Hoofdstuk 28: Monetair Beleid door de ECB
1. Regelen van een thermostaat
̶ Eurosysteem
= ECB en Nationale banken van de lidstaten van de eurozone
• Primaire doelstelling: prijsstabiliteit (onder maar zo dicht mogelijk bij 2% inflatie;
op middellange termijn)
• Daarnaast: ondersteuning economisch beleid van EU (voor zover primaire
doelstelling niet in gevaar komt)
• = ‘het monetair beleid’
̶ HOE?
• Creatie van basisgeld (M0), of vermindering van basisgeld
• Leidt tot hogere of lagere geldhoeveelheid
• Bankreserves en geldcreatie
̶ Gevolg van stijging van de geldhoeveelheid
• Economie wordt gestimuleerd (op KT is geld niet neutraal)
• MAAR! Gevaar op inflatie (Fishervergelijking en neutraliteit van geld)
• Dus: belangrijk het goed te gebruiken
Expansieve vs restrictieve maatregelen
Ec sneller laten draaien (hoge inflatie) ec trager laten draaien (lage inflatie)
Monetaire transmissiemechanismen
= “Het mechanisme waardoor het monetair beleid invloed heeft op de reële economie”
• Effecten van monetair beleid: vertraagd
o Effect op economische activiteit (op KT): 6 à 9 maanden
, o Effect op inflatie (op LT): 1 tot 2 jaar… → leidt tot inflatie
• Dus: werkt een beetje als een thermostaat om kamertemperatuur te regelen
Effect v/ aanpassen thermostaat pas later (zelfde met maatregelen ECB: effect
beleid duurt een tijdje)
• Anticiperen is belangrijk!
• Meningsverschillen tussen economen
o Milton Friedman: monetair beleid niet gebruiken om economie actief te
beïnvloeden (omdat transmissiemechanismes complex zijn)
o Meeste economen vandaag zijn het daar niet mee eens
▪ ECB: inflatie (en ook stimulering economische activiteit)
▪ Fed (VS) en Bank of England: iets minder focus op inflatie
« Official interest rates » = intresten die de centrale bank zet
« Price developments » = invloed op prijzen (inflatie)
Voorbeelden monetaire transmissiemechanismen:
1. iECB↑ → ibanken↑ → I(investeringen)↓ of C↓ → AV↓(aggregatieve vraag) → 𝜋↓ (inflatie)
2. iECB↑ → ibanken↑ → Aandelenkoersen↓ → Vermogen↓ (mensen met vermogen zullen
zich armer voelen) → C↓ → AV↓ en 𝜋 ↓
3. iECB↑ → ibanken↑ → WK€↑ → X↓ en M↑ → AV↓ en 𝜋 ↓
2. Argumenten voor onafhankelijke ECB
• Stel: politici kunnen CB beleid beïnvloeden (kijk naar Venezuela)
o Begrotingstekort? Bv. hoge inflatie 1970 niet enkel
door olieschokken, ook doordat
▪ Oplossen door geld te printen politici zich bemoeiden
▪ Monetaire financiering
o Goed voor politici aan de macht → maar: op langere termijn: inflatie
o Probleem doorschuiven naar volgende regering (interesseert huidige politici niet)
1. Regelen van een thermostaat
̶ Eurosysteem
= ECB en Nationale banken van de lidstaten van de eurozone
• Primaire doelstelling: prijsstabiliteit (onder maar zo dicht mogelijk bij 2% inflatie;
op middellange termijn)
• Daarnaast: ondersteuning economisch beleid van EU (voor zover primaire
doelstelling niet in gevaar komt)
• = ‘het monetair beleid’
̶ HOE?
• Creatie van basisgeld (M0), of vermindering van basisgeld
• Leidt tot hogere of lagere geldhoeveelheid
• Bankreserves en geldcreatie
̶ Gevolg van stijging van de geldhoeveelheid
• Economie wordt gestimuleerd (op KT is geld niet neutraal)
• MAAR! Gevaar op inflatie (Fishervergelijking en neutraliteit van geld)
• Dus: belangrijk het goed te gebruiken
Expansieve vs restrictieve maatregelen
Ec sneller laten draaien (hoge inflatie) ec trager laten draaien (lage inflatie)
Monetaire transmissiemechanismen
= “Het mechanisme waardoor het monetair beleid invloed heeft op de reële economie”
• Effecten van monetair beleid: vertraagd
o Effect op economische activiteit (op KT): 6 à 9 maanden
, o Effect op inflatie (op LT): 1 tot 2 jaar… → leidt tot inflatie
• Dus: werkt een beetje als een thermostaat om kamertemperatuur te regelen
Effect v/ aanpassen thermostaat pas later (zelfde met maatregelen ECB: effect
beleid duurt een tijdje)
• Anticiperen is belangrijk!
• Meningsverschillen tussen economen
o Milton Friedman: monetair beleid niet gebruiken om economie actief te
beïnvloeden (omdat transmissiemechanismes complex zijn)
o Meeste economen vandaag zijn het daar niet mee eens
▪ ECB: inflatie (en ook stimulering economische activiteit)
▪ Fed (VS) en Bank of England: iets minder focus op inflatie
« Official interest rates » = intresten die de centrale bank zet
« Price developments » = invloed op prijzen (inflatie)
Voorbeelden monetaire transmissiemechanismen:
1. iECB↑ → ibanken↑ → I(investeringen)↓ of C↓ → AV↓(aggregatieve vraag) → 𝜋↓ (inflatie)
2. iECB↑ → ibanken↑ → Aandelenkoersen↓ → Vermogen↓ (mensen met vermogen zullen
zich armer voelen) → C↓ → AV↓ en 𝜋 ↓
3. iECB↑ → ibanken↑ → WK€↑ → X↓ en M↑ → AV↓ en 𝜋 ↓
2. Argumenten voor onafhankelijke ECB
• Stel: politici kunnen CB beleid beïnvloeden (kijk naar Venezuela)
o Begrotingstekort? Bv. hoge inflatie 1970 niet enkel
door olieschokken, ook doordat
▪ Oplossen door geld te printen politici zich bemoeiden
▪ Monetaire financiering
o Goed voor politici aan de macht → maar: op langere termijn: inflatie
o Probleem doorschuiven naar volgende regering (interesseert huidige politici niet)