RECHTSFILOSOFIE – SAMENVATTING
hoorcollege 1
filosofische vraag <> filosofische discipline
filosofische vraag filosofische discipline
wat is waarheid? dit soort vragen vallen onder
epistemologie/kenleer
wat is kennis? wat is wetenschap? dit soort vragen vallen ook onder
epistemologie/kenleer
wat betekent het om te bestaan of wat deze vragen worden gesteld in de
is de zin van het bestaan? metafysica (voorbij de natuurkunde,
voorbij de ‘gewone’ fysica) en ontologie
wat is het goede leven voor het mens? dit valt onder ethiek
hoe handel ik juist? 2 gezichten van de vraag: wat is een
goed geleefd mensenleven & moraliteit
wat is rechtvaardigheid? wat is een politieke filosofie
samenleving? wat is een goed
geordende samenleving van mensen
1 kant v filo wilt begrijpen wat een sl is
en de andere kant wilt de sl beoordelen
rechtsfilosofie kent raakvlakken met
⇒ ethiek: hoe moet ik leven? wat is het goede leven voor de mens?
⇒ politieke filosofie: wat is een sl? wat is de juiste manier van leven?
maar ook met
⇒ metafysica: wat is de zin van het leven?
- maakt metafysische filosofie uit hoe we onze samenleving ordenen? of is het
arbitrair, willekeurig zonder vaste reden of rechtvaardiging
- recht = verlengstuk van het zijn, van de natuur
- recht en religie historisch gezien nauw met elkaar verweven, filosofie
behandelt via metafysische vragen ook religieuze kwesties
,rechtsfilosofie
Stelt fundamentele vragen zoals: wat is recht? wat is goed recht? wat is een wet en
wat is een rechtsnorm?
Onderzoekt de oorsprong en toepassing van recht, alsook de ideale rechtsorde.
voorbeeld
Prawo i Sprawiedliwość - recht & rechtvaardigheid
Mariusz Kamiński (PiS) is veroordeeld voor machtsmisbruik.
PiS (recht en rechtvaardigheid) was aan de macht, onder hun bewind werd de
rechtsstaat ondermijnd, o.a. door het beperken van onafhankelijkheid van de
rechterlijke macht en het instellen van LGBTQ-vrije zones.
Na de verkiezingen kwam Donald Tusk aan de macht - leidt tot hervormingen
Mariusz Kaminski (PiS-kamerlid) werd veroordeeld voor machtsmisbruik, wat leidde
tot politieke spanningen en protesten van PiS-aanhangers
⇒ de demonstranten ‘verzetten zich tegen een dictatuur’
De nieuwe regering start grootschalige hervormingen om de onafhankelijkheid van
de rechtspraak te herstellen en corruptie binnen de PiS-periode aan te pakken.
Juridische afweging: is Kaminski vatbaar voor een straf vergelding
gevolgen van deze recente ontwikkelingen (recht & rechtvaardigheid)
politieke strijd
Onze democratische rechtsstrijd wordt op conceptueel niveau georganiseerd binnen
de politiek-filosofische stroming van het liberalisme.
Het liberalisme stelt de legitimiteit van politieke (ongewapende) strijd, d.w.z. het is a
priori legitiem dat u en ik het oneens zijn over de invulling van belangrijke
gemeenschappelijke waarden.
Het liberalisme poneert dat over al die dingen tussen inhoudelijke tegenstanders
een redelijk debat mogelijk is, ‘we can agree to disagree.’
juridische strijd
De juridische strijd is anders van aard..
Criteria worden niet bepaald in een vrij en democratisch debat, maar liggen al vast
in de wetgeving, internationale verdragen, rechtspraak, politieke conventies, etc.
,Het begrip rechtsstatelijkheid is een inhoudelijk criterium: het wil zeggen dat de
overheid in haar optreden aan (de eigen) regels gebonden is.
Het is dus geen formeel criterium (zoals ‘de meeste stemmen gelden’).
Dat wil zeggen dat onenigheid over deze thema’s niet bij voorbaat legitiem is.
De juridische strijd is dus gebonden aan wetten en verdragen, niet enkel aan
meerderheidsbesluiten.
waar ligt nu de urgentie
In dit tijdsgewricht is het steeds gemakkelijker geworden om juridische strijd te
presenteren als politieke strijd:
- De PiS-aanhangers in Warschau roepen: ‘Wij zijn met jullie!’ en 'Natuurlijk zijn
zij politieke gevangenen .. Wij verzetten ons, want dit gaat richting een
dictatuur’
De uitdaging van de rechtsfilosofie is hier:
Het onderscheid maken tussen politiek-morele (inhoudelijke) waarden en het
(formele) recht.
Te onderzoeken of er mogelijk een waarde is die van elke rechtsvorm de grondslag
is.
⇒ Deze twee taken staan in een gespannen relatie tot elkaar.
Sterker nog:
- In de filosofie lopen deze twee zaken - de inhoud en de vorm - elkaar al
25000 voor de voeten
- De centrale vraag is hier namelijk de oude filosofische vraag: Wat is
waarheid?
de bevelstheorie van Austin
1. John Austin (1970 - 1859), Brits rechtsfilosoof
⇒ probeerde het recht te definiëren en had veel invloed op britse en engelse
filosofen (positief maar ook negatief)
gekend bij veel juristen; leraar in de University College of London
2. John Austin, aanhanger van het Rechtspositivisme en van de bevelstheorie van
het recht
, Rechtspositivisme stelt dat recht afhangt van sociale feiten, niet van morele
waarden zoals bij natuurrecht.
Austin, een bekende rechtspositivist : "The existence of law is one thing; its merit and
demerit another.” - The Province of Jurisprudence Determined, 1832
Austin beperkt zich tot een neutrale beschrijving van het positieve (= feitelijk
bestaande) recht en houdt zich niet bezig met de waardering van het recht.
De bevelstheorie - inhoud en bestaan van het recht wordt bepaald door wat een
menselijke wet-/regelgever heeft bevolen, in de vorm van een soort bevel.
Austin, aanhanger van de bevelstheorie: “Every law or rule is a command. Or, rather,
laws or rules, properly so called, are a species of commands
Volgens Austin wordt de vraag ‘wat is recht’ niet beantwoord door de morele
waarde van recht maar door de feitelijke bron van het recht
- hieraan herken je de rechtspositivistische instelling van Austin
- een wet/regel is positief als het afkomstig is van een soevereine
wet-/regelgever (= ‘bevelhebber’)
3. The Province of Jurisprudence Determined, 1832
Het onderwerp van rechtsgeleerdheid is positief recht (in strikte zin): wetten of
regels gesteld door een politiek superieur aan ondergeschikten.
Wetten en regels zijn degene die worden gesteld ter sturing van het gedrag van een
redelijk wezen door een ander redelijk wezen dat macht uitoefent over het eerste.
1. goddelijke wetten (geen positief recht - door mensen gesteld - recht)
2. menselijke wetten (positief recht en positieve moraal)
hoorcollege 1
filosofische vraag <> filosofische discipline
filosofische vraag filosofische discipline
wat is waarheid? dit soort vragen vallen onder
epistemologie/kenleer
wat is kennis? wat is wetenschap? dit soort vragen vallen ook onder
epistemologie/kenleer
wat betekent het om te bestaan of wat deze vragen worden gesteld in de
is de zin van het bestaan? metafysica (voorbij de natuurkunde,
voorbij de ‘gewone’ fysica) en ontologie
wat is het goede leven voor het mens? dit valt onder ethiek
hoe handel ik juist? 2 gezichten van de vraag: wat is een
goed geleefd mensenleven & moraliteit
wat is rechtvaardigheid? wat is een politieke filosofie
samenleving? wat is een goed
geordende samenleving van mensen
1 kant v filo wilt begrijpen wat een sl is
en de andere kant wilt de sl beoordelen
rechtsfilosofie kent raakvlakken met
⇒ ethiek: hoe moet ik leven? wat is het goede leven voor de mens?
⇒ politieke filosofie: wat is een sl? wat is de juiste manier van leven?
maar ook met
⇒ metafysica: wat is de zin van het leven?
- maakt metafysische filosofie uit hoe we onze samenleving ordenen? of is het
arbitrair, willekeurig zonder vaste reden of rechtvaardiging
- recht = verlengstuk van het zijn, van de natuur
- recht en religie historisch gezien nauw met elkaar verweven, filosofie
behandelt via metafysische vragen ook religieuze kwesties
,rechtsfilosofie
Stelt fundamentele vragen zoals: wat is recht? wat is goed recht? wat is een wet en
wat is een rechtsnorm?
Onderzoekt de oorsprong en toepassing van recht, alsook de ideale rechtsorde.
voorbeeld
Prawo i Sprawiedliwość - recht & rechtvaardigheid
Mariusz Kamiński (PiS) is veroordeeld voor machtsmisbruik.
PiS (recht en rechtvaardigheid) was aan de macht, onder hun bewind werd de
rechtsstaat ondermijnd, o.a. door het beperken van onafhankelijkheid van de
rechterlijke macht en het instellen van LGBTQ-vrije zones.
Na de verkiezingen kwam Donald Tusk aan de macht - leidt tot hervormingen
Mariusz Kaminski (PiS-kamerlid) werd veroordeeld voor machtsmisbruik, wat leidde
tot politieke spanningen en protesten van PiS-aanhangers
⇒ de demonstranten ‘verzetten zich tegen een dictatuur’
De nieuwe regering start grootschalige hervormingen om de onafhankelijkheid van
de rechtspraak te herstellen en corruptie binnen de PiS-periode aan te pakken.
Juridische afweging: is Kaminski vatbaar voor een straf vergelding
gevolgen van deze recente ontwikkelingen (recht & rechtvaardigheid)
politieke strijd
Onze democratische rechtsstrijd wordt op conceptueel niveau georganiseerd binnen
de politiek-filosofische stroming van het liberalisme.
Het liberalisme stelt de legitimiteit van politieke (ongewapende) strijd, d.w.z. het is a
priori legitiem dat u en ik het oneens zijn over de invulling van belangrijke
gemeenschappelijke waarden.
Het liberalisme poneert dat over al die dingen tussen inhoudelijke tegenstanders
een redelijk debat mogelijk is, ‘we can agree to disagree.’
juridische strijd
De juridische strijd is anders van aard..
Criteria worden niet bepaald in een vrij en democratisch debat, maar liggen al vast
in de wetgeving, internationale verdragen, rechtspraak, politieke conventies, etc.
,Het begrip rechtsstatelijkheid is een inhoudelijk criterium: het wil zeggen dat de
overheid in haar optreden aan (de eigen) regels gebonden is.
Het is dus geen formeel criterium (zoals ‘de meeste stemmen gelden’).
Dat wil zeggen dat onenigheid over deze thema’s niet bij voorbaat legitiem is.
De juridische strijd is dus gebonden aan wetten en verdragen, niet enkel aan
meerderheidsbesluiten.
waar ligt nu de urgentie
In dit tijdsgewricht is het steeds gemakkelijker geworden om juridische strijd te
presenteren als politieke strijd:
- De PiS-aanhangers in Warschau roepen: ‘Wij zijn met jullie!’ en 'Natuurlijk zijn
zij politieke gevangenen .. Wij verzetten ons, want dit gaat richting een
dictatuur’
De uitdaging van de rechtsfilosofie is hier:
Het onderscheid maken tussen politiek-morele (inhoudelijke) waarden en het
(formele) recht.
Te onderzoeken of er mogelijk een waarde is die van elke rechtsvorm de grondslag
is.
⇒ Deze twee taken staan in een gespannen relatie tot elkaar.
Sterker nog:
- In de filosofie lopen deze twee zaken - de inhoud en de vorm - elkaar al
25000 voor de voeten
- De centrale vraag is hier namelijk de oude filosofische vraag: Wat is
waarheid?
de bevelstheorie van Austin
1. John Austin (1970 - 1859), Brits rechtsfilosoof
⇒ probeerde het recht te definiëren en had veel invloed op britse en engelse
filosofen (positief maar ook negatief)
gekend bij veel juristen; leraar in de University College of London
2. John Austin, aanhanger van het Rechtspositivisme en van de bevelstheorie van
het recht
, Rechtspositivisme stelt dat recht afhangt van sociale feiten, niet van morele
waarden zoals bij natuurrecht.
Austin, een bekende rechtspositivist : "The existence of law is one thing; its merit and
demerit another.” - The Province of Jurisprudence Determined, 1832
Austin beperkt zich tot een neutrale beschrijving van het positieve (= feitelijk
bestaande) recht en houdt zich niet bezig met de waardering van het recht.
De bevelstheorie - inhoud en bestaan van het recht wordt bepaald door wat een
menselijke wet-/regelgever heeft bevolen, in de vorm van een soort bevel.
Austin, aanhanger van de bevelstheorie: “Every law or rule is a command. Or, rather,
laws or rules, properly so called, are a species of commands
Volgens Austin wordt de vraag ‘wat is recht’ niet beantwoord door de morele
waarde van recht maar door de feitelijke bron van het recht
- hieraan herken je de rechtspositivistische instelling van Austin
- een wet/regel is positief als het afkomstig is van een soevereine
wet-/regelgever (= ‘bevelhebber’)
3. The Province of Jurisprudence Determined, 1832
Het onderwerp van rechtsgeleerdheid is positief recht (in strikte zin): wetten of
regels gesteld door een politiek superieur aan ondergeschikten.
Wetten en regels zijn degene die worden gesteld ter sturing van het gedrag van een
redelijk wezen door een ander redelijk wezen dat macht uitoefent over het eerste.
1. goddelijke wetten (geen positief recht - door mensen gesteld - recht)
2. menselijke wetten (positief recht en positieve moraal)