100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Complete samenvatting blok Zintuigen, Hersenen en Beweging II - Gehaald met een 8,2!!

Rating
-
Sold
-
Pages
53
Uploaded on
07-09-2025
Written in
2024/2025

DE VOLLEDIGE SAMENVATTING van het blok Zintuigen, Hersenen en Beweging II, studiejaar 2, deze samenvatting is gemaakt uit boeken, hoorcolleges, werkcolleges, interactieve colleges, practica, emodueles. Ik heb precies samengevat volgens de leerdoelen van het blok. Hij is compleet en duidelijk. Kortom: alle informatie die je nodig hebt staat hier!! Succes met leren!

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
September 7, 2025
Number of pages
53
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting ZHB II
Hoorcollege 1:
- Embryologie
o Onderdelen:
 Neurale buis met ventraal de chorda dorsalis en aan zijkanten de somieten
 Somieten ontstaan uit mesoderm  spieren en subcutis
 Laterale plaatmesoderm  botten, pezen en ligamenten
o Extremiteiten
 Segmentaal
 Dag 24: C5-C8 naar lateraal  extremiteitsknop  bovenste extremiteiten (MESO +
ECTO)
o C7 groeit als eerst en trekt C5,6,8 en Th1 mee
o Rand van extremiteitsknoppen = groeizone = apicale epidermale richel
 Aan caudale kant = zone van proliferatieve activiteit
 Groeifactoren, e.g. FGF
 Dag 28: L3-S3 naar lateraal  extremiteitsknop  onderste extremiteiten (MESO +
ECTO)
o L5 en S1 groeien het hardst
 Innervatie uiteindelijk
 C7 = middelvinger, duim = C6, pink = C8
 Laterale deel arm door C5 en C6
 Mediale deel arm door C8 en Th1
o Centrale as
 Ontstaat uit laterale plaatmesoderm  botten, gewrichten en ligamenten
 Gewrichten uit axiaal mesenchymaal mesoderm:
o Gewrichtskraakbeen aangelegd  holtes ontstaan door verdikking bindweefsel
 in holtes hyalien kraakbeen gevormd  bindweefsel verdwijnt (grotere holte)
of wordt dikker (intra-articulaire ligamenten)
 Kruisbanden = mesoderm
 Dorsaal en ventraal ontstaan spieren
 Dorsaal = extensie, supinatie, abductie
 Ventraal = flexie, pronatie, adductie
o Uitzondering = m. Biceps brachii (veroorzaakt supinatie)
o Rotatie = laatste stap in aanleg extremiteiten
 Benen roteren naar binnen (endorotatie)  flexoren komen dorsaal en extensoren ventraal +
dermatomen in spiraalvorm
 Bovenste extremiteit: elleboog draait naar buiten (exorotatie)  laterale spieren komen ventraal
- Algemene opbouw ledemaat
o Huid
o Subcutis (onderhuidse vetlaag met huidzenuwen en huidvenen)
o Diepe fascie
 Bevat vaatzenuwstreng met arterie, vene en zenuw
 Als deze door fascie in subcutis komt = huidzenuw
o Spierlaag
 Dorsaal en ventrale spieren gescheiden door intramusculaire septa
 Opbouw spier
 Onderdelen:
o Spierbuik (kan contraheren)
o Pees (kan niet contraheren
 Platte pees = aponeurose
 Hele spier omgeven door epimysium (bindweefsel)
 Membraan om 1 spierbundel = perimysium
 Membraan om 1 spiervezel = endomysium
 Myofibril  endomysium  perimysium  epimysium  peritendineum
 Motorunit = bundel spiervezels die door 1 axon of moterneuron wordt geïnnerveerd
o Krachtspieren hebben er weinig, stuurspieren veel (oog, gezicht, tong)
 Op plekken van veel wrijving tussen pezen en botten = bursae synovialis

, o Onderste deel aan pees vast, andere deel aan oppervlakte vast
o Gevoelig voor bursitis
o Ook te vinden tussen huid en bot en pees en spier
o Voorkomt ruwe frictie en vergemakkelijkt beweging van structuren ten opzichte
van elkaar
- Beweging spier
o Concentrisch = actieve spierverkorting
 Actieve insufficiëntie = maximale verkorting
o Isometrisch = aanspanning zonder lengteverandering
o Excentrisch = actieve spierverlenging
- Lokale circuits
o Rekking spier door toegenomen lading  spierspoeltjes turen signaal naar motorneuronen  verhoogde
spiertonus in agonistische spier en verlaagde spiertonus in antagonistische spier
 Myotatische reflex = polysynaptisch
 Informatie uit spieren, ligamenten en gewrichtskapsels = proprioceptieve informatie
- Spierfunctie = bewaakt door spierspoeltjes en peeslichaampjes = rekreceptoren
o Informatie uit spieren of ligamenten = proprioceptief
o Types spieren:
 Lange spieren met kleine diameter  weinig krachtig
 Korte, dikke spieren  krachtige contractie
 Waaiervormige spieren  contractie meerdere kanten op mogelijk
o Vorm en functie van spieren
 Parallelvezelige spier = vezels in lengterichting = groete bewegingsuitslag, maar weinig kracht
(abdominale spieren)
 Pennate spier = vezels schuin op pees = grotere kracht, maar minder bewegingsuitslag
 Unipennate = extensor digitorum
 Bipennate = rectus femoris
 Multipennate = deltoideus
 Fusiform = biceps brachii
 Convergent = pectoralis
o Beweging
 Werklijn = richting waarin de spier trekt
 Stabiliserende (S) en bewegende (B) component
 Afhankelijk van afstand tussen origo en insertie
 Moment spier (M) = contractie (F) * arm van beweging (d)
o Beweging en functie
 Heup: ventraal in been anteflectoren, dorsaal retroflectoren, mediaal adductoren en lateraal
abductoren
 Overlap tussen anteflextoren en adductoren
Hoorcollege 2: Spier-, en peesblessures
- Grootste risicofactor oplopen blessure = gehad hebben van eerdere blessure
- Acute vs chronishe blessures
o Bij acuut = onderzoek van geblesseerde gewricht vaak voldoende
o Bij chronisch = hele bewegingsketen, betreffende gewricht en samenwerking van spierkoppels bekijken
 Bewegingsketen = kinetic chain of Muskelschlingen
- Spieren hebben een activiteit bij mobiliteit (actief) en stabiliteit (passief)
o Kan fungeren als motor, vering, schokdemper, rem
- Spierblessures
o Normaal gesproken parallelle spiervezels
 Bij blessure geknikte spiervezels en gaten tussen vezels
o Spierruptuur = zweepslag = coupe de fouet
 Vaak in het onderbeen, zoals in m. Gastrocnemius
o Epidemiologie
 25% van sportletsels een spier-, of peesletsel (strain injury)
 Kans op recidivering = 10-30%
 Top drie aangedane spieren:

,  M. Triceps surae = kuitspier
o Twee koppen van m. Gastrocnemius en m. Soleus
 Vaak scheur van mediale kop m. Gastrocnemius
 M. Quadriceps (meestal scheur van m. Rectus femoris)
 Hamstrings (meestal scheur van m. Biceps femoris)
 Herstel van ruptuur kost 2 weken tot 6 maanden

o Oorzaak
 Spieroverrekking
 Overload door:
o Excentrische belasting
o Bi-articulaire spieren (over meerdere gewrichten)
o Snelle, explosieve sporten (intervalsporten)
o Spieren die veel witte spiervezels (fast twitch, 2,) bevatten
o Soorten spierscheuringen
 Contusion = exogene oorzaak
 Distention = endogene oorzaak
o Factoren die bijdragen aan spier-, of peesruptuur
 Lage weerstand
 Onvoldoende warming-up
 Overbelasting
 Eerdere ruptuur
 Beperkte gewrichtsfunctie
o Klachten en diagnose
 Ruptuur = acute pijn met soms een delle, hematoom of zwelling
 Hematoom pas na paar dagen zichtbaar = ecchymose
o Eerst niet zichtbaar, omdat spier het vrijgekomen bloed opneemt
 Hypertoon, verdikt en verkort, met beperkte functie
 Aanspannen en rekken pijnlijk
 Spierschade schaal
 Spierpijn
 Spierverrekking
 Spierscheur (vaak op spier-peesovergang)
o Partieel, minder dan 5% (graad 1)
o Partieel, meer dan 5% (graad 2)
o Totaal (graad 3)
 Anamnese belangrijkst, maar voor eventueel aanvullend onderzoek = MRI of echo
 Verdikking van pees of vocht in spier zichtbaar
 Complicaties bij spier-, of peesruptuur
 Compartimentsyndroom (bloedvaten afgekneld)
 Vorming littekenweefsel
 Verkalking van spier (door grote bloeduitstorting) = mysoitis ossificans
 Diepveneuze trombose
 Seroom (vochtophoging)
o Therapie
 POLICE = Protection, Optimal Loading, Immobilisatie, Compressie en Elevatie
 Medicatie = paracetamol of NSAID
 Intapen of sportcompressiekous (verlaagt schokbelasting en verhoogt belastbaarheid)
 Schokdempende hakjes
 Excentrisch trainen
o Return to play
 Geen zwelling, functiebeperking, hypertonie, verkorting, pijn
 Volledige spierkracht terug
 Coördinatie en stabiliteit volledig hersteld
o Preventie
 Goede warming-up
 Bij krachttraining de hele spierketen trainen
- Chronische peesblessures

, o Algemene term klachten aan pees = tendinopathie
 Bursitis, (partiële) ruptuur, tendinosis en peritendinitis
 Bij achillespees:
 Insertie-tendinopathie (distaal)
 Midportion tendinopathie (2-6 cm proximaal van insertie)
 Let op: geen peesontsteking  geen ontstekingscellen aanwezig, maar overbelaste pees met
microscheurtjes en focale degeneratie
o Histologie
 Devitalisering van collageenvezels
 Microstrains
 Degeneratiepatroon collageenvezels (apoptose)
 Apoptose van tenocyten, met grote gebieden van gedesoriënteerde collageenvezels met
afbraakproducten van ECM
o Vooraf = reactieve tendinopathie
 Geen ontstekingscellen!!
o Epidemiologie
 Vatbaarder:
 Hogere leeftijd: afgenomen trekkracht, afgenomen lokale doorbloeding, kwaliteit
peesweefsel omlaag
 Explosieve sporten (springen, sprinten), opnieuw starten met sporten
 Herstel = 3-12 maanden
o Oorzaak
 Vaak multicausaliteit
 Holvoet (pes cavus)
 Hyperlaxiditeit
 Verkeerd schoeisel, harde ondergrond
 Springen, sprinten
 Excentrisch repeterende overload (bergwandelen)
 Verkortingen van de spier
o Klachten / symptomen
 Pijn
 Stadium 1 = pijn na activiteit
 Stadium 2 = pijn tijdens begin van de activiteit, verdwijnt volledig tijdens activiteit,
toename pijn na afloop
 Stadium 3 = pijn tijdens activiteit, verdwijnt niet tijdens activiteit en pijn na afloop
 Stadium 4 = pijn neemt toe tijdens activiteit en pijn na afloop
 Stadium 5 = pijn ook in rust en tijdens ADL
 Crepitaties (soms)
 Stijfheid (met name in de ochtend of na het sporten)
 Zwelling of verdikking (soms)
 Specifieke pijnprovocaties (zoals traplopen)
 Prestativermindereing
o Diagnostiek
 Onderzoek naar achillespees:
 Lokale rek-, en drukpijn (meer mediaal dan lateraal)
 Echo: ontstaan van extra vaten en verdikking pees
 MRI: vochtophoping zichtbaar
 UTC (ultrasonic tissue characterisation): verdikking zichtbaar
o Complicaties tendinopathie
 Vorming littekenweefsel
 Chronische pijn
 Uitgroeien tot totaalruptuur
o Therapie
 POLICE regel + andere training
 Fysiotherapie
 Stadium 3,4,5 – trainings- en belastingsadviezen en tevens:
 Shockwave therapie = kapotmaken weefsel om bloeding te creëren  weefsel herstelt
beter
 Plaatjesrijk plasma (PRP) = plasmatransfusie
$11.50
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
elisabethbrennan

Get to know the seller

Seller avatar
elisabethbrennan Universiteit Utrecht
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
2
Member since
5 months
Number of followers
0
Documents
3
Last sold
5 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions