samenvatting Overzicht tabelvorm - Therapeutische Modellen, toegepaste psychologie VIVES

Psychoanalyse Behaviorisme Humanisme Cognitieve psycho Systeemtheorie Omgevingspsycho Biologische psycho

Typeringen
Uitgangspunten
 Subj ervaringen  Focus waarneembaar  Subjectiviteit centr  Black box (uitg.punt)  = Denkwijze, pers  Pers en omg = 1  Biologisch correlaat
 Gedrag niet altijd gedrag  Bewustzijn centr  Begrijpen hoe gedrag heeft context geheel  Reductie v mens
bewust aangestuurd  Leerprocessen  Benadrukken tot stand komt  Interesse grote  Pers en omg  DNA/Hersenen
 Bestaan onbewuste  Continuïteit ontwikkeling (groei)  Infoverwerking centr gehelen permanente  Evolutietheorie
 Conflictmodel  Tabula rasa  Zelf verantwoordelijk  Mens = actief en  Eigenschap is niet los interactie
(Gedrag wordt  Reductie  Hier en nu creatief wezen van omgeving te zien  Altijd sprake v
aangestuurd door  Mens als totaliteit  ≠ mens / dier  Gedrag dr + aspecten ontwikkeling
(onbewuste) wensen  Nt voorspellen mr  ≠ kind / volwassene beïnvloedt  Ontwikkeling = afhank
en verboden op bevrijden v event  Hier en nu v vele factoren
wensen) belemmeringen  Zoeken nr optimale fit
 Gedrag hft betekenis tussen pers en omg
 Ervaring 1e levensjrn
v belang
Mensbeeld
 Pess of Opti?  Periferalisme (Gedrag  Optimistisch  Innerlijke cognitieve  Gehele complexe  Pers bestaat niet  2 visies
o Pess: Mensen zijn w beïnvloedt door mensbeeld: processen centraal realiteit zonder materiële én o Bio processen zijn
geen baas in eigen omgevingsinvloeden groeimogelijkheden  Vooral uitgaan v o Pers.knmkn geen immateriële context geheel
huis en driften (=extern)) vh individu kennisprocessen + unieke eigensch bij verantwoordelijk vr
besturen ons leven  Rol individu benadruk innerlijke processen een pers, maar gedrag en
o Opti: Mensen knn  Centralisme: (Psycho en huma alsknmkn van een gedachten
zich bewust wrdn v Innerlijke vd mens voornamelijk driften) pers binnen een I.t.t. beh. Hier
hun onbewuste centraal bepaalde context interne invloeden
wensen en driften  Aandacht vr o Bio processen
en zo leven in interacties maken gedrag
eigen handen nmn mede mogelijk
Indeling
 Mechanistisch  Mechanistisch  Personalistisch  Mechanistisch (vroeg)  Organistisch  Organistisch  Mechanistisch
 Personalistisch  Organistisch  Organistisch (later)  Organistisch
 Personalistisch (later)
 Biopsychisch  Psychisch  Psychisch  Biopsychosociaal  Biopsychosociaal  Biopsychosociaal  Biopsychosociaal

 Mechanistisch: Reductie  Complex gedrag terugbrengen tot essentie
 Organistisch: Eén geheel  Mensen zijn groeiende organisaties, er is geen opdeling, interne (onderdelen beïnvloeden elkaar) en externe dynamiek
 Personalistisch: Zingeving  Unieke karakter van de mens, zelf cultuur scheppen
Psychoanalyse Behaviorisme Humanisme Cognitieve psycho Systeemtheorie Omgevingspsych Biologische psycho

, Klassieke Leerprocesse Theorie Theorie Systeemtheo Theorie Bio
theorie n Rogers cognitie rieën ruimtegeb theorieën
ruik
Onbewuste mentale Habituatie Persoonlijkheid Waarneming en cognitieve Strategische stroming id Persoonlijke ruimte Erfelijkheid
processen schema’s gezinstherapie
 Bewuste: Gewenningsleren Verandering van = Bewerking en ontwikkeling Psychische stoornis is geen Verschillende DNA, menselijk genoom
Dat deel van de psychè persoon tot stand van kennis en informatie knmrk van individu, gradaties dat op chromosomen is
dat alles omvat wat zich Verschil in mate v brengen maar knmrk van (Vlucht of gelokaliseerd
op een bep moment habitueren Belangr resultaten: systeem toenadering)
onder de aandacht Persoon moet zo 1.≠ cogn processen.  Adenine
afspeelt Snel habitueren = sneller sterk worden Enerzijds processen die Communicatietheorie + Regelen van afstand  Guanine
 Voorbewuste: verveeld gemaakt dat hij doelbewust gestuurd en systeemdenken is en nabijheid tov  Cytosine
Kennis die op dat zowel zijn actuele gecontroleerd worden. kenmerkend andere mensen  Thymine
moment niet onder Autisme en schizo als toekomstige Anderzijds de Regulering meestal
aandacht speelt mr wel habitueren slecht. problemen automatische. Systeemdenken: onbewust Genotype
op te roepen is herhaalde prikkel blijft een zelfstandig kan 2.Onderscheid tss proces en wisselwerking tss Fenotype
 Onbewuste: nieuwe prikkel oplossen resultaat systeem (gezin) en Benadering zijkant
Deel vd psychè waat mn omgeving benadrukken minder vervelend Nature/Nurture
niet van weet «» Sensitisatie Competente Waarneming is actief Wetmatigheden binnen
(vooral cogn, emo en Empowerment Proces een systeem Grenzen zijn flexibel Heritability
motiv processen) Mensen hebben Onderlinge relaties zijn = algemene maat voor de
Persoonlijkheid is verwachtingen en belangrijkste Biedt veiligheid en erfelijke bijdrage aan
o Primair proces dynamisch verdelen hun aandacht: bescherming: buffer het gedrag
Onbewuste, enkel cognitieve schema’s Eigenschappen: om ongewenste
wensen en geen normen Interactie tss voelen, = innerlijke weergave van toenadering tegen Genetic Counseling
of waarden denken en object of situatie en kan  Functioneren van te gaan = Uitleg geven aan ouders
Lustprincipe handelen duidelijk alg of spec zijn individuele leden kan over de
Irrationeel maken: enkel begrepen Uiting van erfelijkheidswetten
o Secundair proces Interne/externe Onze kennis beïnvloedt de worden vanuit de communicatie
(Voor)bewuste, dialoog waarneming en onze regels en het proces
doelmatigheid waarneming beïnvloedt de van een systeem Geeft informatie
Realiteitsprincipe Meer gewicht aan kennis (Overstimulatie =
rationaliteit voelen dan denken = waarnemingscyclus  Totaliteitsbeginsel stress)
= lichamelijk gevoelde Elk deel ve system
 Drifttheorie betekenis verhoudt zich zo tot 4 lagen
Eros & Thanatos (lichamelijke de andere delen dat  Intieme zone
(Energie Eros = Libido) gewaarwording hbb een verandering in 1  Persoonlijke zone
gevoelsbetekenis) deel een verandering  Sociale zone
4 mechanismen in alle delen en het  Publieke zone
totale systeem met