100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Compacte samenvatting VBR

Rating
-
Sold
-
Pages
18
Uploaded on
21-10-2025
Written in
2025/2026

In deze compacte samenvatting van verbintenissenrecht staat alle stof kort en bondig opgeschreven. Alle stappenplannen en arresten in het kort, makkelijk om te stampen.

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
October 21, 2025
Number of pages
18
Written in
2025/2026
Type
Summary

Subjects

Content preview

Arresten Verbintenissenrecht 24/25
Tentamen, week 1 t/m 9. Arresten versimpeld, flashcards achtig. Zie samenvatting voor uitgebreid.

HR Quint/Te Poel 1959 (week 1) HR Baris/Riezenkamp 1957 (week 1)
Art. 6:1 BW: verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet “Partijen komen door in onderhandeling te treden over het sluiten van een
voortvloeit. overeenkomst tot elkaar te staan in een bijzondere door (1) goede trouw
Verbintenissen hoeven niet meer uitdrukkelijk in wet te staan, voortvloeien mag beheerste rechtsverhouding die meebrengt (2) dat zij hun gedrag mede moeten
ook. Net als ongerechtvaardigde verrijking in dit arrest (toen nog niet in wet). laten bepalen door de (3) gerechtvaardigde belangen van de wederpartij”
Die goede trouw is tegenwoordig de r&b
Als je in strijd handelt met de gt/r&b (stelt de rechter vast), dan kan er een sv-
verbintenis ontstaan. Dus het in strijd handelen met de gt/r&b is dan de
bron/rechtsgrond van de verbintenis, omdat in zo’n precontractuele fase, het
contract dat niet kan zijn.
HR Plas/Valburg 1982 (week 1) HR CBB/JPO 2005 (week 1)
Drie stadia, precontractuele fase Twee belangrijke punten uit dit arrest (sluit aan op punt 3 Plas/Valburg)
1. Afbreken mag zonder meer, contractsvrijheid voorop 1) Maatstaf: afbreken is “onaanvaardbaar” i.v.m. het
2. Afbreken mag niet zonder de gemaakte kosten van de wederpartij te totstandkomingsvertrouwen of andere omstandigheden van het geval. Rekening
vergoeden (Afgebroken ond.) → recht neg. contractsbelang houden met (1) met mate waarin en wijze waarop de partij (die ond. afbreekt)
3. Afbreken mag niet als “gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt dat contr tot ontstaan van ger. vertrouwen heeft bijgedragen en (2) de gerechtvaardigde
totstand komt” (nuancering CBB/JPO!!!) → recht op dooronderhandelen/recht belangen van deze partij.
op pos. contractsbelang 2) Moment: doorslaggevend m.b.t. het ger. vertrouwen is moment van afbreken
Waarom? “Vergoeding van kosten/schade kunnen in aanmerking komen, omdat vs. de achtergrond (wat gebeurde ervoor)
afbreken van de onderhandelingen zonder bovengenoemde vergoeding Hantering maatstaf: nuancering! Derde fase uitzonderingskarakter,
betekent dat men gezien de gegeven omstandigheden handelt in strijd met de terughoudendheid bij aannemen van deze fase, strenge toets, want
goede trouw/r&b.” (vgl. Baris/Riezenkamp) contractsvrijheid voorop. Afbreken moet echt “onaanvaardbaar” zijn.
HR Afgebroken onderhandelingen 2024 (week 1) HR Slachtafval van Haas 2023 (week 1)
(Tweede stadium van Plas/Valburg) In gevallen waarbij afbreken niet 1) Sprake van een dienstverrichter? Groothandelaren en detailhandelaren zijn
“onaanvaardbaar” is zoals derde stadium (CBB/JPO), maar alsnog in strijd met dienstverrichters ex. art. 6:230a BW.
gt/r&b dan kan negatief contractsbelang, voor vergoeding in aanmerking 2) Wat is ‘gemakkelijk elektronisch toegankelijk’ in art. 6:230c lid 3 BW? Als de
komen. Dat is in ieder geval wanneer de wederpartij ongerechtvaardigd is AV “zonder noemenswaardige inspanning gevonden kunnen worden op of via
verrijkt (dit arrest), maar niet de enige manier. Dit arrest vult stadium twee aan. de website”.
HR Geurtzen/Kampstaal 1999 (week 1) (HR Baris/Riezenkamp 1957)
Beroepen op vernietigbaarheid van AV o.g.v. schenden infoplicht niet mogelijk, De dwalende heeft in beginsel een onderzoeksplicht.
indien ten tijde van sluiten van de OVK met dat beding bekend was of geacht HR Offringa/Vinck 1998 (week 2)
kon worden bekend te zijn met de AV. Zie smvt voor voorbeeld. Iemand die inlichtingsplicht/mededelingsplicht schendt kan niet beroepen op
onderzoeksplicht van ander, want schenden van
inlichtingsplicht/mededelingsplicht weegt zwaarder dan schenden van een
onderzoeksplicht.
HR Esmilo/Mediq 2012 (week 2) HR Vano 2013 (week 2)
Indirecte toetsing aan 3:40 lid 1 BW mag, maar enkele feit dat de OVK door wet 1) Enige rechtsgevolg dwaling is vernietigbaarheid. Dwaling is geen
verboden is, betekent niet automatisch dat OVK ook in strijd is met de GZ/OO. rechtsgrondslag voor ontstaan van sv-verbintenis. Daarvoor is specifieke
Toetsen of het ook zo is, gezichtspunten: rechtsgrond nodig, dus voor sv moet extra stap nemen.
1. Welke belangen door de (geschonden) regel worden beschermd, 2) Vord. tot sv kan ook niet gebaseerd op wanprestatie. Geslaagd beroep op
2. Of door de inbreuk fundamentele beginselen worden geschonden, dwaling is vernietigbaarheid en vernietigen heeft TWK, dus OVK nooit bestaan.
3. Of partijen zich van de inbreuk op de regel bewust waren, en Wanprestatie kan dus niet want er is geen TKK, want geen OVK.
4. Of de regel in een sanctie voorziet 3) Vord. tot sv kan evt. wél gebaseerd op OD. Vaak dan “doen of nalaten in strijd
Niet te snel privaatrechtelijke sanctie opleggen als al bestuursrechtelijke sanctie met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer
mogelijk is. Let op! cumulatieve gezichtspunten, allemaal behandelen. betaamt”. Achterhouden van info bijv. zorgen dat iemand schade lijdt.
HR Arvato 2021 (week 2) HR Haviltex 1981 en HR Bunde/Erckens 1976 (niet voorgeschr. wel kennen)
Indien beding in AV als onredelijk bezwarend wordt aangemerkt o.g.v. art. 6:233 Bij uitleg OVK niet alleen letterlijke bewoordingen, maar ook naar betekenis die
sub a BW, dan is het gehele beding vernietigbaar en kan het niet gedeeltelijk in partijen aan tekst gaven + wat partijen over en weer van elkaar mochten
stand blijven, tenzij het beding zodanig kan worden gesplitst dat het deels blijft verwachten. Van belang daarbij zijn (1) de maatschappelijke kringen waartoe de
bestaan zonder dat de kern van de regeling verandert. partijen behoren en (2) welke rechtskennis van de partijen kan worden
verwacht. Altijd kijken naar omstandigheden van het geval.
HR DSM/Fox 2004 (week 3) HR Lundiform/Mexx 2013 (week 3)
Cao-norm: letterlijke bewoordingen van bepaling, gelezen in licht van gehele Nuance DSM/Fox en nadruk op Haviltex. In beide arresten gaat het om B2B-
tekst van de OVK, i.b. van doorslaggevende betekenis voor de uitleg. Deze norm relaties en in DSM/Fox benadrukt de HR dat in geval van B2B/professionele
ook toegepast (niet alleen cao) op andere OVK’s die rechtspositie van derden partijen een objectieve uitleg (taalkundiger, cao-norm) een grotere rol kan
beïnvloeden, zonder dat derden invloed gehad op inhoud/formulering van die spelen. Nadruk: kan!
OVK en zonder dat onderliggende partijbedoeling voor derden kenbaar is. In dit arrest ging Mexx ervanuit dat, aangezien ze professionals zijn, objectieve
HR: geen tegenstelling, maar vloeiende overgang tussen de Haviltex-maatstaf en uitleg de nadruk had en Lundiform vond dat er juist subjectief/naar bedoelingen
de cao-norm. van partijen gekeken moest worden (Haviltex). De HR in deze zaak zegt dat de
Alle omstandigheden van concrete geval, gewaardeerd naar maatstaven van Haviltex-maatstaf leidend blijft, en benadrukt het belang van de contractuele
r&b, zijn van beslissende betekenis bij uitleg van schriftelijke overeenkomst. Hoe context en de gedragingen van partijen. Objectieve uitleg kan een grotere rol
meer de overeenkomst naar haar aard bestemd is om rechtspositie van derden, spelen, als dat iets is partijen beogen en tijdens het sluiten van de OVK goed
die geen invloed hebben gehad op de bewoordingen van de bepaling en voor over nagedacht hebben door de OVK heel gedetailleerd op te stellen
wie de partijbedoelingen niet kenbaar zijn, te beïnvloeden, des te meer de bijvoorbeeld (DSM/Fox). Die objectieve uitleg, is dus niet zomaar, er wordt
objectieve maatstaven centraal staan bij de uitleg. Let op ‘objectieve rekening gehouden met de partijbedoelingen en de context en de
maatstaven’ ≠ ‘louter taalkundig’. Tekst staat wel centraal, maar ook omstandigheden van het geval, etc. Het kan dus niet altijd en is niet
context/omstandigheden en doel van bepaling. vanzelfsprekend zoals Mexx denkt. Haviltex is nog steeds cruciaal en leidend.
HR Vos/Heirpo (week 3) HR Bramer/Hofman Beheer 2002 (week 3)
“Een specifieke bepaling in een OVK prevaleert niet automatisch boven een Keuzebevoegdheid! "De wederpartij van een gebruiker van algemene
bepaling in de AV, maar is een gezichtspunt bij de uitleg van de OVK.” Of de voorwaarden kan zowel een beroep doen op de vernietigbaarheid van een
specifieke bepaling in bepaald geval dus boven het beding in de AV prevaleert beding wegens onredelijk bezwarendheid (art. 6:233 sub a BW) als op de
dient te worden bepaald aan hand van Haviltex-maatstaf (en de andere derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid (art. 6:248 lid 2 BW).
bovenstaande maatstaven). De specifieke bepaling is wel een belangrijke factor, Deze rechtsmiddelen kunnen echter niet gelijktijdig worden ingeroepen; er

,een gezichtspunt bij de uitleg van de OVK, wordt dus wel naar gekeken. moet een keuze worden gemaakt."
HR Heesakkers/Voets 2013 (week 3) HR Hibma (week 3)
Volgens vaste rechtspraak van het HvJ EU is de nationale rechter verplicht tot Als kleine rechtspersoon die zich materieel niet van een consument
ambtshalve toetsing van een beding aan de Richtlijn 93/13 m.b.t. oneerlijke onderscheidt met een beding wordt geconfronteerd dat op de zwarte of grijze
bedingen. Richtlijn is niet rechtstreeks toepasselijk dus richtlijnconforme lijst staat, dan ligt een reflexwerking via de open norm van art. 6:233 aanhef en
interpretatie vereist. Dit brengt mee dat de rechter gehouden is o.g.v. art. 6:233 sub a BW voor de hand. Reflexwerking sterker voordoen naarmate de
BW het onderzoek ambtshalve te verrichten indien dit nodig wordt geacht. Dit is wederpartij feitelijk meer overeenstemming met de consument vertoont. Bij het
ook zo wanneer de consument niet verschijnt. voorgaande geldt wel dat vaak wordt gedacht aan rechtspersonen die geen
beroep of bedrijf uitoefenen. Maar, reflexwerking ook mogelijk, indien
wederpartij wel een beroep bedrijf uitoefent, maar de betreffende OVK geen
betrekking heeft op haar eigen beroeps- of bedrijfsactiviteiten.
HR Saladin/HBU 1967 (niet voorgeschr. wel kennen) HR Royal & Sun Alliance/Universal Pictures 2006 (week 3)
Buiten toepassing verklaring art. 6:248 lid 2 BW “onaanvaardbaarheid” → Is het Het ging in deze casus om een beding dat bepaalde aansprakelijkheid werd
naar maatstaven van r&b onaanvaardbaar om in dit geval, op het moment van uitgesloten (exoneratie). De HR erkende dat een beroep op dit beding naar
de uitoefeningstoetsing, een beroep te doen op dat beding? maatstaven van r&b onaanvaardbaar zou zijn, dus buiten toepassing verklaren
(1) Zwaarte van de schuld → verwijtbaarheid/opzet/etc. (2) Aard en de overige was mogelijk, echter in plaats van het hele beding buiten toepassing te
inhoud van de OVK (3) Maatschappelijke positie en onderlinge verhouding van verklaren, werd het beding gedeeltelijk aangepast, waardoor de schade niet
de partijen (4) Wijze van totstandkoming (5) Mate waarin de wederpartij volledig, maar wel deels betaald moest worden. Het hoeft dus geen ‘alles of
bewust is geweest van de strekking van het beding niets’ situatie te zijn bij buiten toepassing verklaring, er kan ook een evenwicht
HR Matatag/De Schelde 1995 (week 3), uitz. professionele partijen zijn. Vaak wordt deze route genomen als volledige buitentoepassingverklaring te
1. Bedrijven die behoren tot bedrijfstakken die regelmatig met elkaar te doen hard zou zijn, omdat de schade slechts is veroorzaakt door verwijtbaarheid van
hebben en 2. Waarin standaardisering van de ovk door av met exoneraties een een onderaannemer (i.p.v. grove opzet door bedrijfsleiding bijv.), maar niet
alledaags verschijnsel is daarvan buiten toepassingverklaring zou ook te hard zijn, omdat de schade ernstig is. Dat
3. “...kan niet gezegd worden dat het naar maatstaven van redelijkheid en deels buiten toepassing verklaren pakt dus beter uit voor beide partijen.
billijkheid onaanvaardbaar is om in de toepasselijke algemene voorwaarden
aansprakelijkheid voor ernstige fouten van te werk gestelde personen die niet
tot de bedrijfsleiding behoren, geheel of gedeeltelijk uit te sluiten”
HR Goglio/SMQ 2018 (week 3) HR Eigen Haard (week 4)
1. OVK voor onbepaalde tijd in beginsel gewoon opzegbaar, maar: Wetgever heeft aan art. 6:265 lid 1 BW structuur van een hoofdregel +
2. De eisen van r&b kunnen i.v.m. de aard en inhoud OVK + omstandigheden v.h. uitzondering gegeven. Dit betekent dat de schuldeiser moet stellen en bewijzen
geval kunnen meebrengen dat: opzegging alleen mogelijk is als er een dat sprake is van een tekortkoming en de schuldenaar moet stellen en bewijzen
voldoende zwaarwegende grond bestaat dat de tenzij-bepaling toegepast dient te worden. Het is onjuist om de opvatting
3. En kunnen meebrengen dat: een bepaalde opzegtermijn in acht moet worden te hanteren dat de in de tenzij-bepaling neergelegde uitzondering op de
genomen + opzegging gepaard moet gaan met aanbod tot betaling hoofdregel slechts bij uitzondering toegepast kan worden.
(schade)vergoeding Echter, ook niet iedere tekortkoming geeft recht op ontbinding, de tekortkoming
Oftewel: onbepaald i.b. mogelijk, maar in sommige gevallen is vereist (1) vold. moet van voldoende gewicht zijn o.g.v. de r&b. Daarnaast stelt HR dat de in art.
zwaarwegende grond, (2) opzegtermijn en (3) vergoeding. 6:265 lid 1 BW genoemde gezichtspunten (bijzondere aard of geringe betekenis
Wanneer is dit vereist? AKA wat wordt bedoeld met “de eisen van r&b van de tekortkoming) niet limitatief zijn. Alle omstandigheden van het geval zijn
kunnen…” Niet limitatief: van belang. Op voorhand kan dus niet aan één gezichtspunt beslissend gewicht
- De aard, inhoud en duur van de OVK worden toegekend.
- De belangen, hoedanigheid en (afhankelijkheids)relatie van de partijen Dus: o.g.v. art. 6:265 lid 1 BW geeft niet iedere tekortkoming recht op
- Inversteringen gemaakt door de partijen ontbinding, deze moet van voldoende gewicht zijn. De tenzij-bepaling dient
- Wat aan de opzegging vooraf is gegaan daarentegen niet slechts bij uitzondering toegepast te worden. Daarnaast zijn
N.B. in geval van een mega zware grond dan kan opzegtermijn korter en de gezichtspunten van dit artikel zijn niet limitatief, alle omstandigheden van het
vergoeding minder of juist zwakke grond dan kan termijn langer en vergoeding geval zijn van belang.
meer. Het zijn geen cumulatieve vereisten zegmaar.
HR Fraanje/Alukon 2019 (week 4) HR Kinheim/Pelders 2000 (week 4)
Bij bepalen van redelijke termijn ex. art. 6:265 lid 2 BW tellen eerdere en door “Voor zover nakoming niet blijvend onmogelijk is, is verzuim vereist” (6:74 BW)
de schuldenaar gewekte verwachtingen mee. Gaat dan om termijnen die al Wanneer is er sprake van ‘niet blijvend onmogelijk’?
eerder zijn gesteld (vóór de IGS dus) en het eerder door de schuldeiser “Schade heeft geleden die niet… door de vervangende prestatie wordt
sommeren van de schuldenaar. Deze omstandigheden zouden ertoe kunnen weggenomen… In zoverre is de tekortkoming dan niet voor herstel vatbaar en is
leiden dat de ‘redelijke termijn’ verkort wordt. de nakoming blijvend onmogelijk”
Als je dus schade hebt geleden door de niet-nakoming/onbehoorlijke nakoming
en deze schade wordt niet geheeld door alsnog correct na te komen, dan is de
nakoming blijvend onmogelijk. Waterschade door verkeerde installatie bijv.
HR G4/Hanzevast 2011 (week 4) HR Mol/Meijer Beheer 2000 (week 4)
Niet-gerechtvaardigde ontbindingsverklaring is nietig, als in de OVK is niet Is niet zo dat naar huidige rechtsopvattingen van mogelijkheid van ontbinding
ontbonden. Over en weer kunnen partijen zich echter gedragen alsof de OVK van een OVK wegens een TKK van een contractuele verbintenis een
wél is geëindigd. In gedrag van partijen ligt dan wederzijdse beëindiging van de terughoudend gebruik moet worden gemaakt, ook indien zich niet het geval
OVK besloten, aldus HR. voordoet dat wegens de bijzondere aard of geringe betekenis van de
Wederpartij van partij die wilde ontbinden, mag dan, ondanks ‘neerleggen bij tekortkoming ontbinding ongerechtvaardigd is (bij aandelen bijv.). Is geen grond
de niet verdere uitvoering van de OVK’, wel nog steeds sv vorderen, o.g.v. niet- om in geval van een TKK in de nak. van een OVK strekkende tot overdracht van
nak. (de aandelen in) een onderneming, de bevoegdheid tot ontbinding verder te
HR: ook, partij die onterechte poging doet tot ontbinding o.g.v. art. 6:277 jo. beperken dan in art. 6:265 lid 1 is voorzien. Wel kan aard van een dergelijke OVK
6:74 i.b. verplicht tot vergoeden pos. contractsbelang. van invloed zijn op de vraag of de tekortkoming voldoende ernstig is om
ontbinding te rechtvaardigen. Het betoog dat ontbinding na uitvoering van de
overeenkomst niet of slechts onder bijzondere omstandigheden
gerechtvaardigd is, berust op een onjuiste rechtsopvatting.
HR Multi Vastgoed/Nethou 2001 (week 4) HR Van de Steeg/Rabobank 2013 (week 4)
Bij een TKK in de nak., bestaande in aflevering van een ondeugdelijke zaak, heeft Art. 6:89 BW stelt een onderzoeks- en klachtplicht van de schuldeiser voor alle
de schuldeiser de keuze tussen nakoming, voor zover deze nog mogelijk is, en verbintenissen (ook beleggingsadviesrelaties). De vraag of aan deze onderzoeks-
schadevergoeding in enigerlei vorm. De schuldeiser is niet geheel vrij in zijn en klachtplicht is voldaan, is afhankelijk van alle omstandigheden van het geval.
keuze, maar gebonden aan de eisen van r&b, waarbij mede de gerechtvaardigde Hierbij is van belang of de schuldenaar nadeel lijdt doordat de schuldeiser laat
belangen van de wederpartij een rol spelen. heeft geklaagd. De tijd tussen het bekend worden van het gebrek en de klacht is
wel een belangrijke factor, maar is niet doorslaggevend.
HR De Beeldbrigade/Hulskamp (week 5) HR Mol/Meijer Beheer 2000 (week 5)
Als licenties worden gekwalificeerd als sui generis dan is de verjaringstermijn Betoog dat de aard en de strekking van garantiebepalingen in algemeen
van klachtplicht vijf jaren (art. 6:89 jo. 3:310 lid 1 BW). Kwalificeer je licenties als meebrengen dat er pas van een TKK sprake is als de aan de garantie verbonden

, koop, dan is de verjaringstermijn twee jaren (7:23 lid 1 jo. lid 2 BW). verplichting tot schadevergoeding niet wordt nagekomen faalt, omdat aan het
HR: om licenties te kwalificeren als koop, moet het gaan om het volgende: begrip garantie te dezen niet een vaste betekenis toekomt. De vraag of de
1. Standaard software onderhavige garantiebepalingen die aard en strekking hebben, (dus bij uitleg
2. Een niet in tijdsduur beperkte licentie (dus ‘voor eeuwig’) garantie beding) moet worden beantwoord d.m.v. Haviltex-criterium.
3. Een betaling met één bepaald bedrag voor de licentie Let op: dit arrest is ook terug te vinden in week 4, maar dan zie je een andere
In deze zaak voldeed de licentie aan de bovenstaande drie voorwaarden en rechtsregel, want arrest gaat zowel over garantiebedingen als over ontbinding,
werd deze dus gekwalificeerd als koop, wat betekende dat Hulskamp te laat was dus het stuk uit het arrest dat over ontbinding gaat, terugvinden in week 4, het
met klagen (pas na 3 jaar). stuk over garanties hier in week 5.
HR Matatag/De Schelde 1995 (week 5) HR Hauer/Monda II 2001 (en Hauer/Monda I) (week 5)
1. Bedrijven die behoren tot bedrijfstakken die regelmatig met elkaar te doen De hoge raad overweegt in het Hauer Monda I arrest, dat in geval van een
hebben en 2. Waarin standaardisering van de ovk door av met exoneraties een contractuele eenheidsboete* in beginsel de billijkheid klaarblijkelijk eist dat de
alledaags verschijnsel is daarvan rechter van zijn bevoegdheid tot matigen gebruik maakt, om te differentiëren**
3. “...kan niet gezegd worden dat het naar maatstaven van redelijkheid en naar de ernst van de tekortkoming en van de schade die daarvoor is
billijkheid onaanvaardbaar is om in de toepasselijke algemene voorwaarden veroorzaakt.
aansprakelijkheid voor ernstige fouten van te werk gestelde personen die niet * Vooraf vastgelegd bedrag dat voor elke tekortkoming afzonderlijk moet
tot de bedrijfsleiding behoren, geheel of gedeeltelijk uit te sluiten” worden betaald, tenzij de schuldeiser aannemelijk maakt dat de boete redelijk
Let op! Dezelfde rechtsregel als in week 3, maar gaat hier m.n. om derde punt, is.
want daar zit de ‘extra uitzondering’. Ernstige fouten van personen die niet tot ** onderscheid maken
bedrijfsleiding behoren gewoon aanvaardbaar zijn, dus in die situatie (als De hoge raad overweegt in het Hauer Monda II arrest dat aanvullend een
voldaan aan pt. 1 en 2) geldt exoneratie gewoon: ‘de hoofdregel’. eenheidsboete niet altijd moet worden gematigd, maar slechts wanneer de
Wanneer een te werk gesteld persoon, die een ernstige fout pleegt, wél behoort billijkheid dit klaarblijkelijk eist. Er is geen sprake van moeten maar kunnen.
tot de bedrijfsleiding, dan geldt de exoneratie dus weer niet. Dit is het eerste
deel van de tenzij-regel. Het tweede deel van deze regel komt voor uit HR
Scaramea/Telfort 2008
HR Scaramea/Telfort 2008 (week 5) HR Fujitsu/Exel 2012 (week 6)
Een exoneratiebeding kan in beginsel werking hebben, ook bij ernstige “Gebonden raken door toedoen”, de wet vereist een actieve handeling of
tekortkomingen, tenzij de schade is veroorzaakt door opzet of bewuste verklaring, maar:
roekeloosheid van de partij die zich op het exoneratiebeding beroept. Er hoeft niet altijd sprake te zijn van een actieve handeling of verklaring, zoals
Je hebt altijd een soort ‘schadevoorkomingsplicht’ dit is niet echt een plicht, de wet dat vereist. Het kan ook zijn dat als je passief bent en er feiten en
maar als er schade dreigt te komen en je weet hiervan en je probeert de schade omstandigheden zijn die voor jouw rekening komen of waaruit naar
niet te vermijden, dan handel je bewust roekeloos. verkeersopvattingen schijn van bevoegdheid kan worden afgeleid dat je dan
alsnog gebonden wordt.
HR Kribbebijter 1997, gecodificeerd in art. 7:419 BW (week 6) HR Batavus/Vriend 2011 (week 6)
(1) Wanneer handel je in eigen naam (dus als wederpartij van de ander)? Voor de totstandkoming van een duurovk hoeft niet steeds sprake te zijn van
Haviltex-maatstaf toepassen. (2) In een geval van middellijke aanbod en aanvaarding. Of de duurovk tot stand is gekomen hangt af van
vertegenwoordiging, wie kan dan evt. schade claimen, de lastgever of de hetgeen partijen over en weer hebben verklaard en uit elkaars verklaringen
lasthebber? De lasthebber, ondanks dat hij de schade zelf niet lijdt, is hij degene hebben afgeleid en in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs mochten
die de OVK gesloten heeft. De lasthebber kan in beginsel in eigen naam ten afleiden, AKA Haviltex-maatstaf toepassen. Opeenvolgende KOVK’s zouden
behoeve van de lastgever de uit de OVK voortvloeiende rechten geldend maken. kunnen uitmonden in een distributieovk, kijken naar omstandigheden v.h. geval.
HR Curaçao/Boyé 1985 (week 6) HR Wiets/Visseren 2012 (week 6)
S grond met mogelijk delfstoffen. S verkoopt grond aan B, bedingt bij OVK dat In dit arrest heeft de Hoge Raad bepaald dat de wanprestatie van de
koper (of erfgenamen/mogelijke nieuwe kopers), i.g.v. delfstoffen die gewonnen onderaannemer onder bepaalde omstandigheden een OD tegenover de
en verkocht worden, aan hem percentage van winst verschuldigd is en tevens opdrachtgever/klant kan opleveren. Daarvoor is vereist dat de belangen van de
beding bij nieuwe KOVK’s moet opnemen. Zo krijgt S altijd stukje winst en krijgt klant zo nauw betrokken zijn bij de fatsoenlijke uitvoering van de OVK, dat de
koper bij doorverkoop (atm B) dat ook. B verkoopt grond door aan A, neemt onderaannemer deze belangen niet mag verwaarlozen.
beding op in OVK. A verkoopt grond aan C, neemt beding niet op in OVK, alleen In bovengenoemd voorbeeld zijn de belangen van de klant nauw betrokken,
percentage voor zichzelf, percentages van S en B weg. C verkoopt delfstoffen, A want de klant belang bij goed functionerende dakkapel.
krijgt deel van winst en B krijgt niks. B spreekt C aan, maar C verweert: KOVK Let wel: enkele wanprestatie van de onderaannemer is niet voldoende voor het
met A en dat OVK geldt alleen tussen partijen. aannemen van een OD tegenover de opdrachtgever. Er moet gekeken worden
HR: het enkele feit dat C weet dat A tekortschiet t.o.v. B en dat B schade leidt is naar de overige omstandigheden van het geval. In het voorbeeld is T failliet
onvoldoende om te zeggen dat C ‘onrechtmatig handelt’ t.o.v. B. Daar is meer gegaan en heeft A desondanks de dakkapel afgemaakt.
voor nodig. Of er sprake is van onrechtmatig profiteren bij een wanprestatie van
een ander hangt af van de volgende factoren:
- De ernst van het nadeel dat begunstigden (B & S) zullen lijden
- Of het nadeel voorzienbaar was bij het sluiten van de KOVK
- In hoeverre de koper (C) bekend was met & invloed heeft gehad op de
wanprestatie
- De rol die de mogelijkheid tot profiteren van de wanprestatie bij de beslissing
tot aankoop heeft gehad
HR Citronas 1986 HR Jans/FCN 1999
C (klant) handelt in citroenen. Zijn citroenen worden in kisten opgeslagen door Jans huurkoopovereenkomst met H voor een auto en sluit tegelijkertijd een
T, in de loodsen van A (onderaannemer). In deze OVK tussen T en A is een financieringsovereenkomst met FCN om de auto te kunnen betalen. Auto deugd
exoneratiebeding opgenomen. A zorgt niet goed voor de citroenen, ze gaan niet, Jans ontbindt de OVK. FCN vordert als nog betaling van verstrekte krediet
rotten, C lijdt schade, spreekt A aan, A verweert dat hij een OVK heeft met T, hij met rente. Heeft vernietiging/ontbinding OVK tevens vernietiging/ontbinding
wijst op het exoneratiebeding en stelt dat dit ook t.o.v. C geldt. Mag A dit doen? financieringsovereenkomst tot gevolg? In beginsel niet, want OVK’s alleen
HR: De hoofdregel die geldt, is dat contractuele bedingen alleen gelden tussen werking tussen partijen, maar Hoge Raad:
de betrokken contractspartijen. Er bestaan echter uitzonderingen waarin een Huurkoopovereenkomst en financieringsovereenkomst waarbij derde/financier
derde een exoneratiebeding redelijkerwijs tegen zich moet laten gelden. Tot nu zich heeft verbonden rechtstreeks aan huurverkoper te betalen. Ook indien deze
toe zijn er twee, niet limitatieve, uitzonderingen geformuleerd: overeenkomsten als afzonderlijke overeenkomsten moeten worden beschouwd
1. Het is terug te voeren op gedragingen van de derde dat het beding ook tegen kunnen zij zozeer met elkaar verbonden/verweven zijn dat vernietiging of
die derde kan worden ingeroepen ontbinding van eerstbedoelde overeenkomst noodzakelijkerwijs tot gevolg heeft
Als C bijv. tegen T had gezegd dat het hem niet uitmaakte waar de citroenen dat de andere overeenkomst evenmin in stand kan blijven. Of die
stonden en hem de vrije hand gaf, dan had het voor C dus niet uitgemaakt dat T verbondenheid in gegeven geval moet worden aanvaard moet worden
een OVK zou sluiten met evt. exoneraties en dan mag C niet beroepen op de vastgesteld aan hand van uitleg van de rechtsverhouding in het licht van de
hoofdregel. omstandigheden van het geval.
2. De aard van de overeenkomst en het beding werkt tegen een derde, omdat er
een bijzondere relatie bestaat tussen de derde en degene die zich beroept op
het beding
$11.04
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
dilaraknops

Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
dilaraknops Universiteit Leiden
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
10
Member since
8 months
Number of followers
0
Documents
16
Last sold
2 weeks ago
Dilara\'s rechtensamenvattingen

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions