Elke van Grimbergen WO: tijd 7.2 De nieuwe tijden deel 1
Terug naar de kern: de Reformatie
De boekdrukkunst, de val van het Oost-Romeinse Rijk en de ontdekking van Amerika
zorgden voor de overgang tussen de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Op hetzelfde
ogenblik stellen steeds meer mensen de manier waarop het christelijke geloof beleden
wordt in vraag. Gedurende de middeleeuwen bepaalde het christendom het westerse
denken. Het belangrijkste toen was dat je ziel naar de hemel ging of dat je in de hel
belandde.
Tijdens je leven kon je proberen om een plek in de hemel te bemachtigen door goede
werken te verrichten, boete te doen voor je zonde door bijvoorbeeld hulp van een heilige
in te roepen.
Een aflaat was een document waarmee je de tijd in het vagevuur kon verkorten. Het vage
vuur was een onaangename ‘wachtkamer’ voor de hemel waar overledenen met een
onzuivere ziel die noch in de hemel noch in de hel pasten, een tijd doorbrachten om hun
ziel te zuiveren. Na die periode kregen ze toegang tot de hemel.
Geleidelijk breidde de kritiek zich uit en werd er met de vinger naar de clerus zelf
gewezen. Veel geestelijken volgden hun eigen regels, zoals het celibaat, niet goed. Lage
geestelijken waren vaak niet goed opgeleid, terwijl sommige clerici een zeer luxe
leventje leiden. Dit was een doorn voor vele.
Voor de reformatiebewegingen waren er al hervormingsbewegingen in de
middeleeuwen, die nooit geleid tot een fundamentele hervorming binnen de kerk.
MAARTEN LUTHER KING was de eerst die zijn kritiek via boekdrukkunst met succes
verspreidde. Zijn belangrijkste idee was dat een gelovige zijn zielenheil niet zelf actief
kon verdienen. Volgens Luther schonk God de mens genade en kon de gelovige niet
anders dan geloven en vertrouwen in het Woord van God. Het idee dat priesters een
doorgeefluik waren om de Latijnse teksten te prediken, werd dus radicaal afgewezen.
In de plaats daarvan vond Luther dat de Bijbel en andere religieuze teksten beschikbaar
moesten zijn in de volkstaal, zodat de gelovigen deze zelf konden interpreteren.
Luther pende zijn protest neer in 95 stellingen die hij op 31 oktober 1517 aan de
kerkpoort van Wittenberg nagelde. Die gebeurtenis markeert het begin dan de
Reformatie al was het op dat moment niet de bedoeling van Luther om te breken met de
kerk. Hij wilde interne hervormingen in de christelijke kerk. Luther werd hierdoor uit de
kerk geplaatst. Iedereen die zijn geschriften verspreidde, werd tot ketter verklaard en
gestraft.
Ondergedoken gaf Luther zijn hervormingen verder vorm door het Nieuwe Testament te
vertalen naar de volkstaal: het Duits.
, Elke van Grimbergen WO: tijd 7.2 De nieuwe tijden deel 1
1. De protestantse reformatie
De Reformatie omvat verschillende christelijke bewegingen die kritiek hadden op de
katholieke kerk. Het succes van de reformatie is te danken aan de boekdrukkunst.
Dankzij de drukpers konden boeken, pamfletten en spotprenten de protestantse ideeën
sneller dan ooit verspreiden.
De bijbel in volkstaal zorgde ervoor dat er een groot publiek bereikt werd. Het
ongeletterde volk probeerde Luther te bereiken via gedrukte prenten en preken. De
nieuwe religieuze ideeën verspreidden zich daardoor gemakkelijker via publicaties,
prenten en teksten, al waren preken ook zeer populair. Protestantse ideeën waren niet
toegelaten dus preekte ze buiten de stadsmuren. Er doken ondertussen ook andere
stromingen op die we groeperen onder ‘protestantisme’.
De stromingen verschilden onderling van gedachtengoed, maar scheurden zich wel
allemaal af van de kerk in Rome. De bekendste protestantse stromingen zijn de
lutheranen, de calvinisten en anglicanen.
2. Het katholieke antwoord: de Contrareformatie
De katholieke kerk beseft dat de vervolging van protesten niet meer langer volstond. Het
was tijd voor een tegenreactie: een Contrareformatie. De krijtlijnen waren vastgelegd in
het Concilie van Trente. De kerk hadden duidelijke standpunten die door de
protestanten onder vuur werden genomen zoals de heiligenverering, de 7 sacramenten,
het vagevuur,….
Het fundament van het hele systeem was echter een goed opgeleide en voorbeeldige
parochiepastoor. De contrareformatie moest enerzijds dwalers overtuigen om terug naar
de katholieke kerk te komen. Een propagandaoffensief moest hierbij helpen. De
nieuwste kunststijl, de Barok, verbeeldde de grootsheid van het katholieke
gedachtegoed in haar kerken.
Ook onderwijs was een speerpunt. Niet alleen geestelijken moesten goed opgeleid
worden, maar ook de gelovigen moesten onderricht worden in het katholieke geloof.
Anderzijds bleef de kerk hard optreden tegen de Reformatie. Via een lijst met verboden
boeken probeerde de kerk verspreiding van gevaarlijke ideeën aan banden te leggen.
Boeken van Luther en Calvijn, maar ook van kritische denkers zoals Erasmus belandden
op de lijst. De ketters die die ideeën verspreidden of aanhingen, werden door de
pauselijke inquisitie vervolgd. Heersers zoals de Habsburgers keizers Karel V en Filips II,
werkten mee aan de vervolging en bestraffing van protestanten.
Terug naar de kern: de Reformatie
De boekdrukkunst, de val van het Oost-Romeinse Rijk en de ontdekking van Amerika
zorgden voor de overgang tussen de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Op hetzelfde
ogenblik stellen steeds meer mensen de manier waarop het christelijke geloof beleden
wordt in vraag. Gedurende de middeleeuwen bepaalde het christendom het westerse
denken. Het belangrijkste toen was dat je ziel naar de hemel ging of dat je in de hel
belandde.
Tijdens je leven kon je proberen om een plek in de hemel te bemachtigen door goede
werken te verrichten, boete te doen voor je zonde door bijvoorbeeld hulp van een heilige
in te roepen.
Een aflaat was een document waarmee je de tijd in het vagevuur kon verkorten. Het vage
vuur was een onaangename ‘wachtkamer’ voor de hemel waar overledenen met een
onzuivere ziel die noch in de hemel noch in de hel pasten, een tijd doorbrachten om hun
ziel te zuiveren. Na die periode kregen ze toegang tot de hemel.
Geleidelijk breidde de kritiek zich uit en werd er met de vinger naar de clerus zelf
gewezen. Veel geestelijken volgden hun eigen regels, zoals het celibaat, niet goed. Lage
geestelijken waren vaak niet goed opgeleid, terwijl sommige clerici een zeer luxe
leventje leiden. Dit was een doorn voor vele.
Voor de reformatiebewegingen waren er al hervormingsbewegingen in de
middeleeuwen, die nooit geleid tot een fundamentele hervorming binnen de kerk.
MAARTEN LUTHER KING was de eerst die zijn kritiek via boekdrukkunst met succes
verspreidde. Zijn belangrijkste idee was dat een gelovige zijn zielenheil niet zelf actief
kon verdienen. Volgens Luther schonk God de mens genade en kon de gelovige niet
anders dan geloven en vertrouwen in het Woord van God. Het idee dat priesters een
doorgeefluik waren om de Latijnse teksten te prediken, werd dus radicaal afgewezen.
In de plaats daarvan vond Luther dat de Bijbel en andere religieuze teksten beschikbaar
moesten zijn in de volkstaal, zodat de gelovigen deze zelf konden interpreteren.
Luther pende zijn protest neer in 95 stellingen die hij op 31 oktober 1517 aan de
kerkpoort van Wittenberg nagelde. Die gebeurtenis markeert het begin dan de
Reformatie al was het op dat moment niet de bedoeling van Luther om te breken met de
kerk. Hij wilde interne hervormingen in de christelijke kerk. Luther werd hierdoor uit de
kerk geplaatst. Iedereen die zijn geschriften verspreidde, werd tot ketter verklaard en
gestraft.
Ondergedoken gaf Luther zijn hervormingen verder vorm door het Nieuwe Testament te
vertalen naar de volkstaal: het Duits.
, Elke van Grimbergen WO: tijd 7.2 De nieuwe tijden deel 1
1. De protestantse reformatie
De Reformatie omvat verschillende christelijke bewegingen die kritiek hadden op de
katholieke kerk. Het succes van de reformatie is te danken aan de boekdrukkunst.
Dankzij de drukpers konden boeken, pamfletten en spotprenten de protestantse ideeën
sneller dan ooit verspreiden.
De bijbel in volkstaal zorgde ervoor dat er een groot publiek bereikt werd. Het
ongeletterde volk probeerde Luther te bereiken via gedrukte prenten en preken. De
nieuwe religieuze ideeën verspreidden zich daardoor gemakkelijker via publicaties,
prenten en teksten, al waren preken ook zeer populair. Protestantse ideeën waren niet
toegelaten dus preekte ze buiten de stadsmuren. Er doken ondertussen ook andere
stromingen op die we groeperen onder ‘protestantisme’.
De stromingen verschilden onderling van gedachtengoed, maar scheurden zich wel
allemaal af van de kerk in Rome. De bekendste protestantse stromingen zijn de
lutheranen, de calvinisten en anglicanen.
2. Het katholieke antwoord: de Contrareformatie
De katholieke kerk beseft dat de vervolging van protesten niet meer langer volstond. Het
was tijd voor een tegenreactie: een Contrareformatie. De krijtlijnen waren vastgelegd in
het Concilie van Trente. De kerk hadden duidelijke standpunten die door de
protestanten onder vuur werden genomen zoals de heiligenverering, de 7 sacramenten,
het vagevuur,….
Het fundament van het hele systeem was echter een goed opgeleide en voorbeeldige
parochiepastoor. De contrareformatie moest enerzijds dwalers overtuigen om terug naar
de katholieke kerk te komen. Een propagandaoffensief moest hierbij helpen. De
nieuwste kunststijl, de Barok, verbeeldde de grootsheid van het katholieke
gedachtegoed in haar kerken.
Ook onderwijs was een speerpunt. Niet alleen geestelijken moesten goed opgeleid
worden, maar ook de gelovigen moesten onderricht worden in het katholieke geloof.
Anderzijds bleef de kerk hard optreden tegen de Reformatie. Via een lijst met verboden
boeken probeerde de kerk verspreiding van gevaarlijke ideeën aan banden te leggen.
Boeken van Luther en Calvijn, maar ook van kritische denkers zoals Erasmus belandden
op de lijst. De ketters die die ideeën verspreidden of aanhingen, werden door de
pauselijke inquisitie vervolgd. Heersers zoals de Habsburgers keizers Karel V en Filips II,
werkten mee aan de vervolging en bestraffing van protestanten.