Sociale wetgeving
Deel 1 Inleiding
Hoofdstuk 1 Wat is sociale wetgeving?
Sociale wetgeving
- Arbeidsrecht
- Socialezekerheidsrecht
Ziekte (voor minder dan 1j, anders invaliditeitsuitkering)
Ziektekosten (huisarts)
Werkloosheidsuitkering
Groeipakket
Pensioen: 67j
Jaarlijkse vakantie
Uitkering voor personen met handicap
Gemeenschappelijke kenmerken
- Bijzonder doel:
Bescherming van belangen van de werknemers
Bevorderen van hun welzijn
- Beschermingswetten en sociale verzekeringswetten
Is er om de sociale belangen v de persoon te beschermen en ervoor te zorgen dat
iedereen als een normale persoon kan leven
Sociale wetgeving: schematisch overzicht:
- Individuele relaties tussen werkgever en werknemer
- Collectieve relaties tussen werkgevers en werknemers
- Beschermingsmaatregelen voor werknemers
- Arbeidsvoorziening
- Sociale zekerheid
- Minimumvoorzieningen
- Geschillen van sociaal recht (door arbeidsrechtbank en arbeidshof)
Hoofdstuk 2 Bronnen van sociale wetgeving
Internationale rechtsbronnen
- Bilaterale verdragen: verdrag tussen België en één ander land
Regels v toepassing op werknemers afkomstig uit het ene land die in het andere
land gaan werken
- Multilaterale verdragen: verdragen afgesloten met meer dan twee landen
(‘verdragsorganisatie’)
Internationale Arbeidsorganisatie: I.A.O. conventies: belangrijke invloed op
Belgisch arbeidsrecht, drieledig overleg: werkgevers, werknemers en regeringen
Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling (O.E.S.O.)
Beperkte rechtstreekse invloed op arbeidsrecht
Raad van Europa:
- Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (E.V.R.M.)
Waarborgt fundamentele vrijheden (vakbondsvrijheid, recht op
privéleven..)
Kan rechtstreeks ingeroepen worden voor Belgische rechtbanken
- Europees Sociaal Handvest
Internationale Vereniging voor de Sociale Zekerheid (A.I.S.S.)
, Benelux Economische Unie
Europese Unie:
6 hoofdinstellingen
- Europese raad
- Europese commissie
- Europese raad van ministers
- Europees parlement
- Europees Hof van Justitie
- Europese Rekenkamer
4 nevenorganen
- Economisch en sociaal comité
- Comité van de regio’s
- Europese Investeringsbank
- Europese centrale bank
Hiërarchie v Europese rechtsregels o.b.v. hun binding
- Verordeningen: rechtstreekse uitwerking in alle lidstaten
- Richtlijnen: verplichte omzetting in nationale wetgeving
- Beslissingen: rechtstreekse toepassing op welbepaalde bestemmeling(en)
- Aanbevelingen: binden de lidstaten niet
- Adviezen
Nationale rechtsbronnen
- Sociale Grondrechten: Art. 23 v de Grondwet (geen directe werking)
- Sociale Rechtsbronnen
Wetten en decreten
Koninklijke besluiten
Ministeriële besluiten
Rechtspraak en rechtsleer: in België geen precedentenrecht
Collectieve arbeidsovereenkomsten (cao’s)
Het gebruik en de eenzijdige verbintenis
Hiërarchie der nationale rechtsbronnen (art. 51 v de Cao-wet)
- Dwingende bepalingen van de wet
- Algemeen verbindend verklaarde cao ’s
a. in de Nationale Arbeidsraad
b. in een paritair comité
c. in een paritair subcomité
- Niet algemeen verbindend verklaarde cao ‘s wanneer de werkgever lid is van een
organisatie die de cao ondertekend heeft of de cao zelf ondertekende
a. in de Nationale Arbeidsraad
b. in een paritair comité
c. in een paritair subcomité
d. buiten een paritair orgaan
- Geschreven individuele arbeidsovereenkomst
- Niet algemeen verbindend verklaarde cao waarbij de werkgever (die de cao niet
ondertekende of geen lid is van een ondertekende organisatie) behoort tot het
ressort n het PC
- Arbeidsreglement
- Aanvullende bepalingen van de wet
- Mondelinge individuele arbeidsovereenkomst
- Gebruik
, Hoe deze hiërarchie interpreteren?
Een lagere norm mag slechts afwijken van een hogere norm als hij hiermee niet strijdig is
of de rechten van de werknemer vermindert of zijn plichten verzwaart.
Collectieve arbeidsovereenkomst: cao
Werkgeversorganisati Werknemersorganisati
es es
= vakbonden
Wat is een cao?
= Overeenkomst gesloten tussen:
- één of meer werknemersorganisaties (= vakbonden)
- één of meer werkgeversorganisaties omtrent rechten en plichten van werkgevers
en werknemers
CAO is in principe een gewone overeenkomst, maar dan tussen sociale partners
Geldigheidsvereisten voor een cao
- Toestemming van partijen mag niet aangetast zijn door wilsgebreken
- De partijen moeten “bekwaam” zijn om een cao af te sluiten
- Voorwerp en oorzaak van de cao moeten bepaald en geoorloofd zijn
Wie kan een cao sluiten?
- Werknemerszijde: enkel mogelijk door de representatieve werknemersorganisaties
(ACVABVV-ACLVB)
Voor ondernemings-cao: 1 ondertekenende organisatie volstaat
In de NAR of in paritair (sub)comité: alle organisaties in dat orgaan moeten
ondertekenen
- Werkgeverszijde: één of meerdere werkgever(s) of werkgeversorganisatie(s)
1. De interprofessionele cao is geldig op iedereen dat in België werkt: nationale
arbeidsraad
2. De sectorale cao is enkel geldig op personeel in die sector: door het paritair
comité
3. De ondernemingscao is enkel van toepassing op een specifieke onderneming
1. Nationale arbeidsraad
- Nationaal- interprofessioneel
- Bevoegdheden:
Afsluiten interprofessionele cao’s (kan algemeen verbindend worden
verklaard)
Advies verlenen aan wetgever m.b.t. sociaalrechtelijke aangelegenheden
- Werking
- De “meest representatieve” organisaties zijn vertegenwoordigd in de NAR
Werkgevers: VBO, UNIZO, UCM, Boerenbond, FWA en UNISOC: 13 effectieve
leden en 13 plaatsvervangers
Werknemers: ACV, ABVV, ACLVB: 13 effectieve leden en 13
plaatsvervangers
- Worden bijgestaan door een secretariaat voor logistieke steun (ongeveer 40
medewerkers)
2. Paritaire comités
- Sectoraal
Deel 1 Inleiding
Hoofdstuk 1 Wat is sociale wetgeving?
Sociale wetgeving
- Arbeidsrecht
- Socialezekerheidsrecht
Ziekte (voor minder dan 1j, anders invaliditeitsuitkering)
Ziektekosten (huisarts)
Werkloosheidsuitkering
Groeipakket
Pensioen: 67j
Jaarlijkse vakantie
Uitkering voor personen met handicap
Gemeenschappelijke kenmerken
- Bijzonder doel:
Bescherming van belangen van de werknemers
Bevorderen van hun welzijn
- Beschermingswetten en sociale verzekeringswetten
Is er om de sociale belangen v de persoon te beschermen en ervoor te zorgen dat
iedereen als een normale persoon kan leven
Sociale wetgeving: schematisch overzicht:
- Individuele relaties tussen werkgever en werknemer
- Collectieve relaties tussen werkgevers en werknemers
- Beschermingsmaatregelen voor werknemers
- Arbeidsvoorziening
- Sociale zekerheid
- Minimumvoorzieningen
- Geschillen van sociaal recht (door arbeidsrechtbank en arbeidshof)
Hoofdstuk 2 Bronnen van sociale wetgeving
Internationale rechtsbronnen
- Bilaterale verdragen: verdrag tussen België en één ander land
Regels v toepassing op werknemers afkomstig uit het ene land die in het andere
land gaan werken
- Multilaterale verdragen: verdragen afgesloten met meer dan twee landen
(‘verdragsorganisatie’)
Internationale Arbeidsorganisatie: I.A.O. conventies: belangrijke invloed op
Belgisch arbeidsrecht, drieledig overleg: werkgevers, werknemers en regeringen
Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling (O.E.S.O.)
Beperkte rechtstreekse invloed op arbeidsrecht
Raad van Europa:
- Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (E.V.R.M.)
Waarborgt fundamentele vrijheden (vakbondsvrijheid, recht op
privéleven..)
Kan rechtstreeks ingeroepen worden voor Belgische rechtbanken
- Europees Sociaal Handvest
Internationale Vereniging voor de Sociale Zekerheid (A.I.S.S.)
, Benelux Economische Unie
Europese Unie:
6 hoofdinstellingen
- Europese raad
- Europese commissie
- Europese raad van ministers
- Europees parlement
- Europees Hof van Justitie
- Europese Rekenkamer
4 nevenorganen
- Economisch en sociaal comité
- Comité van de regio’s
- Europese Investeringsbank
- Europese centrale bank
Hiërarchie v Europese rechtsregels o.b.v. hun binding
- Verordeningen: rechtstreekse uitwerking in alle lidstaten
- Richtlijnen: verplichte omzetting in nationale wetgeving
- Beslissingen: rechtstreekse toepassing op welbepaalde bestemmeling(en)
- Aanbevelingen: binden de lidstaten niet
- Adviezen
Nationale rechtsbronnen
- Sociale Grondrechten: Art. 23 v de Grondwet (geen directe werking)
- Sociale Rechtsbronnen
Wetten en decreten
Koninklijke besluiten
Ministeriële besluiten
Rechtspraak en rechtsleer: in België geen precedentenrecht
Collectieve arbeidsovereenkomsten (cao’s)
Het gebruik en de eenzijdige verbintenis
Hiërarchie der nationale rechtsbronnen (art. 51 v de Cao-wet)
- Dwingende bepalingen van de wet
- Algemeen verbindend verklaarde cao ’s
a. in de Nationale Arbeidsraad
b. in een paritair comité
c. in een paritair subcomité
- Niet algemeen verbindend verklaarde cao ‘s wanneer de werkgever lid is van een
organisatie die de cao ondertekend heeft of de cao zelf ondertekende
a. in de Nationale Arbeidsraad
b. in een paritair comité
c. in een paritair subcomité
d. buiten een paritair orgaan
- Geschreven individuele arbeidsovereenkomst
- Niet algemeen verbindend verklaarde cao waarbij de werkgever (die de cao niet
ondertekende of geen lid is van een ondertekende organisatie) behoort tot het
ressort n het PC
- Arbeidsreglement
- Aanvullende bepalingen van de wet
- Mondelinge individuele arbeidsovereenkomst
- Gebruik
, Hoe deze hiërarchie interpreteren?
Een lagere norm mag slechts afwijken van een hogere norm als hij hiermee niet strijdig is
of de rechten van de werknemer vermindert of zijn plichten verzwaart.
Collectieve arbeidsovereenkomst: cao
Werkgeversorganisati Werknemersorganisati
es es
= vakbonden
Wat is een cao?
= Overeenkomst gesloten tussen:
- één of meer werknemersorganisaties (= vakbonden)
- één of meer werkgeversorganisaties omtrent rechten en plichten van werkgevers
en werknemers
CAO is in principe een gewone overeenkomst, maar dan tussen sociale partners
Geldigheidsvereisten voor een cao
- Toestemming van partijen mag niet aangetast zijn door wilsgebreken
- De partijen moeten “bekwaam” zijn om een cao af te sluiten
- Voorwerp en oorzaak van de cao moeten bepaald en geoorloofd zijn
Wie kan een cao sluiten?
- Werknemerszijde: enkel mogelijk door de representatieve werknemersorganisaties
(ACVABVV-ACLVB)
Voor ondernemings-cao: 1 ondertekenende organisatie volstaat
In de NAR of in paritair (sub)comité: alle organisaties in dat orgaan moeten
ondertekenen
- Werkgeverszijde: één of meerdere werkgever(s) of werkgeversorganisatie(s)
1. De interprofessionele cao is geldig op iedereen dat in België werkt: nationale
arbeidsraad
2. De sectorale cao is enkel geldig op personeel in die sector: door het paritair
comité
3. De ondernemingscao is enkel van toepassing op een specifieke onderneming
1. Nationale arbeidsraad
- Nationaal- interprofessioneel
- Bevoegdheden:
Afsluiten interprofessionele cao’s (kan algemeen verbindend worden
verklaard)
Advies verlenen aan wetgever m.b.t. sociaalrechtelijke aangelegenheden
- Werking
- De “meest representatieve” organisaties zijn vertegenwoordigd in de NAR
Werkgevers: VBO, UNIZO, UCM, Boerenbond, FWA en UNISOC: 13 effectieve
leden en 13 plaatsvervangers
Werknemers: ACV, ABVV, ACLVB: 13 effectieve leden en 13
plaatsvervangers
- Worden bijgestaan door een secretariaat voor logistieke steun (ongeveer 40
medewerkers)
2. Paritaire comités
- Sectoraal