100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting OPP (uitgebreid)

Rating
-
Sold
1
Pages
59
Uploaded on
15-05-2025
Written in
2024/2025

In dit document vind je een uitgebreide samenvatting van bovenstaande hoofdstukken. Alle begrippen die achterin het hoofdstuk staan ter samenvatting komen aan bod. Er wordt ingegaan op classificatie en diagnostiek en de theorieën over ontwikkeling, waaronder de bio-ecologische systeemtheorie van Bronfenbrenner. Verder komen in ieder hoofdstuk de ontwikkeling en kenmerken van een stoornis, risico- en beschermingsfactoren, differentiaaldiagnoses, comorbiditeit en prevalentie aan bod. Ik behaalde een 8,9 voor het tentamen.

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
1, 2, 3, 5, 7, 8, 11 en 12
Uploaded on
May 15, 2025
Number of pages
59
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

1. Inleiding

Psychopathologie is de wetenschap waarin psychische stoornissen worden bestudeerd. Het
ontstaan en het beloop, de ontwikkeling, van psychische stoornissen worden onderzocht.
Ontwikkelingspsychopathologie is een benadering van meerdere inzichten gecombineerd.
Geen enkele theorie of wetenschap is in staat om een allesomvattende verklaring te geven.
Ontwikkelingspsychologie (studie van normale ontwikkeling), klinische psychologie (afwijkende
ontwikkeling), orthopedagogiek (opvoedkundige praktijk), biologie (lichamelijke rijping en
erfelijke aanleg), kinderpsychiatrie (psychiatrische stoornissen), sociologie (maatschappelijke
normen, waarden en processen), culturele antropologie (cultuur) en epidemiologie (verdeling,
aantallen, frequentie en spreiding van ziekten of stoornissen).

Sigmund Freud stelt dat 'vroeger' van invloed is op de huidige kenmerken van een persoon. De
relatie tussen vroegere ervaringen en huidige ervaringen zijn het best te begrijpen vanuit de
wisselwerking. Iemand neemt zijn vroegere ervaringen altijd mee en deze beïnvloeden hoe
diegene in het heden staat. Omgekeerd kunnen huidige ervaringen een correctie geven op die
van vroeger. De essentie van deze wisselwerking tussen vroeger en het heden is dat de
ervaringen van het verleden beïnvloeden hoe iemand zijn huidige ervaringen interpreteert en
waardeert, en dat de ervaringen uit het heden beïnvloeden hoe iemand terugkijkt op zijn
verleden. Daarmee krijgt vroeger een andere invloed, die weer bepaalt hoe huidige ervaringen
worden ervaren en gewaardeerd. Het is een eindeloze cirkel.

Ook de theorie over ontwikkelingsopgaven is een uitgangspunt om de ontwikkeling te
omschrijven. Mensen hebben in een leeftijdsfase bepaalde opgaven die zij moeten volbrengen.
Als dergelijke vaardigheden niet goed worden verworden, door lastige omstandigheden, wordt
de kans op latere problemen groter.

Benadrukken dat het gaat om ontwikkeling staat ook gelijk aan een dynamisch gezichtspunt.
Een psychische stoornis kan het ene moment meer last opleveren dan het andere. Eenzelfde
vorm van gedrag is in de ene leeftijdsfase 'normaal', volgens Nederlandse normen, waarden en
verwachtingen, maar in de andere leeftijdsfase abnormaal of onwenselijk.

Het uitgangspunt is dat kinderen en jongeren unieke individuen zijn die unieke ervaringen
meemaken. Van invloed zijn zowel kindkenmerken als het gezin en de omgeving. Verschillende
mensen kunnen hetzelfde meemaken en er toch anders mee omgaan, dat geldt ook voor
psychische stoornissen. Ook cultuur kan van invloed zijn omdat er andere normen en waarden
nageleefd worden waar iemand aan moet voldoen. De ene persoon kan een angststoornis
ontwikkelen door weinig zelfvertrouwen en het idee dat anderen je zullen uitlachen, de ander
kan angstig zijn voor het behagen van anderen door uiterlijke kenmerken.

Voor mezelf:

- Belangrijkste begrippen herhalen van betekenis
- Samenvatting maken van mijn samenvatting zodat belangrijkste punten van
normale ontwikkeling tegenover de stoornis, risico- en beschermingsfactoren,
differentiaaldiagnose, comorbiditeit, prevalentie en behandeling duidelijk zijn;

,eventueel koppelen aan elkaar om makkelijker te onthouden; in een soort
matrix/ schema naast elkaar

,2. Classificatie, diagnostiek en epidemiologie

Classificatie is niet meer of minder dan iets (een situatie, persoon of voorwerp) herkennen, er
de juiste naam aan geven en het vervolgens indelen in een categorie. Het gaat om alleen het
vaststellen van wat er aan de hand is. Je doet dit door te kijken, luisteren, proeven, ruiken,
kortom waarnemen en vervolgens interpreteren. Met behulp van classificatiesystemen worden
psychische stoornissen herkend, ingedeeld en van elkaar onderscheiden.

Met de DSM-V, Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, classificeren we
psychische stoornissen (statistisch). Uitgaande van de Amerikaanse betekenis van diagnostic,
die classificeren en indelen betekend. Belangrijk is om te beseffen dat de kenmerken,
symptomen die in DSM-V zijn beschreven een opsomming zijn van afspraken tussen
deskundigen. De symptomen zijn een beschrijving van de stoornis en niet een verklaring. Het
gaat om denken in categorieën waarbij ook rekening gehouden moet worden met comorbiditeit,
het voorkomen van meerdere stoornissen tegelijkertijd.

De Child Behavior Checklist (CBCL) zorgt voor een meer dimensionale aanpak. Het is een
vragenlijstmethode met aparte normen per leeftijdscategorie en er wordt onderscheid gemaakt
tussen jongens en meisjes. Er zijn lijsten voor de kinderen zelf, ouders en onderwijs of
verzorgers. Hiermee wordt het van meerdere kanten bekeken en vergeleken met uitkomsten
van anderen.

De CBCL kent minder bekendheid en spoort vooral veelvoorkomende psychische stoornissen
met veel symptomen goed op. DSM kent veel gesloten vragen, ja/nee, plus/min, wel of geen
misbruik, terwijl CBCL ruimer kijkt ja/soms/nee, vaak/gemiddeld/nooit, het aantal genuttigde
middelen etc.

Om verklaringen te geven voor het ontstaan van een stoornis bij een uniek kind en om de
hulpverlening op maat te maken, heb je diagnostiek nodig. Een hulpverlener zal willen
achterhalen hoe een stoornis is ontstaan en waarom die niet voorbijgaat. Het is op een meer
individueel niveau naar antwoorden zoeken om te begrijpen en daarmee te kunnen helpen. Bij
diagnose wordt gebruikgemaakt van wetenschappelijke inzichten waaronder het
biopsychosociale model en het model van risico en beschermingsfactoren. Ook zijn er drie
waarom vragen:

- Waarom heeft het kind deze klachten op dit moment gekregen en waarom niet een
halfjaar geleden? Op zoek naar recente gebeurtenissen, verandering in beschermings-
of risicofactoren die een rol spelen.
- Waarom heeft het kind juist deze problemen met deze klachten ontwikkeld en niet
andere klachten? Op zoek naar de functie van deze problemen.
- Waarom heeft dit kind psychische problemen en niet een ander lid van het gezin? Welke
positie neemt het kind in binnen het gezin? Op zoek naar welke rol de stoornis speelt
binnen het begin en wat de invloed is van het gezin op het kind.

, Verschillen tussen classificatie en diagnose:

Classificatie Diagnose
Wat (wat is er aan de hand?) Hoe (hoe is dat zo gekomen?)
Algemene kennis Specifieke kennis
Beschrijvend Verklarend
Betreft groepen Betreft een individu
Gedragskenmerken Meerdere niveaus van de persoon en context die
erbij betrokken is
Relatief snel te stellen Tijdrovend proces
Geeft enige richting aan hulpverlening Is voorwaardelijk voor hulpverlening


Er zijn vier diagnostiche methoden:

1. Diagnostisch gesprek

Het belangrijkste instrument. Het gaat om luisteren naar, vragen stellen aan en observeren
(kijken, luisteren en ruiken) van de hulpvrager. Zo kan de hulpverlener wat er verteld wordt
aanvullen met een indruk van de ouders en het kind. Vaak wordt een anamnese afgenomen:
een deel van het gesprek waarin de voorgeschiedenis van een stoornis, klacht of ziekte in beeld
wordt gebracht. Naast de geschiedenis van het probleem kan ook aandacht uitgaan naar het
systeem waarin de hulpvrager functioneert. Als degene zelf problemen toelicht noem je dat
autoanamnese of zelfanamnese, is het gebaseerd op informatie van anderen heet het
heteroanamnese. Later kan het gesprek vervolgen in een diagnostisch interview waar
gestandaardiseerde vragen worden gesteld en de hulpvragen een beperkt aantal antwoorden
kan kiezen. Bij Diagnostic Interview Schedule for Children (DISC) moet de hulpverlener
beschikken over empathische vaardigheden, cognitief en emotioneel begrijpen wat de ander
meemaakt en openstaan voor het verhaal. Daarnaast moet je weten waar je eigen normen en
waarden liggen. Empathie, acceptatie en zelfkennis zijn voorwaardelijk.

2. Observeren

Waarnemen doen we altijd. Observeren is opzettelijk, doelgericht en systematisch waarnemen.
Het kan aanvullingen geven op eerder verkregen resultaten.

3. Psychodiagnostiek

Hier gaat het om vragenlijsten, testen en beoordelingsschalen. Denk aan de CBCL, maar ook
functietesten, intelligentie testen, uitvoeringsfuncties als executieve functies testen, zelf
invullijsten en projectieve testen (omstreden).

4. Lichamelijk onderzoek

Dit mag alleen een arts. Bij kinderen kan het nodig zijn om lichamelijke oorzaken van een
probleem uit te stellen, denk aan: zindelijkheidsproblemen, doofheid, voedingsproblemen,
slaapproblemen. Kinderen die medicatie slikken worden wel gecontroleerd.
$9.06
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
carmenbissels

Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
carmenbissels Hogeschool Windesheim
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
1
Member since
7 months
Number of followers
0
Documents
5
Last sold
6 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions