Dagvaarding
Heden, de [stempel deurwaarder] tweeduizendvijfentwintig,
ten verzoeke van Timo Verschuren, wonende aan de Haringkade 7 te 2585 TL Den Haag, in
dezer zaak woonplaats kiezende Boergoensestraat 7A ten kantore van ………. van welk
kantoor mr. …….. te dezen tot advocaat wordt gesteld en als zodanig optreedt.
Heb ik, [stempel deurwaarder]
Gedagvaard:
Marie Chong- van Straaten, in onderhavige zaak bijgestaan door haar advocaat mr. …….,
wonende aan de ………… , aldaar te dezer zake mijn exploot doende en afschrift van deze
dagvaarding en de daarin genoemde producties latende aan:
[stempel deurwaarder]
OM:
Op donderdag 1 mei 2025 om 10.00 uur in persoon of vertegenwoordigd door een
gemachtigde te verschijnen ter openbare terechtzitting van de Rechtbank Den Haag, sector
kanton, alsdan en aldaar gehouden in het gerechtsgebouw, aan de Prins Clauslaan 60, 2595 AJ
Den Haag.
Met aanzegging:
1. Dat de gedaagde in plaats van mondeling of schriftelijk te antwoorden op de
terechtzitting, ook vóór de laatstgenoemde datum een schriftelijk antwoord kan indienen
ter griffie van het genoemde gerecht, door deze stukken af te geven bij postbus; 20302,
2500 EH Den Haag;
2. Indien gedaagde niet op de voorgeschreven wijze, te weten in persoon of
vertegenwoordigd door een gemachtigde, in het geding te verschijnen dan wel om uitstel
heeft verzoekt en de voorgeschreven termijn en formaliteiten in acht zijn genomen, de
rechtbank tegen gedaagde verstrek zal verlenen en vordering van eiser zal toewijzen,
tenzij deze vordering re rechtbank onrechtmatig of ongegrond voorkomt;
, 3. Dat van de gedaagde bij verschijnen in het geding geen griffierecht zal worden geheven;
4. Dat op de gedaagde de verplichting rust om de voor de beslissing van belang zijnde feiten
volledig en naar waarheid aan te voeren en om gegevens, voor zover deze in de gegeven
omstandigheden van belang zijn en gedaagde daarover kan beschikken, in het geding te
brengen;
5. Dat de rechtbank de feiten of rechten die door eiser zijn gesteld als vaststaand moet
beschouwen als gedaagde deze niet of niet voldoende betwist, behoudens de bevoegdheid
van de rechtbank bewijs te verlangen, zo vaak aanvaarding van de stellingen zou leiden tot
een rechtsgevolg dat niet ter vrije bepaling van partijen staat.
Ten einde:
Op grond van de hierna weergegeven gronden te procederen over de aan het slot van deze
dagvaarding geformuleerde eis:
Partijen:
1. Eiser is Timo Verschuren (hierna “eiser”). Eiser is consument en koper van de
verlovingsring bij de juwelier Juwelen.
2. Gedaagde is Marie Chong- van Straaten van juwelier Juwelen (hierna “Gedaagde”).
De juwelier richt zich op de verkoop van sieraden.
Feiten en omstandigheden
1. Op 6 januari 2024 heeft eiser een 14-karaats, witgouden ring in de maat 17 ter waarde van
€599,- gekocht bij gedaagde (productie 1).
2. Voor de aankoop heeft eiser de ring van alle kanten bewonderd en blijkt het een ring uit
het hogere segment.
3. Eiser heeft bij de aankoop aan gedaagde gevraagd of hij de ring mag ruilen of kleiner mag
laten maken indien nodig. Gedaagde heeft aangegeven dat dit mogelijk is, mits de ring
onbeschadigd is.
4. Eiser heeft de ring na de aankoop bij zijn ouders in huis, in zijn ouderlijke kamer, in de
kledingkast verstopt. Dit heeft hij gedaan op een plek waar alleen hij komt, zodat zijn
vriendin er niet achter zou komen.
5. Op 25 juli 2024 vraagt eiser zijn vriendin ten huwelijk. Voordat eiser op zijn knieën gaat,
glijdt hij uit en valt hij met de ring in zijn rugzak op zijn rug.
6. Nadat eiser zijn vriendin ten huwelijk vraagt bekijkt de verloofde de ring en benoemt zij
dat het een prachtige ring is en hij perfect past (productie 2).
Heden, de [stempel deurwaarder] tweeduizendvijfentwintig,
ten verzoeke van Timo Verschuren, wonende aan de Haringkade 7 te 2585 TL Den Haag, in
dezer zaak woonplaats kiezende Boergoensestraat 7A ten kantore van ………. van welk
kantoor mr. …….. te dezen tot advocaat wordt gesteld en als zodanig optreedt.
Heb ik, [stempel deurwaarder]
Gedagvaard:
Marie Chong- van Straaten, in onderhavige zaak bijgestaan door haar advocaat mr. …….,
wonende aan de ………… , aldaar te dezer zake mijn exploot doende en afschrift van deze
dagvaarding en de daarin genoemde producties latende aan:
[stempel deurwaarder]
OM:
Op donderdag 1 mei 2025 om 10.00 uur in persoon of vertegenwoordigd door een
gemachtigde te verschijnen ter openbare terechtzitting van de Rechtbank Den Haag, sector
kanton, alsdan en aldaar gehouden in het gerechtsgebouw, aan de Prins Clauslaan 60, 2595 AJ
Den Haag.
Met aanzegging:
1. Dat de gedaagde in plaats van mondeling of schriftelijk te antwoorden op de
terechtzitting, ook vóór de laatstgenoemde datum een schriftelijk antwoord kan indienen
ter griffie van het genoemde gerecht, door deze stukken af te geven bij postbus; 20302,
2500 EH Den Haag;
2. Indien gedaagde niet op de voorgeschreven wijze, te weten in persoon of
vertegenwoordigd door een gemachtigde, in het geding te verschijnen dan wel om uitstel
heeft verzoekt en de voorgeschreven termijn en formaliteiten in acht zijn genomen, de
rechtbank tegen gedaagde verstrek zal verlenen en vordering van eiser zal toewijzen,
tenzij deze vordering re rechtbank onrechtmatig of ongegrond voorkomt;
, 3. Dat van de gedaagde bij verschijnen in het geding geen griffierecht zal worden geheven;
4. Dat op de gedaagde de verplichting rust om de voor de beslissing van belang zijnde feiten
volledig en naar waarheid aan te voeren en om gegevens, voor zover deze in de gegeven
omstandigheden van belang zijn en gedaagde daarover kan beschikken, in het geding te
brengen;
5. Dat de rechtbank de feiten of rechten die door eiser zijn gesteld als vaststaand moet
beschouwen als gedaagde deze niet of niet voldoende betwist, behoudens de bevoegdheid
van de rechtbank bewijs te verlangen, zo vaak aanvaarding van de stellingen zou leiden tot
een rechtsgevolg dat niet ter vrije bepaling van partijen staat.
Ten einde:
Op grond van de hierna weergegeven gronden te procederen over de aan het slot van deze
dagvaarding geformuleerde eis:
Partijen:
1. Eiser is Timo Verschuren (hierna “eiser”). Eiser is consument en koper van de
verlovingsring bij de juwelier Juwelen.
2. Gedaagde is Marie Chong- van Straaten van juwelier Juwelen (hierna “Gedaagde”).
De juwelier richt zich op de verkoop van sieraden.
Feiten en omstandigheden
1. Op 6 januari 2024 heeft eiser een 14-karaats, witgouden ring in de maat 17 ter waarde van
€599,- gekocht bij gedaagde (productie 1).
2. Voor de aankoop heeft eiser de ring van alle kanten bewonderd en blijkt het een ring uit
het hogere segment.
3. Eiser heeft bij de aankoop aan gedaagde gevraagd of hij de ring mag ruilen of kleiner mag
laten maken indien nodig. Gedaagde heeft aangegeven dat dit mogelijk is, mits de ring
onbeschadigd is.
4. Eiser heeft de ring na de aankoop bij zijn ouders in huis, in zijn ouderlijke kamer, in de
kledingkast verstopt. Dit heeft hij gedaan op een plek waar alleen hij komt, zodat zijn
vriendin er niet achter zou komen.
5. Op 25 juli 2024 vraagt eiser zijn vriendin ten huwelijk. Voordat eiser op zijn knieën gaat,
glijdt hij uit en valt hij met de ring in zijn rugzak op zijn rug.
6. Nadat eiser zijn vriendin ten huwelijk vraagt bekijkt de verloofde de ring en benoemt zij
dat het een prachtige ring is en hij perfect past (productie 2).