perspectieven
Inhoudsopgave
Samenvatting – Inleiding in de sociologie: perspectieven......................................1
Theoretische perspectieven................................................................................... 3
In het algemeen.................................................................................................. 3
Symbolisch interactionisme (De samenleving van betekenisgevende
individuen)....................................................................................................... 3
Rationele keuze theorie (De samenleving van calculerende individuen)\........3
Functionalisme (De samenleving als een functioneel geheel)..........................5
Conflictbenadering (De samenleving als strijdtoneel)......................................6
Socialisatie.......................................................................................................... 7
Symbolisch interactionisme............................................................................. 7
Functionalisme................................................................................................. 9
Conflictbenadering........................................................................................... 9
Deviantie........................................................................................................... 10
Symbolisch interactionisme........................................................................... 10
Rationele keuze benadering...........................................................................11
Structureel-functionalisme............................................................................. 11
Conflictbenadering......................................................................................... 13
Stratificatie........................................................................................................ 14
Symbolisch interactionisme........................................................................... 14
Rationele keuze benadering...........................................................................14
Functionalisme............................................................................................... 15
Conflictbenadering......................................................................................... 16
Discriminatie..................................................................................................... 17
Symbolisch interactionisme........................................................................... 17
Functionalisme............................................................................................... 18
Conflictbenadering......................................................................................... 18
Genderstratificatie............................................................................................. 20
Symbolisch interactionisme........................................................................... 20
Functionalisme............................................................................................... 20
Conflictbenadering......................................................................................... 20
Religie............................................................................................................... 21
Symbolisch interactionisme........................................................................... 21
, Rationele keuze benadering...........................................................................22
Functionalisme............................................................................................... 22
Conflictbenadering......................................................................................... 23
Gezondheidszorg............................................................................................... 24
Symbolisch interactionisme........................................................................... 24
Functionalisme............................................................................................... 24
Conflictbenadering......................................................................................... 25
,Theoretische perspectieven
Sociologisch perspectief = een basisbeeld berustend op bepaalde aannames
(assumpties) van de samenleving, dat het sociologisch denken en onderzoek
richting geeft.
Synoniemen: paradigma, benadering
In het algemeen
Symbolisch interactionisme (De samenleving van
betekenisgevende individuen)
Centraal uitgangspunt
Mensen reageren niet direct op elkaars gedragingen, maar op de bedoeling die ze
er achter vermoeden. De sociale werkelijkheid wordt gemaakt door het handelen
van mensen op basis van hun interpretaties, die in interacties tot stand komen.
Kernbegrippen
Betekenisgeving, handelen, interacties
Focus
Micro-niveau
Drie premissen symbolisch interactionisme
Betekenis cruciaal
Betekenissen ontstaan in sociale interactieprocessen
Betekenissen onderdeel van interpretatief proces
Centrale vraag
Hoe zijn sociale verschijnselen te begrijpen vanuit processen van
betekenisverlening in de alledaagse interacties tussen mensen?
Sleutelsociologen: Max Weber over Verstehen. In de 20ste eeuw geïntegreerd in
invloedrijk sociologisch perspectief, met als sleutelfiguren Cooley, Mead en
Blumer.
Kritiek op symbolisch interactionisme
Nadruk op specifieke situaties kan theorievorming bemoeilijken
Blinde vlek voor sociale ongelijkheid en machtsverschillen
o Door focus op micro-niveau
Blinde vlek voor grotere economische, culturele en sociale contexten
o Wel in algemenere interpretatieve benaderingen
Rationele keuze theorie (De samenleving van calculerende
individuen)\
Centraal uitgangspunt
, De samenleving bestaat uit rationele individuen die uit eigenbelang handelen,
waarbij ze kosten en baten afwegen.
Veronderstelling: de samenleving wordt bijeengehouden door individuen die
handelen op basis van eigenbelang
Kernbegrippen
Homo economicus, nutsmaximalisatie, markten
Focus
Micro-niveau
Prikkels (incentives) brengen voor- of nadeel
Economische prikkels
o Boetes, beloningen
Sociale prikkels
o Toe- of afname status
Morele prikkels
o Ideeën goed en kwaad
Centrale vragen
Leidt rationeel handelen van calculerende individuen tot collectief welzijn?
Hoe kunnen sociale verschijnselen worden verklaard uit individuele
afwegingen van kosten en baten?