Instructies en opzet van een betoog voor juridische vaardigheden B
Instructies betoog:
Titel bedenken voor je betoog
Inleiding van maximaal 150 woorden: beknopte weergave van het wetsvoorstel. Wat houdt het
wetsvoorstel in, voor welke maatschappelijke problemen biedt het wetsvoorstel een oplossing? De
centrale vraag moet terugkomen in je inleiding (deze krijg je pas tijdens de toets). Je neemt een
standpunt in op basis van de centrale vraag. Je eindigt de inleiding met een leeswijzer. Slim om te
beginnen om je titel te herhalen in je inleiding.
Middenstuk: bestaat uit 3 stukken in totaal mag het middenstuk maximaal 750 woorden
Eerste stuk bestaat uit een argument voor je standpunt en dit moet een juridisch argument zijn. Bijv
is het wetsvoorstel in strijd met hoger recht, beginselen.
Tweede stuk bestaat uit een argument voor je standpunt en dit moet een empirisch argument zijn. is
het in de praktijk haalbaar?
Derde stuk bestaat uit een tegenargument van je standpunt. Deze mag juridisch of empirisch zijn dat
maakt niet uit, maar je moet je tegenargument wel proberen te weerleggen.
Probeer per stuk een kopje te verzinnen waar je stuk over gaat, dus 3 verschillende kopjes in je
middenstuk.
Conclusie: maximaal 100 woorden. Een beknopte samenvatting, absoluut geen nieuwe info in je
conclusie. Nogmaals je antwoord op je centrale vraag herhalen en je standpunt bevestigen. Afsluiten
met een mooie creatieve eind zin
Bronverwijzing: voor elk stuk moet je een bronverwijzing verzinnen. Het liefst voor elk stuk een
andere bronverwijzing. Je hebt geen verwijzingen in testvision, dus kan je niet automatisch voetnoten
plaatsen (kijk voorbeeld van betoog hoe het moest in de toets). Je bronverwijzing moet je doen
volgens de leidraad voor juridische auteurs.
Literatuurlijst (telt niet mee met de woorden)
Hierin plaats je alleen tijdschriften of boeken. Adviezen, tweede kamerstukken, het wetsvoorstel zelf
plaats je alleen in de voetnoot en niet in de literatuurlijst zelf.
Let ook goed op taalfouten, als je meer dan 10 taalfouten hebt kan je al puntaftrekking krijgen.
Je zal ook een citaat moeten toevoegen aan je betoog. Zorg ervoor dat je het citaat goed aankondigt
voordat je het citaat zomaar in je tekst stopt. Een citaat start je met “en eindigt ook met”
In totaal dus maximaal 1000 woorden, als je erover heen gaat krijg je ook al punt aftrekking.
Hieronder vindt je mijn voorbeeld betoog.
Instructies betoog:
Titel bedenken voor je betoog
Inleiding van maximaal 150 woorden: beknopte weergave van het wetsvoorstel. Wat houdt het
wetsvoorstel in, voor welke maatschappelijke problemen biedt het wetsvoorstel een oplossing? De
centrale vraag moet terugkomen in je inleiding (deze krijg je pas tijdens de toets). Je neemt een
standpunt in op basis van de centrale vraag. Je eindigt de inleiding met een leeswijzer. Slim om te
beginnen om je titel te herhalen in je inleiding.
Middenstuk: bestaat uit 3 stukken in totaal mag het middenstuk maximaal 750 woorden
Eerste stuk bestaat uit een argument voor je standpunt en dit moet een juridisch argument zijn. Bijv
is het wetsvoorstel in strijd met hoger recht, beginselen.
Tweede stuk bestaat uit een argument voor je standpunt en dit moet een empirisch argument zijn. is
het in de praktijk haalbaar?
Derde stuk bestaat uit een tegenargument van je standpunt. Deze mag juridisch of empirisch zijn dat
maakt niet uit, maar je moet je tegenargument wel proberen te weerleggen.
Probeer per stuk een kopje te verzinnen waar je stuk over gaat, dus 3 verschillende kopjes in je
middenstuk.
Conclusie: maximaal 100 woorden. Een beknopte samenvatting, absoluut geen nieuwe info in je
conclusie. Nogmaals je antwoord op je centrale vraag herhalen en je standpunt bevestigen. Afsluiten
met een mooie creatieve eind zin
Bronverwijzing: voor elk stuk moet je een bronverwijzing verzinnen. Het liefst voor elk stuk een
andere bronverwijzing. Je hebt geen verwijzingen in testvision, dus kan je niet automatisch voetnoten
plaatsen (kijk voorbeeld van betoog hoe het moest in de toets). Je bronverwijzing moet je doen
volgens de leidraad voor juridische auteurs.
Literatuurlijst (telt niet mee met de woorden)
Hierin plaats je alleen tijdschriften of boeken. Adviezen, tweede kamerstukken, het wetsvoorstel zelf
plaats je alleen in de voetnoot en niet in de literatuurlijst zelf.
Let ook goed op taalfouten, als je meer dan 10 taalfouten hebt kan je al puntaftrekking krijgen.
Je zal ook een citaat moeten toevoegen aan je betoog. Zorg ervoor dat je het citaat goed aankondigt
voordat je het citaat zomaar in je tekst stopt. Een citaat start je met “en eindigt ook met”
In totaal dus maximaal 1000 woorden, als je erover heen gaat krijg je ook al punt aftrekking.
Hieronder vindt je mijn voorbeeld betoog.