100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting BUS5 budgettering, planning & control facility management

Rating
2.0
(1)
Sold
3
Pages
11
Uploaded on
04-02-2021
Written in
2018/2019

Samenvatting BUS5 budgettering, planning & control gegeven in het tweede jaar van facility management. Bevat hoofdstukken 11, 13 en 14

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Hoofdstuk: 11, 13 en 14
Uploaded on
February 4, 2021
Number of pages
11
Written in
2018/2019
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting BUS5: budgetteren / planning & control
Hoofdstuk 11
Een bedrijf maakt kosten om producten of diensten te leveren aan klanten. Kosten worden
veroorzaakt door het gebruik van productiemiddelen. Kosten is de geldwaarde van de opgeofferde
productiekosten of arbeidsuren. De kosten van verschillende productiemiddelen veranderen iet
allemaal op dezelfde wijze. We kunnen kosten indelen in 2 hoofdgroepen;
- Vaste kosten/constante kosten: veranderen niet als de productie toeneemt of afneemt. Zijn
onafhankelijk van het aantal geproduceerde producten. Ze kunnen wel veranderen, maar niet door
een eventueel veranderende productiehoeveelheid.
- Variabele kosten: veranderen als de productie varieert.

Kosten van intrest zijn kosten van een vreemd vermogen en is dus rente. Rentekosten is meestal over
het bedrag van de hoogte van de lening.

Variabele kosten
Proportionele variabele kosten  per
eenheidproduct blijven de variabele
kosten gelijk. Per eenheidproduct
worden dezelfde kosten gemaakt. Dit
komt vaak voor.
Degressieve variabele kosten  de
kosten nemen in verhouding minder
sterk toe dan de productie. Heeft tot
gevolg dat de kosten per
eenheidproduct dalen. Komt meestal
voor bij een laag niveau van productie.
Progressieve variabele kosten  komen meestal voor bij een hoge productieomvang. De totale
variabele kosten stijgen relatief sneller dan de geproduceerde hoeveelheid, waardoor de kosten per
eenheid zullen toenemen. Dit kan heffingen en boetes tot gevolg hebben.
Trapsgewijs variabele kosten  als de productiemiddelen slechts beperkt deelbaar zijn, maar op
korte termijn in de benodigde hoeveelheid kan worden ingezet.

Afschrijvingskosten kunnen zowel variabel zijn als vast. Als de slijtage van het productiemiddel vooral
bepaald wordt door het gebruik dat ervan wordt gemaakt en niet zozeer door tijdsverloop, is het een
variabele kosten.

Vasten/constante kosten
Vaste kosten zijn kosten die in de betreffende periode niet veranderen als de productiehoeveelheid
een wijziging ondergaat. De kosten worden veroorzaakt door de aanwezige productiecapaciteit die
op korte termijn niet kan worden uitgebreid of ingekrompen. Omdat de omvang van de capaciteit
bepalend is voor het niveau van de vaste kosten, worden ze ook wel capaciteitskosten genoemd. Bij
een daling van de productie kan de capaciteit niet onmiddellijk aan de behoefte worden aangepast,
waardoor de kosten op hetzelfde niveau blijven.
Als er wordt gesproken wordt over een langere periode, zijn de vaste kosten wel beïnvloedbaar,
omdat op lange termijn de capaciteit kan worden aangepast.
Kosten zijn alleen echt vast, als we ervan uitgaan dat het productieniveau zich bevindt binnen de op
de korte termijn geldende capaciteitsgrenzen van de orderneming  relevant production range.

, Afschrijvingen zijn de vaste kosten als er slijtage van het duurzame productiemiddel ontstaat door
tijdsverloop.

Totale kosten
Om een kostenstructuur zo volledig mogelijk te analyseren moet van alle kosten worden nagegaan in
welke mate de kosten vast of variabel zijn. Vaste kosten zijn bijvoorbeeld; overhead, rente,
afschrijving van een gebouw en vaste lonen. Variabele kosten zijn bijvoorbeeld; grondstoffen,
uitzendkrachten en inkoopkosten van goederen die doorverkocht worden. Sommige kostensoorten
kunnen beide elementen bevatten, waardoor ze gedeeltelijk vast en gedeeltelijk variabel zijn. Zoals
bijvoorbeeld energiekosten.
Bij productiebedrijven bestaan de totale kosten voor een belangrijk deel uit variabele kosten, bij een
dienstverlenend bedrijf bestaan de totale kosten merendeel uit vaste kosten.

Break-even punt
Het break-even punt, is het punt waarbij de onderneming quitte speelt. De totale opbrengsten zijn
dan precies gelijk aan de totale kosten, waardoor er geen winst en geen verlies wordt gemaakt. Het
onderzoek naar de relatie van omzet, totale kosten en winst met de productieomvang/afzet en het
bepalen van het break-even punt heet break-evenanalyse. Bij de break-evenanalyse is het
onderscheid tussen variabele en vaste kosten essentieel.
Elke eenheid die wordt geproduceerd en verkocht verkleint het verlies met het verschil tussen de
verkoopprijs en de variabele kosten per eenheid. Dit verschil heet de dekkingsbijdrage. Het break-
even punt is de afzet waarbij de totale dekkingsbijdrage precies groot genoeg is om de totale vaste
kosten te kunnen dekken.

Dekkingsbijdrage = de verkoopprijs – de variabele kosten per product. Het verschil wat overblijft is
genoeg om de constante kosten te dekken.

Voor de break- even afzet geldt;
Totale opbrengst = totale kosten
Afzet x Verkoopprijs = vaste kosten + afzet x variabele kosten per eenheid
Afzet x Verkoopprijs – afzet x variabele kosten per eenheid = vaste kosten
Afzet x (Verkoopprijs – variabele kosten per eenheid) = vaste kosten

Afzet = vaste kosten : verkoopprijs – variabele kosten per eenheid  c/(p-v)
Omzet = vaste kosten : provisieopbrengst

Break-evenafzet zijn het aantal stuks dat je moet maken/verkopen om quitte te spelen.
Break-evenomzet is de omzet die je moet behalen om quitte te spelen.

Uitgangspunten voor het uitvoeren van een break-evenanalyse
1 Lineariteit van kosten en opbrengsten
Bij een break-evenanalyse wordt verondersteld dat omzet en kosten een
lineair verloop hebben. Als zich niet-lineariteit van kosten en opbrengsten
voordoet, zullen er 2 break-even punten zijn.

C : p-/-v = break-even punt. C; totale constante kosten. P; verkoopprijs. V;
variabele kosten

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
4 year ago

2.0

1 reviews

5
0
4
0
3
0
2
1
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
romeemeijdam1 Haagse Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
90
Member since
4 year
Number of followers
66
Documents
29
Last sold
1 week ago

3.2

6 reviews

5
2
4
1
3
0
2
2
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions