Gericht op de rol van de vroedvrouw binnen het gezin,
waarbij vrouwen en hun families worden begeleidt
tijdens de zwangerschap, bevalling en
postpartumperiode.
VROEDVROUW IN HET GEZIN
DEEL: VOEDING
samenvatting van Hanne Smits
, les 1
stofwisseling (metabolisme) en energie
• anabolisme: opbouw van stoffen
• katabolisme: afbraak van stoffen
• ATP = adenosinetrifosfaat, de belangrijkste energiedrager in de cellen
• bij anabolisme is er energie (ATP) nodig → bij katabolisme komt er energie (ATP) vrij
• nutriëntenpool uit voeding (organische moleculen)
→ functie: onderhoud & herstel van lichaamsmoleculen, groei en reserves opbouwen (bv. vetweefsel,
glycogeen,…)
• energie is nodig voor:
- stofwisseling in rust
→ basaal metabolisme bij normale lichaamstemperatuur
- in stand houden van lichaamsfuncties (bv. temperatuur, hartslag, ademhaling,…)
- vertering
- beweging
• energie is afhankelijk van:
- leeftijd
- geslacht
- lengte
- gewicht
- …
• totale energiebehoefte = basaal metabolisme (ongeveer 2/3) + energie voor arbeid
→ gemiddeld vrouwen: 2000 kcal/dag
→ gemiddeld mannen: 2500 kcal/dag
macronutriënten
• ideale verhouding volwassene (van totale energiebehoefte)
- +/- 10% energie eiwitten
- max. 30 – 35% energie vetten
- min. 50 – 55% energie koolhydraten
1) koolhydraten
• energie: 4 kcal/gram
• = suikers, zetmeel en voedingsvezels
• van nature aanwezig vs toegevoegd (‘vrije’ suikers)
• ongeveer 250 à 300 g koolhydraten per dag
• enkelvoudig vs meervoudig: naar gelang het aantal glucosemoleculen of ketens
- enkelvoudige koolhydraten (bv. fruit, zuivel, honing, vruchtensap,…)
→ monosachariden (glucose, fructose, galactose)
→ disachariden (sacharose, lactose, maltose)
→ toegevoegde suikers zijn altijd enkelvoudige koolhydraten
- meervoudige koolhydraten (bv. volkore pasta, rijst, peulvruchten,…)
→ oligosachariden: 2 – 9 moleculen (maltodextrine, oligo-fructose, raffinose)
→ polysachariden: >9 moleculen (zetmeel, amylopectine, voedingsvezels, glycogeen)
waarbij vrouwen en hun families worden begeleidt
tijdens de zwangerschap, bevalling en
postpartumperiode.
VROEDVROUW IN HET GEZIN
DEEL: VOEDING
samenvatting van Hanne Smits
, les 1
stofwisseling (metabolisme) en energie
• anabolisme: opbouw van stoffen
• katabolisme: afbraak van stoffen
• ATP = adenosinetrifosfaat, de belangrijkste energiedrager in de cellen
• bij anabolisme is er energie (ATP) nodig → bij katabolisme komt er energie (ATP) vrij
• nutriëntenpool uit voeding (organische moleculen)
→ functie: onderhoud & herstel van lichaamsmoleculen, groei en reserves opbouwen (bv. vetweefsel,
glycogeen,…)
• energie is nodig voor:
- stofwisseling in rust
→ basaal metabolisme bij normale lichaamstemperatuur
- in stand houden van lichaamsfuncties (bv. temperatuur, hartslag, ademhaling,…)
- vertering
- beweging
• energie is afhankelijk van:
- leeftijd
- geslacht
- lengte
- gewicht
- …
• totale energiebehoefte = basaal metabolisme (ongeveer 2/3) + energie voor arbeid
→ gemiddeld vrouwen: 2000 kcal/dag
→ gemiddeld mannen: 2500 kcal/dag
macronutriënten
• ideale verhouding volwassene (van totale energiebehoefte)
- +/- 10% energie eiwitten
- max. 30 – 35% energie vetten
- min. 50 – 55% energie koolhydraten
1) koolhydraten
• energie: 4 kcal/gram
• = suikers, zetmeel en voedingsvezels
• van nature aanwezig vs toegevoegd (‘vrije’ suikers)
• ongeveer 250 à 300 g koolhydraten per dag
• enkelvoudig vs meervoudig: naar gelang het aantal glucosemoleculen of ketens
- enkelvoudige koolhydraten (bv. fruit, zuivel, honing, vruchtensap,…)
→ monosachariden (glucose, fructose, galactose)
→ disachariden (sacharose, lactose, maltose)
→ toegevoegde suikers zijn altijd enkelvoudige koolhydraten
- meervoudige koolhydraten (bv. volkore pasta, rijst, peulvruchten,…)
→ oligosachariden: 2 – 9 moleculen (maltodextrine, oligo-fructose, raffinose)
→ polysachariden: >9 moleculen (zetmeel, amylopectine, voedingsvezels, glycogeen)