Te bestuderen literatuur:
- H10-11
- HR Hajziani/Van Woerden
- HR P./Hema
- HR New Hairstyle
- HR Wilco
- HR Kolom
Hoorcollege 4: Ontslagrecht (II)
01 Einde van rechtswege
1. Aflopen contract bepaalde tijd
- Aovk bepaalde tijd = aovk in de zin van 7:610
- Partijen van tevoren overeengekomen wanneer overeenkomst eindigt
o Objectief: mag niet meer door een van de partijen worden beïnvloed
(kalenderdatum, tijdvak, project, vervanging zieke)
- 7:667 – opzegging niet vereist
o Dus: geen toestemming Uwv of ontbinding kantonrechter, geen
opzegverboden, opzegtermijnen en aanzegdag
- 7:668a – beperkingen aan aantal en duur aansluitende aovk bepaalde tijd
- 7:667-3 – tussentijdse opzegging indien schriftelijk overeengekomen
- 7:671b-1 en 7:671b-9 indien geen beding tussentijdse opzegging, kan
ontbinding op grond van wettelijke opzeggronden, maar kan kantonrechter
daar een hogere vergoeding aan verbinden
- 7:668-1 – einde tijdig aanzeggen
o Geldt niet indien in aovk geen tijdstip vastgelegd als kalenderdatum,
maar bijv. project of korter dan zes maanden
- 7:668-4 en 7:668-5 – voortzetting
- 7:668a – beperkingen aan aantal en duur aansluitende aovk bepaalde tijd
o Na 3e bepaalde tijd 4e contract wordt onbepaalde tijd
(ketenregeling)
o (of na 3 jaren tezamen)
2. Intreden ontbindende voorwaarde
- Vereisten HTM-arrest
o 1. Niet in strijd met gesloten stelsel van ontslagrecht
o 2. Intreden voorwaarde is objectief bepaalbaar (niet afhankelijk van
subjectieve waardering werkgever)
o 3. Intreden voorwaarde niet afhankelijk van gedrag werknemer
- Onzekere gebeurtenis
- Geldigheid wordt slechts bij uitzondering aanvaard
- Verboden ontbindende voorwaarden 7:667-7/8
o 7:691-2 – uitzendovereenkomst
- Pensioenleeftijd toegestaan
3. Overlijden werknemer
- 7:674
, 02 Beëindiging met wederzijds goedvinden
Beëindigingsovereenkomst
7:670b-1 – schriftelijk
7:900 – vaststellingsovereenkomst
7:671-1 – opzegging met instemming (schriftelijk)
6:670b-2 – werknemer kan binnen 14 dagen terugkomen op sluiten
beëindigingsovereenkomst of instemming opzegging
6:670b-3 – indien werkgever hem daar niet schriftelijk op heeft gewezen, dan 21
dagen
6:671-2/3/4 – herroeping instemming
03 Ontslag op staande voet
7:677
Eisen
- Onverwijld ontslag
o Als je denkt dat er een dringende reden is voor ontslag op staande
voet, dan moet je daar ook naar handelen: laat zien dat je het heel
ernstig vindt
o Tramwegarrest – beslissend voor aanvang van onverwijldheidseis is
het moment waarop het vermoeden van een ontslaggrond ter kennis
komt van tot ontslag bevoegde functionaris
- Wel voortvarend handelen, maar zorgvuldigheid gaat voor tijd
- Vroom/Vreesman – op het moment dat je de bewijsbare,
aantoonbare zekerheid hebt dan moet onmiddellijk ontslag op
staande voet
- Vermoeden
Objectief: wanneer had hij het redelijkerwijs kunnen en
moeten weten
Subjectief: wanneer wist hij het
o Het is een subjectief criterium: arrest (?) – enkel
en alleen beslissend is wanneer de werkgever
daadwerkelijk de kennis nam van de dringende
reden
Eisen
o Redelijke mate van concretisering t.a.v. feiten
o In redelijke mate geïndividualiseerd t.a.v.
persoon
o Terughoudend bij rechter geïndiceerd o.g.v.
7:611
- Onverwijlde mededeling
o Arrest (?) – dringende reden moet de werknemer onmiddellijk
duidelijk zijn, daarvoor is niet voldoende dat de werknemer
redelijkerwijs heeft kunnen en moeten begrijpen wat de dringende
reden was
- Twee afwegingen:
1. Dit wordt bij verweten, heb ik dit gedaan?
2. Zijn de feiten ernstig genoeg om als dringende reden te
kwalificeren?