100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Anatomie en fysiologie 1

Rating
-
Sold
-
Pages
116
Uploaded on
22-09-2025
Written in
2024/2025

Het is een volledige samenvatting van anatomie en fysiologie

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
September 22, 2025
Number of pages
116
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

INLEIDING TOT ANATOMIE/ FYSIOLOGIE
❖ Reactievermogen => Intern/extern
❖ Groei => celgroei/splitsing
❖ Voortplanting => Soort in stand houden
❖ Beweging => Intern/extern
❖ Stofwisseling=> interne motor

Anatomie
= open snijden” – Grieks

- Studie van inwendige en uitwendige structuren en de fysieke relaties tussen
lichaamsdelen:
o Uitwendig: huid, oogbol
o Inwendig: long, ellepijp, klier
o Fysieke relaties:
▪ Wat is de samenhang tussen een longalveool (longblaasje) en een
capillair (dunste) bloedvat? (hier gaat het over meerdere stelsels)
• Long: ademhaling
• Bloedvat: transport
• Doel: saturatie te verkrijgen door heen het lichaam

We kijken naar iets: inwendige en uitwendig structuren en fysiek relaties (1 stelsel of meerder)

Bouw (structuur) en functie zijn altijd met elkaar verweven: (bouw bepaalt functie)

- Hartspiercel:
o Kan samentrekken (en hierdoor bloed rondpompen in het lichaam)
o Kan géén elektrische prikkels geleiden
- Zenuwcel:
o Kan prikkels geleiden
o Kan niet samentrekken

Bouw = anatomie
- Je kijkt er naar en beschrijft de situatie

Functie = fysiologie (= inzicht)
- Hoe “werkt” nu zoiets, wanneer start en stopt een bepaald proces
- Bv: wanneer wordt het hormoon EPO afgegeven door het nier weefsel?

Cyanose: patiënt met zuurstofnood

Marcoscopische anatomie
o Met blote oog waarneembaar: inwendig en uitwendig

1

,Uitwendige anatomie = bestuderen van de vorm, oppervlakte kenmerken

Regionale anatomie = bestuderen oppervlaktestructuren en inwendige structuren

Systemische anatomie bestudeert het orgaanstelsel (= groep organen die samen op
gecoördineerde wijze functioneren)

o Bv: Spijsverteringsstelsel: binnen één stelsel
o Bv: Spijsverteringsstelsel in combinatie met zenuwstelsel en hormoonstelsel

Microscopische anatomie
o Niet met blote oog waarneembaar
o Zichtbaar via lichtmicrosoop: cytologie, histologie,..

Fysiologie
= functioneren van de anatomische structuren

De fysiologie van de mens is de studie van de functies van het menselijke lichaam

Diverse niveaus:

- Cel fysiologie: hoe functioneert één cel
- Orgaan fysiologie: hoe functioneert een orgaan
o Long: wanneer start de inspiratie (pH veranderingen,…), actief proces
▪ Iets zet de long in actie !! Wat? Hoe? Wanneer? Sneller? Trager?
o Long: wanneer start de expiratie, passief proces
- Orgaanstelsels: samenwerking tussen stelsels
o Na het middagmaal voel ik me ‘loom’, omdat de spijsvertering start….
o Hoe breekt ons lichaam KH, ET, VT af tot vormen die opgenomen worden in de
bloedbaan?

Pathofysiologie: wanneer het fout gaat

- Verstopte kransslagaders…..

Trommelstokvingers:

= een anatomische afwijking waarbij de vingertoppen en soms ook de tenen een verdikte en
afgeronde vorm aannemen. Dit gebeurt vaak als gevolg van een verhoogde zuurstoftoevoer
naar de weefsels, wat leidt tot een verhoogde groei van het weefsel in de vingertoppen




2

,Verschillende organisatieniveau:
3 compartimenten:

- Intravasaal heeft betrekking tot de ruimte in het
bloedvat, zoals bloedplasma, arteriën
- Intra cellulair heeft betrekking tot de ruimte in de
cel, zoals organellen
- Extra cellulair heeft betrekking tot de ruimte buiten
de cel

Wand van bloedvat en de cel: semipermeabel =

- Half doorgankelijk/ doorlaatbaar
- Water kan vrij in / uit stromen

Interstitiële ruimte = ruimte tussen de verschillende cellen

Water is transportmiddel -> passage tot aan het:

- Bloedvat – interstitieel milieu – cel

Beide richtingen: aanvoer / afvoer

- Door opening kan glucose uit bloedvat naar cel



De celkern is een organel dat zich in eukaryote cellen bevindt en bevat het genetisch materiaal
(DNA) van de cel.

Het celmembraan is een dunne, flexibele laag die de cel omhult en deze scheidt van de
extracellulaire omgeving, dubbele laag fosfolipiden.

Eenvoudig -> complex:

- Chemisch
- Cel
- Weefsel
- Orgaanniveau
- Orgaanstelsel
- Organisme

Chemisch niveau
Er is een chemisch niveau: functie wordt door de gespecialiseerde vorm gedefinieerd

Cel niveau
Cellen zijn de kleinste levende eenheden in het lichaam


3

, In een cel zijn diverse organellen en structuren aanwezig

- Deze hebben een specifieke rol te vervullen:
o Mitochondrium: energiecentrale
o Endoplasmatisch reticulum: netwerk van kanalen, zorgt voor interne opslag
o Golgi complex: transport van stoffen in de cel, vormen van blaasjes en herstel
van het plasmamembraan
o Celkern: bevat genetisch materiaal om cellen te laten delen
o Ribosomen: zorgen voor de aanmaak van eiwitten

Cel bevindt zich in een waterig milieu:

- Water is transportmiddel: transport in beide richtingen (intern/extern)
- Cel heeft een eigen homeostase: is een intern evenwicht

Cel leeft op zich zelf door de veel verschillende organellen

Weefsel niveau
In dit geval gaat het “gelijke cellen” met een “gelijke bouw”

- Bouw definieert de functie: laat bepaalde acties toe
- Cellen werken samen om een functie te organiseren

Bv:

- Hartspiercellen vormen hartspierweefsel: zorgen voor contractie van de atria en de
ventrikels
o Hierdoor kan het hart bloed verder stuwen in de bloedbaan
- Epitheelcellen vormen epitheelweefsel: zorgt voor bescherming en afsluiting
o Extern: de huid
o Intern: binnenbekleding van de blaas
- Zenuwcellen vormen zenuwweefsel: zorgt voor geleiding van prikkels
o Intern: volle blaas gaat een signaal naar de hersenen (sensoriek)
o Extern: zenuwstelsel stuurt de bezenuwing aan van de ledematen

Orgaan niveau
Verschillende soorten weefsel zitten vervat in één orgaan

- Hart:
o Hol orgaan met als doel het verder stuwen van het bloed in de bloedvaten
▪ Hartspierweefsel = contractie (samentrekking)
▪ Zenuwweefsel = aansturing (trager/sneller)
▪ Bindweefsel = onderverdeling in compartimenten
- Blaas:
o Hol orgaan met als doel de opslag van urine en de lozing van urine
▪ Spierweefsel = contractie (samentrekken) van de blaas
4
$18.79
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
loredebeule

Get to know the seller

Seller avatar
loredebeule Arteveldehogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
0
Member since
3 months
Number of followers
0
Documents
51
Last sold
-

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions