IN DIALOOG MET KINDEREN EN HUN DIVERSE BEHOEFTEN
DE BASISBEHOEFTEN STIMULEREN
WAAROM in dialoog met kinderen
→ positieve relatie opbouwen
→ kinderen stimuleren om te groeien
↓
Besef elk kind andere basisbehoeften → communicatie aanpassen, startpunt: empathische houding
→ sensitief & responsief handelen
Competentie: ik kan het
Verbondenheid: ik hoor erbij
Autonomie: ik wil het zelf
→ optimale ontwikkeling ALS er evenwichtig is van de basisbehoeften
DE BASISBEHOEFTEN EN MOTIVATIE
Motivatie belangrijk om het leren en presteren te bevorderen
! elk kind heeft motivatie, in mindere mate → leerkracht achterhalen waarom
EXTRINSIEKE MOTIVATIE: activiteit uitvoeren voor een uitkomst die buiten de activiteit ligt
INTRINSIEKE MOTIVATIE: persoonlijke interesses vormen drijfveer van gedrag (wenselijkst)
Autonomie ↑, zelf keuzes maken → IM ↑
Autonomie ↓ → IM ↓
Uitdaging (ZNO) → competentiegevoel ↑ + IM ↑
Best uitdagen op hun niveau (binnen ZNO) → vertrouwen te ontwikkelen in hun eigen kunnen
Positieve relatie met leerlingen → verbondenheid ↑ → IM ↑
I-> basishouding: waarderen & vertrouwen
1 basisbehoefte niet voldaan → IM zal dalen
→ in dialoog gaan: empathische houding; sensitief & responsief handelen
,FUNDAMENTEN VOOR EEN POSITIEVE DIALOOG EN RELATIE:
DE BASISHOUDINGEN WAARDEREN EN VERTROUWEN
BELANG VAN EEN POSITIEVE RELATIE
Basis positieve relatie: goede dialoog
Positieve relatie → goed functionerende leerling, effectief onderwijs, optimale leeropbrengsten
ELEMENTEN GOEDE DIALOOG
GELIJKWAARDIGHEID
→ vaak machtsverschil tussen lln en lkr → verhaal van het kind vergeten
↓
→ ongelijkheid opheffen: goed luisteren, gelijkwaardige gesprekspartner
I-> kind serieus genomen, gerespecteerd in gevoelens, gedachten en meningen
AUTHENTICITEIT
→ gedragen zoals je bent: denken = doen
ACCEPTATIE
→ meningen en gevoelens accepteren → relatie biedt meer veiligheid & warmte
EMPATHIE
→ verplaatsen in de gevoelens van de andere; zonder oordelen
ONTVANKELIJKHEID
→ bereid en in staat zijn om met elkaar in dialoog te gaan
POSITIEVE RELATIE ALS KIND…
Veilig voelen
Durven uiten van probleem + aanvaarden van hulp
Relativeren en plaatsen dat een leerkracht een probleem van een leerling niet goed aanpakt
Loyaliteit tonen & positieve relatie behouden
Minder acceptatiegrens aftasten
COMPONENTEN RELATIE TUSSEN LLN EN LKR
INDIVIDUELE KENMERKEN
→ geslacht, overtuigingen, verwachtingen, gevoelens, behoeften,…
INTERACTIE tussen leerkrachten en leerlingen
→ ruimte voor spontaniteit? Veel/weinig wisselwerking? Wie brengt veel inbreng?
EXTERNE INVLOEDEN
→ schoolcultuur, maatschappelijke gebeurtenissen en denkbeelden, actuele gebeurtenissen
→ ‘mens en maatschappijbeeld’
, GEVOLGEN POSITIEVE RELATIE
Goede ontwikkeling van leerlingen
- Meer plezier op school
- Beter overeenkomen met klasgenoten
- Veilige basis → weten dat je bij lkr terecht kunt
- Belangrijk bij overgangsfase (kleuter-lager) → veiligheid & verborgenheid
Goede voorspeller
- voorspeller voor gedrag latere lln
- meer samenwerkend & altruïstisch gedrag
- positieve invloed op lkr en welbevinden
Rekening houden met ABC
Geen goede band → grotere kans om te falen
HOE POSITIEVE RELATIE OPBOUWEN
Actie ondernemen
Waarderend communiceren: praten over leven buiten de school
Geregeld momenten waar lln terecht bij lkr kunnen → momenten duidelijk maken
Tijd, geduld, vertrouwen nodig! + noodzakelijk!
PLAATS VAN DIALOOG BINNEN EEN POSITIEVE RELATIE
Dialoog = onderzoeksgesprek aan de hand van vragen en antwoorden
→ gezamenlijk nadenken primeert
→ ideeën & ervaringen uitwisselen
→ erkenning van verschillen + zijn wie je wilt zijn
→ jezelf & lln uitdagen om alle standpunten te onderzoeken
Goede dialoog → rol in positieve relatie
Goed communiceren → positieve relatie
Onvoorwaardelijk accepteren van een kind & het vertrouwen beiden
→ essentieel voor positieve dialoog en relatie op te bouwen
(+) openheid (-) geslotenheid
Sterke band geen wederzijds respect
Interesse taalbarrière
Vertrouwen andere interesses
Gelijkheid geen vertrouwen
Wederzijds respect geen band
DE BASISBEHOEFTEN STIMULEREN
WAAROM in dialoog met kinderen
→ positieve relatie opbouwen
→ kinderen stimuleren om te groeien
↓
Besef elk kind andere basisbehoeften → communicatie aanpassen, startpunt: empathische houding
→ sensitief & responsief handelen
Competentie: ik kan het
Verbondenheid: ik hoor erbij
Autonomie: ik wil het zelf
→ optimale ontwikkeling ALS er evenwichtig is van de basisbehoeften
DE BASISBEHOEFTEN EN MOTIVATIE
Motivatie belangrijk om het leren en presteren te bevorderen
! elk kind heeft motivatie, in mindere mate → leerkracht achterhalen waarom
EXTRINSIEKE MOTIVATIE: activiteit uitvoeren voor een uitkomst die buiten de activiteit ligt
INTRINSIEKE MOTIVATIE: persoonlijke interesses vormen drijfveer van gedrag (wenselijkst)
Autonomie ↑, zelf keuzes maken → IM ↑
Autonomie ↓ → IM ↓
Uitdaging (ZNO) → competentiegevoel ↑ + IM ↑
Best uitdagen op hun niveau (binnen ZNO) → vertrouwen te ontwikkelen in hun eigen kunnen
Positieve relatie met leerlingen → verbondenheid ↑ → IM ↑
I-> basishouding: waarderen & vertrouwen
1 basisbehoefte niet voldaan → IM zal dalen
→ in dialoog gaan: empathische houding; sensitief & responsief handelen
,FUNDAMENTEN VOOR EEN POSITIEVE DIALOOG EN RELATIE:
DE BASISHOUDINGEN WAARDEREN EN VERTROUWEN
BELANG VAN EEN POSITIEVE RELATIE
Basis positieve relatie: goede dialoog
Positieve relatie → goed functionerende leerling, effectief onderwijs, optimale leeropbrengsten
ELEMENTEN GOEDE DIALOOG
GELIJKWAARDIGHEID
→ vaak machtsverschil tussen lln en lkr → verhaal van het kind vergeten
↓
→ ongelijkheid opheffen: goed luisteren, gelijkwaardige gesprekspartner
I-> kind serieus genomen, gerespecteerd in gevoelens, gedachten en meningen
AUTHENTICITEIT
→ gedragen zoals je bent: denken = doen
ACCEPTATIE
→ meningen en gevoelens accepteren → relatie biedt meer veiligheid & warmte
EMPATHIE
→ verplaatsen in de gevoelens van de andere; zonder oordelen
ONTVANKELIJKHEID
→ bereid en in staat zijn om met elkaar in dialoog te gaan
POSITIEVE RELATIE ALS KIND…
Veilig voelen
Durven uiten van probleem + aanvaarden van hulp
Relativeren en plaatsen dat een leerkracht een probleem van een leerling niet goed aanpakt
Loyaliteit tonen & positieve relatie behouden
Minder acceptatiegrens aftasten
COMPONENTEN RELATIE TUSSEN LLN EN LKR
INDIVIDUELE KENMERKEN
→ geslacht, overtuigingen, verwachtingen, gevoelens, behoeften,…
INTERACTIE tussen leerkrachten en leerlingen
→ ruimte voor spontaniteit? Veel/weinig wisselwerking? Wie brengt veel inbreng?
EXTERNE INVLOEDEN
→ schoolcultuur, maatschappelijke gebeurtenissen en denkbeelden, actuele gebeurtenissen
→ ‘mens en maatschappijbeeld’
, GEVOLGEN POSITIEVE RELATIE
Goede ontwikkeling van leerlingen
- Meer plezier op school
- Beter overeenkomen met klasgenoten
- Veilige basis → weten dat je bij lkr terecht kunt
- Belangrijk bij overgangsfase (kleuter-lager) → veiligheid & verborgenheid
Goede voorspeller
- voorspeller voor gedrag latere lln
- meer samenwerkend & altruïstisch gedrag
- positieve invloed op lkr en welbevinden
Rekening houden met ABC
Geen goede band → grotere kans om te falen
HOE POSITIEVE RELATIE OPBOUWEN
Actie ondernemen
Waarderend communiceren: praten over leven buiten de school
Geregeld momenten waar lln terecht bij lkr kunnen → momenten duidelijk maken
Tijd, geduld, vertrouwen nodig! + noodzakelijk!
PLAATS VAN DIALOOG BINNEN EEN POSITIEVE RELATIE
Dialoog = onderzoeksgesprek aan de hand van vragen en antwoorden
→ gezamenlijk nadenken primeert
→ ideeën & ervaringen uitwisselen
→ erkenning van verschillen + zijn wie je wilt zijn
→ jezelf & lln uitdagen om alle standpunten te onderzoeken
Goede dialoog → rol in positieve relatie
Goed communiceren → positieve relatie
Onvoorwaardelijk accepteren van een kind & het vertrouwen beiden
→ essentieel voor positieve dialoog en relatie op te bouwen
(+) openheid (-) geslotenheid
Sterke band geen wederzijds respect
Interesse taalbarrière
Vertrouwen andere interesses
Gelijkheid geen vertrouwen
Wederzijds respect geen band