Samenvatting financial
management
Hoofdstuk 1 het opstellen van een businessplan
Een businessplan geeft het antwoord op de vragen : wie/wat/waar/waarom?
o Niet alleen de vier W vragen maar ook de hoe-vraag
Dit vind je op het financieel plan :
Investeringsplan
Financieringsplan
Begrote resultaten rekening
Liquiditeitsbegroting
Balansprognose
Break even-analyse
Ratio-analyse
Hoofdstuk 2 relatie tussen plannen en budgetteren
- Planning betekent dat de lange termijndoelstellingen bepaald worden
o Budgettering is op korte termijn
- Op basis van het plannen kunnen dan ook budgetten opgemaakt worden :
o Strategische planning: doelstellingen op lange termijn (3 tot 5 jaar)
o Tactische planning: doelstelling op middel lange termijn (1 tot 3 jaar)
o Operationele planning: doelstellingen per dag of wekelijks
o Budgetteren: vertrekt van de doelstelling die opgemaakt zijn in de strategische en
tactische planning en omvatten volgende elementen :
Informatie over R&D-projecten
Evolutie van de omzet en de verschillende producten of diensten
Evolutie van het aantal personeelsleden
Prognose over de financieringswijze
Evolutie van het resultaat en het vooropgestelde rendement
Het masterbudget vertrekt vanuit de strategische bedrijfsbeslissingen , operationele budgetten
worden dan opgebouwd per functionele afdeling
- Operationele budgetten : inkomsten en kosten van onder andere de commerciële
budgettering (per afdeling)
- Financiële budgetten : wordt opgemaakt door de financiële administratie en bevat de cash
flow , financiering , etc.
, Hoofdstuk 3 budgetten
3.1 historiek
- Het budget is de basis van het financieel plan
o Het is uitgegroeid tot een belangrijk beleidsinstrument
o korte termijn
3.2 definities
Vincent Peeters definitie van budgettering : “budgettering is een gesloten systeem tot het bereiken
van een optimale rentabiliteit , waarin gecoördineerd de verrichtingen van de onderneming afdelings
of kostenplaatsgewijs taakstellend wordend begroot en vergeleken met de werkelijke kosten en
opbrengsten”
Gesloten systeem : wijst op de volledigheid van budgettering namelijk opgesteld van begin
tot eindebalans .
Optimale rentabiliteit : opgesteld in het licht van bepaalde doelstellingen:
o economische
o maatschappelijke
o sociale
gecoördineerd: het budget van elke afdeling moet afgestemd zijn op deze van alle andere
afdelingen
verrichtingen van de onderneming : prestaties en hoeveelheden worden begroot .
afdelings-of kostenplaatsgewijs : op deze manier is er voor elk budget een
verantwoordelijke
taakstellend : iedereen moet zich aan het budget houden
begroot: het werkprogramma wordt gewaardeerd
vergeleken met de werkelijke kosten en opbrengsten : door de controle achteraf is de
budgettering een waar beleidsinstrument
3.3 doelstellingen en strategieën
Een onderneming kan op diverse manieren proberen haar doelstellingen te bereiken. Welke
strategieën zullen ze gebruiken :
- op welke basis wenst de onderneming te concurreren ?
o kostenleiderschap : produceren tegen de laagste kosten dus de laagste prijs
aldi , colruyt
o differentiatie : extra dimensies toevoegen , bv. Kwaliteit , flexibiliteit, etc.
apple
o focus = nichespeler : zich op een klein deel van de markt richten
luxeproducten
management
Hoofdstuk 1 het opstellen van een businessplan
Een businessplan geeft het antwoord op de vragen : wie/wat/waar/waarom?
o Niet alleen de vier W vragen maar ook de hoe-vraag
Dit vind je op het financieel plan :
Investeringsplan
Financieringsplan
Begrote resultaten rekening
Liquiditeitsbegroting
Balansprognose
Break even-analyse
Ratio-analyse
Hoofdstuk 2 relatie tussen plannen en budgetteren
- Planning betekent dat de lange termijndoelstellingen bepaald worden
o Budgettering is op korte termijn
- Op basis van het plannen kunnen dan ook budgetten opgemaakt worden :
o Strategische planning: doelstellingen op lange termijn (3 tot 5 jaar)
o Tactische planning: doelstelling op middel lange termijn (1 tot 3 jaar)
o Operationele planning: doelstellingen per dag of wekelijks
o Budgetteren: vertrekt van de doelstelling die opgemaakt zijn in de strategische en
tactische planning en omvatten volgende elementen :
Informatie over R&D-projecten
Evolutie van de omzet en de verschillende producten of diensten
Evolutie van het aantal personeelsleden
Prognose over de financieringswijze
Evolutie van het resultaat en het vooropgestelde rendement
Het masterbudget vertrekt vanuit de strategische bedrijfsbeslissingen , operationele budgetten
worden dan opgebouwd per functionele afdeling
- Operationele budgetten : inkomsten en kosten van onder andere de commerciële
budgettering (per afdeling)
- Financiële budgetten : wordt opgemaakt door de financiële administratie en bevat de cash
flow , financiering , etc.
, Hoofdstuk 3 budgetten
3.1 historiek
- Het budget is de basis van het financieel plan
o Het is uitgegroeid tot een belangrijk beleidsinstrument
o korte termijn
3.2 definities
Vincent Peeters definitie van budgettering : “budgettering is een gesloten systeem tot het bereiken
van een optimale rentabiliteit , waarin gecoördineerd de verrichtingen van de onderneming afdelings
of kostenplaatsgewijs taakstellend wordend begroot en vergeleken met de werkelijke kosten en
opbrengsten”
Gesloten systeem : wijst op de volledigheid van budgettering namelijk opgesteld van begin
tot eindebalans .
Optimale rentabiliteit : opgesteld in het licht van bepaalde doelstellingen:
o economische
o maatschappelijke
o sociale
gecoördineerd: het budget van elke afdeling moet afgestemd zijn op deze van alle andere
afdelingen
verrichtingen van de onderneming : prestaties en hoeveelheden worden begroot .
afdelings-of kostenplaatsgewijs : op deze manier is er voor elk budget een
verantwoordelijke
taakstellend : iedereen moet zich aan het budget houden
begroot: het werkprogramma wordt gewaardeerd
vergeleken met de werkelijke kosten en opbrengsten : door de controle achteraf is de
budgettering een waar beleidsinstrument
3.3 doelstellingen en strategieën
Een onderneming kan op diverse manieren proberen haar doelstellingen te bereiken. Welke
strategieën zullen ze gebruiken :
- op welke basis wenst de onderneming te concurreren ?
o kostenleiderschap : produceren tegen de laagste kosten dus de laagste prijs
aldi , colruyt
o differentiatie : extra dimensies toevoegen , bv. Kwaliteit , flexibiliteit, etc.
apple
o focus = nichespeler : zich op een klein deel van de markt richten
luxeproducten
