Hoofdstuk 9: zuurtegraad en levende materie
1 Amfolyten (amfotere bestandsdelen)
= bestandsdelen die zowel een zuur als basisch gedrag vertonen, kunnen gezien worden als een
mengsel van een zwak zuur en zwakke base
1.1 Alkali-hydrogeniumzouten van zwakke polyzuren
Zuren zouten van meerbasische zuren ioniseren in waterige oplossingen met vorming van anionen
die in water zowel zure als basehydrolyse kunnen ondergaan
pH = ½ (pKa+ pK’a)
voorbeeld p 1-2
2 bufferoplossingen
= mengsels die een oplossing bufferen tegen een verandering in pH
2.1 de componenten van een buffer
een bufferoplossing bestaan uit
oplossing van corresponderend bronstedzuur en bornstedbase
in hoge concentraties
waarvan de verhouding zuur/base ligt tussen : 10/1>zuur/base>1/10
2.2 werking en pH van een buffer
algemeen geldt voor een bufferoplossing de zogenaamde Henderson-Hasselbalch vergelijking
voorbeeld p12
pH = pKa + log ([corresponderende base]/[ corresponderend zuur])
2.3 controle op de bufferwerking van een bufferoplossing
voorbeeld p12-13
2.4 buffercapaciteit
bepaald door
mate waarin de oplossing gebufferd is
maat voor pH-gevoeligheid bij toevoegen van ander zuur of base
o bepaald door de concentratie aanwezig en corresponderende bonstredzuur/ base
voorbeeld p14
fysiologische buffers
hemoglobinebuffer
plasmaproteïnen
fosfaatbuffer
koolzuur-carbonaatbuffer
1 Amfolyten (amfotere bestandsdelen)
= bestandsdelen die zowel een zuur als basisch gedrag vertonen, kunnen gezien worden als een
mengsel van een zwak zuur en zwakke base
1.1 Alkali-hydrogeniumzouten van zwakke polyzuren
Zuren zouten van meerbasische zuren ioniseren in waterige oplossingen met vorming van anionen
die in water zowel zure als basehydrolyse kunnen ondergaan
pH = ½ (pKa+ pK’a)
voorbeeld p 1-2
2 bufferoplossingen
= mengsels die een oplossing bufferen tegen een verandering in pH
2.1 de componenten van een buffer
een bufferoplossing bestaan uit
oplossing van corresponderend bronstedzuur en bornstedbase
in hoge concentraties
waarvan de verhouding zuur/base ligt tussen : 10/1>zuur/base>1/10
2.2 werking en pH van een buffer
algemeen geldt voor een bufferoplossing de zogenaamde Henderson-Hasselbalch vergelijking
voorbeeld p12
pH = pKa + log ([corresponderende base]/[ corresponderend zuur])
2.3 controle op de bufferwerking van een bufferoplossing
voorbeeld p12-13
2.4 buffercapaciteit
bepaald door
mate waarin de oplossing gebufferd is
maat voor pH-gevoeligheid bij toevoegen van ander zuur of base
o bepaald door de concentratie aanwezig en corresponderende bonstredzuur/ base
voorbeeld p14
fysiologische buffers
hemoglobinebuffer
plasmaproteïnen
fosfaatbuffer
koolzuur-carbonaatbuffer