Begrippenlijst wetgeving rond perinatale zorg :
Recht: Een geheel van gedragsregels en normen opgelegd door de overheid om het
maatschappelijk leven te ordenen en afdwingbaar te maken.
Nationaal recht: Recht dat geldt binnen een specifieke natie of land.
Internationaal recht: Recht dat voortvloeit uit verdragen en overeenkomsten tussen
landen, en geldt wereldwijd, met uitzondering van enkele landen zoals Afghanistan
en Noord-Korea.
Supranationaal recht: Recht dat geldt binnen een groep landen die aangesloten zijn
bij een overkoepelende organisatie, zoals de Europese Unie (EU). Voorbeeld:
EU-burgers hebben recht op basisbehoeften zoals onderdak, onderwijs en
gezondheidszorg.
Wetgeving: Regels en wetten die door de overheid zijn vastgesteld en vastgelegd in
officiële documenten zoals het Belgische Staatsblad.
Rechtspraak: Uitspraken en beslissingen van hoven en rechtbanken die de wet
interpreteren en toepassen.
Rechtsleer: De wetenschappelijke studie en publicaties (boeken, tijdschriften) over
recht en rechtspraak.
, Gecoördineerde wet 10 mei 2015 (WUG): Wet betreffende de uitoefening van de
gezondheidszorgberoepen, inclusief artsen, tandartsen, apothekers,
kinesitherapeuten, verpleegkundigen, en meer.
Paramedisch beroep: Gezondheidszorgberoepen die technische en
ondersteunende taken verrichten onder toezicht van artsen of apothekers.
Voorbeelden: audiologen, ergotherapeuten, diëtisten, verplegers, vroedvrouwen,
zorgkundigen.
Therapeutische vrijheid: Het recht van artsen om de meest geschikte behandeling
voor hun patiënten te kiezen, binnen bepaalde wettelijke grenzen.
Therapeutische hardnekkigheid: Het aanhouden van een behandeling zonder
uitzicht op verbetering, wat kan leiden tot ethische dilemma's.
Code geneeskundige plichtenleer: Een gedragscode voor artsen die richtlijnen
geeft voor professioneel en ethisch handelen.
Tuchtsanctie: Een disciplinaire maatregel opgelegd aan artsen die de beroepscode
overtreden, variërend van waarschuwingen tot schorsingen.
Apotheker: Gezondheidszorgprofessionals die geneesmiddelen verstrekken en
advies geven over het gebruik daarvan.
Ergotherapie: Een paramedische discipline gericht op het bevorderen van de
zelfredzaamheid van mensen met fysieke of mentale beperkingen.
Medische beeldvorming: Technieken en methoden zoals röntgenfoto's en
MRI-scans om diagnostische beelden van het lichaam te maken.
Diëtetiek: De wetenschap van voeding en dieet, gericht op het bevorderen van
gezondheid door aangepaste voedingsadviezen.
Recht: Een geheel van gedragsregels en normen opgelegd door de overheid om het
maatschappelijk leven te ordenen en afdwingbaar te maken.
Nationaal recht: Recht dat geldt binnen een specifieke natie of land.
Internationaal recht: Recht dat voortvloeit uit verdragen en overeenkomsten tussen
landen, en geldt wereldwijd, met uitzondering van enkele landen zoals Afghanistan
en Noord-Korea.
Supranationaal recht: Recht dat geldt binnen een groep landen die aangesloten zijn
bij een overkoepelende organisatie, zoals de Europese Unie (EU). Voorbeeld:
EU-burgers hebben recht op basisbehoeften zoals onderdak, onderwijs en
gezondheidszorg.
Wetgeving: Regels en wetten die door de overheid zijn vastgesteld en vastgelegd in
officiële documenten zoals het Belgische Staatsblad.
Rechtspraak: Uitspraken en beslissingen van hoven en rechtbanken die de wet
interpreteren en toepassen.
Rechtsleer: De wetenschappelijke studie en publicaties (boeken, tijdschriften) over
recht en rechtspraak.
, Gecoördineerde wet 10 mei 2015 (WUG): Wet betreffende de uitoefening van de
gezondheidszorgberoepen, inclusief artsen, tandartsen, apothekers,
kinesitherapeuten, verpleegkundigen, en meer.
Paramedisch beroep: Gezondheidszorgberoepen die technische en
ondersteunende taken verrichten onder toezicht van artsen of apothekers.
Voorbeelden: audiologen, ergotherapeuten, diëtisten, verplegers, vroedvrouwen,
zorgkundigen.
Therapeutische vrijheid: Het recht van artsen om de meest geschikte behandeling
voor hun patiënten te kiezen, binnen bepaalde wettelijke grenzen.
Therapeutische hardnekkigheid: Het aanhouden van een behandeling zonder
uitzicht op verbetering, wat kan leiden tot ethische dilemma's.
Code geneeskundige plichtenleer: Een gedragscode voor artsen die richtlijnen
geeft voor professioneel en ethisch handelen.
Tuchtsanctie: Een disciplinaire maatregel opgelegd aan artsen die de beroepscode
overtreden, variërend van waarschuwingen tot schorsingen.
Apotheker: Gezondheidszorgprofessionals die geneesmiddelen verstrekken en
advies geven over het gebruik daarvan.
Ergotherapie: Een paramedische discipline gericht op het bevorderen van de
zelfredzaamheid van mensen met fysieke of mentale beperkingen.
Medische beeldvorming: Technieken en methoden zoals röntgenfoto's en
MRI-scans om diagnostische beelden van het lichaam te maken.
Diëtetiek: De wetenschap van voeding en dieet, gericht op het bevorderen van
gezondheid door aangepaste voedingsadviezen.