100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

10voorBiologie - Samenvatting H12 Stofwissling

Rating
2.0
(2)
Sold
6
Pages
9
Uploaded on
17-08-2020
Written in
2019/2020

10voorbiologie samenvatting stofwisseling hoofdstuk 12 assimilatie, dissimilatie, licht- en donkerreactie, fotosynthese

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Secondary school
Level
Biologie
Course
School year
6

Document information

Uploaded on
August 17, 2020
Number of pages
9
Written in
2019/2020
Type
Summary

Subjects

Content preview

Hoofdstuk 12
12.1
Levende wezens -> grootste deel water (anorganisch) en de rest organisch (combinatie
organisch en anorganisch.
Organische moleculen:
● Meestal grote moleculen
● Energierijk
● Alleen in levende of dode organismen
● Hebben altijd: C, H, O en vaak N, S en P
● Voorbeelden: koolhydraat (C, H, O), aminozuren en eiwitten (C, H, O, N en S), vetten
(C, H en O), nucleïnezuren (DNA en RNA: C, H, O, N en P), ATP en vitamines.
Anorganische moleculen:
● Kleine moleculen
● Energiearm
● In levenloze en levende dingen
● Elk element is mogelijk
● Voorbeelden: CO2, H2O, NO3, NH3-, N2 en NaCl
12.1.1
Biochemie -> onderzoek over stoffen in levende wezens. Doel is inzicht krijgen in
stofwisseling in cel. Organische stoffen (aangetroffen in organismen) reageren hetzelfde met
elkaar als met anorganische stoffen (niet levende stoffen).
12.1.2
Organische moleculen hebben een koolstofskelet. Belangrijkste:
1. Koolhydraten
2. Vetten
3. Eiwitten
4. Nucleïnezuren
Polymeren -> een lange rij van dezelfde moleculen. Houden structuren in stand.
Voorbeelden zijn:
● Cellulose in de celwanden van planten;
● Chitine in de celwanden van schimmels en het uitwendige skelet van insecten;
● Vetzuren in membranen;
● Keratine, een eiwit waaruit je haren en nagels bestaan;
● De nucleïnezuren als dragers van de erfelijke code.
12.1.3
Koolhydraten -> koolstof, en waterstof + zuurstof altijd in de verhouding 2 op 1.
Koolhydraten -> opgebouwd uit ringvormige moleculen.
Als het één ring is, is het een monosacharide. Glucose,
fructose en galactose zijn monosachariden. De
molecuulformule is C6H12O6, maar ruimtelijke bouw is
anders. Desoxyribose en ribose die deel uitmaken van
DNA en RNA, hebben 5 C-atomen.
Disacharide -> twee aan elkaar gekoppelde

, suikermoleculen. Bijv. lactose. Kan bestaan uit twee dezelfde monosacharide (maltose) of
twee verschillende (glucose + fructose).
Polysachariden -> grote
koolhydraatmoleculen uit
gekoppelde suikermoleculen.
Belangrijke koolhydraten zijn:
● Glucose, een
monosacharide; functies: brandstof voor de cel, bouwsteen van polysachariden
● Lactose, een disacharide; functie: voeding voor jonge zoogdieren, zit in
(moeder)melk
● Zetmeel, een polysacharide; functie: glucoseopslag in planten, bijvoorbeeld in wortel,
zaden en aardappel
● Glycogeen, een polysacharide; functie: glucoseopslag in dieren (in lever en spieren)
● Cellulose, een polysacharide; functie: vormt de celwand van plantencellen
12.1.4
Het aan elkaar koppelen van monosachariden gebeurt door een condensatiereactie. Bij elke
koppeling komt er H2O. Als er uit een polysacharide veel monosachariden ontstaan heet dat
hydrolysereactie, want H2O wordt gesplitst in OH+ en H+. Dit is echter bij alle organische
moleculen.
12.1.5
Lipiden zijn vetten en vetachtige stoffen. Ze bevatten C-, H-, O- en soms P-atomen. Vetten
zijn niet oplosbaar in water; ze worden apolaire stoffen genoemd (stoffen die in water
oplossen zijn polair).
Drie groepen lipiden:
● Vet: reservevoedsel, brandstof en isolatie
● Fosfolipide: bouwstof (plasmamembranen)
● Steroïde: deel van celmembraan en sommige hormonen
12.1.6
Vetmolecuul -> één glycerolmolecuul met drie
vetzuurmoleculen.
Kenmerken vetten:
● Binding glycerol en vetzuren via
condensatiereactie met ontstaan van ester
● Drie vetzuren kunnen verschillend zijn
● Bestaan meestal uit ketens van 15 of 17 C’tjes
● Verzadigde, enkelvoudig onverzadigd en
meervoudig onverzadigd. Dat komt door
dubbele binding en daardoor gaat een H’tje
ten koste.
Vorming van een vetmolecuul -> drie OH van glycerol
en H van OH en drie waterstofbruggen tussen
glycerol en vetzuren. Er komen drie watermoleculen
vrij. De vorming van vet is dus een
condensatiereactie.
$7.79
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all 2 reviews
2 year ago

4 year ago

2.0

2 reviews

5
0
4
0
3
1
2
0
1
1
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
isabella3 Vrije Universiteit Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
76
Member since
5 year
Number of followers
45
Documents
41
Last sold
11 months ago

3.7

15 reviews

5
2
4
8
3
4
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions