HOOFDSTUK 9: Lactosebeperkt en Lactosevrij dieet
= Enkelvoudig kwantitatief dieet waarbij de inname van lactose beperkt of verboden is
Indicaties
1. Lactose-intolerantie tgv lactasedeficiëntie
Lactose – intolerantie niet in staat om significante hoeveelheden lactose te verteren
Oorzaak: vertraagde of verminderde synthese van lactase = enzym dat in dunne darm wordt
geproduceerd
Lactose moet door dit lactase gesplitst worden in galactose en glucose om opgenomen te kunnen
worden door het lichaam
Bij geen/onvoldoende lactaseproductie of -activiteit wordt lactose niet of onvolledig opgenomen
Lactose komt onafgebroken/onverteerd in colon terecht waar het door aanwezig bacteriën
wordt gebruikt en omgezet wordt tot laagmoleculaire gassen en zuren (koolzuurgas,
waterstofgas en melkzuur)
o Door de pH-daling zorgt ervoor dat water en vocht aangetrokken worden in de darm
waterdunne stoelgang
Klachten: opgeblazen gevoel, buikkrampen, winderigheid, misselijkheid,
spasmen en vaak ook explosieve gistingsdiarree
Ernst afhankelijk van de hoeveelheid lactose die ingenomen werd +
graad van intolerantie.
Bij kinderen vnl. braken
Oorzaken lactasedeficiëntie
Congenitale of primaire lactasedeficiëntie:
Aangeboren lactasedeficiëntie (zeer zelden)
Diarree, dehydratatie, malnutritie en verlies grote hoeveelheden lactose in stoelgang
Lactase afwezig of abnormaal laag gedurende gehele leven levenslang lactosevrij-dieet
Primair verworven lactasedeficiëntie
Meest voorkomende type: gevolg van normaal genetische gecontroleerde fysiologische
daling in de lactase-activiteit
Lactase-activiteit grootst bij zuigelingen en neemt nadien af
Tussen 2-20jaar bij meerderheid van de bevolking van nature verlies van lactase tot >10%
van oorspronkelijke hoeveelheid
Valt maar zelden volledig weg resterende lactase-gehalte bepalend voor de mate waarbij
symptomen ontwikkelen na inname bepaalde hoeveelheid lactose
Secundair lactasedeficiëntie
Van voorbijgaande aard
Is het resultaat van ziekte die schade berokken aan de mucosa van de darm of van operatie
om mucosa te reduceren
Tijdelijk tekort aan lactase-activiteit in borstelzoom partiële afvlakking en beschadiging
van het darmslijmvlies en darmvilli als gevolg van een ziekte (coeliakie, ziekte van Crohn,
langdurig TPN) of door tekort aan darmslijmvlies (Short-Bowel-Syndroom)
2. Lactose-intolerantie tgv bacteriële overgroei in de dunne darm
Door veranderde anatomische verhouding na maagresectie, darmresectie en bij vernauwingen
Het dieet heeft tot doel gistingsdiarree en buikklachten te voorkomen
= Enkelvoudig kwantitatief dieet waarbij de inname van lactose beperkt of verboden is
Indicaties
1. Lactose-intolerantie tgv lactasedeficiëntie
Lactose – intolerantie niet in staat om significante hoeveelheden lactose te verteren
Oorzaak: vertraagde of verminderde synthese van lactase = enzym dat in dunne darm wordt
geproduceerd
Lactose moet door dit lactase gesplitst worden in galactose en glucose om opgenomen te kunnen
worden door het lichaam
Bij geen/onvoldoende lactaseproductie of -activiteit wordt lactose niet of onvolledig opgenomen
Lactose komt onafgebroken/onverteerd in colon terecht waar het door aanwezig bacteriën
wordt gebruikt en omgezet wordt tot laagmoleculaire gassen en zuren (koolzuurgas,
waterstofgas en melkzuur)
o Door de pH-daling zorgt ervoor dat water en vocht aangetrokken worden in de darm
waterdunne stoelgang
Klachten: opgeblazen gevoel, buikkrampen, winderigheid, misselijkheid,
spasmen en vaak ook explosieve gistingsdiarree
Ernst afhankelijk van de hoeveelheid lactose die ingenomen werd +
graad van intolerantie.
Bij kinderen vnl. braken
Oorzaken lactasedeficiëntie
Congenitale of primaire lactasedeficiëntie:
Aangeboren lactasedeficiëntie (zeer zelden)
Diarree, dehydratatie, malnutritie en verlies grote hoeveelheden lactose in stoelgang
Lactase afwezig of abnormaal laag gedurende gehele leven levenslang lactosevrij-dieet
Primair verworven lactasedeficiëntie
Meest voorkomende type: gevolg van normaal genetische gecontroleerde fysiologische
daling in de lactase-activiteit
Lactase-activiteit grootst bij zuigelingen en neemt nadien af
Tussen 2-20jaar bij meerderheid van de bevolking van nature verlies van lactase tot >10%
van oorspronkelijke hoeveelheid
Valt maar zelden volledig weg resterende lactase-gehalte bepalend voor de mate waarbij
symptomen ontwikkelen na inname bepaalde hoeveelheid lactose
Secundair lactasedeficiëntie
Van voorbijgaande aard
Is het resultaat van ziekte die schade berokken aan de mucosa van de darm of van operatie
om mucosa te reduceren
Tijdelijk tekort aan lactase-activiteit in borstelzoom partiële afvlakking en beschadiging
van het darmslijmvlies en darmvilli als gevolg van een ziekte (coeliakie, ziekte van Crohn,
langdurig TPN) of door tekort aan darmslijmvlies (Short-Bowel-Syndroom)
2. Lactose-intolerantie tgv bacteriële overgroei in de dunne darm
Door veranderde anatomische verhouding na maagresectie, darmresectie en bij vernauwingen
Het dieet heeft tot doel gistingsdiarree en buikklachten te voorkomen