Verdiepend materieel strafrecht
Handleiding Zedendelicten: veranderende opvattingen – veranderend recht?
Maandag 25 november 2019 (prof. mr. K. Lindenberg, RUG)
Beschrijving
Zedendelicten worden gezien als ernstige inbreuken op de lichamelijke integriteit en hebben daarom
de bijzondere aandacht van de politiek, de media en de maatschappij in het algemeen. Tegelijkertijd
moet worden vastgesteld dat zedenzaken zich veelvuldig aandienen in de rechtszaal en dat de
corresponderende strafbaarstellingen uiterst complex zijn. Strafzaken op deze terreinen kenmerken
zich door moeilijke rechtsvragen en uiteenlopende opvattingen over wetssystematiek, bestanddelen
en straftoemeting. Daarbij valt te denken aan kwesties als ontucht tussen adolescenten,
kinderpornografie, grooming en verkrachting.
In opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid heeft de Rijksuniversiteit Groningen
onderzoek gedaan naar de vraag of onze zedendelicten aan herziening toe zijn. Die vraag werd in de
betreffende rapportage (zie bron A hieronder) bevestigend beantwoord.
In het college op 25 november wordt ingegaan op de achtergronden van die conclusie en op de
stappen die sindsdien door de wetgever zijn gezet. Tijdens het college wordt in dat kader onder meer
aandacht besteed aan de overlap tussen bepalingen, aan de strekking van het bestanddeel ‘ontucht’,
aan de mate waarin ook online een zedendelict kan worden gepleegd en aan de verschillende
schuldverbanden in de zedentitel. Ten slotte zal de beoogde ‘sekswet’ centraal staan (zie bron E
hieronder): de wet die ervoor moet zorgen dat ‘seks tegen de wil’ strafbaar wordt gesteld.
Voorbereiding: neem onderstaande bronnen goed door en probeer de zelfstudie-vragen te
beantwoorden.
Bronnen
Wetteksten
- Art. 239 – 254a Sr;
Literatuur
A. K. Lindenberg & A.A. van Dijk, Herziening van de zedendelicten? Een analyse van Titel XIV,
Tweede Boek, Wetboek van Strafrecht met het oog op samenhang, complexiteit en
normstelling, Zutphen: Paris 2016, paragraaf 1.1, 2.2, 4.2, 4.3, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5 en 4.7 (u
kunt dit boek raadplegen via o.a. deze link; u wordt geadviseerd goed naar de inhoudsopgave
te kijken om te begrijpen in welke context de opgegeven paragrafen vallen);
B. K. Lindenberg, ‘Verkrachting, aanranding en de bescherming van de seksuele integriteit:
moet Nederland ook naar een 'Nein heißt Nein'?’, in : E.Gritter (red.) Modern Strafrecht,
Kluwer: Deventer 2019, p. 1-31 (u kunt dit artikel raadplegen via deze link)
Overige
C. Kamerstukken II 2015/16, 29 279, nr. 300 (o.a. reactie op ‘Herziening van de
zedendelicten?’);
Handleiding Zedendelicten: veranderende opvattingen – veranderend recht?
Maandag 25 november 2019 (prof. mr. K. Lindenberg, RUG)
Beschrijving
Zedendelicten worden gezien als ernstige inbreuken op de lichamelijke integriteit en hebben daarom
de bijzondere aandacht van de politiek, de media en de maatschappij in het algemeen. Tegelijkertijd
moet worden vastgesteld dat zedenzaken zich veelvuldig aandienen in de rechtszaal en dat de
corresponderende strafbaarstellingen uiterst complex zijn. Strafzaken op deze terreinen kenmerken
zich door moeilijke rechtsvragen en uiteenlopende opvattingen over wetssystematiek, bestanddelen
en straftoemeting. Daarbij valt te denken aan kwesties als ontucht tussen adolescenten,
kinderpornografie, grooming en verkrachting.
In opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid heeft de Rijksuniversiteit Groningen
onderzoek gedaan naar de vraag of onze zedendelicten aan herziening toe zijn. Die vraag werd in de
betreffende rapportage (zie bron A hieronder) bevestigend beantwoord.
In het college op 25 november wordt ingegaan op de achtergronden van die conclusie en op de
stappen die sindsdien door de wetgever zijn gezet. Tijdens het college wordt in dat kader onder meer
aandacht besteed aan de overlap tussen bepalingen, aan de strekking van het bestanddeel ‘ontucht’,
aan de mate waarin ook online een zedendelict kan worden gepleegd en aan de verschillende
schuldverbanden in de zedentitel. Ten slotte zal de beoogde ‘sekswet’ centraal staan (zie bron E
hieronder): de wet die ervoor moet zorgen dat ‘seks tegen de wil’ strafbaar wordt gesteld.
Voorbereiding: neem onderstaande bronnen goed door en probeer de zelfstudie-vragen te
beantwoorden.
Bronnen
Wetteksten
- Art. 239 – 254a Sr;
Literatuur
A. K. Lindenberg & A.A. van Dijk, Herziening van de zedendelicten? Een analyse van Titel XIV,
Tweede Boek, Wetboek van Strafrecht met het oog op samenhang, complexiteit en
normstelling, Zutphen: Paris 2016, paragraaf 1.1, 2.2, 4.2, 4.3, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5 en 4.7 (u
kunt dit boek raadplegen via o.a. deze link; u wordt geadviseerd goed naar de inhoudsopgave
te kijken om te begrijpen in welke context de opgegeven paragrafen vallen);
B. K. Lindenberg, ‘Verkrachting, aanranding en de bescherming van de seksuele integriteit:
moet Nederland ook naar een 'Nein heißt Nein'?’, in : E.Gritter (red.) Modern Strafrecht,
Kluwer: Deventer 2019, p. 1-31 (u kunt dit artikel raadplegen via deze link)
Overige
C. Kamerstukken II 2015/16, 29 279, nr. 300 (o.a. reactie op ‘Herziening van de
zedendelicten?’);