100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting - Sociologie

Rating
-
Sold
-
Pages
44
Uploaded on
13-06-2025
Written in
2024/2025

dit is mijn samenvatting dat ik gebruikte voor het examen, dit is van alle lessen en het volledige boek. ik ben geslaagd

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
June 13, 2025
Number of pages
44
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

1. SOCIOLOGIE : EEN EERSTE
KENNISMAKING
1.1 HEBBEN MENSEN VRIJE WIL ?
We hebben vrije wil, maar context waarin we leven heeft invloed op de gevolgen van ons leven:
 Opleiding: ouders geven opleidingsniveau's door aan kinderen
 Werkloosheid: geboorteland + migratie hebben invloed
 Gedrag: leefland heeft invloed op mening over zaken in de wereld
 In relatie: gedrag hangt af van klasse
 Levensverwachting: hangt af van diploma
Opleiding --> job --> materiële en persoonlijke voordelen --> gezond leven + problemen oplossen -->
hoge levensverwachting


1.2. DE SOCIOLOGISCHE VERBEELDING
Hoe heeft de omgeving een impact op ons leven? Wij zijn product van onze tijd en onze omgeving
Vrije wil = het vermogen op zelf, oorzaakloos, te beslissen wat en hoe je het doet
 Maar: het brein is geleider van sociale en politieke oorzaken, bewust of onbewust
=> we handelen zelf, op basis van context


1.3. VAN GEDRAG TOT SAMEN LEVING
Socioloog bekijkt biografie vanuit verband met historische maatschappij, bouwstenen maatschappij
en omgeving
Sociologie = hoe de omgeving (structuur en cultuur) een sociale interactie kan verklaren en
omgekeerd en het universeel verklaren van sociale patronen

GEDRAG = ELKE ACTIE OF REACTIE VAN EEN INDIVIDU
 Objectief waarneembare component = extern: door minstens 2 personen waarneembaar (=
ego en alter)
 Subjectief waarneembare component = intern: door 1 persoon waarneembaar (= ego)
o Motivationele component = drijfveren van het handelen --> motiveren tot gedrag
o Emotionele component = innerlijke gevoelens (angst, schaamte, woede)
o Cognitieve component = beelden van de werkelijkheid
o Reflexieve component = beelden van jezelf
Samenwerking subjectief + objectief (= emoties gaan samen met gelaatsuitdrukkingen)

SOCIAAL HANDELEN = BIJ HET PLANNEN VAN HANDELING REKENING HOUDEN ME T
ANDEREN
Handelen = gedrag met nadrukkelijke doelgerichtheid
 Betekenis van handelen = mentale voorbereiding / projectie voltooide handeling

,  Instrumenteel rationeel handelen: bepaald doel bereiken binnen specifieke
handelingssituatie (= anderen/objecten)
o Condities = sommige objecten/mensen bepalen voorwaarden over doelrealisatie
o Middelen = werken faciliterend, actor kan hierover beschikken om doel te realiseren
o Optimalisatie van het handelen = afwegen welke middelen het beste zijn
 Waarde rationeel handelen: geloof in waardevolheid van handeling staat centraal
o Volgen van eisen die de actor bindend schat
o Religieuze roeping, streven naar persoonlijke schoonheid…
 Affectief handelen: gedreven door nevolgen van emoties
o Ongecontroleerde reactie op stimulus
o Kan voorzien worden van betekenis
 Traditioneel handelen: komt uit ingeworteld gewoontehandelen
o In bepaalde sociale dimensie, verleden is bepalend
o Herhaling + verplicht karakter
Pas op: bewust zijn van traditie + waarde aan geven = waarde rationeel handelen
 Reflexief handelen: gebaseerd op "stoppen, denken en kiezen"
o Disruptief + breekt continue lijn van verleden naar heden, gaat samen met onzekerheid

INTERACTIE = GEVOLG VAN SOCIAAL HANDELEN (HANDELING --> REACTIE)
--> kent voorspelbaarheid en zekerheid, is zinvol (beleven van waarden, volgen van tradities…)
--> verschillende motieven: 'opdat' motieven (= extern doel realiseren) en 'omdat' ('opdat' is voor
andere actor 'omdat') motieven
 Samenwerking: sociale eenheden willen samen een doel bereikend
o Akkoord nodig + wederzijdse bereidheid tot samenwerking + minimum aan conformiteit
(behouden aan afspraken)
 Conforme interactie: verloopt volgens betekenis van beide partners aan interactie (behoort
tot samenwerking)
o Wederzijds akkoord over wat er gaat gebeuren
o Akkoord over hoe het gaat gebeuren
<--> deviantie/afwijking: 1 actor houdt zich niet an akkoord
=> zorgen samen voor geordend samenleven + sociale orde = grootste deel van algemeen
sociologische theorievorming (= kernobject sociologie)
 Conflict: minstens 2 partijen die niet akkoord gaan met verloop interactie (poging tot met
eigen zienswijze)
o Geen akkoord:
 Middelen nodig voor aanpassing aan omgeving --> geen akkoord bij
verdeling
 Waarden, aanzien en macht
 Kan positieve bijdrage vormen (nieuwe regels, stimuleert deelname aan
sociaal leven)
o Interne dissidentie (geen zelfde mening met vijanden) + groepscohesie naar vijand toe



 Ruil = sociale ruil
o Belongingen = kosten voor een ander
o Publieklijk dankbaarheid tonen voor belongen = hogere rang (toegenomen sociale
achting)
o Ongelijke verdeling

,IN CULTUUR EN STRUCTUUR: GROEIT DOOR SOCIALE INTERACTIE --> AFSPRAKEN
MAKEN --> ONTSTAAN TWISTEN --> LEIDERSCHAP VAN GROEP
 Cultuur: gedeelde betekenis over handelen en objecten uit omgeving (= waarden, normen,
overtuigingen, wetten)
o Ontstaan van ideeën goed en slecht
 Structuur: verschillende posities binnen groep
 Sociale orde en stabiliteit vs sociale verandering en dynamiek
--> De samenleving is gestolde sociale interactie door cultuur en structuur (die later terugwerkt op
groep)

CONTEXT (ANALYSE VAN CONTEXT VERKLAART I NTERACTIES)
 Demografische factoren
o Primaire kenmerken: geboorte, sterfte, migratie…
o Secundaire kenmerken: bevolkingsdichtheid, gemiddelde gezinsgroottes…
 Ecologische factoren
o Natuurlijke omgeving: klimaat, milieu, bodem
o Adaptatie aan fysisch leefmilieu: politieke structuren, organisatie dagelijks leven…
 Materiële en technologische factoren: dienen om behoefte van mens te bevredigen
o Technologische ontwikkelingen: organisatie economie, transport en communicatie


1.4. DE SOCIOLOGIE EN HAAR AANVERWANTE DISCIPLINES
1) Geschiedschrijving:
 Vastgebonden aan tijd en ruimte
 Creatieve omgang met informatiebronnen

2) Culturele antropologie = beschrijven en interpreteren van (interactie tussen) culturen
 Verschillen en gelijkenissen zoeken: unieke en specifieke
 Veldwerk = kwalitatief onderzoek
 Vanuit ervaring van gewone mens problemen belichten

3) Sociologie:
 Microsociologie: studie van kleine groepen + interactie tussen individuen
 Macrosociologie: studie van landen, regio's, organisaties…

4) Biologie: Fysiologische eigenschappen, hormonale processen, variaties in gedrag door
biogenetische factoren

5) Psychologie:
 Studie van interne mechanismen
 Cognitieve en emotionele processen

6) Sociale psychologie: Attitudevorming en attitudeverandering

7) Sociobiologie: Gedragsvorming onstaat door jarenlange aanpassing aan omgeving = evolutiinair
tijdsperspectief

8) Biosociale verklaring: Biologische processen liggen aan basis van interacties en kunnen
maatschappelijke processen beïnvloeden

, 1.5. BASISREGELS BIJ HET UITVOEREN VAN SOCIOLOGISCH ONDERZOEK
1) Objectiviteit: verklaringen en inzichten moeten geldig zijn voor meerdere wetenschappers
2) Concepten: bedoeld om bepaalde aspecten van werkelijkheid te vatten
 Zuiver taalgebruik nodig: anders dubbelzinnig
3) Generalisatie: verklaring moet op meerdere situaties toepasbaar zijn met identieke onderliggende
dynamiek
 Theories of the middle range: meerdere veralgemenende objectieve verklaringsmodellen die
elk een deelaspect verklaren
4) Empirisch materiaal: ondersteuning bij wetenschappelijke uitspraak
 Kwantitatieve gegevens: cijfermateriaal
 Kwalitatieve gegevens: dagboeken, brieven, biografieën --> eerder begrijpen
 Primaire gegevens: door onderzoeker zelf verzameld --> survey, interview, observatie,
participerende observatie
 Secundaire gegevens: niet door onderzoeker zelf verzameld --> statistieken, databanken
5) Cumulativiteit: verder bouwen op resultaten van voorgaand onderzoek
 Goed literatuuronderzoek: overbodig vermijden + onderzoeksvraag verscherpen
Verifieerbare rapportering: strenge beoordelingsprocedure
 verplichte onderdelen voor wetenschapsartikel:
 Literatuuroverzicht (= bronvermelding --> theoretische invalshoek) en probleemstelling (=
bondige, nauwkeurige omschrijving van onderwerp)
 Overzicht gebruikte methoden en technieken: methodologische onderbouw
 Bespreking van resultaten: hoe kom je aan conclusies?
 Conclusie en/of discussiegedeelte: interpretatie van resultaten binnen wetenschappelijke
kennis
Peer review: 3 lezers (specialisten), aangeduid door reactieraad --> anoniem beoordelen-->
verworpen, herwerkt of gepubliceerd?


1.6. KWANITATIEF OF KWALITATIEF ?
Wat is de juiste wetenschappelijke methode? Werken met oorzaak-gevolg of betekenis --> Max
Weber13 "beide methoden complementeren"
 Causale adequaatheid: kansuitspraak mbt oorzaak-gevolgrelaties
 Zinadequaatheid: gemaakte verbanden zijn in overeenstemming met denk- en voelpatronen



KWANTITATIEVE BENADERING: HET POSITIVISM E: ORDE BRENGEN IN C HAOS --> ZO
SIMPEL MOGELIJK
 Kennis is gebaseerd op ervaring/observatie
 Streven naar causale verklaringen door generalisaties: verklaringsmodellen
 Eenheid van wetenschappelijke methodes in wetenschap
 Scheiding tussen feiten en waarden
--> grote zorg rond methodologie ontstaan: aandacht over problemen rond meten + gebruik
statistische technieken
--> verklaringsmodel positivisme:
$8.59
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
rosavanbosstraeten
2.0
(1)

Get to know the seller

Seller avatar
rosavanbosstraeten Universiteit Gent
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
2
Member since
10 months
Number of followers
0
Documents
9
Last sold
2 months ago

2.0

1 reviews

5
0
4
0
3
0
2
1
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions