COMMUNICATIEWETENSCHAP SAMENVATTING 2024-2025
Inhoud
Communicatiewetenschap les 1 Hoofdstuk 1: Inleiding (p 7-11) ...........................1
Hoofdstuk 2: Basisconcepten en modellen (p 11-16).............................................2
Hoofdstuk 3: Verbale communicatie (p 42 - 63)...................................................23
Communicatiewetenschap les 4 Hoofdstuk 4: Non-verbale communicatie (p 64-
87)........................................................................................................................ 37
Communicatiewetenschap les 5 Hoofdstuk 5: Interpersoonlijke en
groepscommunicatie (p 89-113)..........................................................................52
Communicatiewetenschap les 6 Hoofdstuk 6: Organisatiecommunicatie (p 116-
153)...................................................................................................................... 65
Communicatiewetenschap les 7 Hoofdstuk 7: de Mediaorganisatie (p 157-196) 67
Communicatiewetenschap les 8 Hoofdstuk 8 Massacommunicatie: de inhoud (p
201-212) .............................................................................................................. 74
Communicatiewetenschap les 9 hoofdstuk 9 Massacommunicatie: het publiek (p
214-234) .............................................................................................................. 79
Communicatiewetenschap les 10 Hoofdstuk 10 Massacommunicatie: effecten...86
Communicatiewetenschap les 11 Hoofdstuk 11: Social media & well being........86
Communicatiewetenschap les 1 Hoofdstuk 1:
Inleiding (p 7-11)
Communicatiewetenschap = relatief jonge wetenschappelijke discipline
→ belang van theorieën, concepten
Health & Bryant (1992) communicatiewetenschap 4 belangrijke invalshoeken:
retoriek
propaganda
media-effecten
informatietheorie
,belang communicatiewetenschappen
→ vb: tweet trump over video games, video games zijn slecht
hoe verklaren: social learning theory (andermans gedrag analyseren)
→ gedrag pas aanleren als het door de samenleving
geaccepteerd is
Aristoteles → onderzocht
overtuigen van mensen → hoe kunnen sommige mensen iemand overtuigen
3 intrinsieke middelen: ethos (persoonlijkheid en waarden van de spreker) ,
pathos (inspelen op de emoties van het publiek) , logos (logica van argumentatie)
= 3 middelen om publiek te overtuigen
Hoofdstuk 2: Basisconcepten en modellen (p
11-16)
2.1 Inleiding
Communicatiewetenschap bestudeert de communicatie
→ geen eenduidige, allesomvattende, ‘correcte’ definitie van communicatie
In de communicatie kunnen we 2 dominante tradities ontdekken
processchool
betekeniscreatieschool
2.2 Wat is communicatie
Communicatie =
1. Overdracht of uitwisseling van informatie
2. Verbinding of verkeer
Bij overdracht van informatie ligt klemtoon op de zender die een boodschap
verstuurt (niks met ontvanger)
,Bij uitwisseling van informatie ligt klemtoon op gemeenschappelijk maken van
ideeën ( “communicatie”: “communicare” = gemeenschappelijk maken)
⇒ communicatie is geen eenzijdig proces → beide partners zijn gelijkwaardig
Verbinding of verkeer wordt zeer weinig gebruikt → communicatie wordt gezien
als transport
Hoe is het begrip ‘communicatie’ door communicatiewetenschappers
omschreven
→ Fauconnier (1981), één van de grondleggers van communicatiewetenschap
stelt dat er geen enkele definitie bestaat doe werkelijk als de definitie van
communicatie kan beschouwd worden
→ definitie kan enkel goed zijn als:
bruikbaar of operationeel is binnen een bepaalde wetenschappelijke visie
logisch en coherent is
niet tegengesproken wordt door de waarneembare werkelijkheid
onderscheiden van andere maatschappelijke verschijnselen
vb: communicatie is een proces waardoor een zender bewustzijnsinhoud
overdraagt of tracht over te dragen aan een of meerdere ontvangers en dit door
middel van een kanaal, signalen en tekens (Fauconnier, 1981)
→ lees de andere p 12
⇒ 2 belangrijke visies op communicatie in die definities
→ Health & Bryant (1992) omschreven twee visies als 2 scholen
1. Processchool → communicatie als de transmissie van boodschappen
nadruk op hoe zenders en ontvanger encoderen en decoderen
communicatie is beïnvloedingsproces (ene persoon beïnvloedt gedrag of
de gedachten van de andere persoon)
verschil tussen output en input ⇒ communicatiefout
basis: sociologie en psychologie
2. Betekeniscreatieschool → communicatie als de productie en uitwisseling van
betekenissen
, bestudeert hoe boodschappen of teksten interageren met mensen om
betekenissen creëren
afwijkingen tussen zender en ontvanger niet noodzakelijk een fout ( maar
bv wel als resultaat van culturele verschillen)
communicatie is de studie van teksten → centrale methode daarbij is de
semiotiek
richt zich primair op de producten van communicatie (krantenartikels,
reclamespots)
2.3 Breek- of discussiepunten in de definities van communicatie
→ Verschillende discussiepunten op basis van Fauconnier (1981)
2.3.1 Intentionaliteit als breekpunt
→ de intentie of bedoeling ligt aan de basis
→ er is pas sprake van communicatie wanneer de zender de bedoeling heeft om
een boodschap uit te sturen en de ontvanger de bedoeling heeft om de
boodschap te ontvangen
Horizontaal: zender bedoeld of niet bedoeld om boodschap uit te sturen
Verticaal: Ontvanger bedoeld of niet bedoeld om de boodschap te ontvangen
Lees voorbeeldsituaties onder model op pagina 14
Volgens de teleologische opvatting is dus slecht enkel sprake van communicatie
is situatie 1
Inhoud
Communicatiewetenschap les 1 Hoofdstuk 1: Inleiding (p 7-11) ...........................1
Hoofdstuk 2: Basisconcepten en modellen (p 11-16).............................................2
Hoofdstuk 3: Verbale communicatie (p 42 - 63)...................................................23
Communicatiewetenschap les 4 Hoofdstuk 4: Non-verbale communicatie (p 64-
87)........................................................................................................................ 37
Communicatiewetenschap les 5 Hoofdstuk 5: Interpersoonlijke en
groepscommunicatie (p 89-113)..........................................................................52
Communicatiewetenschap les 6 Hoofdstuk 6: Organisatiecommunicatie (p 116-
153)...................................................................................................................... 65
Communicatiewetenschap les 7 Hoofdstuk 7: de Mediaorganisatie (p 157-196) 67
Communicatiewetenschap les 8 Hoofdstuk 8 Massacommunicatie: de inhoud (p
201-212) .............................................................................................................. 74
Communicatiewetenschap les 9 hoofdstuk 9 Massacommunicatie: het publiek (p
214-234) .............................................................................................................. 79
Communicatiewetenschap les 10 Hoofdstuk 10 Massacommunicatie: effecten...86
Communicatiewetenschap les 11 Hoofdstuk 11: Social media & well being........86
Communicatiewetenschap les 1 Hoofdstuk 1:
Inleiding (p 7-11)
Communicatiewetenschap = relatief jonge wetenschappelijke discipline
→ belang van theorieën, concepten
Health & Bryant (1992) communicatiewetenschap 4 belangrijke invalshoeken:
retoriek
propaganda
media-effecten
informatietheorie
,belang communicatiewetenschappen
→ vb: tweet trump over video games, video games zijn slecht
hoe verklaren: social learning theory (andermans gedrag analyseren)
→ gedrag pas aanleren als het door de samenleving
geaccepteerd is
Aristoteles → onderzocht
overtuigen van mensen → hoe kunnen sommige mensen iemand overtuigen
3 intrinsieke middelen: ethos (persoonlijkheid en waarden van de spreker) ,
pathos (inspelen op de emoties van het publiek) , logos (logica van argumentatie)
= 3 middelen om publiek te overtuigen
Hoofdstuk 2: Basisconcepten en modellen (p
11-16)
2.1 Inleiding
Communicatiewetenschap bestudeert de communicatie
→ geen eenduidige, allesomvattende, ‘correcte’ definitie van communicatie
In de communicatie kunnen we 2 dominante tradities ontdekken
processchool
betekeniscreatieschool
2.2 Wat is communicatie
Communicatie =
1. Overdracht of uitwisseling van informatie
2. Verbinding of verkeer
Bij overdracht van informatie ligt klemtoon op de zender die een boodschap
verstuurt (niks met ontvanger)
,Bij uitwisseling van informatie ligt klemtoon op gemeenschappelijk maken van
ideeën ( “communicatie”: “communicare” = gemeenschappelijk maken)
⇒ communicatie is geen eenzijdig proces → beide partners zijn gelijkwaardig
Verbinding of verkeer wordt zeer weinig gebruikt → communicatie wordt gezien
als transport
Hoe is het begrip ‘communicatie’ door communicatiewetenschappers
omschreven
→ Fauconnier (1981), één van de grondleggers van communicatiewetenschap
stelt dat er geen enkele definitie bestaat doe werkelijk als de definitie van
communicatie kan beschouwd worden
→ definitie kan enkel goed zijn als:
bruikbaar of operationeel is binnen een bepaalde wetenschappelijke visie
logisch en coherent is
niet tegengesproken wordt door de waarneembare werkelijkheid
onderscheiden van andere maatschappelijke verschijnselen
vb: communicatie is een proces waardoor een zender bewustzijnsinhoud
overdraagt of tracht over te dragen aan een of meerdere ontvangers en dit door
middel van een kanaal, signalen en tekens (Fauconnier, 1981)
→ lees de andere p 12
⇒ 2 belangrijke visies op communicatie in die definities
→ Health & Bryant (1992) omschreven twee visies als 2 scholen
1. Processchool → communicatie als de transmissie van boodschappen
nadruk op hoe zenders en ontvanger encoderen en decoderen
communicatie is beïnvloedingsproces (ene persoon beïnvloedt gedrag of
de gedachten van de andere persoon)
verschil tussen output en input ⇒ communicatiefout
basis: sociologie en psychologie
2. Betekeniscreatieschool → communicatie als de productie en uitwisseling van
betekenissen
, bestudeert hoe boodschappen of teksten interageren met mensen om
betekenissen creëren
afwijkingen tussen zender en ontvanger niet noodzakelijk een fout ( maar
bv wel als resultaat van culturele verschillen)
communicatie is de studie van teksten → centrale methode daarbij is de
semiotiek
richt zich primair op de producten van communicatie (krantenartikels,
reclamespots)
2.3 Breek- of discussiepunten in de definities van communicatie
→ Verschillende discussiepunten op basis van Fauconnier (1981)
2.3.1 Intentionaliteit als breekpunt
→ de intentie of bedoeling ligt aan de basis
→ er is pas sprake van communicatie wanneer de zender de bedoeling heeft om
een boodschap uit te sturen en de ontvanger de bedoeling heeft om de
boodschap te ontvangen
Horizontaal: zender bedoeld of niet bedoeld om boodschap uit te sturen
Verticaal: Ontvanger bedoeld of niet bedoeld om de boodschap te ontvangen
Lees voorbeeldsituaties onder model op pagina 14
Volgens de teleologische opvatting is dus slecht enkel sprake van communicatie
is situatie 1