Week 1. Inleiding op het financieel strafrecht
Het financiële systeem
Kredietverstrekkers zijn personen of instellingen die kapitaal beschikbaar willen stellen om te
investeren. Dit kapitaal wordt verstrekt aan leners, zoals bedrijven die financiering nodig hebben. Het
kapitaal kan op twee manieren van de kredietverstrekkers naar de leners stromen. Directe financiering:
de kredietverstrekker investeert het kapitaal rechtstreeks op de financiële markten, zonder
tussenkomst van een tussenpersoon. Indirecte financiering: kapitaal van de kredietverstrekkers wordt
eerst geplaatst bij een tussenpersoon, zoals een bank of vermogensbeheerder. Die gebruikt het kapitaal
vervolgens om te beleggen in financiële instrumenten of om leningen te verstrekken aan de leners. Op
deze manieren circuleert het geld dat uit de economie komt, rond.
Enkele spelers in de financiële sector
De financiële sector bestaat uit diverse spelers die elk een functie vervullen om de kapitaalstromen te
faciliteren en risico’s te beheren:
• Commerciële banken (ABN Amro, ING, ASN) -> verstrekken van leningen.
• Verzekeraars -> beheren van risico’s.
• Vermogensbeheerders -> krijgen van banken kapitaal om te beleggen en helpen dus met het
beheren van investeringen.
• Investment banks -> gespecialiseerde banken die met bedrijven opereren. Die adviseert hun over
complexe financiële transacties en zorgt ervoor dat ze obligaties creëren.
• Beurzen en handelsplatformen -> een locatie waar vraag en aanbod voor financiële instrumenten
bij elkaar komt.
• Aanbieders van beleggingen -> dat kunnen zijn startups, grotere private equity partijen, etc.
• Investeerders -> mensen die kapitaal beschikbaar stellen voor groei en innovatie.
• Tussenpersonen en adviseurs (hypotheekadviseur, accountantskantoren, analisten) -> verbinden
deze partijen en zorgen voor deskundig advies om de financiële markten soepel te laten
functioneren.
Financiële markten
Financiële markten liggen aan de basis van de economie en maken de handel in kapitaal, valuta en
andere financiële instrumenten mogelijk. Er bestaan verschillende vormen van financiële markten:
• Geldmarkten: gericht op kortlopende leningen van één jaar.
• Kapitaalmarkten: gericht op de handel in langlopende financiële instrumenten, zoals aandelen en
obligaties.
• Derivatenmarkten: bieden de mogelijkheid om risico’s te beheersen en speculeren op
prijsbewegingen. Dit zijn verhandelbare financiële contracten. Denk aan termijnen (= future optie),
opties en swaps.
• Valutamarkten: gericht op de handel in buitenlandse valuta.
• Spotmarkt: de markt waar fysiek gehandeld wordt.
De werking van de aandelenmarkt
Een aandeel betekent dat iemand investeert in je bedrijf en daar dan een aandeel in krijgt. hij krijgt de
winst dan uitgekeerd naar ratio van zijn percentage in het bedrijf. Ondernemingen die kapitaal nodig
hebben, kunnen aandelen uitgeven en deze laten noteren op een beurs. Dit proces begint met een Initial
Public Offering (IPO), waarbij een onderneming voor het eerst haar aandelen aanbiedt op de beurs.
Hierna kunnen ondernemingen ook kiezen voor een secondary offering, waarbij een onderneming die
al beursgenoteerd is, extra aandelen uitgeeft om meer kapitaal op te halen. Gedurende deze processen
worden ondernemingen begeleid door investment banks en adviseurs.
,De prijsvorming van een genoteerd aandeel
De prijsvorming van een beursgenoteerd aandeel wordt bepaald door twee factoren: informatie en
transacties. Deze aspecten zijn van belang voor de fluctuaties in de aandelenkoers, die constant in
beweging is op basis van marktontwikkelingen. Informatie (feiten en verwachtingen): denk aan
financiële prestaties, overnames, innovaties of strategische veranderingen. Transacties (vraag en
aanbod): de aandelenkoers wordt bepaald door de balans tussen de hoeveelheid kopers en verkopers
op de markt.
Efficiëntie van de koers
De efficiëntie van de koers verwijst naar de mate waarin de prijs van een aandeel overeenkomt met de
fundamentele waarde ervan. Volgens de neoklassieke school en de theorie van de homo economicus
verwerken rationele beleggers alle beschikbare informatie en bepalen zij op basis daarvan een koers die
gelijk is aan de fundamentele waarde van het aandeel. Deze benadering wordt ondersteund door de
efficiënte-markthypothese, die stelt dat de marktprijs op elk moment alle beschikbare informatie
volledig weerspiegelt en zich direct aanpast aan veranderingen in de waarde van het aandeel.
De gedragseconomische school daarentegen stelt dat de markt niet altijd perfect efficiënt is.
Beleggers handelen niet altijd rationeel: ze zijn onderhevig aan cognitieve beperkingen en emoties, wat
tot afwijkingen in de koers kan leiden. Psychologische factoren en irrationele beslissingen kunnen er dus
toe leiden dat de markt de werkelijke waarde van een aandeel niet juist inschat, waardoor de koers
afwijkt van de fundamentele waarde. Volgens deze benadering is de markt daarom tamelijk efficiënt.
-> In dit vak gaan we ook uit van een tamelijk efficiënte koers.
Regulering van de financiële sector en markten
De financiële sector en de markten ondersteunen de economie door ervoor te zorgen dat geld circuleert
en projecten kunnen worden gefinancierd. Financiële regulering is dus belangrijk voor het goed
functioneren van de economie. Wanneer mensen vertrouwen hebben in banken en markten, zijn ze
eerder bereid hun geld beschikbaar te stellen. Regulering helpt om het vertrouwen in de sector en de
markten te waarborgen.
Daarnaast corrigeert regelgeving marktimperfecties en draagt bij aan een transparantere en
eerlijkere markt. Omdat financiële instellingen sterk met elkaar verbonden zijn, kan een probleem bij één
organisatie zich snel uitbreiden, waardoor systeemrisico’s ontstaan die de stabiliteit van het hele
systeem bedreigen (denk aan de financiële crisis van 2008).
Een ander belangrijk aspect van financiële regulering is het aanpakken van informatie-
asymmetrie tussen consumenten en kredietverstrekkers. Zonder adequate informatie kunnen
kredietverstrekkers profiteren van de onwetendheid van consumenten, wat leidt tot hogere marges en
winst.
Regulering is tevens noodzakelijk om moral hazard (= onverantwoord gedrag) te beperken.
Grote financiële instellingen genieten vaak van een bepaalde mate van overheidssteun in tijden van
crisis, waardoor instellingen geneigd zijn om grotere risico’s te nemen.
Tot slot is regulering van belang om schadelijk en onethisch gedrag binnen de financiële sector
te bestrijden.
-> Zonder deze regulering zou de financiële sector niet in staat zijn om effectief bij te dragen aan de groei
en stabiliteit van de reële economie.
Relatie tussen financiële regulering en punitief recht
De financiële sector is onderworpen aan een breed scala aan regels die gericht zijn op het waarborgen
van stabiliteit, transparantie en ethisch gedrag. Deze kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën:
1) Toetredingsregels: waarborgen dat alleen gekwalificeerde en betrouwbare financiële instellingen
producten en diensten mogen aanbieden, 2) Gedragsregels: schrijven voor hoe financiële instellingen
zich op de markt moeten gedragen, en 3) Prudentiële regels: waarborgen van de stabiliteit en financiële
gezondheid van financiële instellingen om systeemrisico’s te voorkomen.
, Om ervoor te zorgen dat ondernemingen zich ook daadwerkelijk aan deze regels houden, is er
toezicht via het strafrecht en het bestuursrecht.
Materieel financieel strafrecht
Het materieel financieel strafrecht omvat de juridische normen en regels die van toepassing zijn op
financiële overtredingen, waarbij zowel het financieel recht als het commune strafrecht wordt
betrokken. Het financieel recht richt zich op het bestraffen van overtredingen (Wft) die kunnen leiden
tot bestuurlijke boetes of strafrechtelijke sancties in de financiële sector. Het commune strafrecht
wordt betrokken voor zover het wordt aangewend in de context van financiële criminaliteit.
Het materieel financieel strafrecht kan in vier schillen worden onderverdeeld:
1. Ernstige financiële normen die via de WED strafrechtelijk gehandhaafd kunnen worden -> denk aan
handel met voorwetenschap.
2. Minder ernstige financiële normen die via de WED strafrechtelijk gehandhaafd kunnen worden.
3. Financiële normen die alleen bestuursrechtelijk kunnen worden gehandhaafd.
4. Algemene strafbepalingen uit het WvSr die worden aangewend bij de bestrijding van financiële
criminaliteit.
Het sanctierecht
Een van de manieren waarop deze regulering wordt gehandhaafd, is door middel van bestuurlijke boetes
die worden opgelegd bij overtredingen van de Wft. Het handelen met voorwetenschap is een
overtreding binnen de financiële sector en wordt gereguleerd door de Wft en de bijbehorende EU-
verordeningen. Bestuurlijke handhaving wordt ingezet waar snel normherstel en marktordening
volstaan. Wat betreft de strafrechtelijke handhaving bieden de WED en de MAR een kader voor
strafrechtelijke sancties die van toepassing zijn op dit soort gedrag. Strafrecht wordt ingezet waar
vergelding, afschrikking, ontneming en dwangmiddelen nodig zijn.
Stappenplan administratieve sanctionering = bestuurlijke boete
1. Bepaling opzoeken in de Wft (of de MAR).
2. In de tabel bij het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector (of in het Besluit EU-verordeningen
Wft) opzoeken welke boetecategorie.
3. Basisbedrag opzoeken in art. 1:81 lid 2 Wft.
4. Eventuele uitzonderingen -> Bijv. art. 1:81 lid 4 Wft, art. 1:82 lid 1 Wft of art. 1:83 Wft.
Strafrechtelijke sanctionering
Voor de strafrechtelijke sanctionering van financiële delicten kijken we naar de WED en de MAR. In art.
1 lid 1 WED is vastgelegd welke delicten hieronder vallen. Volgens art. 2 lid 1 WED is het tevens relevant
of er sprake is van opzet of niet, om vast te stellen of het gaat om een misdrijf of een overtreding. Om
opzet te bewijzen, is voorwaardelijk opzet (= iemand is zich bewust van de kans dat zijn handelen in
strijd is met de wet, maar besluit toch door te gaan) voldoende. Het onderscheid tussen overtreding en
misdrijf heeft invloed op de maximale straf (art. 6 WED).
Verantwoord financieel strafrecht – M. Nelemans (2015)
Nelemans benadrukt dat financieel strafrecht een relatief nieuw en snel groeiend rechtsgebied is, dat
grotendeels is ontstaan als reactie op financiële crisis en schandalen. Nederland kende voor de 19e
eeuw nauwelijks regels die onder het financieel strafrecht vielen. De toename van wetgeving en
handhavingszaken heeft het strafrecht een belangrijk instrument gemaakt in het reguleren van de
financiële sector.
De handhaving van het financieel strafrecht is sterk geëvolueerd door de opkomst van het
punitief bestuursrecht, waarbij niet alleen strafrechtelijke sancties, maar ook bestuursrechtelijke
boetes worden opgelegd door toezichthouders zoals de AFM en DNB. Hierdoor zijn er drie belangrijke
ontwikkelingen:
Het financiële systeem
Kredietverstrekkers zijn personen of instellingen die kapitaal beschikbaar willen stellen om te
investeren. Dit kapitaal wordt verstrekt aan leners, zoals bedrijven die financiering nodig hebben. Het
kapitaal kan op twee manieren van de kredietverstrekkers naar de leners stromen. Directe financiering:
de kredietverstrekker investeert het kapitaal rechtstreeks op de financiële markten, zonder
tussenkomst van een tussenpersoon. Indirecte financiering: kapitaal van de kredietverstrekkers wordt
eerst geplaatst bij een tussenpersoon, zoals een bank of vermogensbeheerder. Die gebruikt het kapitaal
vervolgens om te beleggen in financiële instrumenten of om leningen te verstrekken aan de leners. Op
deze manieren circuleert het geld dat uit de economie komt, rond.
Enkele spelers in de financiële sector
De financiële sector bestaat uit diverse spelers die elk een functie vervullen om de kapitaalstromen te
faciliteren en risico’s te beheren:
• Commerciële banken (ABN Amro, ING, ASN) -> verstrekken van leningen.
• Verzekeraars -> beheren van risico’s.
• Vermogensbeheerders -> krijgen van banken kapitaal om te beleggen en helpen dus met het
beheren van investeringen.
• Investment banks -> gespecialiseerde banken die met bedrijven opereren. Die adviseert hun over
complexe financiële transacties en zorgt ervoor dat ze obligaties creëren.
• Beurzen en handelsplatformen -> een locatie waar vraag en aanbod voor financiële instrumenten
bij elkaar komt.
• Aanbieders van beleggingen -> dat kunnen zijn startups, grotere private equity partijen, etc.
• Investeerders -> mensen die kapitaal beschikbaar stellen voor groei en innovatie.
• Tussenpersonen en adviseurs (hypotheekadviseur, accountantskantoren, analisten) -> verbinden
deze partijen en zorgen voor deskundig advies om de financiële markten soepel te laten
functioneren.
Financiële markten
Financiële markten liggen aan de basis van de economie en maken de handel in kapitaal, valuta en
andere financiële instrumenten mogelijk. Er bestaan verschillende vormen van financiële markten:
• Geldmarkten: gericht op kortlopende leningen van één jaar.
• Kapitaalmarkten: gericht op de handel in langlopende financiële instrumenten, zoals aandelen en
obligaties.
• Derivatenmarkten: bieden de mogelijkheid om risico’s te beheersen en speculeren op
prijsbewegingen. Dit zijn verhandelbare financiële contracten. Denk aan termijnen (= future optie),
opties en swaps.
• Valutamarkten: gericht op de handel in buitenlandse valuta.
• Spotmarkt: de markt waar fysiek gehandeld wordt.
De werking van de aandelenmarkt
Een aandeel betekent dat iemand investeert in je bedrijf en daar dan een aandeel in krijgt. hij krijgt de
winst dan uitgekeerd naar ratio van zijn percentage in het bedrijf. Ondernemingen die kapitaal nodig
hebben, kunnen aandelen uitgeven en deze laten noteren op een beurs. Dit proces begint met een Initial
Public Offering (IPO), waarbij een onderneming voor het eerst haar aandelen aanbiedt op de beurs.
Hierna kunnen ondernemingen ook kiezen voor een secondary offering, waarbij een onderneming die
al beursgenoteerd is, extra aandelen uitgeeft om meer kapitaal op te halen. Gedurende deze processen
worden ondernemingen begeleid door investment banks en adviseurs.
,De prijsvorming van een genoteerd aandeel
De prijsvorming van een beursgenoteerd aandeel wordt bepaald door twee factoren: informatie en
transacties. Deze aspecten zijn van belang voor de fluctuaties in de aandelenkoers, die constant in
beweging is op basis van marktontwikkelingen. Informatie (feiten en verwachtingen): denk aan
financiële prestaties, overnames, innovaties of strategische veranderingen. Transacties (vraag en
aanbod): de aandelenkoers wordt bepaald door de balans tussen de hoeveelheid kopers en verkopers
op de markt.
Efficiëntie van de koers
De efficiëntie van de koers verwijst naar de mate waarin de prijs van een aandeel overeenkomt met de
fundamentele waarde ervan. Volgens de neoklassieke school en de theorie van de homo economicus
verwerken rationele beleggers alle beschikbare informatie en bepalen zij op basis daarvan een koers die
gelijk is aan de fundamentele waarde van het aandeel. Deze benadering wordt ondersteund door de
efficiënte-markthypothese, die stelt dat de marktprijs op elk moment alle beschikbare informatie
volledig weerspiegelt en zich direct aanpast aan veranderingen in de waarde van het aandeel.
De gedragseconomische school daarentegen stelt dat de markt niet altijd perfect efficiënt is.
Beleggers handelen niet altijd rationeel: ze zijn onderhevig aan cognitieve beperkingen en emoties, wat
tot afwijkingen in de koers kan leiden. Psychologische factoren en irrationele beslissingen kunnen er dus
toe leiden dat de markt de werkelijke waarde van een aandeel niet juist inschat, waardoor de koers
afwijkt van de fundamentele waarde. Volgens deze benadering is de markt daarom tamelijk efficiënt.
-> In dit vak gaan we ook uit van een tamelijk efficiënte koers.
Regulering van de financiële sector en markten
De financiële sector en de markten ondersteunen de economie door ervoor te zorgen dat geld circuleert
en projecten kunnen worden gefinancierd. Financiële regulering is dus belangrijk voor het goed
functioneren van de economie. Wanneer mensen vertrouwen hebben in banken en markten, zijn ze
eerder bereid hun geld beschikbaar te stellen. Regulering helpt om het vertrouwen in de sector en de
markten te waarborgen.
Daarnaast corrigeert regelgeving marktimperfecties en draagt bij aan een transparantere en
eerlijkere markt. Omdat financiële instellingen sterk met elkaar verbonden zijn, kan een probleem bij één
organisatie zich snel uitbreiden, waardoor systeemrisico’s ontstaan die de stabiliteit van het hele
systeem bedreigen (denk aan de financiële crisis van 2008).
Een ander belangrijk aspect van financiële regulering is het aanpakken van informatie-
asymmetrie tussen consumenten en kredietverstrekkers. Zonder adequate informatie kunnen
kredietverstrekkers profiteren van de onwetendheid van consumenten, wat leidt tot hogere marges en
winst.
Regulering is tevens noodzakelijk om moral hazard (= onverantwoord gedrag) te beperken.
Grote financiële instellingen genieten vaak van een bepaalde mate van overheidssteun in tijden van
crisis, waardoor instellingen geneigd zijn om grotere risico’s te nemen.
Tot slot is regulering van belang om schadelijk en onethisch gedrag binnen de financiële sector
te bestrijden.
-> Zonder deze regulering zou de financiële sector niet in staat zijn om effectief bij te dragen aan de groei
en stabiliteit van de reële economie.
Relatie tussen financiële regulering en punitief recht
De financiële sector is onderworpen aan een breed scala aan regels die gericht zijn op het waarborgen
van stabiliteit, transparantie en ethisch gedrag. Deze kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën:
1) Toetredingsregels: waarborgen dat alleen gekwalificeerde en betrouwbare financiële instellingen
producten en diensten mogen aanbieden, 2) Gedragsregels: schrijven voor hoe financiële instellingen
zich op de markt moeten gedragen, en 3) Prudentiële regels: waarborgen van de stabiliteit en financiële
gezondheid van financiële instellingen om systeemrisico’s te voorkomen.
, Om ervoor te zorgen dat ondernemingen zich ook daadwerkelijk aan deze regels houden, is er
toezicht via het strafrecht en het bestuursrecht.
Materieel financieel strafrecht
Het materieel financieel strafrecht omvat de juridische normen en regels die van toepassing zijn op
financiële overtredingen, waarbij zowel het financieel recht als het commune strafrecht wordt
betrokken. Het financieel recht richt zich op het bestraffen van overtredingen (Wft) die kunnen leiden
tot bestuurlijke boetes of strafrechtelijke sancties in de financiële sector. Het commune strafrecht
wordt betrokken voor zover het wordt aangewend in de context van financiële criminaliteit.
Het materieel financieel strafrecht kan in vier schillen worden onderverdeeld:
1. Ernstige financiële normen die via de WED strafrechtelijk gehandhaafd kunnen worden -> denk aan
handel met voorwetenschap.
2. Minder ernstige financiële normen die via de WED strafrechtelijk gehandhaafd kunnen worden.
3. Financiële normen die alleen bestuursrechtelijk kunnen worden gehandhaafd.
4. Algemene strafbepalingen uit het WvSr die worden aangewend bij de bestrijding van financiële
criminaliteit.
Het sanctierecht
Een van de manieren waarop deze regulering wordt gehandhaafd, is door middel van bestuurlijke boetes
die worden opgelegd bij overtredingen van de Wft. Het handelen met voorwetenschap is een
overtreding binnen de financiële sector en wordt gereguleerd door de Wft en de bijbehorende EU-
verordeningen. Bestuurlijke handhaving wordt ingezet waar snel normherstel en marktordening
volstaan. Wat betreft de strafrechtelijke handhaving bieden de WED en de MAR een kader voor
strafrechtelijke sancties die van toepassing zijn op dit soort gedrag. Strafrecht wordt ingezet waar
vergelding, afschrikking, ontneming en dwangmiddelen nodig zijn.
Stappenplan administratieve sanctionering = bestuurlijke boete
1. Bepaling opzoeken in de Wft (of de MAR).
2. In de tabel bij het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector (of in het Besluit EU-verordeningen
Wft) opzoeken welke boetecategorie.
3. Basisbedrag opzoeken in art. 1:81 lid 2 Wft.
4. Eventuele uitzonderingen -> Bijv. art. 1:81 lid 4 Wft, art. 1:82 lid 1 Wft of art. 1:83 Wft.
Strafrechtelijke sanctionering
Voor de strafrechtelijke sanctionering van financiële delicten kijken we naar de WED en de MAR. In art.
1 lid 1 WED is vastgelegd welke delicten hieronder vallen. Volgens art. 2 lid 1 WED is het tevens relevant
of er sprake is van opzet of niet, om vast te stellen of het gaat om een misdrijf of een overtreding. Om
opzet te bewijzen, is voorwaardelijk opzet (= iemand is zich bewust van de kans dat zijn handelen in
strijd is met de wet, maar besluit toch door te gaan) voldoende. Het onderscheid tussen overtreding en
misdrijf heeft invloed op de maximale straf (art. 6 WED).
Verantwoord financieel strafrecht – M. Nelemans (2015)
Nelemans benadrukt dat financieel strafrecht een relatief nieuw en snel groeiend rechtsgebied is, dat
grotendeels is ontstaan als reactie op financiële crisis en schandalen. Nederland kende voor de 19e
eeuw nauwelijks regels die onder het financieel strafrecht vielen. De toename van wetgeving en
handhavingszaken heeft het strafrecht een belangrijk instrument gemaakt in het reguleren van de
financiële sector.
De handhaving van het financieel strafrecht is sterk geëvolueerd door de opkomst van het
punitief bestuursrecht, waarbij niet alleen strafrechtelijke sancties, maar ook bestuursrechtelijke
boetes worden opgelegd door toezichthouders zoals de AFM en DNB. Hierdoor zijn er drie belangrijke
ontwikkelingen: