100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting 'Nederlandse Grammatica'

Rating
4.0
(1)
Sold
2
Pages
10
Uploaded on
23-02-2021
Written in
2015/2016

Samenvatting van 10 pagina's voor het vak Nederlandse Grammatica aan de NHL (Handig overzicht.)

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
February 23, 2021
Number of pages
10
Written in
2015/2016
Type
Summary

Subjects

Content preview

Redekundig ontleden
Werkwoorden

Tegenwoordige tijd: Ik ben, hij snurkt, wij komen
Verleden tijd: Ik was, hij snurkte, wij kwamen
Voltooide tijd: Ik ben geweest, hij heeft gesnurkt, wij zijn gekomen


Voltooide deelwoorden
Infinitief of bepaalde wijs = Hele werkwoord

Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm in de zin:
- Verander de tijd (bijv. heeft gelakt  had gelakt)
- Verander het onderwerp in meervoud (Ik heb  wij hebben)
- Verander de zin en in een vraag die je met ja/nee kunt beantwoorden,
Het eerst woord in de zin is de persoonsvorm, of de tweede als er een wie/wat/waarom voor
staat.

Zinsdelen

Woordgroepjes en overgebleven woorden zijn de bouwstenen van een zin. Een kenmerk van
zinsdelen is dat je ze naar voren of naar achteren kunt verplaatsen:

Een groene enveloppe lag er de volgende morgen op de mat.
Op de mat lag er de volgende morgen een groene enveloppe.

Om uit te maken wat een zinsdeel is en gebruiken we de verplaatsingsproef:
Wat je maximaal voor de persoonsvorm kunt zetten is een zinsdeel. Dus zoveel mogelijk woorden
tegelijk voor de persoonsvorm. (Bijv: Een groene enveloppe, de volgende morgen, op de mat).
In zinsdelen wordt deze zin dus:
/De volgende morgen/ lag/ er/ een groene enveloppe/ op de mat./

Sommige zinsdelen kunnen niet voor de persoonsvorm staan. Bijv; nog of niet. Die woorden zijn nog
steeds een zinsdeel.

Soms worden zinsdelen onderbroken door andere woorden, ook wel een discontinu zinsdeel, bijv:
Kasper heeft een slang gezien van drie meter lang.

Dit kun je bepalen door de verplaatsingsproef:
Een slang van drie meter lang heeft Kasper gezien.

Werkwoordelijk gezegde

Alle werkwoorden en de persoonsvorm in een zin vormen samen het werkwoordelijk gezegde. Het
werkwoordelijk gezegde vind je door de persoonsvorm en de werkwoorden achter elkaar uit te
spreken. Bijv: is begonnen: Gisteren is het carnaval begonnen.
Is = Persoonsvorm
Is begonnen = Werkwoordelijke gezegde

, Onderwerp

Er is altijd een rolverdeling in de zinnen, bijv:
De kinderen/ gaven/ de witte muis/ een molentje.
Doet het krijgt het ondergaat het

De rol van ‘doener’: Onderwerp
De rol van ‘krijger’: Meewerkend voorwerp
De rol van ‘ondergander’: Lijdend voorwerp

Hoe vind je het onderwerp in de zin?

- Manier 1: Wie/wat + Gezegde? Bijv:

Wie gaven de witte muis een molentje?  De kinderen  Onderwerp
Wat verwoestte drie dorpen?  De tornado  Onderwerp

- Manier 2: Ook kun je het onderwerp vinden door de persoonsvorm in het meervoud te
zetten en dan zie je automatisch welk zinsdeel je in de meervoud moet zetten, bijv:

Zo’n kwal had de duiker nog nooit gezien. (Persoonsvorm enkelvoud)
Zo’n kwal hadden de duiker nog nooit gezien. (Persoonsvorm meervoud)
Zo’n kwal hadden de duikers nog nooit gezien. (Onderwerp meervoud)

Lijdend voorwerp

Sommige werkwoorden hebben niet alleen iemand die het uitvoert maar ook iemand die het
ondergaat. Hoe vind je het lijdend voorwerp?

Wie/Wat + persoonsvorm + Onderwerp + Werkwoordelijk gezegde

Bijv:
Masha koopt altijd drop.  Wat koopt Masha altijd?  Drop
Iedereen droeg opeens een muts.  Wat droeg iedereen?  Een muts
Isha zag dit keer helemaal niets.  Wat zag Isha?  Helemaal niets

Soms is er geen lijdend voorwerp in de zin:
1. Zinsdeel begint met een voorzetsel  Hij houdt van aardbeien
2. Er zijn of worden in de zin staat:  Karel is de voorzitter.
Jacob wordt goochelaar.
Meewerkend voorwerp


Het meewerkend voorwerp heeft altijd iets te maken met het werkwoord ‘geven’ en heeft altijd de
rol van ‘ontvanger’ of ‘krijger’. Het meewerkend voorwerp krijgt dus wat het onderwerp geeft. Het
onderwerp is de gever en het lijdend voorwerp ’wat gegeven wordt’, bijv:

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
3 year ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
CosetteUnique NHL Stenden Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
29
Member since
10 year
Number of followers
26
Documents
10
Last sold
1 year ago
Docent Engels Studie Samenvattingen

3.0

2 reviews

5
0
4
1
3
0
2
1
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions