Week 1
Hoe komt een overeenkomst tot stand?
1. Artikel 6:217 BW Aanbod en aanvaarding
2. Artikel 3:33 BW Wil en verklaring + overeenstemming
Aanvaarding is een vormvrije rechtshandeling ex artikel 3:37 lid 1 BW.
Wat is het verschil tussen een ‘gewoon’ aanbod en een uitnodiging om in onderhandeling te
treden?
- Een gewoon aanbod is een bindend voorstel van de aanbieder om een overeenkomst
aan te gaan. Als de andere partij het aanbod accepteert, komt de overeenkomst direct
tot stand.
- Een uitnodiging om in onderhandeling te treden is niet bindend. Het is slechts een
aanmoediging om te gaan onderhandelen over de overeenkomst, waarbij de
voorwaarden nog niet vaststaan.
Het bestemmingscriterium (AV)= De eis die de wet stelt dat de bedingen zijn
opgesteld teneinde in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen. Het mag
dus niet eenmalig zijn, anders kan er niet van AV worden gesproken.
- Indien er ‘algemene voorwaarden’ boven staat is aan dit criterium voldaan
(ook al worden de bedingen in de praktijk slechts 1 keer gebruikt)
- Indien de voorwaarden gedeponeerd zijn bij de KvK (of …)
- Bewijslast ligt bij de wederpartij op wie de AV worden gehanteerd.
➔ Als er dus een beding in de AV wordt gewijzigd speciaal voor die
overeenkomst, dan wordt er niet meer gesproken van AV, want er is
niet voldaan aan het bestemmingscriterium.
Hoe ontstaat gebondenheid aan de algemene voorwaarden?
Snelle gebondenheid AV: uitzondering op de wilsvertrouwensleer
= Als vaststaat dat A de algemene voorwaarden van B heeft aanvaard, wordt ervan
uitgegaan dat deze als geheel zijn aanvaard + gebonden is hieraan.
- Artikel 6:232 BW:
= Niet belangrijk of A op dat moment alle individuele bedingen in de AV
kende;
= Niet belangrijk of B wist of behoorde te weten dat A deze individuele
bedingen niet kende.
^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^
Wie is de gebruiker van algemene voorwaarden? →de partij die de algemene
voorwaarden gebruikt in de overeenkomst.
Wie is dan de wederpartij? →de partij die heeft aanvaard dat de algemene
voorwaarden van toepassing zijn op de overeenkomst.
Afdeling 6.5.3 (theorie)
★ Van toepassing ten aanzien van obligatoire overeenkomsten met
uitzondering van arbeidsovereenkomsten en collectieve
arbeidsovereenkomsten.
, ★ Ook geldig ten aanzien van meerzijdige vermogensrechtelijke
rechtshandelingen (artikel 6:216 BW).
★ Het is dwingend recht! Dus kunnen partijen niet zelf een beding tot
kernbeding bestempelen.
Algemene voorwaarden (theorie)
★ Nuttig →Er hoeft niet over elk klein standaardbeding te worden onderhandeld
door de aanwezigheid van AV. Er is rekening gehouden met toekomstige
gebeurtenissen en eventualiteiten, versoepelt handelsverkeer en draagt bij
aan rechtszekerheid;
★ Gevaarlijk →AV worden eenzijdig opgesteld, dus nadelig voor wederpartij en
wederpartij leest AV vaak niet;
★ Bescherming voor de consument is maximaal en voor bedrijven minimaal;
************************************************************************************************
HR- Linthorst/ Echoput:
Linthorst/ Echoput onderhandelen over overeenkomst.
Echoput = Opdrachtgever
Linthorst = Levert installatiewerkzaamheden
Samenvatting = Linthorst verwijst in zijn offerte naar AV. Partijen onderhandelen
(allebei) op basis van de offerte. Er vinden verschillende keren uitwisselingen van
stukken plaats. Linthorst verwijst iedere keer naar de AV. Bij de laatste opdracht
bevestiging vergeet Linthorst te verwijzen naar zijn eigen AV en Echoput stuurt
reactie dat hij het aanvaardt.
HR heeft bepaald (art. 3:35 BW) dat gegeven het feit hoe partijen de hele tijd hebben
onderhandeld, voordat het tot overeenstemming kwam. Waarbij tijdens de
onderhandelingen voortdurend naar de AV is verwezen mag Echoput er niet
gerechtvaardigd op vertrouwen dat de AV niet meer gelden omdat er in de laatste
uitwisseling van stukken niet naar verwezen is en omgekeerd mag Linthorst er wel
op vertrouwen dat Echoput begrepen heeft dat het steeds de bedoeling van Linthorst
is geweest om te contracteren op basis van de AV.
************************************************************************************************
Welke AV zijn overeengekomen? (Verdieping gebondenheid)
Bv. Indien partijen bij de totstandkoming van de overeenkomst allebei naar
verschillende AV hebben verwijzen (= Battle of Forms)
- Partijen hebben wel verklaard wat zij zelf willen, maar de verklaringen kloppen
onderling dan niet. Er kan dan ook geen wilsovereenstemming zijn ten
aanzien van de precieze AV.
Mogelijke oplossingen (Battle of Forms):
● Er zijn geen AV overeengekomen;
● AV van A zijn overeengekomen;
● AV van B zijn overeengekomen;
● AV van A en B zijn overeengekomen:
▪ In hoeverre stemmen de voorwaarden met elkaar overeen? Want dan
zijn die voorwaarden wél overeengekomen (voor zover de
voorwaarden gelijkluidend zijn, zijn ze overeengekomen);
▪ Voor het overige geldt dat dit achteraf door de rechter moet worden
aangevuld.
, Wet oplossing:
● Artikel 6:225 lid 3 BW →Aan de tweede verwijzing komt geen werking toe,
indien er niet in de eerste verwijzing genoemde AV uitdrukkelijk van de hand
wordt gewezen:
▪ Dus de eerste verwijzing van A komt wel werking toe, tenzij B in zijn
aanvaarding van het aanbod van A zijn eigen AV van toepassing
verklaart + uitdrukkelijk de AV van A verwerpt.
Hoe verder na verwerpen AV (van de hand wijzen)?
● Artikel 6:225 lid 1 BW →Er ontstaat door de verwerping een nieuw aanbod:
▪ B heeft dus het aanbod van A verworpen en doet zelf een nieuw
aanbod;
▪ Met de afwijkende aanvaarding van B is dan dus nog geen
overeenkomst tot stand gekomen, want A moet het nieuwe aanbod van
B eerst aanvaarden.
● Artikel 6:225 lid 2 BW →Indien de AV slechts op ondergeschikte punten van
elkaar verschillen, komt er dus wél een overeenkomst tot stand op basis van
de voorwaarden van B (want dan geldt het wel als een aanvaarding en niet
als een nieuw aanbod);
▪ Dan geldt de AV van B, tenzij A er onverwijld bezwaar tegen zou
maken.
!!Soms brengt één contractspartij twee algemene voorwaarden uit (bijv.
branchevoorwaarden plus persoonlijke voorwaarden). Zijn de algemene
voorwaarden aanvaard? Dan zijn ze beide naast elkaar van toepassing!! Als er
onverenigbare bedingen in voorkomen, dan zal door uitleg moeten worden
vastgesteld welk van die bedingen prevaleert.
Vernietigbaarheid van de AV
o Hebben partijen onderling afgesproken dat de AV van toepassing is?
o Vernietiging van de AV betekent niet direct de vernietiging van de gehele
overeenkomst.
o Een beding in de AV is vervolgens in twee gevallen vernietigbaar ex artikel
6:233 BW:
1. Informatieplicht = Indien de gebruiker de wederpartij onvoldoende
heeft geïnformeerd over de AV ex artikel 6:233 sub b jo 6:234 BW.
2. Onredelijk bezwarend = Het beding in de AV is onredelijk
bezwarend voor de wederpartij ex artikel 6:233 sub a + evt. jo 6:236
en 6:237 BW.
Welke wederpartijen kunnen een beroep doen op de bovengenoemde gronden?
● Consumenten
Hoe komt een overeenkomst tot stand?
1. Artikel 6:217 BW Aanbod en aanvaarding
2. Artikel 3:33 BW Wil en verklaring + overeenstemming
Aanvaarding is een vormvrije rechtshandeling ex artikel 3:37 lid 1 BW.
Wat is het verschil tussen een ‘gewoon’ aanbod en een uitnodiging om in onderhandeling te
treden?
- Een gewoon aanbod is een bindend voorstel van de aanbieder om een overeenkomst
aan te gaan. Als de andere partij het aanbod accepteert, komt de overeenkomst direct
tot stand.
- Een uitnodiging om in onderhandeling te treden is niet bindend. Het is slechts een
aanmoediging om te gaan onderhandelen over de overeenkomst, waarbij de
voorwaarden nog niet vaststaan.
Het bestemmingscriterium (AV)= De eis die de wet stelt dat de bedingen zijn
opgesteld teneinde in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen. Het mag
dus niet eenmalig zijn, anders kan er niet van AV worden gesproken.
- Indien er ‘algemene voorwaarden’ boven staat is aan dit criterium voldaan
(ook al worden de bedingen in de praktijk slechts 1 keer gebruikt)
- Indien de voorwaarden gedeponeerd zijn bij de KvK (of …)
- Bewijslast ligt bij de wederpartij op wie de AV worden gehanteerd.
➔ Als er dus een beding in de AV wordt gewijzigd speciaal voor die
overeenkomst, dan wordt er niet meer gesproken van AV, want er is
niet voldaan aan het bestemmingscriterium.
Hoe ontstaat gebondenheid aan de algemene voorwaarden?
Snelle gebondenheid AV: uitzondering op de wilsvertrouwensleer
= Als vaststaat dat A de algemene voorwaarden van B heeft aanvaard, wordt ervan
uitgegaan dat deze als geheel zijn aanvaard + gebonden is hieraan.
- Artikel 6:232 BW:
= Niet belangrijk of A op dat moment alle individuele bedingen in de AV
kende;
= Niet belangrijk of B wist of behoorde te weten dat A deze individuele
bedingen niet kende.
^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^
Wie is de gebruiker van algemene voorwaarden? →de partij die de algemene
voorwaarden gebruikt in de overeenkomst.
Wie is dan de wederpartij? →de partij die heeft aanvaard dat de algemene
voorwaarden van toepassing zijn op de overeenkomst.
Afdeling 6.5.3 (theorie)
★ Van toepassing ten aanzien van obligatoire overeenkomsten met
uitzondering van arbeidsovereenkomsten en collectieve
arbeidsovereenkomsten.
, ★ Ook geldig ten aanzien van meerzijdige vermogensrechtelijke
rechtshandelingen (artikel 6:216 BW).
★ Het is dwingend recht! Dus kunnen partijen niet zelf een beding tot
kernbeding bestempelen.
Algemene voorwaarden (theorie)
★ Nuttig →Er hoeft niet over elk klein standaardbeding te worden onderhandeld
door de aanwezigheid van AV. Er is rekening gehouden met toekomstige
gebeurtenissen en eventualiteiten, versoepelt handelsverkeer en draagt bij
aan rechtszekerheid;
★ Gevaarlijk →AV worden eenzijdig opgesteld, dus nadelig voor wederpartij en
wederpartij leest AV vaak niet;
★ Bescherming voor de consument is maximaal en voor bedrijven minimaal;
************************************************************************************************
HR- Linthorst/ Echoput:
Linthorst/ Echoput onderhandelen over overeenkomst.
Echoput = Opdrachtgever
Linthorst = Levert installatiewerkzaamheden
Samenvatting = Linthorst verwijst in zijn offerte naar AV. Partijen onderhandelen
(allebei) op basis van de offerte. Er vinden verschillende keren uitwisselingen van
stukken plaats. Linthorst verwijst iedere keer naar de AV. Bij de laatste opdracht
bevestiging vergeet Linthorst te verwijzen naar zijn eigen AV en Echoput stuurt
reactie dat hij het aanvaardt.
HR heeft bepaald (art. 3:35 BW) dat gegeven het feit hoe partijen de hele tijd hebben
onderhandeld, voordat het tot overeenstemming kwam. Waarbij tijdens de
onderhandelingen voortdurend naar de AV is verwezen mag Echoput er niet
gerechtvaardigd op vertrouwen dat de AV niet meer gelden omdat er in de laatste
uitwisseling van stukken niet naar verwezen is en omgekeerd mag Linthorst er wel
op vertrouwen dat Echoput begrepen heeft dat het steeds de bedoeling van Linthorst
is geweest om te contracteren op basis van de AV.
************************************************************************************************
Welke AV zijn overeengekomen? (Verdieping gebondenheid)
Bv. Indien partijen bij de totstandkoming van de overeenkomst allebei naar
verschillende AV hebben verwijzen (= Battle of Forms)
- Partijen hebben wel verklaard wat zij zelf willen, maar de verklaringen kloppen
onderling dan niet. Er kan dan ook geen wilsovereenstemming zijn ten
aanzien van de precieze AV.
Mogelijke oplossingen (Battle of Forms):
● Er zijn geen AV overeengekomen;
● AV van A zijn overeengekomen;
● AV van B zijn overeengekomen;
● AV van A en B zijn overeengekomen:
▪ In hoeverre stemmen de voorwaarden met elkaar overeen? Want dan
zijn die voorwaarden wél overeengekomen (voor zover de
voorwaarden gelijkluidend zijn, zijn ze overeengekomen);
▪ Voor het overige geldt dat dit achteraf door de rechter moet worden
aangevuld.
, Wet oplossing:
● Artikel 6:225 lid 3 BW →Aan de tweede verwijzing komt geen werking toe,
indien er niet in de eerste verwijzing genoemde AV uitdrukkelijk van de hand
wordt gewezen:
▪ Dus de eerste verwijzing van A komt wel werking toe, tenzij B in zijn
aanvaarding van het aanbod van A zijn eigen AV van toepassing
verklaart + uitdrukkelijk de AV van A verwerpt.
Hoe verder na verwerpen AV (van de hand wijzen)?
● Artikel 6:225 lid 1 BW →Er ontstaat door de verwerping een nieuw aanbod:
▪ B heeft dus het aanbod van A verworpen en doet zelf een nieuw
aanbod;
▪ Met de afwijkende aanvaarding van B is dan dus nog geen
overeenkomst tot stand gekomen, want A moet het nieuwe aanbod van
B eerst aanvaarden.
● Artikel 6:225 lid 2 BW →Indien de AV slechts op ondergeschikte punten van
elkaar verschillen, komt er dus wél een overeenkomst tot stand op basis van
de voorwaarden van B (want dan geldt het wel als een aanvaarding en niet
als een nieuw aanbod);
▪ Dan geldt de AV van B, tenzij A er onverwijld bezwaar tegen zou
maken.
!!Soms brengt één contractspartij twee algemene voorwaarden uit (bijv.
branchevoorwaarden plus persoonlijke voorwaarden). Zijn de algemene
voorwaarden aanvaard? Dan zijn ze beide naast elkaar van toepassing!! Als er
onverenigbare bedingen in voorkomen, dan zal door uitleg moeten worden
vastgesteld welk van die bedingen prevaleert.
Vernietigbaarheid van de AV
o Hebben partijen onderling afgesproken dat de AV van toepassing is?
o Vernietiging van de AV betekent niet direct de vernietiging van de gehele
overeenkomst.
o Een beding in de AV is vervolgens in twee gevallen vernietigbaar ex artikel
6:233 BW:
1. Informatieplicht = Indien de gebruiker de wederpartij onvoldoende
heeft geïnformeerd over de AV ex artikel 6:233 sub b jo 6:234 BW.
2. Onredelijk bezwarend = Het beding in de AV is onredelijk
bezwarend voor de wederpartij ex artikel 6:233 sub a + evt. jo 6:236
en 6:237 BW.
Welke wederpartijen kunnen een beroep doen op de bovengenoemde gronden?
● Consumenten