De gewrichten en bewegingen
Wat is een gewricht
Een gewricht (articulatie) is een plaats waar 2 botten op elkaar
aansluiten. Men maakt een onderscheid tussen beweeglijke (diartrosen
of synoviaal gewrichten), onbeweeglijke (synartrose) of nauwelijks
beweeglijke (amfiartrosen) gewrichten.
Niet-beweeglijke gewrichten:
- Een synostose is een verbinding/vergroeiing tussen twee botten
met botweefsel (zoals de naden tussen uw schedelbeenderen: de
suturae: zie figuur A hieronder.
- Een parodontium is de verbinding tussen uw tanden en het
kaakbeen via bindweefsel en wortelcement: zie figuur B hieronder.
Weinig beweeglijke gewrichten:
Een syndesmose is een verbinding van twee botten via
bindweefsel. Zoals de verbinding tussen het distale eind van de tibia
en de fibula (zoals op figuur C).
Een synchondrose is een verbinding tussen twee botten met
kraakbeen (zoals de schaamvoeg tussen de 2 bekkenbeenderen: zie
figuur D hieronder.
Beweeglijke gewrichten: synoviaal gewrichten
Deze gewrichten zijn het meest complex qua opbouw. Hieronder zie je een
figuur van een ‘standaard’ gewricht en ernaast het voorbeeld van de knie.
, een synoviaal gewricht bestaat dus zoals alle gewrichten uit twee
botuiteinden die samen komen. De plaats waar de twee botten contact
maken noemt men de gewrichtsvlakken. Deze zijn bedekt
met gewrichtskraakbeen om schokken op te vangen en wrijving te
verminderen.
De twee botuiteinden van het synoviaal gewricht worden bij elkaar
gehouden door omliggende structuren, die bestaan uit een
gewrichtskapsel, gewrichtsbanden ook
wel ligamenten genoemd, spieren en pezen.
Het gewrichtskapsel wordt vanbinnen bekleedt met een synoviaal
membraan of gewrichtsvlies. De cellen in de synoviaal membraan
maken gewrichtsvocht of synoviaal vocht (met o.a. hyaluronzuur) aan
en scheiden dat af in de gewrichtsholte. Dit vocht smeert het gewricht en
voedt de kraakbeencellen (want kraakbeenweefsel bevat geen
bloedvaten).
De ligamenten: zijn banden van straf of dicht geordend bindweefsel rond
het kapsel. Ze hebben als functie: het koppelen van twee uiteinden van
botten die samen een gewricht vormen en het stabiliseren van het
gewricht (door sommige bewegingen te beperken).
Op plaatsen waar pezen of banden over andere weefsels wrijven
zitten slijmbeurzen (bursae).
De knie als voorbeeld van een synoviaal gewricht
Wat is een gewricht
Een gewricht (articulatie) is een plaats waar 2 botten op elkaar
aansluiten. Men maakt een onderscheid tussen beweeglijke (diartrosen
of synoviaal gewrichten), onbeweeglijke (synartrose) of nauwelijks
beweeglijke (amfiartrosen) gewrichten.
Niet-beweeglijke gewrichten:
- Een synostose is een verbinding/vergroeiing tussen twee botten
met botweefsel (zoals de naden tussen uw schedelbeenderen: de
suturae: zie figuur A hieronder.
- Een parodontium is de verbinding tussen uw tanden en het
kaakbeen via bindweefsel en wortelcement: zie figuur B hieronder.
Weinig beweeglijke gewrichten:
Een syndesmose is een verbinding van twee botten via
bindweefsel. Zoals de verbinding tussen het distale eind van de tibia
en de fibula (zoals op figuur C).
Een synchondrose is een verbinding tussen twee botten met
kraakbeen (zoals de schaamvoeg tussen de 2 bekkenbeenderen: zie
figuur D hieronder.
Beweeglijke gewrichten: synoviaal gewrichten
Deze gewrichten zijn het meest complex qua opbouw. Hieronder zie je een
figuur van een ‘standaard’ gewricht en ernaast het voorbeeld van de knie.
, een synoviaal gewricht bestaat dus zoals alle gewrichten uit twee
botuiteinden die samen komen. De plaats waar de twee botten contact
maken noemt men de gewrichtsvlakken. Deze zijn bedekt
met gewrichtskraakbeen om schokken op te vangen en wrijving te
verminderen.
De twee botuiteinden van het synoviaal gewricht worden bij elkaar
gehouden door omliggende structuren, die bestaan uit een
gewrichtskapsel, gewrichtsbanden ook
wel ligamenten genoemd, spieren en pezen.
Het gewrichtskapsel wordt vanbinnen bekleedt met een synoviaal
membraan of gewrichtsvlies. De cellen in de synoviaal membraan
maken gewrichtsvocht of synoviaal vocht (met o.a. hyaluronzuur) aan
en scheiden dat af in de gewrichtsholte. Dit vocht smeert het gewricht en
voedt de kraakbeencellen (want kraakbeenweefsel bevat geen
bloedvaten).
De ligamenten: zijn banden van straf of dicht geordend bindweefsel rond
het kapsel. Ze hebben als functie: het koppelen van twee uiteinden van
botten die samen een gewricht vormen en het stabiliseren van het
gewricht (door sommige bewegingen te beperken).
Op plaatsen waar pezen of banden over andere weefsels wrijven
zitten slijmbeurzen (bursae).
De knie als voorbeeld van een synoviaal gewricht