Sociaalwetenschappelijke mediatheorieën
Massamaatschappijtheorie – H3
Opkomst/hoogtepunt Tweede helft 19de E, beginfase CW
Auteurs Ortega y Gaset
Kern Almachtige media manipuleren passieve massa
Paradigma Mainstreamparadigma
Kenmerken - Pessismistische visie
- Multidisciplinarie voedingsbodem
- Stimulus-responsleertheorie
- Linieaire visie op communicatie
- ‘Average people’
Functionalistische mediatheorie – H4
Opkomst/hoogtepunt 1940-1960
Auteurs Lasswell, Lazarsfeld, Merton, Wright
Kern Media hebben functies voor maatschappelijke integratie en
consensus
Paradigma Mainstreamparadigma
Kenmerken - Surveillancefucntie
- Correlatiefunctie
- Transmissiefunctie
- Conformiteitsfunctie
- Statusverlenende funvtie
- Narcotiserende functie
- Ontspanningsfucntie
- Mobilisatiefunctie
- Disfuncties
Frankfurter Schule – H6
Opkomst/hoogtepunt 1920-1960
Auteurs Adrono, Benjamin, Habermas, Hokheimer…
Kern Pessimistische visie op media die met ideologische rol de
massa wil aanpassen.
Paradigma Alternatieve paradigma
Kenmerken - Sociale verandering bewerksttellen
- Massacommunicatie is manipulatief en onderdrukkend
- Rol van media in stand houden om problemen aan te
tonen
- Culturele dimensie: kritiek op commercialisering en
industrialisering van de cultuur
- Politieke dimensie: toenemende afhankelijkheid, focus op
individuele topics, opinie gemanipuleerd, beschermen
elite
Communicatiewetenschap - Mediatheorieën