Samenvatting Scheikunde
Chemie Overal
4 VWO
Hoofdstuk 5 Reacties van zouten:
Neerslagreactie: reactie tussen ionen die niet naast elkaar in een oplossing kunnen
voorkomen. Er ontstaat een vaste stof in de oplossing die neerslag heet.
• Neerslagvergelijking: reactievergelijking van een reactie tussen de ionen die de
neerslag vormen.
Als een zout matig of niet heel snel oplost dan kan een neerslag ontstaan in evenwicht.
Hierbij kan je de reactie omkeren. Er is een chemisch evenwicht, waarbij de
omkeerbare reacties tegelijk lopen met dezelfde snelheid.
• Heterogeen evenwicht: evenwicht met stoffen in verschillende
toestanden/fasen
• Homogeen evenwicht: evenwicht met stoffen in dezelfde toestanden/fasen
Een neerslag kan je gebruiken voor verschillende practica opgaven:
• Ion verwijderen uit een oplossing: combineer het ongewenste ion met een ion
met tegengestelde lading waar het slecht me oplost. Hierdoor kan het neerslaan
en kan je de vaste stof daarna uit de oplossing verwijderen.
• Maken van een zout: een oplossing met het ene gewenste ion samenvoegen met
een oplossing met het andere gewenste ion. Hierbij is het wel belangrijk dat de
andere niet gewenste ionen in de oplossing niet neerslaan met elkaar of een van
de gewenste stoffen, want dan krijg je niet de goede neerslag. Daarna kan je het
gevormde neergeslagen zout uit de oplossing verwijderen.
• Aantonen van ionen in een oplossing:
o Eerst moet je de stof oplossen in water.
o Daarna moet je een oplossing toevoegen met 1 ion die neerslaat met het
ion dat je wil aantonen. Als het neerslaat weet je dat het in de oplossing zit
en heb je het aangetoond.
Stoichiometrische verhouding/molverhouding: verhouding waarin beginstoffen
reageren en reactieproducten ontstaan. Oftewel: de verhoudingen die in
reactievergelijkingen staan per stof. VB: Fe3+ + 3 Cl- → FeCl3 , De verhouding is hierbij 1 :
3 : 1. Hier kan je mee concluderen dat je 1 mol FeCl3 kan maken met 1 mol Fe3+ en 3 mol
Cl-.
Chemie Overal
4 VWO
Hoofdstuk 5 Reacties van zouten:
Neerslagreactie: reactie tussen ionen die niet naast elkaar in een oplossing kunnen
voorkomen. Er ontstaat een vaste stof in de oplossing die neerslag heet.
• Neerslagvergelijking: reactievergelijking van een reactie tussen de ionen die de
neerslag vormen.
Als een zout matig of niet heel snel oplost dan kan een neerslag ontstaan in evenwicht.
Hierbij kan je de reactie omkeren. Er is een chemisch evenwicht, waarbij de
omkeerbare reacties tegelijk lopen met dezelfde snelheid.
• Heterogeen evenwicht: evenwicht met stoffen in verschillende
toestanden/fasen
• Homogeen evenwicht: evenwicht met stoffen in dezelfde toestanden/fasen
Een neerslag kan je gebruiken voor verschillende practica opgaven:
• Ion verwijderen uit een oplossing: combineer het ongewenste ion met een ion
met tegengestelde lading waar het slecht me oplost. Hierdoor kan het neerslaan
en kan je de vaste stof daarna uit de oplossing verwijderen.
• Maken van een zout: een oplossing met het ene gewenste ion samenvoegen met
een oplossing met het andere gewenste ion. Hierbij is het wel belangrijk dat de
andere niet gewenste ionen in de oplossing niet neerslaan met elkaar of een van
de gewenste stoffen, want dan krijg je niet de goede neerslag. Daarna kan je het
gevormde neergeslagen zout uit de oplossing verwijderen.
• Aantonen van ionen in een oplossing:
o Eerst moet je de stof oplossen in water.
o Daarna moet je een oplossing toevoegen met 1 ion die neerslaat met het
ion dat je wil aantonen. Als het neerslaat weet je dat het in de oplossing zit
en heb je het aangetoond.
Stoichiometrische verhouding/molverhouding: verhouding waarin beginstoffen
reageren en reactieproducten ontstaan. Oftewel: de verhoudingen die in
reactievergelijkingen staan per stof. VB: Fe3+ + 3 Cl- → FeCl3 , De verhouding is hierbij 1 :
3 : 1. Hier kan je mee concluderen dat je 1 mol FeCl3 kan maken met 1 mol Fe3+ en 3 mol
Cl-.