100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting SV Compleet Experimenteel onderzoek - OpenMens & Brightspace

Rating
-
Sold
-
Pages
52
Uploaded on
23-06-2025
Written in
2024/2025

Hoi allemaal! Deze samenvatting is te gebruiken als complete leerstof voor het tentamen, als informatiebron voor de eindopdracht én als samenvatting/ naslagwerk voor toekomstige statistiekvakken en thesis! En vooral fijn om te hebben voor als alle stof na een jaar weggaat op Brightspace, omdat je termijn van 12 maanden voorbij is. Ik heb in ieder geval een 8.6 gehaald voor het vak. Ik hoop dat jullie er ook veel aan hebben!

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
June 23, 2025
Number of pages
52
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

PB0422 – Onderzoekspracticum Experimenteel Onderzoek
Samenvatting

De link naar het boek is: OpenMenS.nl. De praktijk van het onderzoek doen wordt daarnaast in twee andere
open-accessboeken beschreven: Onderzoek in de praktijk en Rosetta for OU.


Thema 1 – Experimenten
Inleiding
Met een valide experiment ben je in staat om valide conclusies te trekken: 'je kunt de conclusies trekken die je
denkt te kunnen trekken'. Validiteit wordt dikwijls droog samengevat als 'meten wat je wilt meten'.
Experimenten zijn in de regel gekunstelde situaties: door te manipuleren en te observeren, beïnvloeden we
dat wat we observeren. Hiervan moet je je goed bewust zijn. Wanneer je mensen met elkaar gaat vergelijken
om conclusies over veronderstelde causale relaties te trekken, dan wil je eigenlijk dat al de unieke verschillen
(persoonlijkheid, achtergrond etc.) niet bestaan, of zo klein mogelijk zijn.

Studietaak 1.1 – Wat is een experiment?
Hoofdstuk 7 Experimentele designs
7.1 Inleiding
Experimenten zijn geschikt om causale claims te onderzoeken omdat de onderzoeker strenge controle heeft
over de variabelen die worden onderzocht. In een ideaal geval wordt alleen de onafhankelijke variabele (de
veronderstelde oorzaak) veranderd of gemanipuleerd, terwijl alle andere mogelijke invloeden constant
worden gehouden (“ceteris paribus”: alle overige omstandigheden gelijkblijvend). Als dit lukt, kunnen we
concluderen dat een waargenomen verandering in de afhankelijke variabele wordt veroorzaakt door de
verandering in de onafhankelijke variabele, en kan causaliteit worden vastgesteld.
Het experimenteel manipuleren van een variabele betekent dat deze opzettelijk wordt veranderd.

7.1.1 Controlegroepen
Een experiment wordt versterkt door het toevoegen van een controleconditie/ controlegroep. Een
controleconditie= is een (experimentele) conditie waarin de manipulatie niet wordt toegepast, en die dient als
referentiepunt voor vergelijking met de conditie waarin de manipulatie wel wordt toegepast.
Let op! Een controleconditie betekent niet per se “niets doen”; het is een situatie zoals deze zou zijn als er
geen experimentele manipulatie zou plaatsvinden.

7.1.2 Mill’s methode
De methode van Mill waarborgt dat onderzoekers niet alleen bewijs verzamelen vóór een bepaalde theorie of
hypothese, maar ook het tegenovergestelde toetsen. Een goede onderzoeker test zowel de claim dat iets waar
is als de claim dat het niet waar is.
De eerste vorm van bewijs, de “methode van overeenkomst”, stelt dat een experiment allereerst moet
aantonen dat als X zich voordoet, Y zich ook voordoet. Als tweede vorm van bewijs stelde Mill dat met behulp
van de “methode van verschil” moet worden vastgesteld dat als X zich niet voordoet (-X), Y zich ook niet
voordoet (-Y). Dit betekent dat als het vermoede effect Y afwezig is wanneer X ook afwezig is, dan is X een
noodzakelijke (necessary) voorwaarde voor Y.
Experimentele groep Controlegroep

Als X, dan Y Als -X, dan –Y

,7.1.3 Invulling van de controlegroep/-conditie
Vanwege ethische of praktische redenen is er niet altijd een controlegroep. Onderzoekers kunnen bijv. geen
experimenteel geneesmiddel toedienen aan een groep terminaal zieke patiënten en de andere groep in de
controlegroep aan hun lot overlaten. Mogelijke oplossing: wachtlijstpatiënten gebruiken als controlegroep.
Maar uiteraard kan een behandeling uiteindelijk niet worden onthouden aan deze mensen. Voor elk
onderzoek is een unieke oplossing nodig die een balans vindt tussen ethiek en wetenschappelijke vooruitgang.

7.2 Typen experimentele ontwerpen
Elke onderzoeksvraag brengt unieke uitdagingen met zich mee, waarvoor een experimenteel ontwerp specifiek
moet worden aangepast. Een veelvoorkomende uitdaging in de psychologie is het feit dat mensen van elkaar
verschillen, los van de manipulaties die de onderzoeker toepast =ruis.
Er zijn verschillende categorieën van experimentele ontwerpen die op een of andere manier een oplossing
bieden voor de ruis die wordt veroorzaakt door individuele verschillen, zonder daarbij het testen van causale
relaties uit het oog te verliezen. Twee hoofdcategorieën van experimenten:
1. Volledig gerandomiseerde experimenten.
2. Quasi-experimenten.
Deze kan het beste worden gezien als twee uitersten van wat als een echt experiment kan worden beschouwd.
Deze twee categorieën kunnen vervolgens worden onderverdeeld in twee soorten ontwerpen:
1. Tussen-proefpersoonsontwerpen (between-subjects designs).
2. Binnen-proefpersoonsontwerpen (within-subjects designs).

7.3 Volledig gerandomiseerd ontwerp versus quasi-experiment
In een volledig gerandomiseerd ontwerp (completely randomised design, ook wel zuiver experiment
genoemd) wordt randomisatie gebruikt om deelnemers willekeurig toe te wijzen aan experimentele condities
of manipulaties. Bij quasi-experimentele ontwerpen gebeurt dit niet.

7.3.1 Randomisatie
Het is essentieel dat randomisatie ervoor zorgt dat elke waarnemingseenheid (meestal een proefpersoon) in
het experiment een gelijke kans heeft om in een van de experimentele condities terecht te komen. Wat van
belang is, is niet hoe proefpersonen in de steekproef terechtkomen, maar hoe ze worden toegewezen aan hun
experimentele conditie.
Randomisatie garandeert niet dat alle verstorende factoren gelijk verdeeld worden over alle condities. Maar
zolang er voldoende proefpersonen zijn, zal hun willekeurige toewijzing aan de condities de invloed van
proefpersoonkenmerken die causale inferentie zouden kunnen verstoren, verspreiden over alle condities.

7.3.2 Quasi-experiment
In een quasi-experiment worden bestaande groepen onderzocht die op één aspect (variabele) verschillen en
op de resterende aspecten (variabelen) zo vergelijkbaar mogelijk zijn. Bijv. een school die wordt vergeleken
met een vergelijkbare school op vrijwel alle aspecten (aantal leerlingen, pedagogische visie), maar waar de
variabele onderwijsvernieuwing niet plaatsvindt. In dit geval vindt toewijzing op schoolniveau plaats, en het is
niet willekeurig dat een leerling op een specifieke school zit.

Quasi-experimenteel onderzoek is iets zwakker in het aantonen van causale relaties dan volledig
gerandomiseerde ontwerpen. Maar in quasi-experimenten is het mogelijk om de toewijzing aan condities
zoveel mogelijk gelijk te houden op basis van proefpersoonkenmerken (matching) of om
achtergrondinformatie over proefpersonen te verzamelen, zodat een goed beeld kan worden gevormd van
eventuele relevante structurele verschillen tussen deelnemers (blokdesigns en statistische controle).
De essentie van een quasi-experimenteel ontwerp is dus dat er geen randomisatie plaatsvindt om condities
aan proefpersonen toe te wijzen. Maar het biedt vaak wel de mogelijkheid om onderzoek uit te voeren in een

,natuurlijke omgeving. Hierdoor kan het onderzoek waarschijnlijk meer zeggen over de alledaagse praktijk,
oftewel de ecologische validiteit neemt toe.

7.3.3 Gedeeltelijk randomiseren
Volledige randomisatie en helemaal geen randomisatie zijn natuurlijk de twee extreme einden van een
continuüm. Ertussen ligt ‘cluster randomisatie’, waarbij er gebruik wordt gemaakt van bestaande clusters van
deelnemers (bijv. schoolklassen). Deze clusters worden vervolgens random verdeeld over de condities. De
verdeling is niet volledig random omdat het niet willekeurig is dat bv. een bepaalde leerling in een bepaalde
klas zit. Maar deze tussenweg heeft als voordeel dat het gebruik maakt van natuurlijke groepen. Het nadeel is
echter wel dat niet perfecte randomisatie plaatsvindt waardoor de invloed van storende variabelen niet
volledig kan worden uitgesloten.

7.3.3.1 Experimentele controle
Experimentele controle verwijst naar de maatregelen die genomen worden om de invloed van storende
variabelen te beheersen. Een variabele kan als storend worden beschouwd als deze het effect van de
manipulatie op de afhankelijke variabele kan beïnvloeden. Bijv. leeftijd. Om met deze situatie om te gaan, kan
een onderzoeker ervoor kiezen om de verdeling van achtergrondkenmerken over de verschillende condities
niet aan toeval over te laten. Bijv. door te zorgen dat er evenveel proefpersonen uit alle leeftijdsgroepen
deelnemen aan het onderzoek.

7.3.4 Het blokontwerp
Een gerandomiseerd blokontwerp is een experimenteel ontwerp waarbij zowel randomisatie over
experimentele condities als experimentele controle worden toegepast. Bij een quasi-experiment met
experimentele controle: blokontwerp. Blokontwerp= wanneer proefpersonen voorafgaand aan het
experiment ingedeeld worden in homogene categorieën (bijv. mannen en vrouwen) op basis van een
veronderstelde verstorende variabele (gender). Binnen elke categorie worden de proefpersonen vervolgens
random toegewezen aan de experimentele condities of controlegroep. Bij een experiment met twee condities
(bijv. medicijn en placebo) ontstaan zo dus 2 x 2, dus in totaal vier onderzoeksgroepen. Dit design is geschikt
wanneer er een beperkt aantal verstorende variabelen zijn en vereist een groter aantal proefpersonen.
Doordat de selectie van proefpersonen uit de blokken en de toewijzing aan de experimentele of
controleconditie op toevalsbasis plaatsvindt, kunnen we ervan uitgaan dat de experimentele en controlegroep
ook gelijk zijn op andere kenmerken die niet worden gemeten in het onderzoek. Hierdoor wordt het
verstorende effect van leeftijd uitgeschakeld en wordt de invloed van eventuele andere, onbekende, storende
variabelen geminimaliseerd door randomisatie. Het gerandomiseerd blokontwerp, ook wel “groepsgewijs
matchen”, combineert dus de voordelen van randomisatie en precieze experimentele controle door mensen
met vergelijkbare kenmerken te matchen en in groepen bij elkaar te plaatsen.

7.3.5 Matchen en homogeniseren
Het is niet altijd wenselijk om extra variabelen op te nemen in het onderzoeksdesign. Elke extra variabele
vereist namelijk extra proefpersonen om ervoor te zorgen dat elk blok voldoende deelnemers heeft.
Naast randomisatie en groepsgewijs matchen in blokdesigns, zijn er ook andere oplossingen mogelijk binnen
experimentele condities zonder extra variabelen toe te voegen en die soms kunnen helpen om minder
deelnemers te hoeven werven. Bijv. het matchen en homogeniseren van deelnemers.

7.3.5.1 Matchen
Matchen is een methode om ervoor te zorgen dat de experimentele en controlegroep gelijk zijn op externe
bekende kenmerken die naar verwachting een belangrijke invloed hebben op de afhankelijke variabele. Er zijn
twee benaderingen om dit te doen zonder extra variabelen toe te voegen:

, 1. Precisiecontrole. Bij precisiecontrole probeert men voor elke proefpersoon in de experimentele
groep een bijpassende proefpersoon in de controlegroep te vinden die vergelijkbare kenmerken
heeft. Deze paren van proefpersonen worden gematcht. Vervolgens wordt random bepaald welke
proefpersoon van elk paar in de experimentele groep wordt geplaatst en welke in de controlegroep.
Het matchen op een groot aantal variabelen vereist echter een grote steekproef om geschikte paren
te kunnen vinden.
2. Globale controle. Bij globale controle wordt geprobeerd om de kenmerken van individuen gelijkmatig
te verdelen over de condities, zonder noodzakelijk exacte overeenkomsten tussen individuen te
bereiken. Bijv., zowel in de experimentele als controlegroep: evenveel mannen als vrouwen. Omdat
de condities slechts per afzonderlijk kenmerk aan elkaar gelijk zijn en niet wat betreft de combinaties
aan kenmerken, is dit een grovere wijze van experimentele controle dan precisiecontrole.

7.3.5.2 Homogeniseren
Een meer diverse steekproef kan leiden tot een breder en representatiever beeld van de doelpopulatie. Echter,
deze diversiteit kan ook extra ruis met zich meebrengen, waardoor het moeilijker wordt om subtiele effecten
te detecteren. Hoewel de steekproef mogelijk beter generaliseerbaar is naar de algemene bevolking, kan het
lastiger zijn om statistische patronen te identificeren.
Homogeniseren= proefpersonen zo selecteren dat de groepen zo homogeen mogelijk zijn wat betreft de
externe variabele. Bijv., bij vermoedens dat leeftijd een verstorende variabele is, het experiment beperken tot
alleen jongeren of alleen ouderen. Door proefpersonen te selecteren die op relevante variabelen op elkaar
lijken, wordt de variatie verminderd en neemt de ruis af. Dit resulteert in een hogere statistische power (de
kans om een werkelijk effect in de populatie te detecteren). Echter, deze winst in power gaat ten koste van de
externe validiteit, omdat de steekproef minder representatief is voor de algemene populatie.
Bij het homogeniseren en matchen is het belangrijk om te focussen op externe kenmerken waarvan bekend is,
of op zijn minst vermoed wordt, dat ze invloed hebben op de afhankelijke variabele.

7.4 Between-subjects versus within-subjects designs
In een between subjects design worden proefpersonen toegewezen aan slechts één experimentele conditie,
wat resulteert in verschillende groepen proefpersonen die met elkaar kunnen worden vergeleken. Bijv.
experimentele groep die behandeling krijgt en een controlegroep die placebo krijgt.

Bij within subjects designs worden alle proefpersonen blootgesteld aan alle experimentele en
controlecondities. Binnen within subjects designs worden de reacties van proefpersonen gemeten na elke
manipulatie, ook wel repeated measures designs genoemd. Een potentieel probleem bij within subjects
designs is het optreden van volgorde-effecten, waarbij bijv. de reacties worden beïnvloed door de volgorde
waarin de condities worden aangeboden. Om dit te voorkomen, kan in sommige gevallen de volgorde van de
condities worden gevarieerd =counterbalancing.

Een mixed-design is een combinatie van een between-subject en een within-subject design. De manipulaties
vinden dus zowel tussen als binnen proefpersonen plaats. Bijvoorbeeld, in een medicijn-placebo-onderzoek
met een voormeting en een nameting wordt er zowel tussen proefpersonen (medicijn-placebo) als binnen
proefpersonen (voormeting: geen pilletje genomen - nameting wel pilletje genomen) gemanipuleerd.

Studietaak 1.2 – Experimentele designs
7.5 Voorbeelden van experimentele designs
De essentie die al deze designs verbindt, is dat het een fijngeslepen meetinstrument is om zo veel mogelijk
verstorende factoren uit te sluiten. Uiteindelijk is het doel van een experiment om causaliteit te kunnen
vaststellen volgens de Mills-methode.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
DemiRupp Open Universiteit
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
20
Member since
10 year
Number of followers
6
Documents
5
Last sold
2 months ago

3.5

6 reviews

5
2
4
1
3
2
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions