1. LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (PER LES)................................................................................................1
1. LESVERLOOP.......................................................................................................................................................3
2. BORDSCHEMA...................................................................................................................................................12
3. BIJLAGEN.........................................................................................................................................................13
1. Lesvoorbereidingsformulier (Per les)
Student Vaklector
Mentor/Lio- Pedagoo
begeleider g
Leergebied Wiskunde Thema Omgaan met geld
tot 20.
Domein Geldwaarden Lestype: Nieuwe leerstof
Datum Leerjaar L1
Uur 10.40 tot 11.30 Aantal lln 16
Lesdoel:
De leerlingen kunnen het begrip ‘euro’ correct gebruiken (bv. 20 euro).
De leerlingen kunnen het symbool ‘€’ herkennen (bv. € 20).
De leerlingen kunnen de munten van 1 euro en 2 euro en de biljetten van 5 en 10 en 20
euro herkennen, onderscheiden en benoemen.
Beginsituatie
Op welke les bouwt deze les verder?
Geen
Wat kennen/kunnen ze al?
Winkeltje spelen tijdens hoekenwerk.
Als de leerlingen zelf mee naar de winkel gaan komen ze in contact met de begrippen
‘betalen’, ‘geld’.
Omschrijf de centrale leerplandoelen voor deze les:
1.1.35 – 2.1.46 – 3.1.45 Met concrete voorbeelden uit de eigen leefwereld kunnen
aangeven welke de rol en het praktisch nut is van wiskunde in de maatschappij.
1.2.16 Kennen, gebruiken en ordenen van in omloop zijnde muntstukken en
bankbriefjes.
1.2.17 De volgende begrippen en hun onderlinge relaties kunnen gebruiken:
eenheidsprijs, hoeveelheid, totale prijs.
1
,Geraadpleegde bronnen:
Bronselaer,M., De Gendt, J., De Maesschalck, K., Smits, F., Van Den Bulcke, S.,
Verstocken, T., Vranckx, S., (2023) Wiskunde Wijs. (pp 675-678). Uitgeverij Owl Press.
Handboek/ werkschrift
Laureyssens, C., Bresseleers, S., (2022) Ijsbrekers 1, Handleiding D1, Les 1 (pp 35-36),
Uitgeverij Van In.
Website:
Geraadpleegd op 4 juni 2024, van www.bingel.be
2
, 1. Lesverloop
Tijd Lesfasedoelen Leerinhoud Werkvorm Onderwijsstrategie Leermiddele
Wat wil ik dat Wat is de leerstof? Groeperings- Wat doe jij als leerkracht? n
de leerlingen vorm Wat doen de leerlingen?
kennen/kunnen
?
10’ 1.1.35 – 2.1.46 – Activeren van de voorkennis Onderwijs- STAP 1: Briefjes van 5
3.1.45 Met leergesprek euro, 10 euro
concrete CSA- MODEL: Aanbreng via een winkelspel: en 20 euro
voorbeelden uit Concreet handelen door Munstukken
de eigen producten te betalen. Vraagstelling: van 1 en 2
leefwereld euro.
kunnen Munstukken en bankbiljetten Knuffel
aangeven welke herkennen naar uitzicht en Mijn buurvrouw is bevallen van een Winkel in de
de rol en het waarde. jongen. En de baby heet Liam. Nu zoek klas
praktisch nut is ik een gepast cadeau. Hebben we hier
van wiskunde in Kunnen het begrip ‘Euro’ iets in onze winkel liggen? Kom we gaan
de correct gebruiken. eens kijken in onze winkel.
maatschappij. Kunnen het symbool ‘Euro’
herkennen. We gaan rond de winkel staan.
Leerkracht stelt vragen:
Lkr duidt een lln aan om verkoper te zijn.
Welk cadeau zou jij kiezen vanuit
onze winkel? (knuffel)
Kunnen we dit zo gewoon mee
nemen vanuit de winkel (nee, we
moeten dit betalen)
Met wat betalen we? (met geld)
Hoeveel moeten we betalen? (20
euro)
Hoe kunnen we 20 euro betalen?
Lkr toont welke biljetten en
3
1. LESVERLOOP.......................................................................................................................................................3
2. BORDSCHEMA...................................................................................................................................................12
3. BIJLAGEN.........................................................................................................................................................13
1. Lesvoorbereidingsformulier (Per les)
Student Vaklector
Mentor/Lio- Pedagoo
begeleider g
Leergebied Wiskunde Thema Omgaan met geld
tot 20.
Domein Geldwaarden Lestype: Nieuwe leerstof
Datum Leerjaar L1
Uur 10.40 tot 11.30 Aantal lln 16
Lesdoel:
De leerlingen kunnen het begrip ‘euro’ correct gebruiken (bv. 20 euro).
De leerlingen kunnen het symbool ‘€’ herkennen (bv. € 20).
De leerlingen kunnen de munten van 1 euro en 2 euro en de biljetten van 5 en 10 en 20
euro herkennen, onderscheiden en benoemen.
Beginsituatie
Op welke les bouwt deze les verder?
Geen
Wat kennen/kunnen ze al?
Winkeltje spelen tijdens hoekenwerk.
Als de leerlingen zelf mee naar de winkel gaan komen ze in contact met de begrippen
‘betalen’, ‘geld’.
Omschrijf de centrale leerplandoelen voor deze les:
1.1.35 – 2.1.46 – 3.1.45 Met concrete voorbeelden uit de eigen leefwereld kunnen
aangeven welke de rol en het praktisch nut is van wiskunde in de maatschappij.
1.2.16 Kennen, gebruiken en ordenen van in omloop zijnde muntstukken en
bankbriefjes.
1.2.17 De volgende begrippen en hun onderlinge relaties kunnen gebruiken:
eenheidsprijs, hoeveelheid, totale prijs.
1
,Geraadpleegde bronnen:
Bronselaer,M., De Gendt, J., De Maesschalck, K., Smits, F., Van Den Bulcke, S.,
Verstocken, T., Vranckx, S., (2023) Wiskunde Wijs. (pp 675-678). Uitgeverij Owl Press.
Handboek/ werkschrift
Laureyssens, C., Bresseleers, S., (2022) Ijsbrekers 1, Handleiding D1, Les 1 (pp 35-36),
Uitgeverij Van In.
Website:
Geraadpleegd op 4 juni 2024, van www.bingel.be
2
, 1. Lesverloop
Tijd Lesfasedoelen Leerinhoud Werkvorm Onderwijsstrategie Leermiddele
Wat wil ik dat Wat is de leerstof? Groeperings- Wat doe jij als leerkracht? n
de leerlingen vorm Wat doen de leerlingen?
kennen/kunnen
?
10’ 1.1.35 – 2.1.46 – Activeren van de voorkennis Onderwijs- STAP 1: Briefjes van 5
3.1.45 Met leergesprek euro, 10 euro
concrete CSA- MODEL: Aanbreng via een winkelspel: en 20 euro
voorbeelden uit Concreet handelen door Munstukken
de eigen producten te betalen. Vraagstelling: van 1 en 2
leefwereld euro.
kunnen Munstukken en bankbiljetten Knuffel
aangeven welke herkennen naar uitzicht en Mijn buurvrouw is bevallen van een Winkel in de
de rol en het waarde. jongen. En de baby heet Liam. Nu zoek klas
praktisch nut is ik een gepast cadeau. Hebben we hier
van wiskunde in Kunnen het begrip ‘Euro’ iets in onze winkel liggen? Kom we gaan
de correct gebruiken. eens kijken in onze winkel.
maatschappij. Kunnen het symbool ‘Euro’
herkennen. We gaan rond de winkel staan.
Leerkracht stelt vragen:
Lkr duidt een lln aan om verkoper te zijn.
Welk cadeau zou jij kiezen vanuit
onze winkel? (knuffel)
Kunnen we dit zo gewoon mee
nemen vanuit de winkel (nee, we
moeten dit betalen)
Met wat betalen we? (met geld)
Hoeveel moeten we betalen? (20
euro)
Hoe kunnen we 20 euro betalen?
Lkr toont welke biljetten en
3