Inhoud
Inleiding.......................................................................................................................................1
Betoog..........................................................................................................................................1
Samen beslissen...........................................................................................................................4
Literatuurlijst................................................................................................................................5
Bijlagen........................................................................................................................................8
Bijlage 1: Interview verloskundige...........................................................................................8
Bijlage 2: Interview ervaringsdeskundige................................................................................9
Bijlage 3: Beoordeling literatuur............................................................................................10
Beoordeling artikel.................................................................................................................10
Beoordeling richtlijn:..............................................................................................................13
Argumentatieschema.................................................................................................................16
Inleiding
Voor u ligt het betoog over borstvoeding. Borstvoeding is al een eeuwenoud concept. Elke
vrouw die moeder wordt, heeft er mee te maken of ze er nu voor kiest om te geven of niet.
Voor Mariëlle leek borstvoeding tijdens haar zwangerschap een vanzelfsprekende keuze.
Maar nu Dylan geboren is, merkt ze dat de praktijk soms anders voelt dan de theorie. Twijfel
slaat toe: wordt het borstvoeding of toch flesvoeding (1)? Dit vraagstuk wordt uitgewerkt
door middel van een betoog en de methode samen beslissen.
Betoog
Een vraag die elke aanstaande ouder zich wel afvraagt: "Hoe gaan wij onze baby voeden?".
Deze keuze raakt niet alleen het welzijn van de baby, maar ook dat van de moeder. Het gaat
om meer dan alleen voeding; het bepaalt de basis voor de emotionele band tussen ouder en
kind, het dagelijkse ritme en de lange termijn gezondheid van beiden.
De stelling die ik aanneem in dit betoog is: 'Borstvoeding is de beste manier van voeden, voor
zowel moeder als kind'.
Borstvoeding biedt vergeleken met kunstvoeding de optimale ondersteuning voor de
gezondheid van zowel moeder als kind. Hoe langer er borstvoeding wordt gegeven, hoe
,groter de positieve effecten zijn voor beiden (2). Voor baby's vermindert borstvoeding het
risico op infecties, onder andere luchtweg- en maagdarminfecties en oorontstekingen. (3).
Bovendien is moedermelk perfect afgestemd op de behoeften van de baby en past het zich
aan naarmate de behoeften van de baby veranderen (4). Daarnaast bevat moedermelk
essentiële stoffen die het immuunsysteem versterken en beschermen tegen
ziekteverwekkers (5).
Voor de moeder draagt borstvoeding bij aan een vlotter herstel na de bevalling. Er zijn
aanwijzingen dat het geven van borstvoeding, vooral voor langere tijd, de kans vermindert op
borst- en eierstokkanker. Ook helpt borstvoeding bij het sneller terugkeren naar het
oorspronkelijke lichaamsgewicht na de zwangerschap (5).
Tijdens het geven van borstvoeding komt het hormoon oxytocine vrij; dit versterkt de
verbondenheid tussen moeder en baby. Oxytocine zorgt niet alleen voor ontspanning bij de
moeder, maar het speelt ook een belangrijke rol in het bevorderen van een sterke hechting
tussen moeder en kind (6). Daarnaast stimuleert huid-op-huidcontact volgens verloskundige
E. Merkus tijdens het voeden niet alleen de melkproductie, maar het versterkt ook het
vertrouwen en de band tussen moeder en baby. Hoewel praktische omstandigheden zoals
werk uiteindelijk kunnen leiden tot het overstappen op kunstvoeding, wordt het geven van
borstvoeding aanschouwd als een intiem en waardevol onderdeel van de eerste maanden
met de baby, volgens de geïnterviewde moeder.
Baby's die borstvoeding krijgen, hebben een kleinere kans op wiegendood. Hoewel de
precieze oorzaak nog onduidelijk is, zijn er een aantal factoren die er mogelijk mee te maken
hebben, namelijk: antistoffen in de moedermelk, sterkere mond- en kaakspieren door het
zuigen, beter ontwikkelde nekspieren en de baby's slapen minder diep en worden sneller
wakker, ook als ze even moeite hebben met ademhalen (7). Het advies is om minimaal twee
maanden borstvoeding te geven, aangezien dit kans op wiegendood aanzienlijk vermindert.
Hoe langer de baby borstvoeding krijgt, des te groter is de bescherming (8). Zelfs bij kortere
periodes van borstvoeding is er een positief effect. Er
is aangetoond dat zowel gedeeltelijke als exclusieve borstvoeding geassocieerd wordt met
een lager percentage wiegendood (9).
Het voeden van de baby is een moment om te hechten met de baby; daarom is het ook voor
de partner een belangrijk moment. In tegenstelling tot borstvoeding kan de partner helpen
met het voeden van de baby als er kunstvoeding gegeven wordt. Dit bevordert de hechting
tussen de partner en de baby en biedt de moeder de mogelijkheid om te rusten. Daarnaast is
kunstvoeding ook praktisch wanneer de moeder weer aan het werk gaat, omdat anderen dan
de voedingen eenvoudig kunnen overnemen. Een bijkomend voordeel van kunstvoeding is
dat de moeder alles kan eten en drinken en haar medicijnen kan innemen zonder risico voor
de baby (10). Bovendien is het gemakkelijk om bij te houden hoeveel de baby precies drinkt
bij het geven van flesvoeding.
, Toch biedt het onderzoek van Panahi et al. (11) andere inzichten. Het onderzoek benadrukt
de cruciale rol van partners bij het ondersteunen van borstvoeding en hoe hun
betrokkenheid exclusieve borstvoeding kan verbeteren. Partners kunnen door educatie en
ondersteuning effectief bijdragen aan het geven van borstvoeding. In plaats van flesvoeding
als oplossing gebruiken om de moeder te ontlasten, kan de partner andere taken overnemen
en een omgeving creëren die borstvoeding bevordert. De vader kan hechten met de baby op
andere momenten dan de voeding. Daarnaast gelden er speciale regels voor moeders die
weer aan het werk gaan om borstvoeding te geven en kolven mogelijk te maken (12).
Het geven van borstvoeding gaat dag en nacht door, dat kost veel energie. Daarbij heeft het
lichaam van een moeder die borstvoeding geeft een verhoogde caloriebehoefte: gemiddeld
zijn er dagelijks zo'n 500 extra calorieën nodig om de melkproductie op peil te houden (13).
Het produceren van moedermelk vraagt veel van het lichaam, wat extra vermoeidheid kan
veroorzaken (14). Naast fysieke inspanning van borstvoeding en het slaapgebrek ervaren
moeders na de bevalling hormonale veranderingen, die ook een rol spelen in het ontstaan
van vermoeidheid (15).
Maar ongeacht hoe de moeder kiest haar baby te voeden, zal ze vermoeid zijn. De baby heeft
de hele dag door voeding nodig, ongeacht of het fles- of borstvoeding is. Beide
voedingsmethoden vereisen dat een moeder dag en nacht beschikbaar is om haar baby te
voeden. Bovendien kan flesvoeding juist extra inspanning vereisen, zoals het klaarmaken,
opwarmen en schoonmaken van flesjes, wat ook tijd en energie kost en weer een nieuwe
belasting vormt voor de moeder.
Er zijn verschillende redenen waarom borstvoeding niet wil lukken. Deze redenen kunnen
met lichamelijke, maar ook met emotionele factoren te maken hebben. Het kan bijvoorbeeld
voorkomen dat er problemen zijn met de borsten; zo kunnen de tepels pijn doen of er
kunnen blaren ontwikkelen door schuring. Ook borstontsteking is een veelvoorkomend
probleem. Problemen met de melkproductie kan ook een belemmering zijn om borstvoeding
te geven. Daarnaast kunnen er psychische factoren een rol spelen. Sommige vrouwen
ervaren ongemak of stress bij het geven van borstvoeding, soms door ervaringen uit het
verleden, maar het kan ook zo zijn dat er geen onderliggende oorzaak is. Daarnaast kunnen
er ook problemen zijn bij de baby, zo kan het zijn dat de baby de borstvoeding weigert of te
prematuur geboren is om borstvoeding te krijgen. Het kan ook zo zijn dat er
gezondheidsproblemen zijn waardoor de baby niet goed aanhapt (16).
Hoewel borstvoeding gepaard kan gaan met veel uitdagingen, zijn er vaak oplossingen
beschikbaar. Met de juiste ondersteuning en hulpmiddelen kunnen veel van deze uitdagingen
worden overwonnen. Zo kunnen verschillende voedingshoudingen of het gebruik van een
tepelhoedje een groot verschil maken in het voeden, zegt de geïnterviewde moeder.
Daarnaast zijn er specialisten beschikbaar die persoonlijk naar de problemen van de moeder
kunnen kijken en haar kunnen helpen om borstvoeding mogelijk te maken, volgens
verloskundige E. Merkus. Het mislukken van borstvoeding is meestal geen kwestie van
onoverkomelijke problemen, maar van een gebrek aan informatie, hulp en maatwerk.
Inleiding.......................................................................................................................................1
Betoog..........................................................................................................................................1
Samen beslissen...........................................................................................................................4
Literatuurlijst................................................................................................................................5
Bijlagen........................................................................................................................................8
Bijlage 1: Interview verloskundige...........................................................................................8
Bijlage 2: Interview ervaringsdeskundige................................................................................9
Bijlage 3: Beoordeling literatuur............................................................................................10
Beoordeling artikel.................................................................................................................10
Beoordeling richtlijn:..............................................................................................................13
Argumentatieschema.................................................................................................................16
Inleiding
Voor u ligt het betoog over borstvoeding. Borstvoeding is al een eeuwenoud concept. Elke
vrouw die moeder wordt, heeft er mee te maken of ze er nu voor kiest om te geven of niet.
Voor Mariëlle leek borstvoeding tijdens haar zwangerschap een vanzelfsprekende keuze.
Maar nu Dylan geboren is, merkt ze dat de praktijk soms anders voelt dan de theorie. Twijfel
slaat toe: wordt het borstvoeding of toch flesvoeding (1)? Dit vraagstuk wordt uitgewerkt
door middel van een betoog en de methode samen beslissen.
Betoog
Een vraag die elke aanstaande ouder zich wel afvraagt: "Hoe gaan wij onze baby voeden?".
Deze keuze raakt niet alleen het welzijn van de baby, maar ook dat van de moeder. Het gaat
om meer dan alleen voeding; het bepaalt de basis voor de emotionele band tussen ouder en
kind, het dagelijkse ritme en de lange termijn gezondheid van beiden.
De stelling die ik aanneem in dit betoog is: 'Borstvoeding is de beste manier van voeden, voor
zowel moeder als kind'.
Borstvoeding biedt vergeleken met kunstvoeding de optimale ondersteuning voor de
gezondheid van zowel moeder als kind. Hoe langer er borstvoeding wordt gegeven, hoe
,groter de positieve effecten zijn voor beiden (2). Voor baby's vermindert borstvoeding het
risico op infecties, onder andere luchtweg- en maagdarminfecties en oorontstekingen. (3).
Bovendien is moedermelk perfect afgestemd op de behoeften van de baby en past het zich
aan naarmate de behoeften van de baby veranderen (4). Daarnaast bevat moedermelk
essentiële stoffen die het immuunsysteem versterken en beschermen tegen
ziekteverwekkers (5).
Voor de moeder draagt borstvoeding bij aan een vlotter herstel na de bevalling. Er zijn
aanwijzingen dat het geven van borstvoeding, vooral voor langere tijd, de kans vermindert op
borst- en eierstokkanker. Ook helpt borstvoeding bij het sneller terugkeren naar het
oorspronkelijke lichaamsgewicht na de zwangerschap (5).
Tijdens het geven van borstvoeding komt het hormoon oxytocine vrij; dit versterkt de
verbondenheid tussen moeder en baby. Oxytocine zorgt niet alleen voor ontspanning bij de
moeder, maar het speelt ook een belangrijke rol in het bevorderen van een sterke hechting
tussen moeder en kind (6). Daarnaast stimuleert huid-op-huidcontact volgens verloskundige
E. Merkus tijdens het voeden niet alleen de melkproductie, maar het versterkt ook het
vertrouwen en de band tussen moeder en baby. Hoewel praktische omstandigheden zoals
werk uiteindelijk kunnen leiden tot het overstappen op kunstvoeding, wordt het geven van
borstvoeding aanschouwd als een intiem en waardevol onderdeel van de eerste maanden
met de baby, volgens de geïnterviewde moeder.
Baby's die borstvoeding krijgen, hebben een kleinere kans op wiegendood. Hoewel de
precieze oorzaak nog onduidelijk is, zijn er een aantal factoren die er mogelijk mee te maken
hebben, namelijk: antistoffen in de moedermelk, sterkere mond- en kaakspieren door het
zuigen, beter ontwikkelde nekspieren en de baby's slapen minder diep en worden sneller
wakker, ook als ze even moeite hebben met ademhalen (7). Het advies is om minimaal twee
maanden borstvoeding te geven, aangezien dit kans op wiegendood aanzienlijk vermindert.
Hoe langer de baby borstvoeding krijgt, des te groter is de bescherming (8). Zelfs bij kortere
periodes van borstvoeding is er een positief effect. Er
is aangetoond dat zowel gedeeltelijke als exclusieve borstvoeding geassocieerd wordt met
een lager percentage wiegendood (9).
Het voeden van de baby is een moment om te hechten met de baby; daarom is het ook voor
de partner een belangrijk moment. In tegenstelling tot borstvoeding kan de partner helpen
met het voeden van de baby als er kunstvoeding gegeven wordt. Dit bevordert de hechting
tussen de partner en de baby en biedt de moeder de mogelijkheid om te rusten. Daarnaast is
kunstvoeding ook praktisch wanneer de moeder weer aan het werk gaat, omdat anderen dan
de voedingen eenvoudig kunnen overnemen. Een bijkomend voordeel van kunstvoeding is
dat de moeder alles kan eten en drinken en haar medicijnen kan innemen zonder risico voor
de baby (10). Bovendien is het gemakkelijk om bij te houden hoeveel de baby precies drinkt
bij het geven van flesvoeding.
, Toch biedt het onderzoek van Panahi et al. (11) andere inzichten. Het onderzoek benadrukt
de cruciale rol van partners bij het ondersteunen van borstvoeding en hoe hun
betrokkenheid exclusieve borstvoeding kan verbeteren. Partners kunnen door educatie en
ondersteuning effectief bijdragen aan het geven van borstvoeding. In plaats van flesvoeding
als oplossing gebruiken om de moeder te ontlasten, kan de partner andere taken overnemen
en een omgeving creëren die borstvoeding bevordert. De vader kan hechten met de baby op
andere momenten dan de voeding. Daarnaast gelden er speciale regels voor moeders die
weer aan het werk gaan om borstvoeding te geven en kolven mogelijk te maken (12).
Het geven van borstvoeding gaat dag en nacht door, dat kost veel energie. Daarbij heeft het
lichaam van een moeder die borstvoeding geeft een verhoogde caloriebehoefte: gemiddeld
zijn er dagelijks zo'n 500 extra calorieën nodig om de melkproductie op peil te houden (13).
Het produceren van moedermelk vraagt veel van het lichaam, wat extra vermoeidheid kan
veroorzaken (14). Naast fysieke inspanning van borstvoeding en het slaapgebrek ervaren
moeders na de bevalling hormonale veranderingen, die ook een rol spelen in het ontstaan
van vermoeidheid (15).
Maar ongeacht hoe de moeder kiest haar baby te voeden, zal ze vermoeid zijn. De baby heeft
de hele dag door voeding nodig, ongeacht of het fles- of borstvoeding is. Beide
voedingsmethoden vereisen dat een moeder dag en nacht beschikbaar is om haar baby te
voeden. Bovendien kan flesvoeding juist extra inspanning vereisen, zoals het klaarmaken,
opwarmen en schoonmaken van flesjes, wat ook tijd en energie kost en weer een nieuwe
belasting vormt voor de moeder.
Er zijn verschillende redenen waarom borstvoeding niet wil lukken. Deze redenen kunnen
met lichamelijke, maar ook met emotionele factoren te maken hebben. Het kan bijvoorbeeld
voorkomen dat er problemen zijn met de borsten; zo kunnen de tepels pijn doen of er
kunnen blaren ontwikkelen door schuring. Ook borstontsteking is een veelvoorkomend
probleem. Problemen met de melkproductie kan ook een belemmering zijn om borstvoeding
te geven. Daarnaast kunnen er psychische factoren een rol spelen. Sommige vrouwen
ervaren ongemak of stress bij het geven van borstvoeding, soms door ervaringen uit het
verleden, maar het kan ook zo zijn dat er geen onderliggende oorzaak is. Daarnaast kunnen
er ook problemen zijn bij de baby, zo kan het zijn dat de baby de borstvoeding weigert of te
prematuur geboren is om borstvoeding te krijgen. Het kan ook zo zijn dat er
gezondheidsproblemen zijn waardoor de baby niet goed aanhapt (16).
Hoewel borstvoeding gepaard kan gaan met veel uitdagingen, zijn er vaak oplossingen
beschikbaar. Met de juiste ondersteuning en hulpmiddelen kunnen veel van deze uitdagingen
worden overwonnen. Zo kunnen verschillende voedingshoudingen of het gebruik van een
tepelhoedje een groot verschil maken in het voeden, zegt de geïnterviewde moeder.
Daarnaast zijn er specialisten beschikbaar die persoonlijk naar de problemen van de moeder
kunnen kijken en haar kunnen helpen om borstvoeding mogelijk te maken, volgens
verloskundige E. Merkus. Het mislukken van borstvoeding is meestal geen kwestie van
onoverkomelijke problemen, maar van een gebrek aan informatie, hulp en maatwerk.
