Inleiding onderwijswetenschappen
Samenvatting colleges
College 1 Inleiding
Onderwijs en opvoeding zijn nauw verwant
Ouders en opvoeders spelen een steeds actievere rol in het onderwijs en leerkrachten
spelen een steeds actievere rol in de opvoeding.
- Er zijn kerndoelen voor hygiëne, sociale redzaamheid, wederzijds respect en zorg
voor het milieu.
- Leerkrachten volgen kinderen in hun ontwikkeling.
- Leerkrachten signaleren mogelijke problemen en stoornissen.
- Schoolpsycholoog of pedagoog diagnosticeert.
- Leerkracht communiceert met ouders en hulpverleners.
Micro niveau: leren en instructie, toetsing en individuele verschillen.
Meso niveau: leraar en lerarenopleiding, functies van onderwijs, curriculum en
onderwijsinhoud.
Macro niveau: onderwijsvrijheid, segregatie, emancipatie, selectie en differentiatie in
onderwijssysteem.
Definities
Wat is leren?
Leren is een proces dat leidt tot een blijvende verandering van kennis, vaardigheid of
houding. Leren kan intentioneel of incidenteel zijn. Leren is niet gebonden aan plaats of
leeftijd. Leren gebeurt niet automatisch, maar vereist inzet en aandacht.
- Intentioneel: er worden activiteiten uitgevoerd met het doel om iets te leren.
- Incidenteel: er worden activiteiten uitgevoerd die een ander doel dienen -> leren
is een bijproducten van activiteiten.
Wat is instructie?
Instructie is elke vorm van pedagogisch-didactische ondersteuning die het leren
faciliteert. Instructie is altijd intentioneel. Instructie is niet gebonden aan plaats of
leeftijd. Instructie hoeft niet door een bevoegde leraar gegeven te worden (vb:
vrijwilliger, ouder, medeleerling, lesmateriaal). Instructie omvat meer dan lesgeven
alleen.
Wat is onderwijs?
Onderwijs is een geïnstitutionaliseerde en geprofessionaliseerde vorm van (leren en)
instructie. Onderwijs is gebonden aan plaats (school) en leeftijd. Onderwijs wordt
gegeven door een gediplomeerd leraar. Onderwijs heeft een langere looptijd dan
instructie (meer leerdoelen/eindtermen die bereikt moeten worden.
Wat is onderwijswetenschappen voor vakgebied?
,Onderwijs wetenschappen is een toegepaste wetenschap die het onderwijs bestudeert
en hierdoor probeert een bijdrage te leveren aan de verbetering van onderwijs.
Onderwijs is opgebouwd uit:
Onderwijswetenschappen zijn multidisciplinair:
Valt onder meerdere vakgebieden
We bestuderen het Nederlandse onderwijs. Het onderwijs is heel vaak in het nieuws,
Wat is de invloed van enkele actuele vraagstukken voor het Nederlandse onderwijs?
- Gelijke kansen en Covid 19
- Invulling van het nieuwe curriculum
- Lerarentekort
- Dalende prestaties taal en rekenen
Micro: welbevinden individuele leerling
- Samen of gescheiden naar school: vmbo kader kinderen hebben hier baad bij,
omdat ze dan niet steeds de zwakste van de klas zijn. Het is goed voor hun
zelfvertrouwen. (psychologie)
o Moeten wij niet ook naar de latere selectie zoals in het Zweedse systeem.
Micro: prestaties individuele leerling in de klas
- Vwo’ers hebben baat bij kleine klassen, omdat ze er zich intellectueel beter
kunnen ontwikkelen omdat ze omringt zijn door gelijken (sociologie, economie)
Meso: docenten
- Het bespreken van gevoelige of controversiële onderwerpen behoort volgens de
docenten bij hun werk, - maar niet iedereen gaat dat even gemakkelijk af.
(pedagogiek)
o Als kinderen langer bij elkaar in de klas zitten, kunnen kinderen ook
makkelijker moeilijke onderwerpen bespreken en voelen ze zich beter. De
leraar moet hier wel echt op voorbereid zijn.
Meso/macro:
- Onderwijs kan de sociale verschillen en maatschappelijke scheidslijnen niet
oplossen, zeggen docenten, directie en bestuurders, maar het onderwijs heeft wel
de maatschappelijke opdracht.
Het werkveld van de onderwijswetenschapper
Vier rollen: ontwerper, adviseur, onderzoeker en beleidsmaker.
, - Onderwijsontwerpers: ontwikkelen leerdoelen en leerlijnen (in opdracht van
bijvoorbeeld de SLO). Ontwikkelen leermiddelen, toetsen, examens en
beoordelingsinstrumenten (die worden aangepast aan de leerlijnen en
kerndoelen). Evalueren onderwijsvernieuwingen. Begeleiden auteurs van
leermiddelen en toetsen. Enthousiasmeren en inspireren leraren, beoordelaars en
alle andere betrokkenen bij de uitvoering van het onderwijs en examinering.
- Onderwijsadviseurs: werken vaak in opdracht van de scholen. Inventariseren de
wensen en behoeften van leerlingen, leraren en schoolleiders over vb:
lerarentekort, werkdruk en onderwijstechnologie. Stellen verbeterplannen op.
Trainen/coachen leraren, begeleiders en schoolleiders. Geven input aan het
management voor beleidskeuzes. Bedenken en onderhouden kwaliteitssystemen.
- Onderwijsonderzoekers: schrijven onderzoeksvoorstellen (Er is niet overal geld
voor, dus je schrijft de voorstellen en je hoopt dat je hierin verder kan
onderzoeken). Doen fundamenteel en/of praktijkgericht onderzoek. Beschrijven de
resultaten in rapporten en artikelen voor de wetenschap en praktijk. Presenteren
hun onderzoek op wetenschappelijke congressen. Vertalen onderzoeksresultaten
naar de onderwijspraktijk. Geven lezingen voor leraren, schoolleiders en ouders.
Geven onderwijs aan studenten.
- Beleidsmakers: signaleren ontwikkelingen in landelijk, regionaal en gemeentelijk
onderwijsbeleid. Vertalen dit beleid naar de situatie in hun/een school.
Ontwikkelen, implementeren en evalueren beleidsmaatregelen. Organiseren
kennis- en netwerkbijeenkomsten. Coördineren verandertrajecten.
- De vijfde rol -> de lerarenopleider
Onderwijsonderzoek
Onderwijswetenschapper = scientist-
practioner
Baseert zijn/haar beroepsmatig handelen op
wetenschappelijke inzichten en toetst de
resultaten van dat beroepsmatig handelen
aan diezelfde wetenschappelijke inzichten.
Wisselwerking tussen theorie en praktijk.
Ook leraren zijn scientist-practioners:
Ze gebruiken onderzoek (uit vakbladen) om lessen te verbeteren en hun visie op
onderwijs onderbouwen. In principe doen ze ook onderzoek in hun eigen klas om de
effecten hiervan te bepalen.
Soorten onderwijsonderzoek:
- Fundamenteel-wetenschappelijk onderzoek-> Vragen vanuit nieuwsgierigheid
onderzoeker. Kennis om de kennis. Niet primair gericht op de toepasbaarheid in
het onderwijs.
- Praktijkgericht onderzoek -> Vragen vanuit de school. Toepassingsgericht
(onderwijs willen verbeteren). Resultaten direct toepasbaar in eigen school/klas
, - Beleidsgericht -> Vragen vanuit schoolbesturen of de overheid.
Toepassingsgericht (beleid willen maken of evalueren). Resultaten onderbouwen
beleid of niet
College 2 Behavioristische opvattingen over leren en instructie
Deze les wordt er ingegaan op het micro niveau (de leerling).
Er zijn 3 belangrijke leertheorieën:
- Behaviorisme -> leren is het realiseren van verandering van observeerbaar
gedrag. (niet wat er in de hersenen gebeurd, dat is een black box)
- Cognitivisme -> leren is het vormen van cognitieve structuren (mentale
representaties) in de hersenen.
- (Sociaal-) constructivisme -> leren is het (samen) construeren van kennis. (ook de
hersenen, maar de nadruk ligt op het proces)
In de Griekse oudheid werd er al nagedacht over empirisme en nativisme (en het
bijbehorende nature vs. nurture debat). De vraag was of iets aangeboren of aangeleerd
was. Er was hier geen sprake van psychologie, maar van een filosofische discussie. In
Duitsland werd er naar aanleiding daarvan een andere manier van denken ontwikkeld:
introspectie. Hierbij werd er bij jezelf naar binnen gekeken. Het nadeel hiervan was dat
je sommige dingen onbewust uitvoerd en dat je niet alle cognitie bewust kun
navertellen.
- In de Verenigde Staten ontstond hier een tegenbeweging op, het behaviorisme.
Pas toen zij in een korte periode ruimtevaarders wilden opleiden om de ruimte in
te gaan, merkte ze dat niet alles snel aangeleerd kon worden via het
behaviorisme. Daarop ontstond de cognitieve revolutie. Het werd sneller om
moeilijke taken uit te voeren.
- Daar kwam eind jaren 90 ook nog het sociaal-constructivisme bij, die tot het heden
relevant is.
1879 -> introspectie
1920 -> behaviorisme
1950 -> cognitieve revolutie
1990 -> sociaal constructivisme
Behaviorisme
Een stroming in de psychologie waarin leren wordt beschouwd als een proces van
conditioneren. Conditioneren is het aanbieden van prikkels (stimuli of reinforcement) om
de kans op een bepaald soort gedrag te vergoten.
- Klassiek conditioneren
Samenvatting colleges
College 1 Inleiding
Onderwijs en opvoeding zijn nauw verwant
Ouders en opvoeders spelen een steeds actievere rol in het onderwijs en leerkrachten
spelen een steeds actievere rol in de opvoeding.
- Er zijn kerndoelen voor hygiëne, sociale redzaamheid, wederzijds respect en zorg
voor het milieu.
- Leerkrachten volgen kinderen in hun ontwikkeling.
- Leerkrachten signaleren mogelijke problemen en stoornissen.
- Schoolpsycholoog of pedagoog diagnosticeert.
- Leerkracht communiceert met ouders en hulpverleners.
Micro niveau: leren en instructie, toetsing en individuele verschillen.
Meso niveau: leraar en lerarenopleiding, functies van onderwijs, curriculum en
onderwijsinhoud.
Macro niveau: onderwijsvrijheid, segregatie, emancipatie, selectie en differentiatie in
onderwijssysteem.
Definities
Wat is leren?
Leren is een proces dat leidt tot een blijvende verandering van kennis, vaardigheid of
houding. Leren kan intentioneel of incidenteel zijn. Leren is niet gebonden aan plaats of
leeftijd. Leren gebeurt niet automatisch, maar vereist inzet en aandacht.
- Intentioneel: er worden activiteiten uitgevoerd met het doel om iets te leren.
- Incidenteel: er worden activiteiten uitgevoerd die een ander doel dienen -> leren
is een bijproducten van activiteiten.
Wat is instructie?
Instructie is elke vorm van pedagogisch-didactische ondersteuning die het leren
faciliteert. Instructie is altijd intentioneel. Instructie is niet gebonden aan plaats of
leeftijd. Instructie hoeft niet door een bevoegde leraar gegeven te worden (vb:
vrijwilliger, ouder, medeleerling, lesmateriaal). Instructie omvat meer dan lesgeven
alleen.
Wat is onderwijs?
Onderwijs is een geïnstitutionaliseerde en geprofessionaliseerde vorm van (leren en)
instructie. Onderwijs is gebonden aan plaats (school) en leeftijd. Onderwijs wordt
gegeven door een gediplomeerd leraar. Onderwijs heeft een langere looptijd dan
instructie (meer leerdoelen/eindtermen die bereikt moeten worden.
Wat is onderwijswetenschappen voor vakgebied?
,Onderwijs wetenschappen is een toegepaste wetenschap die het onderwijs bestudeert
en hierdoor probeert een bijdrage te leveren aan de verbetering van onderwijs.
Onderwijs is opgebouwd uit:
Onderwijswetenschappen zijn multidisciplinair:
Valt onder meerdere vakgebieden
We bestuderen het Nederlandse onderwijs. Het onderwijs is heel vaak in het nieuws,
Wat is de invloed van enkele actuele vraagstukken voor het Nederlandse onderwijs?
- Gelijke kansen en Covid 19
- Invulling van het nieuwe curriculum
- Lerarentekort
- Dalende prestaties taal en rekenen
Micro: welbevinden individuele leerling
- Samen of gescheiden naar school: vmbo kader kinderen hebben hier baad bij,
omdat ze dan niet steeds de zwakste van de klas zijn. Het is goed voor hun
zelfvertrouwen. (psychologie)
o Moeten wij niet ook naar de latere selectie zoals in het Zweedse systeem.
Micro: prestaties individuele leerling in de klas
- Vwo’ers hebben baat bij kleine klassen, omdat ze er zich intellectueel beter
kunnen ontwikkelen omdat ze omringt zijn door gelijken (sociologie, economie)
Meso: docenten
- Het bespreken van gevoelige of controversiële onderwerpen behoort volgens de
docenten bij hun werk, - maar niet iedereen gaat dat even gemakkelijk af.
(pedagogiek)
o Als kinderen langer bij elkaar in de klas zitten, kunnen kinderen ook
makkelijker moeilijke onderwerpen bespreken en voelen ze zich beter. De
leraar moet hier wel echt op voorbereid zijn.
Meso/macro:
- Onderwijs kan de sociale verschillen en maatschappelijke scheidslijnen niet
oplossen, zeggen docenten, directie en bestuurders, maar het onderwijs heeft wel
de maatschappelijke opdracht.
Het werkveld van de onderwijswetenschapper
Vier rollen: ontwerper, adviseur, onderzoeker en beleidsmaker.
, - Onderwijsontwerpers: ontwikkelen leerdoelen en leerlijnen (in opdracht van
bijvoorbeeld de SLO). Ontwikkelen leermiddelen, toetsen, examens en
beoordelingsinstrumenten (die worden aangepast aan de leerlijnen en
kerndoelen). Evalueren onderwijsvernieuwingen. Begeleiden auteurs van
leermiddelen en toetsen. Enthousiasmeren en inspireren leraren, beoordelaars en
alle andere betrokkenen bij de uitvoering van het onderwijs en examinering.
- Onderwijsadviseurs: werken vaak in opdracht van de scholen. Inventariseren de
wensen en behoeften van leerlingen, leraren en schoolleiders over vb:
lerarentekort, werkdruk en onderwijstechnologie. Stellen verbeterplannen op.
Trainen/coachen leraren, begeleiders en schoolleiders. Geven input aan het
management voor beleidskeuzes. Bedenken en onderhouden kwaliteitssystemen.
- Onderwijsonderzoekers: schrijven onderzoeksvoorstellen (Er is niet overal geld
voor, dus je schrijft de voorstellen en je hoopt dat je hierin verder kan
onderzoeken). Doen fundamenteel en/of praktijkgericht onderzoek. Beschrijven de
resultaten in rapporten en artikelen voor de wetenschap en praktijk. Presenteren
hun onderzoek op wetenschappelijke congressen. Vertalen onderzoeksresultaten
naar de onderwijspraktijk. Geven lezingen voor leraren, schoolleiders en ouders.
Geven onderwijs aan studenten.
- Beleidsmakers: signaleren ontwikkelingen in landelijk, regionaal en gemeentelijk
onderwijsbeleid. Vertalen dit beleid naar de situatie in hun/een school.
Ontwikkelen, implementeren en evalueren beleidsmaatregelen. Organiseren
kennis- en netwerkbijeenkomsten. Coördineren verandertrajecten.
- De vijfde rol -> de lerarenopleider
Onderwijsonderzoek
Onderwijswetenschapper = scientist-
practioner
Baseert zijn/haar beroepsmatig handelen op
wetenschappelijke inzichten en toetst de
resultaten van dat beroepsmatig handelen
aan diezelfde wetenschappelijke inzichten.
Wisselwerking tussen theorie en praktijk.
Ook leraren zijn scientist-practioners:
Ze gebruiken onderzoek (uit vakbladen) om lessen te verbeteren en hun visie op
onderwijs onderbouwen. In principe doen ze ook onderzoek in hun eigen klas om de
effecten hiervan te bepalen.
Soorten onderwijsonderzoek:
- Fundamenteel-wetenschappelijk onderzoek-> Vragen vanuit nieuwsgierigheid
onderzoeker. Kennis om de kennis. Niet primair gericht op de toepasbaarheid in
het onderwijs.
- Praktijkgericht onderzoek -> Vragen vanuit de school. Toepassingsgericht
(onderwijs willen verbeteren). Resultaten direct toepasbaar in eigen school/klas
, - Beleidsgericht -> Vragen vanuit schoolbesturen of de overheid.
Toepassingsgericht (beleid willen maken of evalueren). Resultaten onderbouwen
beleid of niet
College 2 Behavioristische opvattingen over leren en instructie
Deze les wordt er ingegaan op het micro niveau (de leerling).
Er zijn 3 belangrijke leertheorieën:
- Behaviorisme -> leren is het realiseren van verandering van observeerbaar
gedrag. (niet wat er in de hersenen gebeurd, dat is een black box)
- Cognitivisme -> leren is het vormen van cognitieve structuren (mentale
representaties) in de hersenen.
- (Sociaal-) constructivisme -> leren is het (samen) construeren van kennis. (ook de
hersenen, maar de nadruk ligt op het proces)
In de Griekse oudheid werd er al nagedacht over empirisme en nativisme (en het
bijbehorende nature vs. nurture debat). De vraag was of iets aangeboren of aangeleerd
was. Er was hier geen sprake van psychologie, maar van een filosofische discussie. In
Duitsland werd er naar aanleiding daarvan een andere manier van denken ontwikkeld:
introspectie. Hierbij werd er bij jezelf naar binnen gekeken. Het nadeel hiervan was dat
je sommige dingen onbewust uitvoerd en dat je niet alle cognitie bewust kun
navertellen.
- In de Verenigde Staten ontstond hier een tegenbeweging op, het behaviorisme.
Pas toen zij in een korte periode ruimtevaarders wilden opleiden om de ruimte in
te gaan, merkte ze dat niet alles snel aangeleerd kon worden via het
behaviorisme. Daarop ontstond de cognitieve revolutie. Het werd sneller om
moeilijke taken uit te voeren.
- Daar kwam eind jaren 90 ook nog het sociaal-constructivisme bij, die tot het heden
relevant is.
1879 -> introspectie
1920 -> behaviorisme
1950 -> cognitieve revolutie
1990 -> sociaal constructivisme
Behaviorisme
Een stroming in de psychologie waarin leren wordt beschouwd als een proces van
conditioneren. Conditioneren is het aanbieden van prikkels (stimuli of reinforcement) om
de kans op een bepaald soort gedrag te vergoten.
- Klassiek conditioneren