100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Exam (elaborations)

Oefenen Aansprakelijkheidsrecht

Rating
-
Sold
2
Pages
30
Grade
7-8
Uploaded on
18-01-2021
Written in
2020/2021

Uitwerkingen van oude tentamenvragen

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
January 18, 2021
Number of pages
30
Written in
2020/2021
Type
Exam (elaborations)
Contains
Questions & answers

Subjects

Content preview

Oefenen Aansprakelijkheidsrecht
Oefententamen januari 2017
- Korte vragen:
1. Uitgangspunt: “The tortfeasor has to take the victim as he finds him.”
2. Kansschade.
3. Toerekening o.g.v. risico.
4. Collectieve schikking.
- Casus 1:
a. Aansprakelijkheid medebezitters o.g.v. art. 6:174 BW (Hangmat).
b. Kanalisering aansprakelijkheid o.g.v. art. 6:181 BW (Loretta).
c. Onrechtmatige daad o.g.v. art. 6:162 BW (Kelderluik).
- Casus 2:
a. Alternatieve causaliteit, art. 6:99 BW.
b. Proportionele aansprakelijkheid (Nefalit/erven Karamus en Fortis/Bourgonje –
NN/zoon en moeder).
c. Eigen schuld, art. 6:101 BW (NN/zoon en moeder).
d. Verplaatste schade (‘normaal en gebruikelijk’), art. 6:107 BW.
- Casus 3:
a. Bewijslastverdeling bij werkgeversaansprakelijkheid (art. 7:658 BW).
b. Arbeidsrechtelijke omkeringsregel (Unilever/Dikmans en Havermans/Luyckx).
c. Voldoen aan publiekrechtelijke voorschriften (Stichting de Lozerhof).
d. Art. 7:658 vs. 7:611 BW (Rooyse wissel).
- Casus 4:
a. Bewijslastverdeling bij medische aansprakelijkheid (Timmer/Deutman).
b. Schending fundamenteel recht.
c. Angstschade.
d. Wettelijke rente.

Oefententamen april 2015
- Korte vragen:
1. Aspecten ‘eigen’ en ‘schuld’ uit art. 6:101 BW.
2. De leer Smits.
3. Subjectieve onwetendheid risico gebrek.
4. Schadevergoeding zonder aantonen daadwerkelijk geleden schade.
5. Shockschade als toepassing van de relativiteitsleer.
- Casus 1:
a. Kansschade.
b. Omvang schade bij predispositie.
c. Arbeidsvermogensschade (Vehof/Helvetia).
d. Verplaatste schade (‘normaal en gebruikelijk’), art. 6:107 BW.
- Casus 2:
a. Gesubjectiveerde onrechtmatigheid en toerekenbaarheid.
b. Omkeringsregel.
c. Schadebegroting zaak- en letselschade.
- Casus 3:
a. Zorgplicht werkgever ex. art. 7:658 BW.
b. Arbeidsrechtelijke omkeringsregel (Unilever/Dikmans en Havermans/Luyckx)
en proportionele aansprakelijkheid (Nefalit/erven Karamus en
Fortis/Bourgonje).
c. Werkgeversaansprakelijkheid o.g.v. art. 7:611 BW.
- Casus 4:
a. Affectieschade en immateriële schade i.d.z.v. art. 6:106 sub a BW (Oogmerk).
b. Overgang recht op smartengeld onder algemene titel (art. 6:95 lid 2 BW).

, c. Eigen schuld (art. 6:101 BW) of in pari delicto.
d. Medische aansprakelijkheid (Protocol I en II).

Oefententamen januari 2020
- Korte vragen:
1. Geen billijkheidscorrectie bij eigen schuld (NN/zoon en moeder), art. 6:101 BW.
2. Verhaalsrecht verzekeraars, art. 6:197 BW.
3. Kwalitatieve aansprakelijkheid.
4. Veiligheidsvoorschriften
5. Bewijslast medische aansprakelijkheid.
- Casus 1:
a. Doorberekeningsverweer (TenneT/ABB).
b. Kansschade en toerekening o.g.v. risico.
c. Eigen schuld (art. 6:101) of in pari delicto (De Groot/Io Vivat).
- Casus 2:
a. Arbeidsvermogensschade, art. 6:105 BW (Vehof/Helvetia) en/of winstafdracht,
art. 6:104 BW.
a. Functies schadevergoedingsrecht.
b. Vorm van schadevergoeding, art. 6:103 BW.
c. Doel- en strekkingsonderzoek.
- Casus 3:
a. Vereisten voor toekenning smartengeld.
b. Smartengeld voor derden.
c. Schadefonds Geweldsmisdrijven.

, Oefententamen januari 2017
Korte vragen

Vraag 1
Wat is de consequentie van het uitgangspunt: ‘the tortfeasor has to take the victim as he
finds him’?

Dit uitgangspunt betekent dat je het slachtoffer moet nemen zoals hij is, ook al tref je een
slachtoffer dat kwetsbaarder is dan een ander (predispositie). De consequentie is dus dat
persoonlijke omstandigheden aan de kant van de gelaedeerde, die tot gevolg hebben dat er
meer of andere schade ontstaat dan bij een ander het geval zou zijn geweest, niet afdoen
aan de aansprakelijkheid van de dader.

Vraag 2
Om zijn masterbul voor rechten in Nijmegen te behalen moet Rachid slechts nog een
voldoende halen voor het tentamen aansprakelijkheidsrecht. Dit is de laatste kans om de
studie dit collegejaar af te ronden, omdat Rachid de eerste tentamenkans niet heeft gehaald.
Hij neemt een trein eerder, om er zeker van te zijn dat hij op tijd bij het tentamen arriveert.
Helaas loopt het anders. Door een storing aan het spoor rijden er geen treinen die op tijd
arriveren en het lukt Rachid ook niet om op een andere manier in Nijmegen te komen.
Rachid krijgt als kwalificatie voor het tentamen ‘ND’ (niet deelgenomen). Rachid stelt de NS
aansprakelijk voor zijn schade. Hij verwijt de NS dat hij het tentamen heeft gemist en
daardoor vier maanden later is afgestudeerd, waardoor hij vier maanden later is kunnen
gaan werken. De NS stelt dat er geen sprake is van schade vanwege de treinstoring.

Heeft Rachid volgens u door de treinstoring schade geleden die voor vergoeding in
aanmerking kan komen?

Hier is sprake van de leer van de kansschade, waarbij je uitgaat van schade gekoppeld aan
een verloren gegane kans (Baijings en Deloitte Belastingadviseurs/H&H Beheer). Rachid
heeft een kans verloren op een beter resultaat, namelijk het behalen van het tentamen
aansprakelijkheid (en daarmee zijn masterbul). Kansschade kan voor vergoeding in
aanmerking komen, mits het gaat om verlies van een reële kans.

Vraag 3
Geef gemotiveerd aan of de volgende stellingen juist dan wel onjuist zijn.
1. Toerekening op grond van risico betekent in de context van art. 6:162 lid 3 BW dat de
aansprakelijke partij kwalitatief aansprakelijk is en dus het risico draagt voor iets dat
zij niet zelf gedaan heeft.
2. Toerekening op grond van risico betekent in de context van art. 6:162 lid 3 BW dat de
aansprakelijke partij teveel risico genomen heeft en daardoor gevaarzettend heeft
gehandeld.

Beide stellingen zijn onjuist.
1. Toerekening o.g.v. risico betekent dat iemand geen schuld (verwijt) treft van zijn
eigen gedrag, maar dat het toegerekend wordt o.g.v. bijvoorbeeld
verkeersopvattingen of de wet. Art. 6:162 lid 2 BW ziet op aansprakelijkheid voor
eigen gedrag (dus voor iets wat de aansprakelijke zelf gedaan heeft), niet voor
andermans gedrag. Het gaat dus niet om een kwalitatieve aansprakelijkheid.
2. Toerekenbaarheid gaat niet om gevaarzetting. Gevaarzetting (Kelderluik) is het in
het leven roepen of houden van een gevaarlijke situatie, waardoor je onrechtmatig
handelt = een vorm van onrechtmatig handelen, binnen het doen of nalaten i.s.m. de
maatschappelijke zorgvuldigheid.
$6.66
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
yaraniels96 Radboud Universiteit Nijmegen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
132
Member since
10 year
Number of followers
82
Documents
26
Last sold
3 weeks ago

3.8

17 reviews

5
3
4
9
3
4
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions