PATHOLOGIE: NEUROLOGIE
1. ANATOMIE EN MICROSCOPIE VAN HET ZENUWSTELSEL
MICROSCOPISCHE ANATOMIE VAN HET CENTRAAL ZENUWSTELSEL
Neuronen = zenuwcellen
- Sensorische prikkels verwerken
- Motorische aansturen spieren
- Dendrieten en axonen (soms uitlopend in zenuwen)
- Myeline
- Neurotransmissie
Neuroglia = Steuncellen
- Astrocyt zorgt onder andere voor BBB
(bloedhersenbarierre)
- Oligodendrocyt maakt myeline
- Schwann cellen in perifeer zenuwstelsel zorgt voor snellere
prikkeloverdracht
PRIKKELOVERDRACHT OF NEUROTRANSMISSIE
- Neurotransmitters zijn chemische stoffen of kleine eiwitten die zich binden aanreceptor en respons
veroorzaken in receptor dragende zenuwcel
- Voorbeelden: dopamine, adrenaline, noradrenaline, glutamaat, acetylcholine
- Ze zijn verpakt in kleine vesikels die door een prikkel in de zenuwcel worden vrijgesteld
- Na binding aan de receptor worden de neurotransmitters afgebroken door enzymen en voor een
deel gerecycleerd
- Vermindering van het aantal neurotransmitters, het aantal neuronen, verminderde of toegenomen
afbraak veroorzaakt symptomen
, HERSENVLIEZEN EN
CEREBROSPINAAL VOCHT (CSV; LIQUOR)
- Hersenen baden in cerebrospinaal vocht
- Ogenschijnlijk gewicht gereduceerd
- Vastgehouden door hersenvliezen en beschermd door schedel
- Consistentie van tofu
- Cerebrospinaalvocht geproduceerd in de ventrikels ± 500ml per dag, totaal volume ± 150ml, dus
per dag 2-3x gerecycleerd
- Onderzoek van CSV levert belangrijke informatie
- 3 hersenvliezen: dura (hard), arachnoidea (spinnevlies), pia (zacht)
MAKROSKOPISCHR ANATOMIE VAN HET CENTRAAL ZENUWSTELSEL
- Twee hersenhelften, dominante en niet-dominante
- Frontaal, temporaal, parietaal, occipitaal
- Dwarsbalk, corpus callosum
- Grote hersenen (cerebrum), kleine hersenen (cerebellum), hersenstam, verlengde
merg, ruggenmerg
- Grijze stof, witte stof
- Basale ganglia
- Thalamus
- Mannetje van Penfield: welke delen krijgen meer plaats op de
motorische cortex
HERSENKWABBEN EN FUNCTIES
- Dominant: meestal links taalfunctie
- Frontaal: plannen, impulscontrole, geassocieerde motorische cortex,
centrum Broca dingen doen zoals fietsen
- Temporaal: gehoor, geur, centrum van Wernicke Sensorische
prikkel
- Parietaal: integratie van gevoelsprikkels, lichaamsschema
, - Occipitaal: visuele prikkels
- Hersenstam: oogbewegingen, gehoor, slikken, spreken, vitale functies, bewustzijn
- Locked-in syndroom
RUGGENMERG EN PERIFEER ZENUWSTELSEL (FOTO 13.3 P. 283, FOTO 13.4 P.284)
- Ruggenmerg = myelum
- Cervicaal, thoracaal, lumbaal, sacraal
- Dalende en stijgende banen
- Gekruiste en ongekruiste banen
- Eindigt min of meer aan L2
- Paardenstaart of cauda equina
- Wortels, spinale ganglia en perifere zenuwen
- Wervelkolom, tussenwervelschijven
- De mens lijkt op een regenworm
- Motorisch neuron
- Sensorische prikkels
- Autonoom zenuwstelsel (hebben aparte functies maar werken samen)
o Sympathisch
o Parasympathisch
PERIFEER ZENUWSTELSEL
- Hersenzenuwen: 12 paar
- Perifere zenuwen
o Nervus medianus
o Nervus radialis
1. ANATOMIE EN MICROSCOPIE VAN HET ZENUWSTELSEL
MICROSCOPISCHE ANATOMIE VAN HET CENTRAAL ZENUWSTELSEL
Neuronen = zenuwcellen
- Sensorische prikkels verwerken
- Motorische aansturen spieren
- Dendrieten en axonen (soms uitlopend in zenuwen)
- Myeline
- Neurotransmissie
Neuroglia = Steuncellen
- Astrocyt zorgt onder andere voor BBB
(bloedhersenbarierre)
- Oligodendrocyt maakt myeline
- Schwann cellen in perifeer zenuwstelsel zorgt voor snellere
prikkeloverdracht
PRIKKELOVERDRACHT OF NEUROTRANSMISSIE
- Neurotransmitters zijn chemische stoffen of kleine eiwitten die zich binden aanreceptor en respons
veroorzaken in receptor dragende zenuwcel
- Voorbeelden: dopamine, adrenaline, noradrenaline, glutamaat, acetylcholine
- Ze zijn verpakt in kleine vesikels die door een prikkel in de zenuwcel worden vrijgesteld
- Na binding aan de receptor worden de neurotransmitters afgebroken door enzymen en voor een
deel gerecycleerd
- Vermindering van het aantal neurotransmitters, het aantal neuronen, verminderde of toegenomen
afbraak veroorzaakt symptomen
, HERSENVLIEZEN EN
CEREBROSPINAAL VOCHT (CSV; LIQUOR)
- Hersenen baden in cerebrospinaal vocht
- Ogenschijnlijk gewicht gereduceerd
- Vastgehouden door hersenvliezen en beschermd door schedel
- Consistentie van tofu
- Cerebrospinaalvocht geproduceerd in de ventrikels ± 500ml per dag, totaal volume ± 150ml, dus
per dag 2-3x gerecycleerd
- Onderzoek van CSV levert belangrijke informatie
- 3 hersenvliezen: dura (hard), arachnoidea (spinnevlies), pia (zacht)
MAKROSKOPISCHR ANATOMIE VAN HET CENTRAAL ZENUWSTELSEL
- Twee hersenhelften, dominante en niet-dominante
- Frontaal, temporaal, parietaal, occipitaal
- Dwarsbalk, corpus callosum
- Grote hersenen (cerebrum), kleine hersenen (cerebellum), hersenstam, verlengde
merg, ruggenmerg
- Grijze stof, witte stof
- Basale ganglia
- Thalamus
- Mannetje van Penfield: welke delen krijgen meer plaats op de
motorische cortex
HERSENKWABBEN EN FUNCTIES
- Dominant: meestal links taalfunctie
- Frontaal: plannen, impulscontrole, geassocieerde motorische cortex,
centrum Broca dingen doen zoals fietsen
- Temporaal: gehoor, geur, centrum van Wernicke Sensorische
prikkel
- Parietaal: integratie van gevoelsprikkels, lichaamsschema
, - Occipitaal: visuele prikkels
- Hersenstam: oogbewegingen, gehoor, slikken, spreken, vitale functies, bewustzijn
- Locked-in syndroom
RUGGENMERG EN PERIFEER ZENUWSTELSEL (FOTO 13.3 P. 283, FOTO 13.4 P.284)
- Ruggenmerg = myelum
- Cervicaal, thoracaal, lumbaal, sacraal
- Dalende en stijgende banen
- Gekruiste en ongekruiste banen
- Eindigt min of meer aan L2
- Paardenstaart of cauda equina
- Wortels, spinale ganglia en perifere zenuwen
- Wervelkolom, tussenwervelschijven
- De mens lijkt op een regenworm
- Motorisch neuron
- Sensorische prikkels
- Autonoom zenuwstelsel (hebben aparte functies maar werken samen)
o Sympathisch
o Parasympathisch
PERIFEER ZENUWSTELSEL
- Hersenzenuwen: 12 paar
- Perifere zenuwen
o Nervus medianus
o Nervus radialis