100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Algemene Rechtsleer samenvatting

Rating
-
Sold
-
Pages
125
Uploaded on
04-12-2025
Written in
2025/2026

Samenvatting van het vak algemene rechtsleer adhv powerpoint, notities in de les en aangevuld met het boek

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
December 4, 2025
Number of pages
125
Written in
2025/2026
Type
Summary

Subjects

Content preview

ALGEMENE RECHTSLEER
Wat is recht (D1) – Ontologische vraag
Welke functies heeft recht (D2) – Functionele vraag
Waaruit bestaat recht (D3) – Structurele vraag

We stellen deze vragen om kritisch te leren kijken naar de rechtenvakken. Het recht draait immers om het
maken van keuzes. In een steeds diversere samenleving is het belangrijk om daarbij verschillende
perspectieven in overweging te nemen. Het Belgische recht, dat vaak ons uitgangspunt vormt, kan soms te
beperkt zijn. Daarom is het nuttig om ook vanuit een internationaal perspectief te redeneren.

Rode draad: Recht men kan op verschillende maniere bekijken; het recht is een complex matschappelijk
fenomeen. Het doel van AR is om oog te hebben voor de complexiteit en de gemaakte keuzes in de benadering
van het recht te kunnen duiden en te bekritiseren.
Deel I: wat is recht? Doel = kritisch definities van recht kunnen bespreken: Elke definitie van recht maakt
bepaalde keuzes. Welke? Welke elementen vallen daardoor ‘buiten het recht’?
Deel II: functies en finaliteit van recht – Doel = kritisch toegeschreven functies en finaliteit van recht kunnen
bespreken
Deel III: waaruit bestaat recht – Doel = bestanddelen en samenhang kritisch kunnen bespreken: Recht is tot op
zekere hoogte coherent, maar kan dat nooit helemaal zijn. Elke interpretatie van het recht vereist ook
persoonlijke waardering van uitlegger -> Rechtsvinding


D1 | WAT IS RECHT?

De ultieme definitie ontbreekt
Volgens Immanuel Kant (2e helft 18e eeuw) zoeken juristen nog steeds naar een definitie van het rechtsbegrip.
Er valt op elke definitie van recht iets aan te merken. Ook de definitie uit Basisbegrippen is niet perfect. Het is
een definitie die werkt bij positivistische takken van recht, maar niet noodzakelijk bij rechtstheoretische
vakken.

Een definitie van recht die altijd en overal geldig is hebben we nog niet gevonden. Het alternatief is om de
begrippen die in verband komen met het rechte, deze te bestuderen.

Steeds wanneer je het recht probeert te omschrijven, maak je bepaalde keuzes. Kiezen is verliezen en dus kun
je nooit een perfecte omschrijving van recht bekomen. Men moet het recht altijd uit een bepaalde
maatschappelijke context bekijken en dus daarom worden er keuzes gemaakt.

De noodzaak van een definitie
In sommige vakgebieden is een definitie niet noodzakelijk. Een chemicus kan bijvoorbeeld perfect werken
zonder zich ooit af te vragen wat ‘de chemie’ precies is, zolang hij begrijpt hoe het werkt.

Binnen het recht is er wel behoefte aan een definitie. Een rechter moet ‘het recht’ toepassen en moet dus
weten wat ‘het recht’ juist inhoudt. Zonder begripsomschrijving is het onduidelijk wat juristen moeten doen.

In België moet men Belgisch recht toepassen dus dan moet je weten wat de begripsinvulling van recht is en
soms moet je ook internationaal recht toepassen en dan moet je ook weten wat daar recht is.


Ook riskeert men dat het onderzoek naar ‘het recht’ verkeerd te worden begrepen zonder
begripsomschrijving. In eerste instantie is recht wat niet mag en dat is een prescriptieve interessen maar je kan
recht ook bekijken uit een empirische interessen en die zegt dat recht is recht een regelmatigheid die in de
werkelijkheid merkbaar is.


1

,Er zijn twee opvattingen binnen de beschouwing van het recht:

De essentialistische opvatting is van mening dat het recht een essentie heeft; alles wat als recht
wordt beschouwd, heeft een gemeenschappelijk kernelement dat bij elk recht aanwezig is.

Deze opvatting is moeilijk te verdedigen. Bij formele stromingen werkt de essentialistische
opvatting wel: is het afkomstig van een bepaalde persoon of instelling, bijvoorbeeld het
parlement of een godheid, dan is het recht. Maar bij andere werkt dit niet

Er zijn wezens of essentiële kenmerken van rechten en als iets daar niet aan voldoet is het
geen recht maar als het wel aan die kenmerken voldoet dan is het wel recht. We gaan
veronderstellen dat recht altijd een kenmerk heeft om ons instaat stelt om recht te
onderscheiden van andere fenomenen.

Je kan ons recht eerder beschouwen als een familie. In een familie is iedereen wel verwant,
maar deelt niet iedereen per sé eenzelfde kenmerk. Binnen het recht is er wel degelijk
overlap, maar niet elke rechtstak kent één gemeenschappelijk kenmerk.

De conventionalistische opvatting is van mening dat het recht is wat men identificeert en behandelt als recht.
Wat het recht is, kan dus verschillen van maatschappij tot maatschappij en van tijd tot tijd. Dat ligt niet op
voorhand vast. Recht is een conventie dus een afspraak tussen mensen om een bepaald fenomeen als recht te
bestempelen. Het is niet iets intrinsiek maar het zijn afspraken

Het recht is daarmee een sociale constructie en standpunt- of maatschappijafhankelijk.

Brian Tamanaha stelde dat het recht is wat mensen door hun sociale praktijken identificeren en
behandelen als recht. Hij geeft dus een criterium, eerder dan een definitie.


DEFINITIES VAN RECHT KOMEN IN VELE VORMEN VOOR
Statelijk recht: het geheel van gedragsvoorschriften dat door statelijke actoren is uitgevaardigd (zoals
wetgevers, rechters…).

Als wij aan recht denken denken we aan bepaalde vormen van recht. De meest zichtbare vorm is het statelijk
recht. Het statelijk recht veronderstelt dat je een staat hebt maar dat is niet altijd het geval. Ook wat een
bepaalde staat doet is zeer variabel van plaats tot plaats en ook in welke tijd het gebeurt. Bij sommige staten is
niet het statelijk recht maar het gewoonterecht het allerbelangrijkste.

Gewoonterecht: het geheel van gedragsvoorschriften dat tot stand komt doordat deelnemers aan het
rechtsverkeer die voorschriften als verbindend beschouwen. Gewoonterecht wordt niet door concrete
personen uitgevaardigd, maar is het gevolg van langdurig gebruik door die deelnemers in de praktijk. Het
gewoonterecht komt van niet statelijke actoren

Religieus recht: het geheel van gedragsvoorschriften dat binnen een bepaalde religie geldt

Bv. Onmogelijkheid tot scheiding in katholiek kerkelijk recht; tien geboden; 613 voorschriften in de Thora…

Natuurrecht: het geheel van gedragsvoorschriften dat afgeleid wordt uit een nauwkeurige observatie van de
menselijke natuur en dat geldt onafhankelijk van menselijke afspraken

Internationaal recht: het geheel van gedragsvoorschriften dat de internationale betrekking regelt (dus tussen
staten en andere actoren, zoals de Verenigde Naties en de Europese Unie)

= Definities van recht zijn dus te vergelijken met families

2

,De verschillende vormen van recht lijken op elkaar zoals familieleden. De vraag is om het kenmerk vast te
leggen waardoor je al het recht samenbrengt en niemand anders. Dat is zeer lastig omdat veel van de rechten
op verschillende manieren samenhangen/ verwant zijn.

Ze hebben bepaalde dingen gemeenschappelijk met bepaalde vormen en andere met andere vromen van
recht er is geen essentieel kenmerk dat in alle vormen van recht worden aangetroffen. Dus ze hebben iets met
elkaar te maken maar er is geen gemeenschappelijke essentie die al die leden gaat kenmerken

 Dus er moet een conventionalistische opvatting gebeuren en niet een essentiële


RECHT = STANDPUNT OF MAATSCHAPPELIJK AFHANKELIJK
Standpunt of maatschappij afhankelijk = hangt af van standpunt die men inneemt over het begrip ‘recht’.
Hangt af van de omschrijving die men aan ‘recht’ geeft. Je gaat een bepaalde vorm van recht in u hoofd
hebben en dat ga je definiere maar dat is geen definitie van alle vormen van recht. Hoe wij recht beschouwen
hangt af van de omschrijving die we aan recht geven. Daarom moeten we abstracte categorien hebben van
recht en ook de specifieke verschijningvormen van recht.

Bv.: je hebt 2 maatschappijen:

- Maatschappij 1 beschouwt het recht als alles wat overeenstemt met morele overtuigingen.
Maatschappij 2 vult recht echter in als alles wat overeenkomstig de grondwet is uitgevaardigd.
- Wanneer een discussie ontstaat over de wettelijkheid van abortus, dan kunnen deze maatschappijen
heel tegenovergestelde standpunten innemen, terwijl ze zich beide beroepen op ‘het recht’.
- Je kan dus niet spreken over wat geldt als recht zonder zelf standpunt in te nemen over wat recht
is. Om te kunnen toetsen aan het recht, moet je immers bepalen wat het recht juist inhoudt, en
welke bronnen je dus zou kunnen raadplegen.

Je kan niet spreken over wat geldt als recht zonder zelf een standpunt in te nemen over wat recht is. Als je
geen keuzen maakt dan kan je er ook geen antwoord op geven

Dat is anders dan bv bij een chemicus die dat niet moet doen want zijn standpunt heeft niks te maken want
feiten zijn wat ze zijn. Het standpunt is onafhankelijk en de resultaten veranderen niet door een bepaald
standpunt over chemie.


GEVOLGEN VAN EEN CONVENTIONALISTISCHE OPVATTING
Recht is relatief naar plaats en tijd dus het is contingent. Dooreen de tijd en de geografische ruimte zijn er
verschillende vormen van recht aan bod gekomen. ‘Recht’ is dus een sociale constructie dat geconstrueerd is
door handelingen van mensen met een geschiedenis

Moeten we nu zwijgen over het ‘recht’? Neen maa wel een andere focus leggen: niet de focus op de essentie
van het recht of recht in zijn universele tijdloze geheel maar wel de focus op de diverse kenmerken die men
daar in verband mee legt

De diverse kenmerken zijn:

- Geheel van regels?
- Gericht op normatieve ordening? Orde en structuur brengen aan de maatschappij, naar kan kritisch
naar gekeken worden
- Rol van handhaving? Internationaal recht is het beste voorbeeld want Israel overtreedt bepaalde
mensenrechten maar er geen enkele handhaving. Dus betekenen de mensenrechten wel iets?


3

, - Rol van rechtvaardigheid? dt toont het verband tussen recht en macht

= Dit zijn fundamentele vragen maar er is geen antwoord op

1 – FUNDAMENTELE TRANSFORMATIES VAN DE MENSENMAATSCHAPPIJ


I – MENS EN SAMENLEVING
Mensen zijn sociale wezens; ons leven krijgt pas betekenis in relatie tot anderen. Mensen gaan samen met
andere streven naar een bevrediging van onze basale behoeftes (voedsel, onderdak, veiligheid, voortplanting,
betekenisvol bestaan,… .

Sociale ontwikkeling is het resultaat van interactie in de samenleving, die wordt gestuurd door drie elementen:

- Materiële facetten zoals ecologische, technologische en economische grondstoffen bv. Kleren die we
kopen, de soorten supermarkten die men heeft,..
- Ideële facetten alles wat te maken heeft met ideeën waar we in geloven als mens en dit gaat ook
bepalen hoe we ons gaan verhouden tov anderen bv. kennis, overtuigingen, waarden, concepten en
gewoonten
- in samenspel met sociale instituten en praktijken:

Sociale instituten zijn samenlevingsverbanden en diengen die mensen doen die nuttig zijn
voor de samenleving bijvoorbeeld het gezin, kinderopvang en onderwijs. Deze instituten
komen tegemoet aan emotionele behoeften (bv plicht om voor ontplooiing te zorgen) en
economische behoeften (bv onderhoudsplicht).

Sociale praktijken zijn alledaagse handelingen en vooral de manier waarop die gebruikelijk
worden verricht in een bepaalde maatschappij. Voorbeelden zijn schaken, wachten in een
wachtkamer, op kraambezoek gaan, …


Als wij samenleven gaan we niet allemaal op dezelfde manier tov elkaar verhouden. Er zijn verschillende
manieren hoe we ons organiseren. Er zijn andere sociale instituten en die gaan andere maatschappelijke
behoefte lenige. Onze sociale ontwikkeling is een gevolg van veel factoren

Deze ontwikkeling gebeurt in elke maatschappij maar is niet overal sociaal leven complex bv een gezin van 6
mensen of organisatie van 12 miljoen mensen. Hoe groter hoe complexer vaak. Elke gemeenschap gaat de
basisbehoefte proberen te lenige

Het samenspel van de materiële en de ideële facetten met sociale instituten en praktijken maakt de sociale
ontwikkeling binnen een gemeenschap mogelijk

Sociale ontwikkeling zorgt ervoor dat een gemeenschap sociaal complexer wordt. Hoe groter de gemeenschap,
hoe meer ze organisatorisch uitgewerkt is.

Via sociale instituten zal er specialisatie ( hoe planning en inrichting verdeeld is) optreden om deze behoeften
te kunnen vervullen. Het zijn gedeelde belangen en relaties tussen individuen die deel uitmaken van
verschillende organisaties en ondersteunen de interactie tussen verschillende organisaties. Er zijn 2 soorten
specialisatie:

- Horizontale specialisatie hier is de planning of inrichting verdeeld op hetzelfde niveau. Het is de
verdeling van macht en bevoegdheden onder functionele eenheden op hetzelfde niveau (bv trias


4
$11.39
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
sakissandra

Get to know the seller

Seller avatar
sakissandra Universiteit Gent
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
0
Member since
11 months
Number of followers
0
Documents
1
Last sold
-

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions