STRAFRECHT
DEEL I: STRAFRECHT
HOOFDSTUK 1: JURIDISCHE SITUERING
BEGRIPOMSCHRIJVING
Strafrecht à geheel van rechtsregels over misdrijf, dader en straf
Niet iedereen kan gestraft worden bv geesteszieken, minderjarigen,….
Strafrecht geheel aan rechtsregels dat bepaalt:
1. Onder welke voorwaarden gedragingen misdrijven zijn en welke gedragingen
misdrijven zijn.
(Welke onderdelen zitten in iets waardoor het een misdrijf is?, welke
gedragingen zijn misdrijven?)
2. Wie dader van een misdrijf is en strafrechtelijke verantwoordelijkheid draagt.
(Wanneer is iemand strafrechtelijk meerderjarig in het geval van
geestesgestoorden?)
3. Welke straffen bestaan en welke straffen op de misdrijven worden gesteld
(Welke straf staat op welk misdrijf; Gevangenisstraf, geldboete, werkstraf,….)
4. Onder welke voorwaarden straffen aan daders kunnen worden opgelegd en
uitgevoerd
( hoe zal de rechter beslissen welke straf hij kiest?, kan iemand vervroegd of
met voorwaarden vrijkomen?)
5. Hoe de bevoegde instanties oordelen over misdrijf, dader en straf.
(Welke rechtbank is bevoegd?, procedure
Misdrijf: Actie waarvan de wet zegt dat ze strafbaar is .
Dader: Degene die het misdrijf begaat en dus strafrechtelijke verantwoordelijkheid
draagt
(Niet iedereen is strafrechtelijk verantwoordelijk bv dieren à VROEGER wel /
geestesgestoorden)
(Rechtspersonen/bedrijven geen effectief persoon à wel strafrechtelijk
verantwoordelijk
maar geen gevangenisstraf mogelijk)
Straf (en beveiligingsmaatregel): wettelijk bepaalde vorm van leed opgelegd door de
rechter als sanctie voor misdrijf. Beveiligingsmaatregel (bv plaatsing psychiatrie) is GEEN
straf maar wel strafrecht.
Misdrijf, dader en straf à 3 componenten
Procedureregels: Formele regels over hoe de bevoegde instanties oordelen over de 3
componenten.
(hoe wordt het toegepast)
1
, Gedragingen niet altijd strafbaar: bv euthanasie vroeger: misdrijf à nu: legaal
PUBLIEKRECHT
Privaatrecht: Recht tussen personen zoals contracten, schadevergoeding bv iemand rijd
tegen mijn wagen en ik eis schadevergoeding
Publiekrecht: Recht tussen overheid en burger, wat ons wordt opgelegd bv diefstal
waarvoor straf nodig is.
STRAFRECHT IS PUBLIEKRECHT!
Verticale rechtsverhouding: Strafrecht= publiekrecht dus bij plegen misdrijf à
verticale rechtsverhouding tussen dader en overheid. Straf opleggen is aan de overheid
en NOOIT aan privépersoon: slachtoffers worden alleen gehoord
Openbare orde: Strafwetten zijn van dwingend recht. Burgers kunnen geen afspraken
maken over de inhoud, reikwijdte en toepassing van de strafwet. (eigen regels bestaan
niet vb wanneer je toestemming geeft dat iemand je slaat blijft het een misdrijf.
Strafrecht is niet onderhandelbaar, ook wanneer geen klacht is ingediend verandert dit
niets aan het feit dat dit een misdrijf is of niet. Bij teruggetrokken klacht blijft het misdrijf
bestaan.
Slachtoffers: Hebben geen recht om te straffen en ook niet nodig om te straffen.
Kunnen wel via burgerlijke partijstelling een schadevergoeding vragen (privaatrecht).
Slachtoffers worden wel gehoord en hebben ook rechten vb inzage dossier, informatie,
onderzoekshandelingen.
MATERIEEL EN FORMEEL
Materieel strafrecht: Rechtsregels die betrekking hebben op de omschrijving van
strafbare gedragingen, daderschap, straffen en voorwaarden om straffen op te leggen en
uit te voeren.
Formeel strafrecht: Procedureregels over de toepassing van het materieel strafrecht.
Door wie en op welke manier worden misdrijven vastgesteld, opgespoord, vervolgd,
bewezen, berecht en uitgevoerd (strafvordering, strafprocesrecht). (Binnen welke
termijnen uitvoeren?, Welke rechtbank is bevoegd?)
Strafuitvoeringsrecht (penitentiair recht): rechtsregels die betrekking hebben op
voorwaarden, modaliteiten en procedures mbt de uitvoering van de straf. (dit is materieel
en formeel strafrecht)
NATIONAAL EN INTERNATIONAAL
2
DEEL I: STRAFRECHT
HOOFDSTUK 1: JURIDISCHE SITUERING
BEGRIPOMSCHRIJVING
Strafrecht à geheel van rechtsregels over misdrijf, dader en straf
Niet iedereen kan gestraft worden bv geesteszieken, minderjarigen,….
Strafrecht geheel aan rechtsregels dat bepaalt:
1. Onder welke voorwaarden gedragingen misdrijven zijn en welke gedragingen
misdrijven zijn.
(Welke onderdelen zitten in iets waardoor het een misdrijf is?, welke
gedragingen zijn misdrijven?)
2. Wie dader van een misdrijf is en strafrechtelijke verantwoordelijkheid draagt.
(Wanneer is iemand strafrechtelijk meerderjarig in het geval van
geestesgestoorden?)
3. Welke straffen bestaan en welke straffen op de misdrijven worden gesteld
(Welke straf staat op welk misdrijf; Gevangenisstraf, geldboete, werkstraf,….)
4. Onder welke voorwaarden straffen aan daders kunnen worden opgelegd en
uitgevoerd
( hoe zal de rechter beslissen welke straf hij kiest?, kan iemand vervroegd of
met voorwaarden vrijkomen?)
5. Hoe de bevoegde instanties oordelen over misdrijf, dader en straf.
(Welke rechtbank is bevoegd?, procedure
Misdrijf: Actie waarvan de wet zegt dat ze strafbaar is .
Dader: Degene die het misdrijf begaat en dus strafrechtelijke verantwoordelijkheid
draagt
(Niet iedereen is strafrechtelijk verantwoordelijk bv dieren à VROEGER wel /
geestesgestoorden)
(Rechtspersonen/bedrijven geen effectief persoon à wel strafrechtelijk
verantwoordelijk
maar geen gevangenisstraf mogelijk)
Straf (en beveiligingsmaatregel): wettelijk bepaalde vorm van leed opgelegd door de
rechter als sanctie voor misdrijf. Beveiligingsmaatregel (bv plaatsing psychiatrie) is GEEN
straf maar wel strafrecht.
Misdrijf, dader en straf à 3 componenten
Procedureregels: Formele regels over hoe de bevoegde instanties oordelen over de 3
componenten.
(hoe wordt het toegepast)
1
, Gedragingen niet altijd strafbaar: bv euthanasie vroeger: misdrijf à nu: legaal
PUBLIEKRECHT
Privaatrecht: Recht tussen personen zoals contracten, schadevergoeding bv iemand rijd
tegen mijn wagen en ik eis schadevergoeding
Publiekrecht: Recht tussen overheid en burger, wat ons wordt opgelegd bv diefstal
waarvoor straf nodig is.
STRAFRECHT IS PUBLIEKRECHT!
Verticale rechtsverhouding: Strafrecht= publiekrecht dus bij plegen misdrijf à
verticale rechtsverhouding tussen dader en overheid. Straf opleggen is aan de overheid
en NOOIT aan privépersoon: slachtoffers worden alleen gehoord
Openbare orde: Strafwetten zijn van dwingend recht. Burgers kunnen geen afspraken
maken over de inhoud, reikwijdte en toepassing van de strafwet. (eigen regels bestaan
niet vb wanneer je toestemming geeft dat iemand je slaat blijft het een misdrijf.
Strafrecht is niet onderhandelbaar, ook wanneer geen klacht is ingediend verandert dit
niets aan het feit dat dit een misdrijf is of niet. Bij teruggetrokken klacht blijft het misdrijf
bestaan.
Slachtoffers: Hebben geen recht om te straffen en ook niet nodig om te straffen.
Kunnen wel via burgerlijke partijstelling een schadevergoeding vragen (privaatrecht).
Slachtoffers worden wel gehoord en hebben ook rechten vb inzage dossier, informatie,
onderzoekshandelingen.
MATERIEEL EN FORMEEL
Materieel strafrecht: Rechtsregels die betrekking hebben op de omschrijving van
strafbare gedragingen, daderschap, straffen en voorwaarden om straffen op te leggen en
uit te voeren.
Formeel strafrecht: Procedureregels over de toepassing van het materieel strafrecht.
Door wie en op welke manier worden misdrijven vastgesteld, opgespoord, vervolgd,
bewezen, berecht en uitgevoerd (strafvordering, strafprocesrecht). (Binnen welke
termijnen uitvoeren?, Welke rechtbank is bevoegd?)
Strafuitvoeringsrecht (penitentiair recht): rechtsregels die betrekking hebben op
voorwaarden, modaliteiten en procedures mbt de uitvoering van de straf. (dit is materieel
en formeel strafrecht)
NATIONAAL EN INTERNATIONAAL
2