100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Kwantitatieve Analyse van Individuele Data (KAID)

Rating
-
Sold
-
Pages
53
Uploaded on
30-11-2025
Written in
2025/2026

Nederlandse samenvatting van alle artikelen met handige afbeeldingen

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
November 30, 2025
File latest updated on
December 2, 2025
Number of pages
53
Written in
2025/2026
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting quantitative analyses of individual development
Artikel 1: M. van der Gaag – a person-centered approach in
developmental science: why this is the future and how to get
there

Dit artikel pleit voor een persoonsgerichte benadering in
ontwikkelingswetenschap en presenteert theoretische en empirische
technieken hiervoor. Het kerndoel van ontwikkelingswetenschap is ook het
begrijpen van de ontwikkeling van individuen.

Waarom het moeilijk is om bevindingen op groepsniveau te gebruiken om
individuen te begrijpen
Ergodiciteits-aannames zijn aannames dat elk mens hetzelfde
(homogeniteit) en dat elk mens in de toekomst hetzelfde zal zijn
(stationariteit). Deze aannames liggen ten grondslag aan traditionele
groepsstatistieken.
- Voor ontwikkelingspsychologen is stationariteit vreemd, want
mensen worden bestudeerd in de loop van de tijd en hoe hun
cognities, identiteit, relaties en emoties ontwikkelen en veranderen.
Daarom is het statistisch blijven onrealistisch.
- Ook wordt de eerste aanname vaak geschonden, aangezien
individuen sterk kunnen variëren. Een model van groepsniveau kan
daarom niet goed gebruikt worden om individuele processen te
beschrijven. Dit is vooral te zien in persoonlijkheid, emoties,
identiteit, prestaties en intelligentie.
 De aanzienlijke variatie in binnen-individuele modellen en de
contrasten met tussen-individuele modellen, betwist de validiteit van
het gebruik van statistieken op groepsniveau om uitspraken over
individuele ontwikkeling. Als er uitspraken over individuen worden
gedaan, moeten modellen ook op individueel niveau zijn.

Informatie op groepsniveau biedt ons weinig informatie over hoe we
moeten ingrijpen, aangezien interventies doorgaans plaatsvinden op
individueel niveau. Dit is waar kennis op individueel niveau een goede
aanvulling kan geven.

Persoonlijke theorieontwikkeling
Individuele processen kunnen in de loop van de tijd sterk variëren en
daarom is het ontwikkelen van een theorie op individueel niveau geen
eenvoudige opgave. Een theorie moet om kunnen gaan met variatie, net
als inherente complexiteit en onzekerheid van individuele trajecten in de
tijd.

Complexe dynamische systeemtheorie (CDS) als
metatheorie van menselijke ontwikkeling
Individuele ontwikkeling kan gezien worden als
een complex dynamisch systeem en niet los
van tijd. De huidige ontwikkelings- of
psychologische toestand van iemand hangt af
van vorige toestand  iterativiteit.

,  Wanneer psychologische modellen worden toegepast moet het meer
lijken op figuur B hiernaast, waarbij elke variabele naar verwachting
zichzelf en andere variabelen op het volgende tijdstip beïnvloedt
(iterativiteit). Dit heeft gevolgen voor ons begrip van de stabiliteit
van bepaald gedrag en de mechanismen hiervan.
- Gewoonten zijn relatief stabiele verzameling gedragingen,
gedachten of emoties waartoe we ons aangetrokken voelen 
attractor state. Ze ontstaat doordat deze met elkaar interacteren en
na verloop van tijd vormen deze interacties stabiele patronen en dit
is een belangrijke voorspeller van je toekomst.
 Depressie kan worden beschreven als attractortoestand die
voorkomt uit een zichzelf versterkend patroon van gebrek aan slaap
-> negatieve stemming -> meer zorgen -> slaapproblemen. Het
resultaat is een stabiel, disfunctioneel patroon wat zichzelf in stand
houdt. Dit kan behandelt worden door de verbindingen te verbreken
tussen symptomen.

Ontwikkeling van individuen wordt gekenmerkt door schommelingen.
Individuen kunnen lange tijd in een stabiele toestand verkeren waarin er
niet veel verandert door het volgen van stabiele patronen. Dan kan er iets
gebeuren dat de status quo verstoort, zoals ingrijpende verandering in
omgeving, en daarna komt individu in andere stabiele toestand.
- Deze theorie heeft geholpen om overgangen in de adolescentie te
begrijpen en het moment van deze overgangen te voorspellen. Net
als identiteitsinegtratie.

Simulaties om een solide persoonsgerichte theorie te ontwikkelen
Een goede manier om een hoogwaardige theorie op individueel niveau te
ontwikkelen, is door deze te formaliseren. Dit is het opschrijven van
veronderstelde mechanismen van individuele ontwikkeling als een reeks
vergelijkingen of regels, en deze vervolgens te simuleren in de loop van de
tijd. Formalisatie versterkt de band tussen theorie en empirische
bevindingen.
 Borsboom et al: systematisch model voor formaliseren theorie
 (1) identificeren van robuust fenomeen (algemene, stabiele
bevinding), (2) ontwikkelen ‘prototheorie’ (basale theorie), (3)
prototheorie wordt geformaliseerd in reeks vergelijkingen en regels
voor simualties, (4) analyse simulatieresultaten.
- Hierbij kan gebruik worden gemaakt van analogische abductie: het
stelen van principes van andere succesvolle theorieën.
 Simulaties blijken een veelbelovende manier om solide
persoonsgerichte theorieën te ontwikkelen.

Haslbeck, Ryan et al.,: methode van statistisch model op zowel
gesimuleerde als empirische data en het vergelijken van uitkomsten.

Persoonsgerichte empirische benaderingen
Er bestaan ook veel tools om data empirisch te analyseren vanuit
persoonsgericht perspectief. Kwalitatieve benaderingen hanteren
standaard een persoonsgerichte invalshoek en analyseren data van elk

,individu afzonderlijk. Kwantitatieve benaderingen worden gebruikt om
meerdere individuen te bestuderen en gemakkelijk te vergelijken.
 Persoonsgerichte analysetechnieken kunnen vragen beantwoorden
over drie belangrijke aspecten: (1) algemene ontwikkelingstraject en
individuele verschillen hierin, (2) relaties analyseren tussen
variabelen binnen een individu en (3) niet-lineaire dynamiek van
longitudinale onderzoeken.


Onderzoek in de vorm van ontwikkeling
Er zijn veel situaties waarin het
gemiddelde de ervaring van een
individu niet accuraat vergeeft, zoals in
figuur B. Dan is een gemiddeld traject
misleidend.
- Multi-levelmodel is beste keuze
als individuele trajecten in de data
worden beschreven door
algemene, gemiddelde trend met individuele variaties daaromheen.
Deze individuele modellen vormen een overkoepelend model op
groepsniveau, gerepresenteerd door de ‘vaste effecten’. Deze
effecten werpen licht op het gemiddelde traject en belichten de
algemene ontwikkelingstrend, terwijl de willekeurige effecten
individuele variaties rond dit gemiddelde vastleggen.
- Het clusteren van individuen is nuttig als niet-standaard
kenmerken belangrijk lijken. Technieken zoals de latente
klassegroeimodel kunnen helpen bij ontdekken van verschillende
subtypen van longitudinale trajecten.

Analyseer de dynamieken binnen individuen
De eenvoudigste manier is het berekenen van een correlatie binnen
individuen. Dit door een correlatie te berekenen op tijdreeksgegevens van
één individu. Dit schendt de aannames van onafhankelijke observaties,
maar dit kan opgelost worden door de herhaalde metingen correlatie.
- De vector autoregressieve (VAR) modellering is een methode
die de dynamische wisselwerking vastlegt tussen tijdreeksen van
meerdere variabelen binnen een individu.
- De tijdsvariërende VAR modellen vereisen meet datapunten.
- De dynamische structurele vergelijkingsmodellering (DSEM)
is een multilevel modelleringsraamwerk voor het verwerken van
tijdreeksgegevens van individuen.
 Onderzoekers moeten niet alleen letten op gemiddelde resultaten op
groepsniveau, maar ook variaties op individuele modellen.
- Klassieke distributiegrafieken (boxplot / histogram) worden
gebruikt voor het visualiseren van verschillen in coëfficiënten van
modellen binnen individuen. Deze illustreren individuele datapunten,
gemiddelden en betrouwbaarheidsintervallen.
- Group iterative multiple model estimation (GIMME)
benadering hanteert een bottom-up benadering. Deze benadering

, kan ook subgroepen van individuen identificeren met vergelijkbare
typen modellen.

Von Oertzen et al. Presenteren een aanpak om de mate van niet-
ergodiciteit te testen: ergodische subruimte analyse, die de variantie
tussen individuen in de loop van de tijd scheidt van de variantie binnen
individuen. Dit kan ons helpen ontdekken welke van onze
groepsgebaseerde theorieën toepasbaar zijn op individuen, en welke
herzien of uitgebreid moeten worden.



Niet-lineaire ontwikkeling onderzoeken
De aanname van lineariteit komt niet altijd overeen met de theorie die
onderzocht wordt. De dynamische lineaire modellering is een
geschikte aanpak voor een hypothese die stelt dat een bepaalde variabele
intrinsieke, niet-lineaire dynamiek vertoont. Deze methode biedt meer
flexibiliteit, waardoor er kan worden aangenomen dat een variabele niet-
lineair fluctueert.
 De toestandsruimteraster is een niet-lineaire techniek waarmee
je interactiepatronen kunt visualiseren op een rastor voor
observationele of categorische gegevens. Het kan belangrijke
proceseigenschappen in de loop van de tijd effectief illustreren.
 Analyse van recidiefkwantificatie is een diepere, complexere
techniek om individuen en dyaden te analyseren. Het kan patronen
in data vinden door te kwantificeren hoe vaak bepaalde scores of
categorieën van gedrag terugkeren en kan dus attractoren binnen
individueel gedrag of dyadische interacties aanwijzen

Conclusie
De ergodiciteitskwestie stelt grote uitdagingen voor
ontwikkelingswetenschap, waardoor groepsniveau gegevens moeilijk te
generaliseren zijn naar individuele ontwikkelingstrajecten.

Artikel 2: Kunnen – a dynamic systems approach to adolescent
development

Hoofdstuk 2 – general characteristics of a dynamic systems
approach
De theorie van dynamische systemen conceptualiseert een
ontwikkelingsproces als een niet-lineair dynamisch systeem. Dit systeem
bestaat uit verschillende onderling verbonden elementen, en het gedrag
van het systeem wordt bepaald door de interacties tussen de elementen in
de loop van de tijd, waarbij deze interactie resulteert in ordelijk gedrag
van het systeem.
 Systemen bestaan uit interacterende elementen. De dynamische
systeembenadering bestudeert hoe uit interacties van elementen
een hogere orde verschijnselen ontstaan. Hoe deze verschijnselen
de interacterende elementen kunnen beïnvloeden en hoe ze in loop
van de tijd kunnen veranderen.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
senneidsardi Rijksuniversiteit Groningen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
212
Member since
3 year
Number of followers
92
Documents
41
Last sold
1 week ago

3.7

12 reviews

5
2
4
5
3
4
2
1
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions