Nederlands
Les 3
Doelen leesonderwijs
Tekstsoort Teksttype
Informatieve tekst naslagwerken, informatieve websites,
= kennis over werkelijkheid folders, artikels in kranten en
tijdschriften, aantekeningen, …
overtuigende teksten reclame, sollicitatiebrieven,
= opvattingen lezer beïnvloeden met verkiezingsprogramma’s, bepaalde
argumenten + aanzetten tot actie affiches, banners, …
instruerende teksten instructies, handleidingen,
= hoe iets werkt + hoe je moet gebruiksaanwijzingen, recepten,
handelen wegbeschrijvingen, ...
verhalende teksten fantasieverhalen, dierenverhalen,
= vertellen een verhaal (verzonnen of realistische verhalen,
een persoonlijke weergave van de avonturenverhalen, sprookjes, digitale
realiteit) prentenboeken, …
beschouwende teksten columns, recensies, open brieven, …
= verslag van de werkelijkheid +
mening
Ontspannende teksten moppen, triviale verhalen, cartoons,
= willen lezer entertainen raadsels, anekdotes, …
evocatieve teksten gedichten, gebeden, spreuken, odes,
= roepen bepaalde sfeer op bezinningsteksten, …
Manieren van lezen
Oriënterend lezen
=> Om zo snel mogelijk te achterhalen waarover de tekst gaat, met welke
bedoeling de auteur hem schrijft, wat voor soort tekst het is, wat je ervan maf
verwachten.
Globaal/diagonaal lezen = skimmen
=> de tekst oppervlakkig lezen om de hoofdgedachte te achterhalen, door de
inleiding, enkele zinnen, h et slot of enkele alinea’s te lezen.
Zoekend/ selectief lezen = scannen
=> met je ogen snel over de tekst gaan om specifieke info te zoeken, iets
bepaald te lokaliseren.
Intensief of verdiepen lezen
=> tekst volledig begrijpen
Studerend lezen
=> leerinhouden verwerken en internaliseren
Kritisch lezen
=> om een mening te vormen over de boodschap
, Nederlands
Genietend lezen
=> om plezier en voldoening te beleven
Leesmotivatie
+ document ‘oefening fouten herkennen Nederlands’
Literaire genres
fictie ( fantasie)
Literatuur met grote L >< triviale lectuur
-> leesvoer, bieden oppervlakkige ontspanning
Les 3
Doelen leesonderwijs
Tekstsoort Teksttype
Informatieve tekst naslagwerken, informatieve websites,
= kennis over werkelijkheid folders, artikels in kranten en
tijdschriften, aantekeningen, …
overtuigende teksten reclame, sollicitatiebrieven,
= opvattingen lezer beïnvloeden met verkiezingsprogramma’s, bepaalde
argumenten + aanzetten tot actie affiches, banners, …
instruerende teksten instructies, handleidingen,
= hoe iets werkt + hoe je moet gebruiksaanwijzingen, recepten,
handelen wegbeschrijvingen, ...
verhalende teksten fantasieverhalen, dierenverhalen,
= vertellen een verhaal (verzonnen of realistische verhalen,
een persoonlijke weergave van de avonturenverhalen, sprookjes, digitale
realiteit) prentenboeken, …
beschouwende teksten columns, recensies, open brieven, …
= verslag van de werkelijkheid +
mening
Ontspannende teksten moppen, triviale verhalen, cartoons,
= willen lezer entertainen raadsels, anekdotes, …
evocatieve teksten gedichten, gebeden, spreuken, odes,
= roepen bepaalde sfeer op bezinningsteksten, …
Manieren van lezen
Oriënterend lezen
=> Om zo snel mogelijk te achterhalen waarover de tekst gaat, met welke
bedoeling de auteur hem schrijft, wat voor soort tekst het is, wat je ervan maf
verwachten.
Globaal/diagonaal lezen = skimmen
=> de tekst oppervlakkig lezen om de hoofdgedachte te achterhalen, door de
inleiding, enkele zinnen, h et slot of enkele alinea’s te lezen.
Zoekend/ selectief lezen = scannen
=> met je ogen snel over de tekst gaan om specifieke info te zoeken, iets
bepaald te lokaliseren.
Intensief of verdiepen lezen
=> tekst volledig begrijpen
Studerend lezen
=> leerinhouden verwerken en internaliseren
Kritisch lezen
=> om een mening te vormen over de boodschap
, Nederlands
Genietend lezen
=> om plezier en voldoening te beleven
Leesmotivatie
+ document ‘oefening fouten herkennen Nederlands’
Literaire genres
fictie ( fantasie)
Literatuur met grote L >< triviale lectuur
-> leesvoer, bieden oppervlakkige ontspanning