KUNSTMARKT
Introductie en de
architectuur van de
kunstmarkt
Kunst en economie
Kunst is … door kunsthistorici
Normatief: wat kunst is, wie het bepaalt staat vast, voor een beperkt groepje
Kunst staat buiten economie: kunst als een bijzonder statuut, totaal
onafhankelijk van economie
Commercialization effect: negatieve impact op waarde, het idee dat als je
kunst en markt te dicht bij elkaar brengt, dat het waarde zal afdoen op de
kunst = absurd
Kunst en markt = Hostile Worlds (Viviana Zelizer), vijandige werelden, als het
te commercieel is, wordt er waarde verloren aan de kunst kant
Kunst is… door economen
Relatief: zowel de kunst als de waarden. Voor de stereotype econoom is
kunst een product, het speciale statuut van kunst bestaat niet, niet speciaal
Individueel, dynamisch
Economisch goed (recourses en arbeid)
Economics of the art vs. cultural economics: PPT
Historiografie: Social History of Art (Burke, 2019)
Alle kunst wordt gemaakt in een context en die context beïnvloed het kunstwerk.
Verschillende perspectieven, quasi onmogelijk om ze allemaal te combineren. Meest
voorkomende:
1. Culturele benadering
De breedste interpretatie
Principe van ‘geistesgeschichte’: kunst als materialisering/ impressie van
tijdsgeest en wereldbeeld
Jacob Burckhardt als voorloper
Andere namen: Wölfflin, Dvorak, jonge Panofsky
Weinig interesse voor economische en sociale structuren
Pagina 1 van 63
, Bv. Maniërisme is niet zomaar stilistisch anders, ook een heel andere periode:
reflecteert de spanning tijdens de contrareformatie met de overgang naar barok.
2. Marxistische en materialistische benadering
Basis ligt bij het boek van Marx en Engels: Die Deutsche Ideologie (m. 19e E)
Kunst als een vorm van economische productie, arbeid
Iedereen heeft een kern van artistieke vaardigheden, sommige mensen
ontwikkelen die vaardigheden
Kunst verklaren uit materiële en sociale omstandigheden (klasse, economie,
patronage)
o Wie betaalt hiervoor? Waarom? Welke klassennormen gereflecteerd
in de kunst?
Arnold Hauser (werk: A Social History of Art, m. 20e E) probeerde de gehele
kunstgeschiedenis vanuit sociologisch perspectief te benaderen, maar
oppervlakkig
Bv. Rococo was enkel voor de aristocratie, Vermeer: interieur echt bourgeois,
Courbet: kunstenaar als actieve participant in de samenleving
3. Empirische benadering
Social history of art: enkel op microniveau
o Empirisch is enkel op microniveau
Generaliseren is onmogelijk (historicisme)
Gombrich en Francis Haskell. Kunst is niet enkel te verklaren door iets wat zomaar
uit de grond schiet: ook wie het vraagt, tendensen maatschappij maar hier op
kleine schaal.
Kritiek: connectie met theorie opnieuw verliezen. We zouden een middenweg
moeten vinden tussen aandacht te hebben voor wat kunst fantastisch maakt en
ook zien dat kunst een product is uit die tijd.
Risico: te beschrijvend
4. Andere benaderingen
Sinds 1970s:
Receptiegeschiedenis/ collectiegeschiedenis
Antropologie van de kunst
Art worlds – Visual culture
Kunst en politiek
Kunst en gender
Economie van kunst
Etc.
Jaren 80
Art Worlds (Howard S. Becker, 1982)
Pagina 2 van 63
, Kunst is een product van collectieve actie, van complexe sociale, politieke en
economische relaties. Kunst overstijgt de macht van het geld, maar is er ook
wel nauw aan verbonden. Fossils of economic life
Vanaf jaren 90 was het steeds meer populair om over de kunstenaar zelf te praten,
hiervoor ging het enkel maar over de werken.
“Early adopters” bij kunsthistorici:
Michael Baxandall, Painting and Experience in Fifteenth-Century Italy (1972)
o schilderijen ≠ grote verwezenlijkingen = “fossils of economic life”
Svetlana Alpers, Rembrandt’s Enterprise: The Studio and the Market (1988)
Art Market Studies
Economisch sociologen, culturele economen, psychologen.
John Micheal Montias
Amerikaanse econoom met grote collectie van Nederlandse kunst. Keek naar
hetzelfde bronnenmateriaal als kunsthistorici, maar met een ander doel. Hoeveel
werken hingen er aan de muren in Delft in 1630? Meer landschappen of genre? Erg
basis kijken naar materiaal dat al eeuwenlang door kunsthistorici gebruikt werd.
Vragen stellen: waarom deze kunst? Waarom rond deze tijd? In beide inkomens? Het
belang van context is dus zeer duidelijk hier!
Neil de Marchi & Hans van Miegroet
Interdisciplinair: econoom en kunsthistoricus.
Olav Velthuis, Talking prices
Eyeopener voor ons veld, we hebben weinig informatie over de markt, musea lopen
hier niet mee te koop natuurlijk. In zijn werk is hij galleriehouders gaan interviewen,
voor de eerste keer krijgen we inzichten.
Geschiedenis van de Kunstmarkt
Basisvragen:
Hoe functioneert de kunstmarkt? De eerste kunsthandelaren waren de echtgenotes
van de kunstenaars. Later komen er professionele kunsthandelaars, meestal gefaalde
kunstenaars. Zo gaan er lagen ontwikkelen, mechanisme actoren en instellingen
Welke rol speelt de context?
Waar komen de actoren en instituties vandaan?
Hoe werd informatie vergaard?
Hoe werd kwaliteit verzekerd?
Kernwoorden:
Vraag
Pagina 3 van 63
, Aanbod
Actoren en instituties = ecosysteem van de kunstmarkt
Informatie en vertrouwen
Kwaliteit
De Architectuur van de kunstmarkt
Wat is de kunstmarkt?
Media focust op hoge prijzen, records, kunstverzamelaars, grote evenementen,
kunstbeurzen.
Niet één kunstmarkt
Specifieke eigenschappen
Verschillende marktsegmenten
o Type object
o Stijl/stroming
Verschillende motivaties kopers
Verschillende mechanismes
Er is niet zoiets als de kunstmarkt, er is eigenlijk niet één kunstmarkt. Een fysieke of
figuratieve plaats waar kunst wordt verhandeld. Verschillende niveaus: markt voor
medium, markt voor stijl, … hebben allemaal een eigen mechanisme.
Het ‘product’ (verhandelde goed)
We bekijken kunstwerken als product in deze les. Wat zijn de belangrijkste
eigenschappen van een werk:
Basiseigenschappen: grootte, materiaal, kleur, datering, waar was het
eerder.
Speciale eigenschappen
Heterogene goederen: elk werk is op zich uniek, beperkte oplage. Verbonden
aan substitueerbaarheid: werken wisselen met andere.
Credence goods: objectief kan je de waarde niet bepalen. Prijs wel
Private goods
De eigenschappen bepalen in grote mate hoe duur het werk verkocht zal worden.
Kunstmarkt basics
1) Aanbod en vraag
2) Organisatie van de markt en marktspelers
3) Segmentatie van de kunstmarkt
1. Aanbod en vraag
Aanbodscurve loopt omhoog bij kunst, want meeste kunstenaars zijn dood. Hierdoor
staat de supply vast = fixed supply, inelastische aanbodcurve. Het is geen normale
markt, maar in het verleden wel! Toen was de kunstmarkt veel meer gebaseerd op de
normale werking van het economische model.
Pagina 4 van 63
Introductie en de
architectuur van de
kunstmarkt
Kunst en economie
Kunst is … door kunsthistorici
Normatief: wat kunst is, wie het bepaalt staat vast, voor een beperkt groepje
Kunst staat buiten economie: kunst als een bijzonder statuut, totaal
onafhankelijk van economie
Commercialization effect: negatieve impact op waarde, het idee dat als je
kunst en markt te dicht bij elkaar brengt, dat het waarde zal afdoen op de
kunst = absurd
Kunst en markt = Hostile Worlds (Viviana Zelizer), vijandige werelden, als het
te commercieel is, wordt er waarde verloren aan de kunst kant
Kunst is… door economen
Relatief: zowel de kunst als de waarden. Voor de stereotype econoom is
kunst een product, het speciale statuut van kunst bestaat niet, niet speciaal
Individueel, dynamisch
Economisch goed (recourses en arbeid)
Economics of the art vs. cultural economics: PPT
Historiografie: Social History of Art (Burke, 2019)
Alle kunst wordt gemaakt in een context en die context beïnvloed het kunstwerk.
Verschillende perspectieven, quasi onmogelijk om ze allemaal te combineren. Meest
voorkomende:
1. Culturele benadering
De breedste interpretatie
Principe van ‘geistesgeschichte’: kunst als materialisering/ impressie van
tijdsgeest en wereldbeeld
Jacob Burckhardt als voorloper
Andere namen: Wölfflin, Dvorak, jonge Panofsky
Weinig interesse voor economische en sociale structuren
Pagina 1 van 63
, Bv. Maniërisme is niet zomaar stilistisch anders, ook een heel andere periode:
reflecteert de spanning tijdens de contrareformatie met de overgang naar barok.
2. Marxistische en materialistische benadering
Basis ligt bij het boek van Marx en Engels: Die Deutsche Ideologie (m. 19e E)
Kunst als een vorm van economische productie, arbeid
Iedereen heeft een kern van artistieke vaardigheden, sommige mensen
ontwikkelen die vaardigheden
Kunst verklaren uit materiële en sociale omstandigheden (klasse, economie,
patronage)
o Wie betaalt hiervoor? Waarom? Welke klassennormen gereflecteerd
in de kunst?
Arnold Hauser (werk: A Social History of Art, m. 20e E) probeerde de gehele
kunstgeschiedenis vanuit sociologisch perspectief te benaderen, maar
oppervlakkig
Bv. Rococo was enkel voor de aristocratie, Vermeer: interieur echt bourgeois,
Courbet: kunstenaar als actieve participant in de samenleving
3. Empirische benadering
Social history of art: enkel op microniveau
o Empirisch is enkel op microniveau
Generaliseren is onmogelijk (historicisme)
Gombrich en Francis Haskell. Kunst is niet enkel te verklaren door iets wat zomaar
uit de grond schiet: ook wie het vraagt, tendensen maatschappij maar hier op
kleine schaal.
Kritiek: connectie met theorie opnieuw verliezen. We zouden een middenweg
moeten vinden tussen aandacht te hebben voor wat kunst fantastisch maakt en
ook zien dat kunst een product is uit die tijd.
Risico: te beschrijvend
4. Andere benaderingen
Sinds 1970s:
Receptiegeschiedenis/ collectiegeschiedenis
Antropologie van de kunst
Art worlds – Visual culture
Kunst en politiek
Kunst en gender
Economie van kunst
Etc.
Jaren 80
Art Worlds (Howard S. Becker, 1982)
Pagina 2 van 63
, Kunst is een product van collectieve actie, van complexe sociale, politieke en
economische relaties. Kunst overstijgt de macht van het geld, maar is er ook
wel nauw aan verbonden. Fossils of economic life
Vanaf jaren 90 was het steeds meer populair om over de kunstenaar zelf te praten,
hiervoor ging het enkel maar over de werken.
“Early adopters” bij kunsthistorici:
Michael Baxandall, Painting and Experience in Fifteenth-Century Italy (1972)
o schilderijen ≠ grote verwezenlijkingen = “fossils of economic life”
Svetlana Alpers, Rembrandt’s Enterprise: The Studio and the Market (1988)
Art Market Studies
Economisch sociologen, culturele economen, psychologen.
John Micheal Montias
Amerikaanse econoom met grote collectie van Nederlandse kunst. Keek naar
hetzelfde bronnenmateriaal als kunsthistorici, maar met een ander doel. Hoeveel
werken hingen er aan de muren in Delft in 1630? Meer landschappen of genre? Erg
basis kijken naar materiaal dat al eeuwenlang door kunsthistorici gebruikt werd.
Vragen stellen: waarom deze kunst? Waarom rond deze tijd? In beide inkomens? Het
belang van context is dus zeer duidelijk hier!
Neil de Marchi & Hans van Miegroet
Interdisciplinair: econoom en kunsthistoricus.
Olav Velthuis, Talking prices
Eyeopener voor ons veld, we hebben weinig informatie over de markt, musea lopen
hier niet mee te koop natuurlijk. In zijn werk is hij galleriehouders gaan interviewen,
voor de eerste keer krijgen we inzichten.
Geschiedenis van de Kunstmarkt
Basisvragen:
Hoe functioneert de kunstmarkt? De eerste kunsthandelaren waren de echtgenotes
van de kunstenaars. Later komen er professionele kunsthandelaars, meestal gefaalde
kunstenaars. Zo gaan er lagen ontwikkelen, mechanisme actoren en instellingen
Welke rol speelt de context?
Waar komen de actoren en instituties vandaan?
Hoe werd informatie vergaard?
Hoe werd kwaliteit verzekerd?
Kernwoorden:
Vraag
Pagina 3 van 63
, Aanbod
Actoren en instituties = ecosysteem van de kunstmarkt
Informatie en vertrouwen
Kwaliteit
De Architectuur van de kunstmarkt
Wat is de kunstmarkt?
Media focust op hoge prijzen, records, kunstverzamelaars, grote evenementen,
kunstbeurzen.
Niet één kunstmarkt
Specifieke eigenschappen
Verschillende marktsegmenten
o Type object
o Stijl/stroming
Verschillende motivaties kopers
Verschillende mechanismes
Er is niet zoiets als de kunstmarkt, er is eigenlijk niet één kunstmarkt. Een fysieke of
figuratieve plaats waar kunst wordt verhandeld. Verschillende niveaus: markt voor
medium, markt voor stijl, … hebben allemaal een eigen mechanisme.
Het ‘product’ (verhandelde goed)
We bekijken kunstwerken als product in deze les. Wat zijn de belangrijkste
eigenschappen van een werk:
Basiseigenschappen: grootte, materiaal, kleur, datering, waar was het
eerder.
Speciale eigenschappen
Heterogene goederen: elk werk is op zich uniek, beperkte oplage. Verbonden
aan substitueerbaarheid: werken wisselen met andere.
Credence goods: objectief kan je de waarde niet bepalen. Prijs wel
Private goods
De eigenschappen bepalen in grote mate hoe duur het werk verkocht zal worden.
Kunstmarkt basics
1) Aanbod en vraag
2) Organisatie van de markt en marktspelers
3) Segmentatie van de kunstmarkt
1. Aanbod en vraag
Aanbodscurve loopt omhoog bij kunst, want meeste kunstenaars zijn dood. Hierdoor
staat de supply vast = fixed supply, inelastische aanbodcurve. Het is geen normale
markt, maar in het verleden wel! Toen was de kunstmarkt veel meer gebaseerd op de
normale werking van het economische model.
Pagina 4 van 63