Hoofdstuk 1: oriëntatie op persoonlijkheid
persoonlijkheid: komt van het Griekse woord Persona (door linkend) (masker dan tijdens Grieks drama
werd gedragen), je accentueert bepaalde kenmerken
persoonlijkheid: datgene wat een persoon kenmerkt
doelen van persoonlijkheidspsychologen
1. consistente individuele verschillen beschrijven
2. achterhalen wat ten grondslag ligt aan individuele verschillen
aspecten van een individu die een persoonlijkheid vormen
1. individuele verschillen
2. consistentie (samenhangend)
a. cross-situationele consistentie: hetzelfde doen in verschillende situaties
b. interne consistentie: op verschillende samenhangende dingen hetzelfde scoren
c. stabiliteit
het plaatje geeft een goede reflectie weer. Er is een hoge
correlatie (.072), er zijn individuele verschillen en er is
consistentie
5 volledige aspecten
1. consistentie
2. observeren gedrag en verborgen expressie
3. georganiseerd geheel
4. determinant, kan invloed hebben op omgeving
5. fysiologische kenmerken, samenhangen met
psychologisch concept
oriëntaties + integratie persoonlijkheid
een oriëntatie richt zich op verschillende aspecten van persoonlijkheid
1. trek-dispositionele oriëntatie: consistente verschillen tussen personen
2. biologische oriëntatie
3. psychodynamisch-motivationele oriëntatie
4. gedragsmatige conditionering oriëntatie
5. fenomenologisch-humanistische oriëntatie
6. sociaal-cognitieve oriëntatie
Hoofdstuk 2: data, methoden en tools
correlatie
klein → r = 0.10 tot r = 0.30
middel → r = 0.30 tot 0.50
groot → r > 0.50
, Hoofdstuk 3: Trait-dispositional level
trek-dispositionele oriëntatie → ontdekt en beschrijft consistente verschillen tussen personen
Hippocrates
de soorten persoonlijkheden worden nog steeds gebruikt, al geloven we niet meer dat een bepaalde stof
in je lichaam zorgt voor bepaalde kenmerkende eigenschappen
psycholexical approach
mensen die hoog scoren op bepaalde eigenschappen,
zullen op samenhangende eigenschappen ook hoog
scoren
factoranalyse gebruikt de scores om correlatie tussen de
persoonlijkheden aan te geven
De Big-5 Inventory
De grote vijf persoonlijkheidstest is 1 van de belangrijkste persoonlijkheidstesten in de
persoonlijkheidspsychologie. De 5 persoonlijkheden zijn:
openheid
consciëntieusheid (doelgericht, ambitie, motivatie)
extraversie
agreeableness (vriendelijkheid)
neuroticisme
bijdrage ouder worden
hoge consciëntieusheid → beter gezondheidsgedrag
hoge extraversie → meer sociale steun
vriendelijkheid → minder cardiovasculaire stress
rangorde stabiliteit: positie van personen ten opzichte van elkaar blijft hetzelfde
Big Five Inventory-2
openheid: nieuwsgierigheid, esthetisch gevoelig, creatieve imagination
consciëntieusheid (doelgericht, motivatie): organisatie, productiviteit, reactionair
extraversie: social begaafd, zelfbewust, energielevel
agreeableness (vriendelijkheid) compassie, respectvol, vertrouwen
neuroticisme anxiety, depressie, vluchten van emotie
persoonlijkheid: komt van het Griekse woord Persona (door linkend) (masker dan tijdens Grieks drama
werd gedragen), je accentueert bepaalde kenmerken
persoonlijkheid: datgene wat een persoon kenmerkt
doelen van persoonlijkheidspsychologen
1. consistente individuele verschillen beschrijven
2. achterhalen wat ten grondslag ligt aan individuele verschillen
aspecten van een individu die een persoonlijkheid vormen
1. individuele verschillen
2. consistentie (samenhangend)
a. cross-situationele consistentie: hetzelfde doen in verschillende situaties
b. interne consistentie: op verschillende samenhangende dingen hetzelfde scoren
c. stabiliteit
het plaatje geeft een goede reflectie weer. Er is een hoge
correlatie (.072), er zijn individuele verschillen en er is
consistentie
5 volledige aspecten
1. consistentie
2. observeren gedrag en verborgen expressie
3. georganiseerd geheel
4. determinant, kan invloed hebben op omgeving
5. fysiologische kenmerken, samenhangen met
psychologisch concept
oriëntaties + integratie persoonlijkheid
een oriëntatie richt zich op verschillende aspecten van persoonlijkheid
1. trek-dispositionele oriëntatie: consistente verschillen tussen personen
2. biologische oriëntatie
3. psychodynamisch-motivationele oriëntatie
4. gedragsmatige conditionering oriëntatie
5. fenomenologisch-humanistische oriëntatie
6. sociaal-cognitieve oriëntatie
Hoofdstuk 2: data, methoden en tools
correlatie
klein → r = 0.10 tot r = 0.30
middel → r = 0.30 tot 0.50
groot → r > 0.50
, Hoofdstuk 3: Trait-dispositional level
trek-dispositionele oriëntatie → ontdekt en beschrijft consistente verschillen tussen personen
Hippocrates
de soorten persoonlijkheden worden nog steeds gebruikt, al geloven we niet meer dat een bepaalde stof
in je lichaam zorgt voor bepaalde kenmerkende eigenschappen
psycholexical approach
mensen die hoog scoren op bepaalde eigenschappen,
zullen op samenhangende eigenschappen ook hoog
scoren
factoranalyse gebruikt de scores om correlatie tussen de
persoonlijkheden aan te geven
De Big-5 Inventory
De grote vijf persoonlijkheidstest is 1 van de belangrijkste persoonlijkheidstesten in de
persoonlijkheidspsychologie. De 5 persoonlijkheden zijn:
openheid
consciëntieusheid (doelgericht, ambitie, motivatie)
extraversie
agreeableness (vriendelijkheid)
neuroticisme
bijdrage ouder worden
hoge consciëntieusheid → beter gezondheidsgedrag
hoge extraversie → meer sociale steun
vriendelijkheid → minder cardiovasculaire stress
rangorde stabiliteit: positie van personen ten opzichte van elkaar blijft hetzelfde
Big Five Inventory-2
openheid: nieuwsgierigheid, esthetisch gevoelig, creatieve imagination
consciëntieusheid (doelgericht, motivatie): organisatie, productiviteit, reactionair
extraversie: social begaafd, zelfbewust, energielevel
agreeableness (vriendelijkheid) compassie, respectvol, vertrouwen
neuroticisme anxiety, depressie, vluchten van emotie
