SAMENVATTING SONOMETRIE
- 20%: Permanente evaluatie:
- Examen:
o 30%: Mondeling
o 50%: Schriftelijk/oefeningen
o (Je krijgt formularium)
Situering
- Sonometrie binnen de opleiding
Akoestiek → psycho-akoestiek → sonometrie → geluidsbeheer → stage geluidsbeheer
- Focus van dit opleidingsonderdeel
o Geluidsmetingen (sonometrie)
o Geluidsomgeving beoordelen – vooropgestelde criteria (Schadelijk? Hinderlijk?
Aanvaardbaar?)
o Geluidsomgeving (mee) beheren (problemen in kaart brengen, preventie, sensibilisering)
HOOFDSTUK 1 – SITUERING SONOMETRIE EN
GELUIDSBEHEER
1. SONOMETRIE
Sonos = geluid
Meten van geluidssterkte
Metrie = meten
A. GELUID EN LAWAAI
I. GELUID
(Te) lange blootstelling aan sterke geluiden → onherstelbare gehoorschade, vb.
- Noise induced hearing loss (NIHL) → GV (hypoacusis) t.g.v. lawaai, uit zich in …
o Tijdelijke verhoging gehoordrempel (TTS, Temporary Threshold Shift)
o Of permanente verschuiving gehoordrempel (PTS, Permanent Threshold Shift)
- Hyperacusis
- Tinnitus
→ Invloed op algemene gezondheidstoestand + kan leiden tot psychosomatische klachten (vb. ↑ bloeddruk)
II. LAWAAI
Vanaf geluid als hinderlijk/schadelijk wordt ervaren → lawaai
- Voorbeelden
o Alarmsignaal: monotonaal, hoogfrequent, repetitief (hinderlijk)
o Achtergrondlawaai i.f.v. spraakverstaan (hinderlijk)
o Bijwonen van te luid concert (schadelijk)
o Te lange aanwezigheid in luide industriële omgeving (beide)
1
, o Auditieve alarmsystemen (beide)
Probleem definitie lawaai
- Subjectieve interpretatie v/h geluid aan basis van negatieve perceptie
- Hangt af van
o Geluidssterkte
o Frequentie-samenstelling
o Tijdsverloop
o (Verstoorde) activiteit
o Verwachting, appreciatie, controle
o …
- Vb. appreciatie:
o Muziek festival als festivalganger ↔ buurtbewoner
o Vliegtuigen overdag ↔ ’s nachts
o Geluid van andere kinderen ↔ je eigen kind
o Muziek van kotgenoot dat je niet leuk vindt ↔ wel leuk vindt
- Vb. aandacht
o Windmolen: doet akoestisch niet veel, maar valt op + lelijk → mensen storen zich
A. SONOMETRIE
= Acoustic Noise Measurement
- Bij tegengaan van geluidsoverlast → nood aan relevante (psycho-)akoestische grootheden die geluid
zowel op kwantitatieve (objectief) als kwalitatieve wijze (subjectief) als lawaai kunnen beschrijven →
tak van geluidsleer die dit probleem aanpakt = sonometrie
- Doel sonometrie:
o Voorzien in objectieve fysische geluidsmetingen
o Die vergeleken kunnen worden met vooropgestelde criteria
o Aanvaardbaarheid geluidsomgeving kunnen beoordelen
2. GELUIDSBEHEER
- Doel geluidsbeheer: a.d.h.v. meetresultaten uit sono maatschappij bewuster leren omgaan met geluid
- Wetgeving + regelgeving
- Preventie
- Sensibilisering
Naverwerking : Zelftoets – Leerpad 1
A. VOORBEELDEN WAARBIJ JE AANDACHTIG MOET ZIJN ALS AUDIOLOOG
I. SONOMETER
→ 35 dB is al een heel rustige plek
→ Is niet wat we verwachten in deze omgeving
Vragen die we onszelf kunnen stellen
2
, - Is de sonometer opgeladen?
- Is de kalibratie juist?
= Kijken of het toestel meet wat het moet meten
II. LIFT
→Totale geluidsniveau dat werd gemeten = 171 dB
→Is boven onze pijngrens, dus klopt niet!
100 – 110 – 120
Spectrum
HOOFDSTUK 2 – DEEL 1 – GELUIDSSTERKTE
Leerdoelen
- Basisconcepten geluidsgolven (herhaling)
- Uitdrukkingen voor bronvermogen, intensiteit en geluidsdruk
- Geluidsniveau + bronniveau in dB
- Voortplanting van geluid: effect van verdunning + absorptie
- Niet-coherente geluidsbronnen: optellen van + verschil berekenen tss geluidsniveaus van ≠
geluidsbronnen
- Parameters met betrekking tot golfvorm
- Geometrie van geluidsbronnen
- Directiviteit van geluidsbronnen
Oefeningen
- Geluidsbronnen optellen + verschil berekenen: formele berekeningen + schatting op basis van
vuistregels
- Geluidsniveaus berekenen op basis van bronniveau, geometrie v/d bron en afstand
- Syntheseoefeningen: combinatie van voorgaande
1. SAMENVATTEND
∆E
Bronvermogen 𝑃𝑤 =
∆t
Pw
Intensiteit 𝐼 =
S
𝑝2 𝑟𝑚𝑠
Intensiteit (bis) 𝐼 =
pc
1 𝑇
Effectieve geluidsdruk 𝑝𝑟𝑚𝑠 = √ ∫0 𝑝2 (𝑡)𝑑𝑡
𝑇
3
, 𝐼
Geluidsniveau 𝐿𝑝 = 10 log
𝐼0
𝑝
Geluidsniveau (bis) 𝐿𝑝 = 20 log
𝑝0
2. BRONVERMOGEN EN INTENSITEIT
A. GELUID ALS TRILLING
Geluid = trilling = beweging rond evenwichtspunt
- Deeltje legt geen grote afstanden af, blijven min/meer op hun plaats
- Deeltje wordt uit evenwichtspunt geduwd + gaat zich verplaatsen naar max.
uitwijking (amplitude +A)
- Deeltje wordt teruggeroepen naar evenwichtstoestand → Wet van Hooke:
terugroepkracht
- Deeltje blijft niet in evenwichtstoestand + schiet door naar andere kant
(amplitude -A) = Wet van Newton: traagheid
B. GELUID ALS GOLF
Geluidsgolf in elastisch medium → drukgolf plant zich voort met geluidssnelheid (v) (v in lucht = ± 343 m/s)
- Golven = zones van compressie + rarefactie die zich afwisselen in tijd + plaats
- Hindernissen: reflectie/demping/diffractie (buiging)
- Buitenmetingen: afh van meteofactoren (vb. wind)
- Binnenmetingen: afh van geometrie lokaal
BRON
→ Zet het deeltje in beweging want het deeltje dat in rust is, wil in rust blijven = Wet van Newton
→ Kracht nodig om beweging te krijgen: 𝐹 = 𝑚 ∙ 𝑎
F = Nodige bron die uitwendige kracht gebruikt om deeltje in beweging te brengen
m = massa
a = versnelling
Golven = zones van compressie en rarefactie die zich afwisselen in de tijd en plaats
1ste wet van Newton:
traagheid
→ Deeltjes blijven in rust
Zone van Zone van
rarefactie compressie
4
- 20%: Permanente evaluatie:
- Examen:
o 30%: Mondeling
o 50%: Schriftelijk/oefeningen
o (Je krijgt formularium)
Situering
- Sonometrie binnen de opleiding
Akoestiek → psycho-akoestiek → sonometrie → geluidsbeheer → stage geluidsbeheer
- Focus van dit opleidingsonderdeel
o Geluidsmetingen (sonometrie)
o Geluidsomgeving beoordelen – vooropgestelde criteria (Schadelijk? Hinderlijk?
Aanvaardbaar?)
o Geluidsomgeving (mee) beheren (problemen in kaart brengen, preventie, sensibilisering)
HOOFDSTUK 1 – SITUERING SONOMETRIE EN
GELUIDSBEHEER
1. SONOMETRIE
Sonos = geluid
Meten van geluidssterkte
Metrie = meten
A. GELUID EN LAWAAI
I. GELUID
(Te) lange blootstelling aan sterke geluiden → onherstelbare gehoorschade, vb.
- Noise induced hearing loss (NIHL) → GV (hypoacusis) t.g.v. lawaai, uit zich in …
o Tijdelijke verhoging gehoordrempel (TTS, Temporary Threshold Shift)
o Of permanente verschuiving gehoordrempel (PTS, Permanent Threshold Shift)
- Hyperacusis
- Tinnitus
→ Invloed op algemene gezondheidstoestand + kan leiden tot psychosomatische klachten (vb. ↑ bloeddruk)
II. LAWAAI
Vanaf geluid als hinderlijk/schadelijk wordt ervaren → lawaai
- Voorbeelden
o Alarmsignaal: monotonaal, hoogfrequent, repetitief (hinderlijk)
o Achtergrondlawaai i.f.v. spraakverstaan (hinderlijk)
o Bijwonen van te luid concert (schadelijk)
o Te lange aanwezigheid in luide industriële omgeving (beide)
1
, o Auditieve alarmsystemen (beide)
Probleem definitie lawaai
- Subjectieve interpretatie v/h geluid aan basis van negatieve perceptie
- Hangt af van
o Geluidssterkte
o Frequentie-samenstelling
o Tijdsverloop
o (Verstoorde) activiteit
o Verwachting, appreciatie, controle
o …
- Vb. appreciatie:
o Muziek festival als festivalganger ↔ buurtbewoner
o Vliegtuigen overdag ↔ ’s nachts
o Geluid van andere kinderen ↔ je eigen kind
o Muziek van kotgenoot dat je niet leuk vindt ↔ wel leuk vindt
- Vb. aandacht
o Windmolen: doet akoestisch niet veel, maar valt op + lelijk → mensen storen zich
A. SONOMETRIE
= Acoustic Noise Measurement
- Bij tegengaan van geluidsoverlast → nood aan relevante (psycho-)akoestische grootheden die geluid
zowel op kwantitatieve (objectief) als kwalitatieve wijze (subjectief) als lawaai kunnen beschrijven →
tak van geluidsleer die dit probleem aanpakt = sonometrie
- Doel sonometrie:
o Voorzien in objectieve fysische geluidsmetingen
o Die vergeleken kunnen worden met vooropgestelde criteria
o Aanvaardbaarheid geluidsomgeving kunnen beoordelen
2. GELUIDSBEHEER
- Doel geluidsbeheer: a.d.h.v. meetresultaten uit sono maatschappij bewuster leren omgaan met geluid
- Wetgeving + regelgeving
- Preventie
- Sensibilisering
Naverwerking : Zelftoets – Leerpad 1
A. VOORBEELDEN WAARBIJ JE AANDACHTIG MOET ZIJN ALS AUDIOLOOG
I. SONOMETER
→ 35 dB is al een heel rustige plek
→ Is niet wat we verwachten in deze omgeving
Vragen die we onszelf kunnen stellen
2
, - Is de sonometer opgeladen?
- Is de kalibratie juist?
= Kijken of het toestel meet wat het moet meten
II. LIFT
→Totale geluidsniveau dat werd gemeten = 171 dB
→Is boven onze pijngrens, dus klopt niet!
100 – 110 – 120
Spectrum
HOOFDSTUK 2 – DEEL 1 – GELUIDSSTERKTE
Leerdoelen
- Basisconcepten geluidsgolven (herhaling)
- Uitdrukkingen voor bronvermogen, intensiteit en geluidsdruk
- Geluidsniveau + bronniveau in dB
- Voortplanting van geluid: effect van verdunning + absorptie
- Niet-coherente geluidsbronnen: optellen van + verschil berekenen tss geluidsniveaus van ≠
geluidsbronnen
- Parameters met betrekking tot golfvorm
- Geometrie van geluidsbronnen
- Directiviteit van geluidsbronnen
Oefeningen
- Geluidsbronnen optellen + verschil berekenen: formele berekeningen + schatting op basis van
vuistregels
- Geluidsniveaus berekenen op basis van bronniveau, geometrie v/d bron en afstand
- Syntheseoefeningen: combinatie van voorgaande
1. SAMENVATTEND
∆E
Bronvermogen 𝑃𝑤 =
∆t
Pw
Intensiteit 𝐼 =
S
𝑝2 𝑟𝑚𝑠
Intensiteit (bis) 𝐼 =
pc
1 𝑇
Effectieve geluidsdruk 𝑝𝑟𝑚𝑠 = √ ∫0 𝑝2 (𝑡)𝑑𝑡
𝑇
3
, 𝐼
Geluidsniveau 𝐿𝑝 = 10 log
𝐼0
𝑝
Geluidsniveau (bis) 𝐿𝑝 = 20 log
𝑝0
2. BRONVERMOGEN EN INTENSITEIT
A. GELUID ALS TRILLING
Geluid = trilling = beweging rond evenwichtspunt
- Deeltje legt geen grote afstanden af, blijven min/meer op hun plaats
- Deeltje wordt uit evenwichtspunt geduwd + gaat zich verplaatsen naar max.
uitwijking (amplitude +A)
- Deeltje wordt teruggeroepen naar evenwichtstoestand → Wet van Hooke:
terugroepkracht
- Deeltje blijft niet in evenwichtstoestand + schiet door naar andere kant
(amplitude -A) = Wet van Newton: traagheid
B. GELUID ALS GOLF
Geluidsgolf in elastisch medium → drukgolf plant zich voort met geluidssnelheid (v) (v in lucht = ± 343 m/s)
- Golven = zones van compressie + rarefactie die zich afwisselen in tijd + plaats
- Hindernissen: reflectie/demping/diffractie (buiging)
- Buitenmetingen: afh van meteofactoren (vb. wind)
- Binnenmetingen: afh van geometrie lokaal
BRON
→ Zet het deeltje in beweging want het deeltje dat in rust is, wil in rust blijven = Wet van Newton
→ Kracht nodig om beweging te krijgen: 𝐹 = 𝑚 ∙ 𝑎
F = Nodige bron die uitwendige kracht gebruikt om deeltje in beweging te brengen
m = massa
a = versnelling
Golven = zones van compressie en rarefactie die zich afwisselen in de tijd en plaats
1ste wet van Newton:
traagheid
→ Deeltjes blijven in rust
Zone van Zone van
rarefactie compressie
4