ONTWERPEN VOOR DE INDUSTRIE 5.0
A. Ontwikkeling van de industriële productie
Ambachtelijke productie:
• Unieke stukken
• Geen uitwisselbaarheid van stukken.
• Geen stock
• Herstellingen op maat
Oorsprong van industriële productie:
• eind 18° eeuw (1ste industriele evolutie)
• fabriceren van bruikbare en rendabele machines
• ambachtelijke bedrijfjes naar grote industriële bedrijven
Begin 19° eeuw: (2de industriele evolutie)
• eerste vorm van automatisering en bijhorende grote sociale problemen
• Nieuw productiemiddel: informatie en informatieoverdracht (ponskaarten)
• Mensen vreesden voor hun job omwille van eerste automatisering
Einde 19° eeuw:
• ontwikkeling van kapitalisme, socialisme
• Bij productie op grote schaal ontstonden nieuwe productiemiddelen
o kapitaal
o specialisatie
o scholing van de arbeider
o productieorganisatie (management)
20° eeuw: (3de industriele evolutie)
• Digitale revolutie
• Verschuiving van mechanische en analoge technologieën naar digitale elektronica
• Verschuiving van grote industriële toepassingen naar consumer industrie
B. Aanleiding voor de nieuwe verandering
Aanleiding:
• Concurrentie met lageloonlanden door het productieapparaat verregaand te automatiseren
• Enorme investeringen voor digitalisatie
• Klanten zijn niet berijd om te betalen
Economies of scale (schaalvoordelen):
• Kostenbesparingen die optreden wanneer bedrijven hun productie verhogen
• het vergroten van een bedrijf om kosten te besparen (groen)
Technische economies of scale (technische schaalvoordelen):
, • Grotere bedrijven kunnen besparen door te investeren in grotere en meer rendabele
machines en apparatuur.
Specialisation economies of scale:
• Schaalvergroting maakt arbeidsdeling mogelijk.
• Werknemers hebben een beperkter takenpakket.
• Als je iets de hele tijd doet, word je er sneller en beter in.
• Arbeidsdeling (specialisatie) kan de arbeidskosten per eenheid verlagen.
Purchasing economies of scale:
• Grotere bedrijven krijgen betere voorwaarden van leveranciers:
o Reduceer de prijs: en verhoog verkoop, marktaandeel
o Behoud de prijs maar verhoog de marge op het product = meer winst = meer
investeringsmogelijkheden.
Diseconomies of scale (schaalnadelen):
• De toename van de gemiddelde kosten van een bedrijf als het de productieschaal uitbreidt
tot boven de minimale productiekosten. (rood)
• Toegenomen kosten door bv.: slechte communicatie:
o Hoe groter een organisatie wordt, hoe moeilijker het is om duidelijke en consistente
communicatie te realiseren.
Mass customization:
• Productieproces
• Met technieken geschikt voor massaproductie
• Waar de uitkomst tot op zekere hoogte aangepast kan worden aan de wensen van de
gebruiker.
• Paradox of choice
• Voordelen
o Lager kosten maar toch gepersonaliseerd product = hogere toegevoegde waarde
o Hoger waarde = hogere verkoopprijs mogelijk.
o Productdifferentiatie
o Bouwt merksterkte en -loyaliteit op
• Wat nodig voor Mass customization
o Effectief gebruik van digitale technologie
o Flexibele productie
o Hoge graad van automatisatie.
A. Ontwikkeling van de industriële productie
Ambachtelijke productie:
• Unieke stukken
• Geen uitwisselbaarheid van stukken.
• Geen stock
• Herstellingen op maat
Oorsprong van industriële productie:
• eind 18° eeuw (1ste industriele evolutie)
• fabriceren van bruikbare en rendabele machines
• ambachtelijke bedrijfjes naar grote industriële bedrijven
Begin 19° eeuw: (2de industriele evolutie)
• eerste vorm van automatisering en bijhorende grote sociale problemen
• Nieuw productiemiddel: informatie en informatieoverdracht (ponskaarten)
• Mensen vreesden voor hun job omwille van eerste automatisering
Einde 19° eeuw:
• ontwikkeling van kapitalisme, socialisme
• Bij productie op grote schaal ontstonden nieuwe productiemiddelen
o kapitaal
o specialisatie
o scholing van de arbeider
o productieorganisatie (management)
20° eeuw: (3de industriele evolutie)
• Digitale revolutie
• Verschuiving van mechanische en analoge technologieën naar digitale elektronica
• Verschuiving van grote industriële toepassingen naar consumer industrie
B. Aanleiding voor de nieuwe verandering
Aanleiding:
• Concurrentie met lageloonlanden door het productieapparaat verregaand te automatiseren
• Enorme investeringen voor digitalisatie
• Klanten zijn niet berijd om te betalen
Economies of scale (schaalvoordelen):
• Kostenbesparingen die optreden wanneer bedrijven hun productie verhogen
• het vergroten van een bedrijf om kosten te besparen (groen)
Technische economies of scale (technische schaalvoordelen):
, • Grotere bedrijven kunnen besparen door te investeren in grotere en meer rendabele
machines en apparatuur.
Specialisation economies of scale:
• Schaalvergroting maakt arbeidsdeling mogelijk.
• Werknemers hebben een beperkter takenpakket.
• Als je iets de hele tijd doet, word je er sneller en beter in.
• Arbeidsdeling (specialisatie) kan de arbeidskosten per eenheid verlagen.
Purchasing economies of scale:
• Grotere bedrijven krijgen betere voorwaarden van leveranciers:
o Reduceer de prijs: en verhoog verkoop, marktaandeel
o Behoud de prijs maar verhoog de marge op het product = meer winst = meer
investeringsmogelijkheden.
Diseconomies of scale (schaalnadelen):
• De toename van de gemiddelde kosten van een bedrijf als het de productieschaal uitbreidt
tot boven de minimale productiekosten. (rood)
• Toegenomen kosten door bv.: slechte communicatie:
o Hoe groter een organisatie wordt, hoe moeilijker het is om duidelijke en consistente
communicatie te realiseren.
Mass customization:
• Productieproces
• Met technieken geschikt voor massaproductie
• Waar de uitkomst tot op zekere hoogte aangepast kan worden aan de wensen van de
gebruiker.
• Paradox of choice
• Voordelen
o Lager kosten maar toch gepersonaliseerd product = hogere toegevoegde waarde
o Hoger waarde = hogere verkoopprijs mogelijk.
o Productdifferentiatie
o Bouwt merksterkte en -loyaliteit op
• Wat nodig voor Mass customization
o Effectief gebruik van digitale technologie
o Flexibele productie
o Hoge graad van automatisatie.