ONDERZOEKSMETHODOLOGIE EXAMEN
H1: de betekenis van onderzoek
Waarom doen we aan onderzoek?
Informatie en nieuwe inzichten krijgen
Begrijpen van complexe situaties
De waarheid boven tafel krijgen
…
Onderzoeksmethode (geeft een antwoord op de vraag: ’hoe komt de onderzoeker
aan zijn uitkomsten?’): Een systematische en doelgerichte werkwijze van een
onderzoeker om gegevens te verzamelen, te analyseren en te interpreteren.
Binnen een gekozen methode kunnen een of meerdere technieken toegepast
worden. Een techniek is een activiteit van een onderzoeker om gegevens te
verzamelen bv. enquête, interview, …
Waarom verdiepen in onderzoek?
1. Kennis van en ervaring met methoden en technieken van onderzoek stelt
je in staat meer en gerichter zaken te ontdekken.
2. Je kan beter informatie beoordelen op de geloofwaardigheid en
bruikbaarheid ervan => beter kritische vragen stelen over informatie en
de wijze waarop bepaalde conclusies tot stand zijn gekomen
Wat is onderzoek?
Een doelbewust en methodisch zoeken naar nieuwe kennis in de vorm van
antwoorden op vooraf gestelde vragen volgens een vooraf opgesteld plan. Met 3
kenmerken:
Er is een duidelijk doel: er moet iets worden uitgezocht
Gegevens worden systematisch verzameld = volgens een geplande
werkwijze die logisch is en past bij het doel van de onderzoeker
Gegevens worden systematisch geïnterpreteerd = geen eigen mening,
enkel baseren op de resultaten
Het doel van onderzoek in organisaties
Fundamenteel onderzoek:
onderzoek dat uitsluitend wordt
uitgevoerd om processen en
uitkomsten daarvan te begrijpen
met een wetenschappelijk doel
bv. Relatie tussen de stijl van
leidinggeven en de bereidheid
van collega’s om kennis met
elkaar te delen (doel= kennis
over leiderschapsstijlen te
vergaren of uit te breiden)
Praktijkgericht onderzoek:
onderzoek dat uitgevoerd wordt
naar aanleiding van een specifiek
,probleem in de praktijk, dat resulteert in de oplossing van het probleem of
nieuwe kennis over het probleem.
Het onderzoeksproces:
Voordat je als onderzoeker gaat
beginnen is het handig als je al het
gehele proces voor ogen hebt. Zodat je
gaat gegevens gaat verzamelen die
uiteindelijk toch niet geschikt zijn voor
het doel van je onderzoek.
Dit schema wordt gebruikt als een soort
kapstok om alle volgende hoofdstukken
aan te koppelen.
Kwaliteit van onderzoek:
Het is natuurlijk belangrijk dat je een kwalitatief onderzoek doet. De volgende
eisen moeten dan ook leiden tot een onderzoek dat op een geloofwaardige wijze
een correct beeld geeft van de werkelijkheid:
Controleerbaarheid = transparantie: de mate waarin beoordeeld kan
worden wat er tijdens een onderzoek is gedaan, hoe iets is uitgevoerd en
welke gegevens dat heeft opgeleverd. bv. bij een interview moet er ook
een letterlijk transcript beschikbaar zijn.
Betrouwbaarheid: de mate waarin er bij herhaling van het onderzoek
dezelfde resultaten worden uitgekomen bv. de manier waarop je vragen
stelt kan invloed hebben op het antwoord dat mensen geven
Validiteit: heb je datgene gemeten dat je van plan was te meten / kan je je
onderzoeksvragen beantwoorden door de verkregen resultaten
Objectiviteit: vermijden van (bewuste) vooroordelen en subjectieve
selectie tijdens het uitvoeren en beschrijven van onderzoek = neutraal
standpunt aan nemen
Ethisch verantwoord: betrokken worden op een correcte manier behandeld
(gedragsnormen worden gerespecteerd)
H2: het formuleren van een onderzoeksdoelstelling en een vraagstelling
Kenmerken van een goed onderzoeksonderwerp:
Als je als onderzoeker een onderzoek voor een organisatie moet doen is het
belangrijk om na te gaan waarom de organisatie juist dat idee heeft, wat het
achterliggende probleem is en welke vragen en doeleinden daarbij aansluiten.
bepalen welke wijze/methode je gaat toepassen + mate waarin je onderzoek een
bijdrage kan leveren wordt bepaald.
2 begrippen die je hierbij moet toepassen:
, Relevantie = de mate waarin een onderzoek een waardevolle bijdrage
levert aan beslissingsprocessen of algemene kennis over een onderwerp,
ongeacht de uitkomst (het mag niet zo zijn dat enkel bij een bepaalde
uitkomst je onderzoek waardevol is).
Haalbaarheid: de mate waarin het mogelijk is je doel te bereiken binnen
gestelde beperkingen, zoals tijd, middelen, en toegang tot documenten en
participanten.
Het ontwerpen van een onderzoeksvoorstel
Onderzoeksvoorstel: een document waarin je beschrijft welke vragen er gesteld
en beantwoord zullen worden. Ook vertel je wat de aanleiding, het doel en het
onderwerp van het onderzoek is, hoe het onderzoek uitgevoerd wordt, welke
middelen er nodig zijn en een tijdspanning. Het moet zo nauwkeurig mogelijk
beschreven worden zodat het zowel voor de onderzoek als voor de
opdrachtgever duidelijk is wat er gaat gebeuren (ze kunnen o.b.v. dit document
ook beslissen of je het onderzoek mag uitvoeren).
3 onderdelen van een onderzoeksvoorstel:
Oriënteren op het probleem en de context
1. Oriënteren op de opdrachtgever: beter begrijpen van de opdracht en de
aanleiding ervan bv. producten/diensten die de organisatie levert,
markten of deelmarkten waarop de organisatie actief is,
organisatiestructuur (afdelingen), doelstelling, missie, visie, grootte
organisatie, marktaandeel, financiële gegevens. Als je de info verzamelt
hebt die voor jouw onderzoek relevant is dan kun je d.m.v. gesprekken
met de opdrachtgever de context van het probleem kaderen.
2. Oriënteren op het probleem ( onwenselijk (= geen overeenkomst met
de gewenste situatie) of onzekere (= beslissing nemen over iets waar
onvoldoende info over beschikbaar is) situatie): De opdrachtgever legt
vaak een doelstelling (= gewenste situatie) voor waar de onderzoeker
dan informatie of advies over moet geven. tijdens een diepgaander
gesprek met de opdrachtgever kun je dan een specifiek onderwerp
bepalen. In de gesprek kan er soms ook naar bovenkomen dat de
organisatie eigenlijk een ander achterliggend probleem heeft. Wanneer
je het probleem dus niet goed in kaart brengt, ontstaat het risico dat
het onderzoek uiteindelijk niet relevant is, de aanbeveling niet effectief
zijn en de opdrachtgever niet tevreden.
Het formuleren van de opdracht, de onderzoeksdoelstelling en de
vraagstelling
- Het formuleren van de opdracht: Om ontevredenheid aan het einde van
je onderzoek te voorkomen kun je best van tevoren bespreken wat het
eindproduct zal opleveren. 5 typen producten:
o Analyse: een samenhangende ontleding van een vraagstuk dat
dient tot inzicht, in de vorm van een beschrijving, inventarisatie,
categorisering, verklaring of voorspelling bv.
kostprijsberekening, performance
o Advies
o Ontwerp: een visuele of schematische weergave van een
product of interventie bv. ondernemingsplan, productieproces
, o Fabricaat: het ontwerp wordt gebruikt om een concreet fysiek of
digitaal eindproduct te maken dat de eindgebruiker functioneel
kan inzetten. Bv. software, kunstwerk
o Handeling: professioneel gedrag tegenover belanghebbenden
vb. trainen, samenwerken, managen
- Formuleren van de onderzoeksdoelstelling en vraagstelling
1. Formuleren van de centrale vraag (open vraag waarin staat wat er
onderzocht moet worden): Hiermee wordt het onderzoek
afgebakend zodat je niet gaat investeren in zaken die niet belangrijk
zijn voor je onderzoek. Het antwoord op de vraag staat in de
conclusie en aanbevelingen van het eindrapport en bevat de 5
eindproducten.
2. Het formuleren van de onderzoeksdoelstelling (exacte weergave van
wat de onderzoeker binnen een gegeven tijdsbestek gaat
opleveren): functioneert als een overeenkomst tussen de
opdrachtgever en de onderzoek wat betreft het eindresultaat. Deze
doelstelling moet voldoen aan de SMART-voorwaarden: Specifiek
Meetbaar Acceptabel Realistisch Tijdsgebonden.
3. Het formuleren van (voorlopige) deelvragen (open vragen waarvan
het antwoord zal bijdragen aan het beantwoorden van de centrale
vraag): Je hebt 3 soorten vragen:
o Verkennende vragen: doel = onderwerp beter leren kennen
en nieuwe inzichten en ideeën krijgen waardoor je onderzoek
soms van richting kan veranderen. Je kan verkennend
onderzoek doen door een literatuuronderzoek, het praten met
experts of het houden van interviews.
o Beschrijvende vragen: doel= nauwkeurig verslag geven van
personen, gebeurtenissen of situaties. Meestal met een cijfer
of een eindige opsomming als resultaat.
o Verklarende vragen: doel= bestuderen van een situatie of een
probleem om het verband tussen verschillende variabelen te
kunnen verklaren
4. Het uitwerken van een onderzoeksmodel
o Eenheden bepalen: diegene of datgene waar het onderzoek
betrekking op heeft bv. individu, duo, afdelingen, organisatie,
cultuur, … Eenheid van analyse = de individuen of groepen
waarover een uitspraak wordt gedaan en waar de conclusies
van de onderzoeker dan ook over zullen gaan. Eenheid van
observatie = diegene die je de informatie geven over het
onderwerp dat je onderzoek. Dit zijn meestal minder mensen
dan de eenheid van analyse.
o Variabelen bepalen: Bij personen zijn dit bv. geslacht,
opleidingsniveau, … terwijl dit bij een organisatie bv. het
aantal werknemers, omzet, … Bv. exporteurs van autobanden
H1: de betekenis van onderzoek
Waarom doen we aan onderzoek?
Informatie en nieuwe inzichten krijgen
Begrijpen van complexe situaties
De waarheid boven tafel krijgen
…
Onderzoeksmethode (geeft een antwoord op de vraag: ’hoe komt de onderzoeker
aan zijn uitkomsten?’): Een systematische en doelgerichte werkwijze van een
onderzoeker om gegevens te verzamelen, te analyseren en te interpreteren.
Binnen een gekozen methode kunnen een of meerdere technieken toegepast
worden. Een techniek is een activiteit van een onderzoeker om gegevens te
verzamelen bv. enquête, interview, …
Waarom verdiepen in onderzoek?
1. Kennis van en ervaring met methoden en technieken van onderzoek stelt
je in staat meer en gerichter zaken te ontdekken.
2. Je kan beter informatie beoordelen op de geloofwaardigheid en
bruikbaarheid ervan => beter kritische vragen stelen over informatie en
de wijze waarop bepaalde conclusies tot stand zijn gekomen
Wat is onderzoek?
Een doelbewust en methodisch zoeken naar nieuwe kennis in de vorm van
antwoorden op vooraf gestelde vragen volgens een vooraf opgesteld plan. Met 3
kenmerken:
Er is een duidelijk doel: er moet iets worden uitgezocht
Gegevens worden systematisch verzameld = volgens een geplande
werkwijze die logisch is en past bij het doel van de onderzoeker
Gegevens worden systematisch geïnterpreteerd = geen eigen mening,
enkel baseren op de resultaten
Het doel van onderzoek in organisaties
Fundamenteel onderzoek:
onderzoek dat uitsluitend wordt
uitgevoerd om processen en
uitkomsten daarvan te begrijpen
met een wetenschappelijk doel
bv. Relatie tussen de stijl van
leidinggeven en de bereidheid
van collega’s om kennis met
elkaar te delen (doel= kennis
over leiderschapsstijlen te
vergaren of uit te breiden)
Praktijkgericht onderzoek:
onderzoek dat uitgevoerd wordt
naar aanleiding van een specifiek
,probleem in de praktijk, dat resulteert in de oplossing van het probleem of
nieuwe kennis over het probleem.
Het onderzoeksproces:
Voordat je als onderzoeker gaat
beginnen is het handig als je al het
gehele proces voor ogen hebt. Zodat je
gaat gegevens gaat verzamelen die
uiteindelijk toch niet geschikt zijn voor
het doel van je onderzoek.
Dit schema wordt gebruikt als een soort
kapstok om alle volgende hoofdstukken
aan te koppelen.
Kwaliteit van onderzoek:
Het is natuurlijk belangrijk dat je een kwalitatief onderzoek doet. De volgende
eisen moeten dan ook leiden tot een onderzoek dat op een geloofwaardige wijze
een correct beeld geeft van de werkelijkheid:
Controleerbaarheid = transparantie: de mate waarin beoordeeld kan
worden wat er tijdens een onderzoek is gedaan, hoe iets is uitgevoerd en
welke gegevens dat heeft opgeleverd. bv. bij een interview moet er ook
een letterlijk transcript beschikbaar zijn.
Betrouwbaarheid: de mate waarin er bij herhaling van het onderzoek
dezelfde resultaten worden uitgekomen bv. de manier waarop je vragen
stelt kan invloed hebben op het antwoord dat mensen geven
Validiteit: heb je datgene gemeten dat je van plan was te meten / kan je je
onderzoeksvragen beantwoorden door de verkregen resultaten
Objectiviteit: vermijden van (bewuste) vooroordelen en subjectieve
selectie tijdens het uitvoeren en beschrijven van onderzoek = neutraal
standpunt aan nemen
Ethisch verantwoord: betrokken worden op een correcte manier behandeld
(gedragsnormen worden gerespecteerd)
H2: het formuleren van een onderzoeksdoelstelling en een vraagstelling
Kenmerken van een goed onderzoeksonderwerp:
Als je als onderzoeker een onderzoek voor een organisatie moet doen is het
belangrijk om na te gaan waarom de organisatie juist dat idee heeft, wat het
achterliggende probleem is en welke vragen en doeleinden daarbij aansluiten.
bepalen welke wijze/methode je gaat toepassen + mate waarin je onderzoek een
bijdrage kan leveren wordt bepaald.
2 begrippen die je hierbij moet toepassen:
, Relevantie = de mate waarin een onderzoek een waardevolle bijdrage
levert aan beslissingsprocessen of algemene kennis over een onderwerp,
ongeacht de uitkomst (het mag niet zo zijn dat enkel bij een bepaalde
uitkomst je onderzoek waardevol is).
Haalbaarheid: de mate waarin het mogelijk is je doel te bereiken binnen
gestelde beperkingen, zoals tijd, middelen, en toegang tot documenten en
participanten.
Het ontwerpen van een onderzoeksvoorstel
Onderzoeksvoorstel: een document waarin je beschrijft welke vragen er gesteld
en beantwoord zullen worden. Ook vertel je wat de aanleiding, het doel en het
onderwerp van het onderzoek is, hoe het onderzoek uitgevoerd wordt, welke
middelen er nodig zijn en een tijdspanning. Het moet zo nauwkeurig mogelijk
beschreven worden zodat het zowel voor de onderzoek als voor de
opdrachtgever duidelijk is wat er gaat gebeuren (ze kunnen o.b.v. dit document
ook beslissen of je het onderzoek mag uitvoeren).
3 onderdelen van een onderzoeksvoorstel:
Oriënteren op het probleem en de context
1. Oriënteren op de opdrachtgever: beter begrijpen van de opdracht en de
aanleiding ervan bv. producten/diensten die de organisatie levert,
markten of deelmarkten waarop de organisatie actief is,
organisatiestructuur (afdelingen), doelstelling, missie, visie, grootte
organisatie, marktaandeel, financiële gegevens. Als je de info verzamelt
hebt die voor jouw onderzoek relevant is dan kun je d.m.v. gesprekken
met de opdrachtgever de context van het probleem kaderen.
2. Oriënteren op het probleem ( onwenselijk (= geen overeenkomst met
de gewenste situatie) of onzekere (= beslissing nemen over iets waar
onvoldoende info over beschikbaar is) situatie): De opdrachtgever legt
vaak een doelstelling (= gewenste situatie) voor waar de onderzoeker
dan informatie of advies over moet geven. tijdens een diepgaander
gesprek met de opdrachtgever kun je dan een specifiek onderwerp
bepalen. In de gesprek kan er soms ook naar bovenkomen dat de
organisatie eigenlijk een ander achterliggend probleem heeft. Wanneer
je het probleem dus niet goed in kaart brengt, ontstaat het risico dat
het onderzoek uiteindelijk niet relevant is, de aanbeveling niet effectief
zijn en de opdrachtgever niet tevreden.
Het formuleren van de opdracht, de onderzoeksdoelstelling en de
vraagstelling
- Het formuleren van de opdracht: Om ontevredenheid aan het einde van
je onderzoek te voorkomen kun je best van tevoren bespreken wat het
eindproduct zal opleveren. 5 typen producten:
o Analyse: een samenhangende ontleding van een vraagstuk dat
dient tot inzicht, in de vorm van een beschrijving, inventarisatie,
categorisering, verklaring of voorspelling bv.
kostprijsberekening, performance
o Advies
o Ontwerp: een visuele of schematische weergave van een
product of interventie bv. ondernemingsplan, productieproces
, o Fabricaat: het ontwerp wordt gebruikt om een concreet fysiek of
digitaal eindproduct te maken dat de eindgebruiker functioneel
kan inzetten. Bv. software, kunstwerk
o Handeling: professioneel gedrag tegenover belanghebbenden
vb. trainen, samenwerken, managen
- Formuleren van de onderzoeksdoelstelling en vraagstelling
1. Formuleren van de centrale vraag (open vraag waarin staat wat er
onderzocht moet worden): Hiermee wordt het onderzoek
afgebakend zodat je niet gaat investeren in zaken die niet belangrijk
zijn voor je onderzoek. Het antwoord op de vraag staat in de
conclusie en aanbevelingen van het eindrapport en bevat de 5
eindproducten.
2. Het formuleren van de onderzoeksdoelstelling (exacte weergave van
wat de onderzoeker binnen een gegeven tijdsbestek gaat
opleveren): functioneert als een overeenkomst tussen de
opdrachtgever en de onderzoek wat betreft het eindresultaat. Deze
doelstelling moet voldoen aan de SMART-voorwaarden: Specifiek
Meetbaar Acceptabel Realistisch Tijdsgebonden.
3. Het formuleren van (voorlopige) deelvragen (open vragen waarvan
het antwoord zal bijdragen aan het beantwoorden van de centrale
vraag): Je hebt 3 soorten vragen:
o Verkennende vragen: doel = onderwerp beter leren kennen
en nieuwe inzichten en ideeën krijgen waardoor je onderzoek
soms van richting kan veranderen. Je kan verkennend
onderzoek doen door een literatuuronderzoek, het praten met
experts of het houden van interviews.
o Beschrijvende vragen: doel= nauwkeurig verslag geven van
personen, gebeurtenissen of situaties. Meestal met een cijfer
of een eindige opsomming als resultaat.
o Verklarende vragen: doel= bestuderen van een situatie of een
probleem om het verband tussen verschillende variabelen te
kunnen verklaren
4. Het uitwerken van een onderzoeksmodel
o Eenheden bepalen: diegene of datgene waar het onderzoek
betrekking op heeft bv. individu, duo, afdelingen, organisatie,
cultuur, … Eenheid van analyse = de individuen of groepen
waarover een uitspraak wordt gedaan en waar de conclusies
van de onderzoeker dan ook over zullen gaan. Eenheid van
observatie = diegene die je de informatie geven over het
onderwerp dat je onderzoek. Dit zijn meestal minder mensen
dan de eenheid van analyse.
o Variabelen bepalen: Bij personen zijn dit bv. geslacht,
opleidingsniveau, … terwijl dit bij een organisatie bv. het
aantal werknemers, omzet, … Bv. exporteurs van autobanden