Hoofdstuk 3: 1. Inleiding: ouderschap en opvoeding
Opvoeding in Ouderschap: commitment van volwassen aan kind, met oog op
gezinnen welzijn van kind, dwz het is er voor altijd. Verbintenis hangt niet af
van kwaliteiten van kind en niet van omstandigheden als ouder —>
permanent, als ouder in charge. Houdt niet alleen
onvoorwaardelijke liefde in, maar ook verantwoordelijkheid is
basis
Niet rationeel. Liefde en verantwoordelijkheid gaan samen, maar
vallen niet samen
Voorbeeld:
Verschil tussen ouderschap en opvoederschap?
mishandeling
• Ouderschap is meer dan opvoeden, manier van bestaan. Ook bij
van 6 kinderen
niet opvoeden, blijf je ouder. Ouders ontlenen legitimiteit voor
door ouders. Als
bemoeienis aan commitment, hebben keuze gemaakt en zijn
ouder kan je
verantwoordelijk voor kind
situatie niet
• Anderen voeden ook op, maar verantwoordelijkheid is niet
verlaten, wel als
onvoorwaardelijk; het is beperkt in aard en tijd. Er is ook vaak
opvoeder —>
match tussen kind en opvoeder, ze krijgen legitimiteit,
hoe kan je de
bevoegdheden en autoriteit ven derden gedelegeerd
ouders dan
Het lukken en goed doen is het belangrijkst, voelen ook
ondersteunen
beperkingen en onmogelijkheden. Gaat om uitproberen, vallen en
om dit te
opstaan
vermijden?
Ouderschap gaat om conflicting claims, conflicten uit eigen
behoeften en behoeften van kind, als ouder moet je er permanent
mee omgaan. Soms gaat het verkeerd en sommigen doen het
Kan altijd uit verkeerd. Onderkenning en afstemming van eigen behoeften en die
balans van kind is belangrijk
geraken. Heeft Ouderschap is belonend, deugddoend en verrijkend, is ook
te maken met ingewikkeld om goed te zijn
context. OB België: 100 000 kinderen jaarlijks mishandeld en verwaarloosd.
zoekt Meeste ouders doen het goed, gaan ervan uit dat ouders het fixen
evenwicht en gaan ervan uit dat alleen kneuzen, risico-ouders, losers… steun
(Bakker) nodig hebben, maar alle ouders zijn risico-ouders
Examen: stel je ziet tekenen van mishandeling, je merkt bv. Dat ze
stinken en onder de plas zitten, wat zou je als OB in het gezin
kunnen betekenen? Waar zou je aan werken?
—> thema welbevinden, dit thema (vaardigheden), hoofdstuk 10
(methodes) en balansmodel van Bakker
, Opvoeden is transactioneel proces. Hermanns: een zich
zelfsturend proces, dat dankzij aanwezigheid van beschermende
en protectieve factoren, onder uiteenlopende omstandigheden
blijft functioneren. Onder druk van factoren kan dit ontregeld
geraken en factoren kunnen een rol spelen
Opvoedingsrelatie en contextfactoren binnen
opvoedingsondersteuning nemen belangrijke positie in.
Hermanns: gerichtheid van opvoedingsondersteuning op
opvoedingswaarden.
Opvoedingsondersteuning richt zich op:
• Opnieuw in evenwicht brengen van risico- en protectieve
factoren
• Minimaliseren van risicosituaties en stressfactoren en
optimaliseren en ontwikkelen van protectieve en
ondersteunende factoren. Hebben betrekking op niveaus
waarbij aan factoren gewerkt worden
3 actoren die betrokken worden bij opvoedingsondersteuning:
Niet definiëren,
kinderen, ouders en context**
maar
aanpakken
Ouder: beleving, kennis,
vaardigheden en
opvoedingsgeschiedenis
Omgeving: Kind: temperament,
kinderopvang, lichamelijke
speelmogelijkheden eigenschappen en
, buurtklimaat en capaciteiten
opvoedingssteun
, ** 1. IVRK, kind jonger dan 18. Kind geboren met karakter, kind
gaat door persoonlijkheidskenmerken uniek reageren. Reacties op
hun beurt invloed op persoonlijkheidskenmerken van kind
2. Opvoeder: natuurlijke persoon die titularis van ouderlijk gezag
of wettelijke vertegenwoordiger. Opvoeder moet tijdloos en
onvoorwaardelijk besef van verantwoordelijkheid hebben voor
kind —> ouderrol kan opgenomen worden door ouder, stiefouders,
grootouders, leerkrachten, opvoeders, verzorgers… Opvoeder
heeft persoonlijkheid, met persoonlijkheidskenmerken op gebied
van cognitie, affectiviteit, conativiteit, lichamelijke conditie,
gedrag en temperament
3. Omgeving is belangrijke beïnvloedende factor binnen
opvoedproces. Ieder mens is verweven in netwerk van relaties,
wordt omschreven als aspecten die met sociale context te maken
hebben, omstandigheden, condities en objecten waardoor individu
omringd is. Culturele condities en materiële omstandigheden
toevoegen. Contextfactoren in gezin, directe context en
samenleving. Transactionele model als basis voor het kijken naar
opvoeding en gezin
Hermanns: opvoedingsondersteuning gericht op opvoeders en
opvoedingscontext met oog op verbeteren van opvoedingssituatie
van kinderen, opvoedingsondersteuning is niet altijd gericht op
ontwikkeling van kind. Opvoedingsondersteuning is werken aan
opvoedingswaarden. Opvoedinsgvragen = vertrekpunt en betreft
opvoedingsrelatie waarbinnen zowel de betekenis van kinderlijk
gedrag, opvoedingsaanpak als wisselwerking tussen beide aan
orde zijn
Opvoedingsondersteuning gaat in op opvoedingsvragen, focus op
opvoedingsrelatie en waardoor kind tegelijkertijd aanwezig gesteld
moet worden. Taak opvoedingsondersteuner: waken dat kind als
mens tot zijn recht kan komen = perspectief van kind ingebracht
worden door begeleider