100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting BAZ 2025 onderwerp vocht- en elektrolytenbalans

Rating
-
Sold
1
Pages
22
Uploaded on
03-06-2025
Written in
2024/2025

Dit document is een samenvatting over het onderwerp vocht- en elektrolytenbalans uit de BAZ module van 2025.

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Course

Document information

Uploaded on
June 3, 2025
Number of pages
22
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Vocht- en elektrolyten balans

Een ion is een atoom of molecuul met een elektrische lading. Een ion kan positief of negatief geladen
zijn door respectievelijk een tekort of een overschot van een of meer elektronen.

Elektrolyt: kleine, meestal anorganische ionen bedoeld die zich opgelost in het bloed, de
extracellulaire vloeistof en het cytosol bevinden. In het menselijk lichaam zijn de belangrijkste
elektrolyten: calcium (Ca2+), magnesium (HCO3−) en fosfaat naat de osmotische waarde (Mg2+),
natrium (Na+), kalium (K+), chloride (Cl−), waterstofcarbo (PO43−). Deze elektrolyten spelen onder
andere een rol bij de handhaving van en de zuurtegraad van het bloed.

Zout: samengestelde stof die wordt gevormd door een ionbinding, een chemische binding tussen
positieve en negatieve ionen. Een zout is in vaste aggregatietoestand een kristallijne stof, waarin de
positieve en negatieve ionen in een kristalrooster zijn gerangschikt.

Zuur: wordt geclassificeerd als het waterstof, (H), bevat en dit atoom in de vorm van een waterstofion
(H+) kan afstaan als de stof in water wordt opgelost.

Base: een molecuul of negatief geladen ion dat waterstofionen (H+) kan opnemen.

Osmose: een proces op basis van diffusie waarbij een vloeistof, waarin stoffen zijn opgelost, door een
zogenaamd halfdoorlatend membraan (een semipermeabele wand) stroomt, dat wel de vloeistof
doorlaat maar niet de opgeloste stoffen.

Wanneer twee oplossingen een verschillende concentratie opgeloste deeltjes bevatten, kan er een
verplaatsing van water optreden door een semi-permeabel membraan. Dit proces is belangrijk voor
de verdeling van water tussen de lichaamscompartimenten.
 Osmotische druk wordt bepaald door het aantal opgeloste deeltjes in een oplossing. Meer
deeltjes zorgen voor een hogere osmotische druk.
 Osmolaliteit is de concentratie van osmotisch actieve stoffen per kilogram oplosmiddel. De
eenheid is de osmol.
 Osmolariteit is vergelijkbaar, maar wordt uitgedrukt per liter oplossing.

Het verschil tussen osmolaliteit en osmolariteit is klein bij waterige oplossingen, omdat het soortelijk
gewicht van water ongeveer 1 kg/L bedraagt.

Osmolaliteit is een maat voor de concentratie van opgeloste deeltjes (zoals natrium, glucose en
ureum) in een vloeistof. In de medische context verwijst dit meestal naar de osmolaliteit van
bloedplasma of urine, en het wordt uitgedrukt in milliosmol per kilogram water (mOsm/kg H₂O).

Niet alle opgeloste stoffen in een oplossing beïnvloeden de osmotische balans even sterk.
Effectieve osmolaliteit (toniciteit) bepaalt de waterverplaatsing van en naar cellen.
Stoffen zoals ureum kunnen vrij door membranen diffunderen en dragen niet bij aan de effectieve
osmolaliteit.
Belangrijke osmotisch actieve stoffen in het lichaam zijn Na⁺, K⁺, Cl⁻, HCO₃⁻ en glucose.

Toniciteit en celvolume
De toniciteit van een oplossing bepaalt of cellen water opnemen of afgeven:
Isotone oplossing: dezelfde osmotische waarde als het lichaam, geen netto waterverplaatsing.
Hypertone oplossing: hogere osmotische waarde, trekt water uit de cellen (cellen krimpen).
Hypotone oplossing: lagere osmotische waarde, cellen nemen water op en kunnen opzwellen.

Bepalen van osmolaliteit

,De normale toniciteit van plasma is ongeveer 285 mosmol/kg H₂O. Dit kan worden berekend met de
formule:
Osomolariteit = 1,86 x (Na+ + K+) + glucose + ureum (in mmol/l)
Infusievloeistoffen en toniciteit
Plasma heeft een osmolariteit van ongeveer 285-295 mOsm/kg, en de toniciteit van
infusievloeistoffen bepaalt hoe cellen reageren op de vloeistof. De osmolariteit wordt berekend op
basis van opgeloste deeltjes zoals Na+, Cl-, glucose en HCO3-. De effectieve osmolaliteit van plasma
wordt vaak vereenvoudigd tot:
2 × [Na+] + [glucose]

Dit betekent dat de osmolariteit sterk afhankelijk is van de concentratie natrium en glucose in het
bloed.

Effecten van osmolaliteit op het lichaam
Wanneer het bloed een verhoogde osmolaliteit heeft, trekt het vocht aan uit de cellen, wat kan
leiden tot uitdroging van cellen. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij hyperglycemie of een hoog
ureumgehalte. Omgekeerd kan een verlaagde osmolaliteit ertoe leiden dat water de cellen
binnendringt, waardoor ze opzwellen.

Een verstoring van de osmolaliteit kan te maken hebben met:
Hypervolemie (te veel vocht door verkeerde infusievloeistoffen of hormoonstoornissen zoals SIADH).
Hypovolemie (te weinig vocht door bijvoorbeeld dehydratie).

Intraveneuze vloeistoffen kunnen lokaal hyperosmolaire situaties veroorzaken, zoals bij totale
parenterale voeding, wat kan leiden tot beschadiging van erytrocyten en ontstekingsreacties in de
vaatwand.

In de bloedsomloop oefent het bloed hydrostatische druk uit op de wanden van de bloedvaten. Dit
speelt een belangrijke rol in de microcirculatie, vooral in de capillairen, waar uitwisseling van
vloeistoffen en voedingsstoffen plaatsvindt.

In de arteriële kant van de capillairen is de hydrostatische druk hoog (~35 mmHg). Hierdoor wordt
vocht uit de capillairen naar de weefsels geperst (filtratie).
In de veneuze kant van de capillairen is de hydrostatische druk lager (~15 mmHg). Dit helpt om vocht
terug in de capillairen te trekken (reabsorptie).
De hydrostatische druk wordt tegengewerkt door de colloïd-osmotische druk, die vocht juist terug in
de capillairen trekt door de aanwezigheid van eiwitten zoals albumine.

De balans van vocht tussen bloed en weefsel wordt bepaald door:
 Hydrostatische druk – de druk die vloeistof uit de bloedvaten perst.
 Osmotische druk – veroorzaakt door opgeloste stoffen zoals plasma-eiwitten (colloïden).

De belangrijkste bijdrage aan de colloïd-osmotische druk komt van albumine, dat ongeveer 80% van
deze druk bepaalt. Albuminetekort, bijvoorbeeld door leverfalen of ondervoeding, kan leiden tot
vochtophoping in de weefsels (oedeem). In ernstige gevallen kan toediening van albumine nodig zijn
om de balans te herstellen. Albumine kan alleen toegediend worden via bloedtransfusie.

Rol van albumine en osmose
Albumine is een belangrijk plasma-eiwit dat helpt bij het vasthouden van vocht in de bloedvaten door
de colloïd-osmotische druk te behouden.
Tekort aan albumine, zoals bij nefrotisch syndroom of ondervoeding, kan leiden tot vochtophoping in
de weefsels (oedeem).

, Osmotische verschillen bepalen de richting van watertransport tussen de compartimenten.

Belang voor de klinische praktijk
De juiste keuze van infusievloeistoffen is essentieel om de osmotische balans te behouden en
complicaties te voorkomen.
Te veel of te weinig osmotische druk kan leiden tot uitdroging of vochtophoping in de weefsels.
Patiënten met hypoalbuminemie hebben een verhoogd risico op oedeem en kunnen baat hebben bij
albumine-infusie.

Water is een essentieel bestanddeel van het menselijk lichaam en vormt ongeveer 45-55% (bij
vrouwen) 55-65% (bij mannen) van het lichaamsgewicht. Het water in het lichaam is verdeeld over
verschillende compartimenten die worden gescheiden door semipermeabele membranen, waardoor
alleen bepaalde stoffen kunnen passeren.

Vloeistofcompartimenten
Het lichaam kent twee hoofdcompartimenten:
1. Intracellulair compartiment (binnen de cellen) – ongeveer 40% van het lichaamsgewicht (± 15 liter).
2. Extracellulair compartiment (buiten de cellen) – ongeveer 20% van het lichaamsgewicht (± 15 liter),
onderverdeeld in:
 Intravasculair (bloedvaten) – ± 5% (5 liter).
 Interstitieel (tussen de cellen) – ± 15% (10 liter).

De verdeling van water over deze compartimenten is dynamisch en afhankelijk van osmose en
elektrolytenbalans.

Vochtbalans en verstoringen
Vochtverlies kan optreden door zweten, diarree, braken of medicijngebruik. Op de intensive care (IC)
wordt hier extra op gelet om dehydratie of overmatige vochtophoping te voorkomen.
Negatieve vochtbalans (meer vochtverlies dan inname) kan leiden tot uitdroging.
Positieve vochtbalans (meer vochtinname dan verlies) kan zwelling (oedeem) veroorzaken
(interstitieel), doordat vocht zich ophoopt in de weefsels (intracellulair).

Om de vochtbalans te herstellen, worden vaak isotone vloeistoffen gebruikt, tenzij er sprake is van
een afwijkende toniciteit. > Een afwijkende toniciteit betekent dat de osmotische balans in het
lichaam is verstoord, wat kan leiden tot ernstige complicaties zoals hersenkrimping, hersenoedeem,
hemolyse of orgaanfalen.

Samenstelling van vloeistofcompartimenten
Lichaamsvloeistoffen bevatten opgeloste stoffen, waaronder elektrolyten zoals natrium (Na+) en
chloride (Cl-).
NaCl (keukenzout) is een belangrijke elektrolyt die in water splitst in Na+ en Cl-.
Elektrolyten zijn elektrisch geladen en beïnvloeden de waterverdeling tussen compartimenten door
osmose.
In oplossing kunnen deze ionen elektrische stroom geleiden, doordat positieve ionen (kationen) naar
de negatieve elektrode bewegen en negatieve ionen (anionen) naar de positieve elektrode.

Het monitoren van de vochtbalans is essentieel, vooral in de intensive care (IC). Patiënten kunnen
ernstige complicaties krijgen door een vochttekort, wat gecompenseerd moet worden met
infusievloeistoffen. Omgekeerd kan een vochtoverschot ontstaan door overmatige infusie, wat ook
schadelijk is. Daarom is een nauwkeurige controle van vochtinname en -uitscheiding nodig.

De vochthuishouding wordt beïnvloed door:

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
rosaliefix Hogeschool Windesheim
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
144
Member since
5 year
Number of followers
111
Documents
33
Last sold
2 months ago

3.5

14 reviews

5
4
4
5
3
1
2
2
1
2

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions